Angst en onwetenheid bij de onervaren luchtreizigers Allemaal de lucht in "JUFFROUW KUN JE GOD HIER NIET ZIEN?" ACHTER VAL JE UIT HET VLIEGTUIG ZATERDAG 28 JUNI 1975 EXTRA PAGINA 17 Ook deze zomer weer vliegen de twee grootste maatschappijen van ons land, Martinair en Trans- avia, zo'n vijfhonderdvyftigdui- zend Nederlanders op en neer naar warme weelde, smetteloze stranden, palmbomen, Cuba Li- bres, zoals die op de plaatjes in de reisfolders zijn beloofd. Voor een kwart van deze inmen- se karavaan is Schiphol, het vliegtuig, nog altijd een volstrekt nieuwe ervaring. Dik honderd duizend vakantiegangers stijgen voor het eerst op. Dat betekent in die topdrukte nog eens extra werk voor immer glimlachende grond- en vliegstewardessen. Zjj vertellen over de soms vreemde, vaak komische gedragin gen van hun klanten. Bizarre er varingen, die niet worden opge somd om nieuwbakken passagiers belachelijk te maken. Of zoals de fraai geschapen dames bij Trans- avia en Martinair het zeggen "Voor ons is het allemaal zo ge woon. Als je je echter in de ge- dachtengang van de persoon, die voor het eerst vliegt, verplaatst, dan zijn al die vragen, opmerkin gen en handelingen best te be grijpen. Dan is het ook fijn om die mensen te helpen." Vrolijke ontboezemingen daar om, tot lering en vermaak. Door Daain Overhoff pigst soms, onwetendheid vooral legeren de debuterende vliegtuigpas- agier. Dat begint al bij de eerste itappe van een veelbelovende -akantie: c'e KLM-bus, die de pensen naar de luchthaven brengt, lij melden zich of veel te vroeg of e laat bij de halte, ergens in het and. Wie wel op tijd is geeft de [offers af en verwacht ze niet jerder terug te zien dan op het bed Malaga hebben ze niets te maken. Anderen denken dat Palma in Italië ligt en er zijn mensen, die alleen de naam van hun appartement uit het hoofd hebben geleerd. Zij lopen naar de koffieshop en vragen: "Juffrouw, kunt u me even zeggen hoe ik in Miramar kom?". Bintjes Inchecken is een begrip, dat ook niet iedereen kent. Gepakt en gezakt meldt men zich rechtstreeks bij de douanecontrole van cte marechaussee. Terug en de juiste an het hotel in de plaats van «stemming. Bij aankomst op Ichiphol stappen zij opgewekt de (ertrekhal binnen, de buschauffeur lp een berg bagage achterlatend. Ichiphol. Een afgestampte vertrek- lal, voor chartervluchten de nieuwe pzet van de luchthaven hal zuid. Jordjes aan de balie - worden jenegeerö', het enorme, ratelende ord met vluchtnummers, vliegtuig- naatschappijen, bestemmingen ver- rektijden lijkt niet groot genoeg, 'assagiers kennen hun vakantie- llaats soms nog wel, maar niet de [aam van de nabij gelegen stad, ?aar het vliegtuig zal landen. Zij rillen naar Torremolinos en met balie dan toch nog gevonden. Naar goed Hollands gebruik dringen, hele vechtpartijen om maar het eerst aan de beurt te zijn. Zinloos, want iedereen krijgt genummerde plaat sen in het toestel, dat echt niet meer mensen meeneemt dan moge lijk is en dat zeker niet eerder vertrekt, omdat het al vol zou zijn. Aan de beurt bij de balie. Wat men al niet meeneemt, vooral oudere mensen, c!ie in Spanje gaan overwinteren: koffiepotten fluitke tels, haardkleedjes, boerekool, si naasappelen, alsof die met geen mogelijkheid in Spanje te krijgen zijn. En aardappelen, kilo's aardap pelen. "Geen aardappelen, bintjes", roept een man verbolgen tegen de grondstewardes. Gastarbeiders maken het nog bonter. Marokkanen, voor een paar maanden terug naar het vaderland, sjouwen alles, maar dan ook alles mee: "mijn radiomachien, juffrouw' bandrecorders, kleurentelevisie^, ijs kasten, wasmachines. Het liefst zouden zij alles nog op hun schoot houden om beschadiging te voorko men, maar dat mag nu eenmaal niet. En dan de dierentuin; honden, poezen, marmotten, kanaries, dui ven, ze moeten allemaal mee. Wie het eerst komt het eerst maalt, hun aantal is per vliegtuigtype beperkt, nog