Steeds meer drank uit dezelfde fles Gaat het eigenlijk wel zo goed met de Blauwe reiger! Concentratie in de drankensector PAGINA 14 ZATERDAG 28 JUNI 1971 It Den Haag - Ex* worden in ons land tientallen merken en soorten bier, jenever, wijn en frisdranken ver kocht. Zo op het eerste oog een heel assortiment. Maar die enorme verscheidenheid aan drankjes wordt uiteindelijk maar door een paar bedrijven geleverd Want de concen tratie in de drankensector heeft een dusdanige omvang bereikt, dat nu nog maar een handvol concerns uitmaakt, wat er bij ons op tafel komt. als we dorst hebben. Die dorst wordt er overigens niet minder om. Want we drinken steeds meer. Jaarlijks gaat er per persoon 75,7 liter bier, 53,5 liter fris, Door Jan Kees Kokke ongeveer 8,25 liter gedistilleerd en zo'n 9 liter wijn naar binnen. Alleen frisdrank vormt een uitzondering. Daarvan gingen we de laatste jaren steeds minder drinken, terwijl het bier- en het gedistilleerd verbruik de laatste tijd iets minder snel stijgt. Onze dranksmaak wordt vooral gedicteerd door grote concerns als Heineken en Skol. Zij verkopen niet alleen bier, maar ook erg veel frisdranken, wijnen en gedistilleerd. Ook Bols serveert heel wat soorten drankjes. Niet alleen jenever, maar ook talloze wijnen. Daarna volgen de wat kleinere, zoals de Henkes- groep, de Uto Mij. in Schiedam en inkoopcombinaties als Deleave en Superunie. Heineken Verreweg het grootste drankencon cern is echter Heineken, dat jaarlijks voor 1,6 miljard gulden drank aan de man brengt. Met z'n vier brouwerijen in ons land - waar de merken Amstel en Heineken, plus een aantal zogenaamde B-merken worden gebrouwen - heeft het Heineken-concern minstens de helft van de biermarkt in handen. Heineken heeft bovendien een grote frisdrankenfabriek, Vrumona in Bunnik, waar de mei-ken Sisi, 7-Up, Pepsi Cola, B-3, Royal Club, Joy en Posco worden gemaakt. Voorts heeft Heineken in Schiedam de Gedistil leerd Groep Nederland, waar de merken Hoppe, Coebergh, Meder en Hulskamp vandaan komen en in Leeuwarden Bokma. Het Heineken- bedrijf Van Olffen in Hattem maakt de Zwarte Kip advocaat en de Bistro Wijn. Het Heinekenconcern heeft tenslotte nog een groothandel in wijnen, Reuchlin in Rotterdam. Heineken importeert ook nog talloze mei-ken buitenlandse dranken, zodat het totale assortiment van het concern uit honderden soorten bestaat. Het bedrijf kan daardoor aan de horeca en aan de levensmiddelenzaken een vrijwel compleet drankenpakket aanbieden. Overigens heeft het Heineken-con cern ook nog een fors financieel belang in de horeca. De verplichtin gen uit hoofde van huurovereen komsten met derden voor cafe-pan- den van afnemers in Nederland bedragen in totaal bijna 60 miljoen gulden. Sko! De grootste concurrent voor het Heinekenconcern is in ons land ongetwijfeld de Skol Brouwerijen NV. Skol Nederland is het belangrijkste bedrijf in de interna tionale divisie van het omvangrijke Britse Allied Breweries Limited. Skol heeft vier brouwerijen in ons land en een marktaandeel met bier van naar schatting een kleine 20 procent. Maar ook Skol streeft ernaar een zo compleet mogelijk drankenpakket aan te bieden. In Dongen heeft Skol een grote frisdrankenfabriek staan, waar van de bottellijnen de merken Exota, Sparks, Coca Cola, Green Spot, Twinkel en Ranja CP komen. Op de sterkgroeiende mineraalwatermarkt is Skol de grootste met de merken Spa, Vichy, Victoria en Appollinaris. Voorts heeft Skol een 50-tal slijterijen-wijnhandels verspreid over het hele land, waarvan een aantal onder de naam Hooy en Richters. Skol is bovendien eigenaar van de Wijnhandels Walraven Sax, de Bredasche Wijnhandel en Wijnkoperij Het Gulden Anker. De produktie en distributie van wijnen gaat Skol binnenkort concentreren in Etten-Leur, waar de bestaande vestiging fors zal worden uitge bouwd. In de gedistilleerdsector heeft Skol de Erven Warnink Advocaat-fabriek in Middelharnis, de Distilleerderij De Keizer in Nieuwerkerk en de Distilleerderij Wed. A. van den Eelaart in Schiedam. Voorts heeft Skol 40 groothandels in dranken. Skol bedient bovendien niet alleen een 10.000 tal cafe's, maar heeft