Winkelcentra: uitdaging voor de binnenstad Ds. Roelof Steenstra JUWELIER V.D. WATER Altijd voordelig- 11.000 m2. Een flink deel hiervan (4800 m2) zal worden opgeslokt door een zelfbedieningswarenhuis, terwijl er voor gewone winkelruimte 6200 m2 beschikbaar zal komen. Onder het winkelcentrum komt een parkeerga rage voor 1000 auto's. Voor een meubelshowroom in het centrum is 3000 m2 gereserveerd. Tenslotte wordt er in de Leidse Merenwijk ook een nieuw winkel centrum gebouwd, „De Kopermolen" dat een oppervlakte zal krijgen van 7000 m2. Zuigkracht De bouw van al deze winkelcentra heeft voor de Leidse binnenstad de nodige gevolgen. Er kan van die nieuwe winkelcentra een zuigkracht uitgaan, waardoor het publiek de binnenstad verlaat. Die zuigkracht is niet te verwach ten van de winkelcentra in Voor schoten en Rijnsburg. Die richten zich uitsluitend op de ter plekke aan wezige bevolking. Dat geldt ook nog wel voor „De Kopermolen" in de Merenwijk, hoewel dat centrum ko pers uit Noord en de Kooi zou kun nen gaan ti-ekken. Iets anders ligt het al in Oegst- geest. Aan de Lange Voort verwacht men na de uitbreiding een toene mende belangstelling uit o.a. War mond en Voorhout. Maar het is vooral het nieuw te bouwen winkelcentrum in Leiderdorp dat in Leidse ki-ingen enige veront rusting teweegbrengt. En dat terwijl het oorspronkelijke plan „Winkelhof" al tot heel wat meer .dorpse" afmetingen is terug gebracht. In de eerste versie van het plan zou er namelijk 26.000 m2 win kelruimte gerealiseerd worden. Het zelfbedieningswarenhuis zou daar van 11.000 m2 voor zijn rekening nemen. Dat zou dus betekenen een warenhuis van het type Maxis. In de huidige plannen is de win keloppervlakte teruggebracht tot in totaal 11.000 m2 maar in het con tract met pi'ojectontwikkelaar Mat- ser in Hilversum is al wel vastge legd, dat de tweede fase van de bouw een uitbreiding van nog eens 3000 m.2 zal betekenen. Van de zijde van de Leidse mid denstand is al gesuggereerd, dat via deze uitbreiding en een eventuele sa menvoeging met de meubel-show room van 3000 m2 het zelfbedienings warenhuis dat zich in „Winkelhof" wil gaan vestigen, op die manier toch aan zijn 11.000 m2 winkelopper vlakte zou komen. V e-raint'wooird'elij kheid Of dat inderdaad zal gebeuren is echter nog een grote vraag. De Lei- derdorpse wethouder van midden standzaken Reugebrink legt er de nadruk op dat ook Leiderdorp een zekere verantwoordelijkheid draagt ten opzichte van de Leidse binnen stad. Volgens Reugebrink komt het hui dige plan „Winkelhof" erop neer, dat het Leiderdorpse winkelcentrum in eerste instantie bedoeld is om „boodschappen te doen". Het echte „winkelen" zal zich toch in de bin nenstad moeten blijven afspelen. Reugebrink legt er de nadruk op, dat er in Leiderdorp op het ogenblik onvoldoende gelegenheid is om da gelijkse boodschappen te doen. „Wij bonden wordt", aldus de Leidei-dorp- se wethouder. „Door de bouw van Winkelhof zal aan de Leidse bin nenstad inderdaad enige schade worden toegebi-acht, dat is zonder meer duidelijk. Maar ik geloof niet dat je „Winkelhof" een trekker kunt noemen. Het is meer een binder van dagelijkse plaatselijke koopkracht". Reugebrink wijst er nogmaals op dat het streven van Leiderdorp erop gericht is het „winkelen" in de Leidse binnenstad te houden. „De ruime mogelijkheid tot vergelijken, die je bijvoorbeeld in de binnenstad hebt, zal er in „Winkelhof" niet zijn". Met deze woorden duidt Reuge brink op datgene, wat .de aantrek kingskracht ook van de Leidse bin nenstad is, maar ook kan blijven: de mogelijkheid om langs een groot aantal verschillende zaken te lopen, te vergelijken, te kijken zonder te ko pen, enz. Specialiseren Daarop wijst ook de Leidse wet houder van Economische Zaken, Van Aken. Volgens hem zal het winkel- appai'aat in de Leidse binnenstad zich moeten specialiseren in die soort aankopen, waar gezinsbeslis singen mee zijn gemoeid (de grotere aankopen dros). Er is volgens Van Aken een groep artikelen, over de aankoop waarvan het hele gezin be slist. Als voorbeelden noemt hij was machines, radio's, in veel gevallen ook kleding. Op