afgezien van landen waar dieren helemaal niet mogen worden ingevoerd. Mensen schrijven ellenlange brieven over de onmisbaarheid van hun beestjes en hoe lief het diertje wel aan boord zal zijn. Anderen bellen van te voren op: "Ach meneer, mijn tekkeltje, dat moet toch w el gaan" en vervolgens blikt een Sint Bernard tevreden op naar de steward'es aan de balie. "Een kopje water voor de hond, zou dat gaan?". "Mag ik een halve valium voor mijn poedeltje, die lieverd is toch zo zenuwachtig". Pas in koffer Passagiers bellen trouwens toch heel wat af voor de reis. "Meneer, is er een toilet aan boord?". "Juffrouw, moet ik brood meenemen voor onderweg?". Of mensen met klach ten. Doktersattesten worden aange sleept om van last van de oren te getuigen. Een kwaaltje, dat steeds meer in is, omdat het de mensen van een plaatsje voor in het vliegtuig, ver weg van ronkende motoren, verzekert. En dieetpatienten. Luttele uren vliegen en het volgende verlanglijst- Door de termiek gaan de vleugels op en neer: „Juffrouw de vleugel zit los". je: 9 urn* een glaasje melk en een plakje cake, 10 uur een glaasje melk en een plakje cake, 12 uur een glaasje melk, een plakje cake en een bordje Brinta. Daartussendoor nog een paar pillen, die de patient gegarandeerd in de koffer heeft achtergelaten. De ellende begint pas goed als de koffers gestaag en zeker over de lopende band in de laadruimte verdwijnen. Passagiers blijven met handbagage, een stuks en echt niet meer dan twee kilo, achter. Paspoortcontrole. Helaas, het grens- papier rust keurig tussen de hemdjes in de koffer en c'e koffer is weg. Koffer terug. Of de koffer raakt zoek, verdwaalt op het eindeloze circuit van lopende banden in de kelders van Schiphol. Een vrouw heeft de pil zorgvuldig opgeborgen in de bagage. Koffer foetsie. Haar man trapt een enorme rel, dreigt alles en iedereen voor het gerecht te dagen wegens "gederfde vakantiegeneugten". Maar het oude baasje, dat achterin de rij van boksende vakantiegangers voor de balie geen schijn van kans lijkt te hebben tot de stewardes hem speciaal naar voren haalt, stopt de weldoenster drie sigaretten of een beduimelde reep chocola toe: "Hier meisje, voor jou". Angst Bagage raakt soms zoek, maar reizigers ook. Instapkaarten willen er nog wel eens gelijk uitzien. Passagiers verdwijnen in een slurf naar het verkeerde toestel en meidten zich nimmer meer aan de juiste ingang. Verdwenen in een gat van de pier en spoorloos. Een familie duikt een toilet in. Het gezin zal er ongetwijfeld eens wel weer uit zijn gekomen, maar de stoelen in het toestel bleven leeg zonder dat ooit nog iets van het gezelschap werd gehoord. Triest is het verhaal van het meisje, dat zich elk weekeinde opgewekt aan de balie meldt voor haar vlucht naar noem maar een oord. Zij heeft een dodelijke angst voor vliegen, maar in de vertrekhal is er nog niets aan de hand. Zij is echter nog met ingeboekt of de vrees overvalt haar als een verlamming. Met geen stok is ze in het vliegtuig te krijgen en ondanks een takel van opbeuren de woorden valt zij flauw. Elke week vat ze nieuwe moed, maar steeds gaat de reis niet door. Na maanden moet ze worden geweigerd, het lukt toch niet. Lachen Ondanks alle mogelijke moeilijkhe den weet het overgrote deel van de karavaan zich gelukkig wel langs ae marechaussee te werken. Mensen lopen opgewekt met de massa mee en beginnen zich aan iedereen voor te stellen, want "samen uit, samen thuis en als dit toestel naar Miramar gaat. dan gaat toch zeker iedereen naar Miramar". Aan het begin van de slurf nieuwe, zinloze vechtpartijen. De instapkaart moet worden ingeleverd, maar niet iedereen weet wat dat nou weer precies is, zodat de stewardes met paspoorten, hotelreserveringen en nog veel meer reisbescheiden wordt verblijd. Door die enge slurf naar het vliegtuig. Een stewardes aan de ingang van het toestel. "Goedemor gen, goedemiddag, mevrouw, meneer". "Dag