een deel hiervan in eigendom, verpacht, of verhuurd. Bols De Koninklijke Distilleerderijen Erven Lucas Bols maakt in zijn enorme drankenfabriek in Nieuw Vennep niet alleen de merken Bols, Bootz, Wijnand Fockin, Blanken- heim. De Koning, Hartevelt, Clae- ryn, maar verkoopt via z'n 150 slijterijen van de Wijnhandel Gall Gall ook nog heel wat drankjes, die het Bolsconcern voor een belangrijk deel daarnaast zelf importeert. Bols exploiteert voorts nog een negental zogenaamde proeflokalen. In totaal zet het concern jaarlijks voor bijna een half miljard aan dranken om. Henkes De Henkes Verenigde Distilleerderij en in Hendrik Ido Ambacht zijn eigendom van Gist-Brocades en de Zuid-Nederlandsche Spiritus Fa briek. De Henkesgroep maakt de gedistilleerdmerken Henkes, Mops, Oorlam, Rynbende, Levert, Calcar Sappemeer, De Graauwe Hengst, Boll, Catz Vieux, Sevenstern Brand- wijn, Mispelblom Brandewijn. De Henkes-groep heeft voorts een 150-tal slijterijen, waarvan de meeste onder de naam Aquilar. De Henkes-dochters Carp en Finje leveren wijnen aan levensmiddelen zaken, waaronder V en D en Edah, aan de horeca en aan slijterijen En ook Henkes importeert tientallen buitenlandse drankmerken. D E Douwe Egberts heeft al de drankengroep Ver bunt in Tilburg en ziet dit bedrijf als het begin van verdere activiteiten in de dranken- sector. Zo kocht Verhunt onlangs het wijnkopershuis Verkruijsen en De Lange in Haarlem. Van de vele honderden zelfstandige distilleerderijen, die er in ons land waren, zijn er nu nog maar een paar over. Zo bundelt de Uto Mij in Schiedam de vroeger distilleerderij en Herman Jansen, Vlek en Co, Jansen en Woutersloot, Sonnema ei Plantenga. Zelfstandig zijn bij voor beeld nog De Kuyper, Dirkzwagetd beide in Schiedam. Hooghout ib Groningen en Boomsma in Leeua warden. g Steeds meer zelfstandige slijterijeip gaan er onder druk van de zro'i* concurrenten toe over zich aan 'V sluiten bij inkoopcombinaties, zb werd de inkoopcombinatie Deleave in Delft, waarbij 500 slijterswijn handels zijn aangesloten, een van d-h grootste wijnimporteurs van on c land. Deleave gaat binnenkort flinlü uitbreiden in Delft. De meeste nog resterende kleinen distilleerderijen, wijnhandels, fris- drankenfabrieken en bierbrouwerijs zullen waarschijnlijkq geen In nil leven beschoren zijn. De gro te drankenconcerns zijn va<| van plan een steeds grot i deel van de markt te veroveren- De kleintjes hebben de noodgedwon gen - keuze om of te verdwijnen zich te laten opkopen. Slechts een enkeling - zoali 1 bijvoorbeeld de nu al honderd jaa)4 bestaande Gulpener Bierbrouwerij zal er in slagen z'n leven te redden. c Door Jan Ottens Amsterdam De reiger is nog steeds bezig aan zijn opmars: voor het eerst sinds tientallen jaren lag dit voorjaar het aantal broedparen weer boven de tienduizend Het gaat dus goed met de Blauwe reiger, zoals hij voluit heet. Vrijwel overal komt men hem tegen In de buurt van autowegen, op akkers en weilanden, langs de slootkant, en soms zelfs in grote groepen, en meer dan ooit ook in de bewoonde wereld. G. i het eigenlijk wel zo goed met die reiger? Is het echt waar dat Je uit de aantallen mag afleiden dat het met de verloedering van natuur en milieu nog wel meevalt, want de reiger moet dan toch maar eten en voedsel is er kennelijk volop voorhanden. Vergif De Amsterdamse biologieleraar A. A. Blok, die van reigers vrijwel alles weet en die binnenkort op een onderzoek naar de populatiedynami- ca (grof gezegd: het verloop van de aantallen, de leeftijdsc. bouw en de oorzaken daarvan) hoopt te promo veren, moet echter waarschuwen dat de schijn wel eens bedriegen kon. Dat de dieren minder gezond zijn dan ze lijken en c'at ze bij voorbeeld tijdens een strenge winter wel eens massaal het loodje zouden kunnen leggen. Onderzoekingen aan gestor ven reigers hebben namelijk aange toond dat hun vetweefsel grote hoeveelheden gif (restanten van bestrijdingsmiddelen en dergelijke) bevatten. Als ze in magere tijden hun vet moeten aanspreken, komen DDT, Dieldrin en PCB terecht in de bloedbaan. Met hevige krampen komt dan menig reiger aan zijn eind. Zo kan een ogenschijnlijk