die artikelen zal het winkelapparaat in de binnen stad zich volgens hem moeten rich ten. De Leidse wethouder wijst erop, dat dit gepaard moet gaan met het weren van doorgaand verkeer uit de winkelstraten. Maar als dat ge beurt, moet het winkelgebied wel goed bereikbaar zijn, ook voor auto's. De gebrekkige bereikbaarheid van het winkelgebied in de binnenstad hangt volgens de heer J. van Eg- mond. voorzitter van het Leidse City Centrum, vooral samen met het parkeerprobleem in de stad. Van Egmond pleit dan ook voor de bouw van parkeergarages. Naast die aan de .ir. Driessenstraat wil hy er één op de Garenmarkt. De LCC- voorzitter is overigens optimistisch gestemd over de mogelijkheden in de binnenstad, wanneer er voldoende parkeergelegenheid zal zijn. „We moeten wel haast maken met een verbetering van de bei'eikbaarheid", aldus Van Egmond, „maar als we de kans krygen om het stadscentrum weer aantrekkelijk te maken, dan kan het beter worden dan het ooit geweest is". IhivJ cll «5A/TAKTLENZEN T-shirt kadol T-shirt kado Dat kan bij IRIS Bij aankoop van 'n bril, zonnebril of kontaktlenzen. Ze zijn er in 3 kindermaten. En wilt u er nog een hebben, dan kan dat ook. Voor een vriendelijke prijs f 4,50 HAARLEMMERSTRAAT 12 Het Leidse winkelgebied: gezelligmaar moeilijk bereikbaar. Het winkelcentrum Lange Voort in Oegstgeest, dat flink uitgebreid wordt. LEIDEN De winkels en warenhuizen in de Leidse binnenstad zullen ernstig rekening moeten houden met het feit, dat er aan de rand van de stad of net buiten de stad 'n groot aantal winkelcentra ontstaan. De in het stadscentrum gevestigde winkels zouden daarvan wel eens de terugslag kunnen ondervinden. Door Joop Maat Ook in Leiden dreigt een ontwik keling, die zich bijvoor-beeld in Am sterdam en Den Haag al eerder heeft voorgedaan. Aan de randen van die steden zijn grote winkelcentra op gezet, die goed bereikbaar zijn en over veel parkeergelegenheid be schikken. Veel consumenten, vooral zij die over een auto beschikken, ge ven de voorkeur aan het winkelen in die grote winkelcentra. De binnen stad vinden zij vaak te moeilijk be reikbaar en ze kunnen hun auto er niet kwijt. De meest sprekende voorbeelden van deze ontwikkeling worden ge vormd door de zg. Maxis-vestigingen zoals de Bijenkorf die onder andere in Muiden heeft opgezet. De Bijen korf is zeer tevreden over het suc ces van deze „weidewinkels", en heeft verklaard er nog wel een paar te willen neerzetten. Peek en Cloppenburg daarentegen schrijft in het jaarverslag over 1974, dat het bedrijf „blijft geloven in in vesteringen en vestigingen in de stadscenti-a". Dat blijkt ook in Lei den, waar de P en C vestiging in de Breestraat een flinke verbouwing on derging, terwijl een verbouwing van het tot P en C behorende Lampe in Leiden dit najaar voltooid zal zijn. Ook uit de bereidheid van C en A om grote investeringen te doen in de binnenstad, eveneens in de Bree straat, blykt het vertrouwen dat het grootwinkelbedrijf nog in het stads centrum heeft. „Dit vertrouwen wordt echter wel op de proef gesteld" aldus Peek en Cloppenburg in het jaarverslag, „door de trage ontwikkeling in een aantal steden van een verbetering van de bereikbaarheid van het stads centrum". Die bereikbaarheid baart ook in Leiden de in de binnenstad gevestigde winkels en warenhuizen grote zorg. Zoals bekend loopt de bereikbaar heid van de Leidse binnenstad na melijk extra gevaar door de recon- structiewei-kzaamheden die voor da Breestraat en de Marktenroute (Bo termarkt, Vismarkt, Aalmarkt en Boommarkt) op het programma staan. De slechte bereikbaarheid van het centrum wordt helemaal een knel lend probleem, wanneer de consu ment tegelijkertijd de mogelijkheid heeft om per auto uit te wijken naar andere koopcentra, die beter bereik baar zijn. Die goed bereikbare winkelcentra zijn ook in de omgeving van Leiden steeds meer te vinden. Behalve ,Leidschenhage" in Leidschendam zijn er intussen ook de „Aarhof" en „Ridderhof" in Alphen aan den Rijn. Lange Voort Maar dat is nog niet alles. De uit breiding van het winkelcentrum Lange Voort in Oegstgeest, die in middels begonnen