Juf", een groene passagier valt onmiddellijk door de mand. Linksaf, rechtstreeks de cockpit in. Sommi gen hebben geen flauw benul van de voor- en achterkant van een vliegtuig. Zoals het oude vrouwtje, dat met haar gezelschap in de bus over het platform naar het toestel reed. Iedereen moest achter instap pen, maar omdat het mensje moeilijk ter been was mocht zij alleen de trap voor op. "Gaat dit deel van het vliegtuig dan ook naar Toronto", vroeg ze. Genummerde plaatsen in het vliegtuig, maar toch op andere stoelen gaan zitten of nog even vragen. Spontane ideeen op het laatste moment. "Juffrouw, kunnen we niet allemaal naast elkaar en aan het raam?". Handbagage in het rek boven de stoel in plaats van onder de stoel. Zenuwachtig gekke bekken trekken als de stewardes het "niet roken, stoelleuningen rechtop Veilig geland: genieten van een onbezorgde vakantie op het (volle) strand. Luik open i de veiligheidsriemen vast" ordon- afwassen, juffrouw?" „Ach, dat gooit ;ert. Ze mag niet lachen, want dan u straks allemaal weg? Dan doet u u het een janboel worden. zeker de deur even open. Het uitzicht. Door de termiek gaan de vleugels enkele meters op en neer. "Juffrouw, de vleugel zit los". Bij het landen bewegen onderdelen van de vleugel. "Juffrouw, er zit een gat in de vleugel". Parijs is rechts onder te zien. Velen durven niet aan cie kant te gaan kijken, bang dat het toestel zal kantelen. Het vliegtuig taxiet naar de startbaan. Een moeder draait het luik van de nooduitgang open. "Ik wil nog even naar mijn familie zwaaien", verontschuldigt zij zich. De start. De een duikt nonchalant weg achter een krant zonder een letter te lezen, de ander toont nog steeds de meest vreemde grimassen. Het licht achter het bordje "no smoking" dooft. Op hetzelfde moment worden sloffen sigaretten tegelijk aangestoken. Opluchting. De wonderen in de lucht. Een kijkje in de cockpit. De captain draait zich om voor een praatje. "Hoe kan dat nou, die man moet toch sturen?". Het vliegtuig zit hoog boven de wolken. "Prachtig, al die sneeuw". Helder zicht, witte schuimkoppen het zeewater. "Wat een drukte he, met al die bootjes". Een strakblauwe hemel. "Juffrouw, kun Je God hier niet zien?". Laat staan dat een piloot doodge moedereerd coor het gangpad loopt om een plasje te gaan doen. Het vliegtuig is reddeloos verloren. Het toilet. Vertraging bij de start. Niemand durft naar de wc te gaan, want als je stilstaat komt alles eronder uit. Dat is toch een vies gezicht en in de trein mag het trouwens ook niet. Het toilet achterin het vliegtuig wordt veel minder gebruikt dan dezelfde accommodatie voorin. Achter val je uit het toestel, denken passagiers. Vraag aan een stewardes op tien kilometer hoogte: "Juffrouw, waarom zit er geen gordijntje voor het raam van c'e wc? Ik vind dat onfatsoenlijk met al die pottekijkers". De keuken, piepklein en ingericht. "Goh, dat u hier wijs uit kunt. Ik kan in mijn eigen keuken mijn kont al niet keren". "Juffrouw, hebt u ook broodjes of kroketten in de kantine?". "Zal ik even helpen met toeverlaat in bange uren. Zij houdt een handje vast van de een, praat nervositeit weg bij de ander. Een moeder, die haar kinderen veilig overbrengt, een verzorgster, een verpleegster. "Zuster, komt u eens", klinkt het maar al te vaak. Landen. Stoelen recht, sigaretten uit, veiligheidsriemen vast. De wielen raken c'e grond. Opgelucht applaus. Mensen staan al op als het vliegtuig nog moet remmen. Gevaar lijk, maar in de bus gaan ze toch ook al bij de uitgang staan als de halte nadert? Een dankbare handdruk voor de stewardes. In een DC-10 zijn dat er zo'n vierhonderd. Blijven lachen. Buiten worden de gejatte plastic borden, lepels, vorken, glazen en onaangebroken maaltijden over de weekendtassen verdeelc'. Niets staat een onbezorgde vakantie meer in de weg.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1975 | | pagina 17