kernge zond roncVliegende reiger een hoogst ongezonde hoeveelheid vergif bij zich hebben, aldus Blok. En om aan te duiden hoe vervuild het Nederlandse oppervlaktewater en daarmee dus ook de prooidieren van de Blauwe reiger zijn, noemt Blok het voorbeeld van een zeven Jaar oud mannetje dat zoveel PCB (voor de ingewijden: 2805 d'elen per miljoen) in zijn lichaamsvet met zich meedroeg dat hij zich daarmee prompt aan de kop van de wereldranglijst van vergiftigde wa tervogels plaatst. „Een ranglijst waar Nederland beter uit had kunnen blijven", oordeelt Blok met enige verbittering. Bescherming Een strenge winter zoals de Amsterdamse bioloog die vreest, deed zich voor het laatst voor in 1963. Van de toen aanwezige zevenduizend tot achtduizend broed paren kwam meer dan de helft om. Op aandringen van met name de Nederlandse Vereniging tot Bescher ming van Vogels werd de Blauwe reiger naar aanleiding van deze katastrofe onder volledige bescher ming geplaatst. Hij was dat namelijk niet. En juist door de combinatie van volledige bescherming en zachte winters is deze vogelsoort behoorlijk in de lift geholpen. In 1968 was de populatie weer op haar oude peil van voor '63 om vervolgens weer een beetje in te zakken, maar daarna is het weer snel bergopwaarts gegaan. Sommige reigerskolonies werden meer dan twee keer zo groot. Die in de Makkumerwaard bijvoorbeeld kwam van 30 broedparen vorig jaar tot tachtig nu. Kolonies die al groot zijn verdubbelen zich natuurlijk niet zo snel. De grootste in Nederland is te vinden in Linschoten, bij Woerden, die dit voorjaar de 400 broedparen passeerde. Nu zijn door toedoen van reigeron derzoeker Blok de gegevens van de laatste Jaren veel betrouwbaarder dan vroeger. Het tellen van bewoonde nesten is moeilijker dan men denkt, maar bovendien is de reiger vanwege een vermeende schadelijkheid nooit zo geweldig populair geweest. Fabels „Er werd vroeger ruig op geschoten', herinnert Blok zich „en ook nu nog krijgen we aangeschoten vogels. Nog niet zo lang geleden maakten we in Sneek een staaltje van moordzucht mee, toen kleine jongens met armen vol bebloede reigers de stad binnenkwamen die door bos- en landeigenaren uit de bomen waren geschoten". Blok verwijst de verhalen over schade aan de bomen waar de reigers nestelen naar het land der fabelen: „Anders dan bijvoorbeeld aalscholvers zijn reigers helemaal niet in staat om takken af te rukken. Hun nestmateriaal halen ze van de grond. En hun mest spoelt met het eerste beste buitje van de bomen. We kennen kolonies die in fruitbomen nestelen. Als we daar c'e jongen gaan ringen, moéten we ons eer weg door het gebladerte banen". Onder bomen van reiger-mesten ontwikkelt zich altijd een rijk planten- en insectenleven, vooral omdat Blauwe reigers de grond zo gevarieerd bemesten. Ze zijn name lijk niet de eenzijdige viseters waarvoor ze vaak worden versleten. Blok: „Dat is ook zo'n vooroordeel. Reigers eten eigenlijk alleen vis in de tijd van de jongen. Een groot deel van het jaar eten ze kleine zoogdierenratten, muizen, mollen". Visvijvers Dit voorjaar gaf net als in 1972 een voorproefje te zien van wat er gebeurt als de natuur weigert c'e Blauwe reiger een handje te helpen. Het water bleef lang koud zodat de vissen nog niet naar hogere waterlagen trokken om te paaien. Er was niet genoeg te eten voor al dii< reigers, ze stierven bij tientalleil Zelfs nog in mei. De door gif bedreigde reigers ziei* overigens kans hun levens te rekkei door hun vrij grote aanpassinesver mogen: ze zoeken in steeds groter aantallen hun kostje in de stad Buitenwijken met redelijk vee groen, zoals die vroeger nie 1 gebouwd werden, worden met vee reigerbezoek vereerd. Zeker waar rjl bewoners visvijvers 'hebben aan«n» 1 legd. J Het is duidelijk dat reigerman de problemen van als ma-ü1 goudkarpers verliezer mensen n - wil oplossen door het afschieten vai reigers. Hij noemt dat een primit.ie standpunt. „Laten we blij zijn", z_>gt hij, „da we in Nederland nog zoveel van dil grote vogels hebben Ze hnren 'et thuis, ze hebben hier een functie.'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1975 | | pagina 14