is, zal ongeveer 3000 m2 winkeloppervlak opleveren. Gevoegd bij de ongeveer 6000 m2 die er al zijn, krijgt het Lange- Voort-winkelcentrum dus een totale oppervlakte van 9000 m2. Bij het winkelcentrum is een ruime beschik baarheid van parkeerplaatsen. Ook in de Voorschotense nieuw bouwwijk Noord-Hofland is inmid dels met de bouw van een nieuw winkelcentrum begonnen. Dit cen trum zal een oppervlakte krijgen van ongeveer 2000 m.2. Plannen voor de bouw van een winkelcentrum zijn er ook in do Anjelierstraat in Rijnsburg. Daar moet ongeveer 2400 m2 winkelopper vlakte geïdealiseerd worden. En dan zijn er in Leiderdorp nog de vastomlijnde plannen om een flink winkelcenti-um neer te zetten. Het plan „Winkelhof' 'houdt in dat door Paul Wolfswinkel Ds. Roelof Steenstra, 39 jaar oud. vader van drie kinderen ("Elf. negen en zeven jaar, dat weet ik bijna zeker".)een ont moeting thuis en in het gebouw Staalwijk, tijdens de bejaarden- soos en bij de jongerensoos. Thuis: een volgepakte studeer kamer, zware boekenkasten, jacht taferelen aan de muur en op de schoorsteenmantel. Foto's uit de marine tijd en twee bijna identieke portretten van koningin en prins. Naast "Onze Eeredienst" een lege wijnfles, die herinnert aan het koperen huwelijks'' -,t. Tijdschrif ten van uiteenlopende kwaliteit, vntnmel en sfeer. En een houding van hem die je zou kunnen om schrijven als: „Nou wat is er aan de hand?" Geboren in Bilthoven op een derde augustus. "Veerig jaar bij na. Dat is <--- knooppunt; je be gint aan de tweede helft van Je leven. Je hebt voldoende tijd ge had om Jezelf te leren kennen en wat je dan doet, moet je Je ver dere leven ook doen. Toen ik bij de marine zat. heb ik altijd ge zegd dat ik er tot myn veertig ste zou blijven". "Vader was predikant op Cura cao. We gingen er in 1939 voor vier Jaar heen. Dat is door de oorlog natuurlijk langer geworden. Ik was de tweede van vier kin deren. Ik kwam uit een conserva- tief nest, hoewel de gezinsband losser was dan bij andere gezin nen. Als je in de tropen wordt opgevoed, leef en speel je op straat en je hebt je huis eigenlijk alleen maar om te eten en te slapen. Vader was niet streng, maar wijs. Hij verplichtte ons bijvoorbeeld nooit om naar de kerk te gaan, maar hij stelde het wel op prijs als we eens in de veertien dagen zouden gaan. Snap je? Tot mijn negentiende heb ik er gezeten. Toen ben ik in Nederland geko men, heb er nog een stukje gym nasium gedaan en ben toen hier in Leiden, komen studeren. Theo logie; ik heb het altijd al gewild. Dat was in 1957". "Leiden was een vreemde omge ving. De overgang was moeilijk. Ik kende niemand en in het be gin met die kale kop. Ja, dat heeft me hard aangepakt. Daar kwam bij dat ik wat ouder was dan de rest. Ik ben buitensporig student geweest, jazeker, jazeker. En een ijverig Minervalid. Gelukkig werd ik door vader opgevangen. Dan kwam ik thuis en moest even mee. Vroeg hij hoe de zaken ei-voor stonden. Hij vergoedde dan de schade, maar ik moest wel weer een tentamen halen. Dat deed ik dan. Het studeren heeft me weinig moeite gekost. Het ging. En als de zon eeen dag scheen, liet ik de zaak een beetje waaien, geloof ik. Onbezoirgd, wat luchthartig mis schien". In 1964 studeerde hij af, was toen al getrouwd met een peda goge. "Dat was in de tijd dat het studentenhuwelijk opkwam. Het Van Vollenhoveplein heette toen ook "Motjesplein". "Het gaf ook een gesetteld idee, dat getrouwd zijn. Je kwam niet meer zo vaak op Minerva. Ik werd er soms naar toe ge stuurd". Twee jaar was hij vicaris in Was senaar tot 1967 en werd toen voor de marine gevraagd. "Ik heb toen meteen "ja" ge zegd, zelfs voordat ik het aan mijn vrouw vertelde. Het was Ja en nee prettig daar. Ik was erg marinofiel, omdat ik het alle maal had meegemaakt, vroeger. Maar van de andere kant had ik al die tradities wat geïdeali seerd. Het was toch meer een gewoon bedrijf". "Varen is magnifiek. Ik zat er ontzettend goed op mijn merk. Je hebt de bijbel eigenlijk niet nodig, als je maar een sociaal werker was. Het personeelswerk was wel leuk. Uiteindelijk was je verkondiger van het Woord en dat werd wel eens vergeten". In augustus 1968 vertrok hij met het hele gezin naar de West en ervoer dat als een soort thuis vaart. Had een "prima tijd" bij e< de mariniers. "Daar voelde je je predikant. Daar kon je je voor duizend zielen uitleven; machtig was dat. Ik heb aan veel oefenin gen meegedaan en dat was leuk, omdat je de beste contacten legt in een schuttersputje". "Toen kreeg ik een botbreuk in mijn heup en daar ben ik mee dooi-gelopen: drie weken jungle training, dwars door het oei*woud en daar heb ik die heup gefor ceerd. In 1971 kwam ik in Valken- burg. Ik ben toen ook geopereerd heb een jaar gerevalideerd en ben met pensioen gestuurd". "Ziekenhuis? Ja, dat was leuk. Ik was kerngezond, dat is al een hele troost en ik heb daar kun nen lezen en praten. Maar die re- validatietijd was vervelend. Ik doe graag iets". "Toen vroeg ds. Lamping me voor Leiden. Eerst wilde ik niet, maar ja, later toch wel. Hpt lief ste zou ik in het oosten wilier wo nen en hier ergens werken. Lei den bevalt goed". "Het was vreemd: de marine was mijn eerste gemeente. Dat was volkomen ander werk. Ja, er zijn hier wel eens compiunicatie- stoornissen. Ik was altijd een so list en het imago "predikant" is een gevestigd iets !r> Leiden. Ik leer hier veel en dat is nodig voor iemand, die zo eigenwijs is, als ik ben. Ik heb wat pauselijke "ftieingen. Het stadsDastoraat is n moeilijke zaak. Het is stuc werk. En in een grote gemeente kan je makkelijk verzuipen. Sa men met Lamping sta ik in de Vredeskerk en ieder hebben we 1500 zielen". „Omdat mijn geest niet syste matisch is, probeer ik één lijn te trekken, 's Ochtends ben ik thuis om van alles en nog wat voor te bereiden; het voorbereiden van kringen, catechisaties of kerk diensten. Vanmorgen had ik al om ne gen uur een bespreking met de leidster van het Dienstencentrum over de hulpverlening aan de be jaarden in de wijk. Om tien uur was ik in de Vredeskerk voor de huisvrouwencatechisatie. Voor de lunch ben ik nog even naar die meneer geweest die net uit het ziekenhuis kwam. Na het eten heb ik een korte siësta gehouden en ben toen van half drie tot half zes op huisbezoek geweest, vooral bij oudere mensen. De be jaardensociëteit vind ik prettig, overigens. 's Avonds is er altijd wel iets te doen. Vergaderingen van .de Cen trale Kerkeraad, noem maar op. Ik ben ook lid van de Ronde Ta fel en van Amicitia. Je hebt dan met andere mensen contact. Dat heb ik overgehouden uit mijn studententijd, want ik was vroe ger veiiegen". "Waarom mijn vrouw wei'kt? (twee dagen als speltherapeute). Ze werkte altijd al. En toen we uit de West kwamen, werd ze ge vraagd om weer terug te komen. Dat lag voor de hand, want iede reen zat er nog. Ze durfde eigen lijk niet, maar wilde het wel". Liefhebberijen: velddornitholo- gie. Lekker vogeltjes kijken. Van de zomer in Frankrijk, heerlijk de natuur in. Met de kijker op de buik. Dat doe ik ook een paar keer per jaar in Nederland, naar Zee land en de Flevopolder. Hoe rot ter het weer, hoe beter. En dat gaat bloedserieus. Maar wel na afloop even goed eten. Ja, wat dacht je"? "Nare kanten var. het predikantenvak: "Je krijgt wél respons, maar nooit een concreet resultaat. Als zielzorger ben je nooit klaar". "Hypocrisie? Och man, het calvinisme straalt overal vanaf. Daar kan ik het soms erg moei lijk mee hebben. Dat behouden de. Je moet met het geloof leven én je moet dat geloof niet voor je zelf houden. Ik weet bijna zeker dat ik niet beantwoord aan het imago dat ze ons hebben gegeven. Dat zeggen ze wel eens, maar ge lukkig niet abrupt". Steenstra vindt het prima als ze "jij" en "jou" tegen hem zeg gen of "Steen". Is iemand, die graag improviseert, maar wel de gelijk zijn preek vóórbereidt, twee dagen zeker. "Als je preekt, moet je de mensen onder spanning houden, eigenlijk ben Je een soort cabaretier. Er wordt sonu wel eens bij me gelachen, maar ik durf geen grappen te maken. Ik ben benauwd de populaire predi kant te worden. Dat lijkt me wal gelijk, een schrikbeeld. Maar ik houd het wel gezellig en huiselijk

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1975 | | pagina 3