"Alles wat de
zee uitspuugt
neem ik mee"
"Een
jutter
wordt
heus
niet
rijk
Cor Ellen jut op Texel al
vanaf de dag dat hij een
schoolgaande jongen was
ZATERDAG 31 MEI 1975
EXTRA
PAGINA 13
"1 *>T>
Door
Aad Wage naar
„Neptunus, die is de god van de zee.
Dus is-ie ook mijn god. Ik ben niet
christelijk gelovig. Neptunus.ja,
die houdt rekening met me. Die zegt
die man daar op dat eiland, die Cor
Ellen, die is het waard om iets van
me te krijgen.
„En als-ie dat zegt, dan komt de
ingeving, dan ga ik de combinatie
voelen: hoe de wind waait, hoe het
weer is geweest de hele dag, hoe "het
weer van gisteren was en dan zeg ik
's avonds: Cor, nog niet de kooi in,
ga eerst nog es even over de dijk
kijken...!"
Voorspraak bij Neptunus. Na de tip
van die zeegod, als 's avonds de
duisternis over het eiland Texel
valt, gaat een kleine tanige man
met een verweerd gezicht, omgeven
döor een grijze kuif en baard, er op
uit. Hij duwt een merkwaardige
fiets voort, met bakken voor en
achter en een frame van pols dikke
buizen. De jutfiets.
Over de dijk heen of door de
duinen. Dan sjokt hij op het strand
langs de golven, op zoek naar wat
de zee hem die avond en nacht wil
toewerpen.
Jutten geen wettige bezigheid.
„Nee.Cor Ellen begint te
grijnzen. „Het is iets tussen het
licht en het donker. Je moet dingen
van waarde aangeven. Ja, ja, dat
moet. Bij de strandvonder, ja.
Cor Ellen jut op Texel al vanaf de
dag dat hij een schoolgaande jongen
was. Nu is hij 46.
„Ik heb pas een keer iets
aangegeven bij de strandvonder. Dat
was een vat met chemicaliën, dat ik
niet vertrouwde.
Hij zit met ons te praten in het
grazige talud van de zeedijk. Voor
ons is de Waddenzee glad. Er komen
helikopters over, op weg naar
booreilanden. Soms klinkt van ver
een defensie-knal. Er fladderen
vlinders. De zon schijnt warm. De
strandjutter strekt zich nu languit
tussen de vergeetmenietjes.
„Lekker", zegt hij.
Fles met briefje
Hoe word je strandjutter?
„Het is begonnen toen ik naar
school ging. Dan moest ik langs de
dijk lopen. Op een dag vonden een
paar schooljongens langs die dijk
een fles met een briefje er in van
een Engelse dame, die op Terschel
ling met vakantie was. Van die
vondst stond toen later een stukje
in de Texelse krant. Toen dacht ik:
is dat nou zo iets bijzonders.Dat
kan ik ook".
„Nou, ik heb sindsdien plenty
flessen gevonden met briefjes er in.
Ik heb steeds contact gemaakt. Een
van die contacten is blijven bestaan.
Dat is met de Engelse familie
Goodwin in Leicester. Ik heb Engels
geleerd en ik ben er al drie keer
wezen logeren. In 1970 heb ik daar
nog een interview gehad met een
collega van je, een juffrouw van de
Leicester Mercury. En in '72 hebben
ze me voor de radio gehaald, de
BBC, local station".
„Briefjes plenty... ik heb geschre
ven met Archangel, Yokohama,
MaUta
Maar je jut toch niet alleen
flessen?
„Nee, daar kan je geen huis mee
bouwen. Hout, dat is de voornaam
ste vondst. Ik heb er mijn hele huis
mee vertimmerd en ook een
zomerhuis gebouwd. Maar hout is
saai om te jutten, de lol zit 'm in de
„Op een dag het was in de
vijftiger jaren en je had de koude
oorlog nog vind ik een pak met
grauw papier eromheen en daar leek
't of er films in zaten. Maar er
stonden Russische letters op. Ik
denk: niet gelijk openmaken, ik
vertrouwde het niet. Dus ging ik
's avonds naar de plaatselijke krant
hier en daar hebben ze een stukje
opgemaakt dat ik Russische films
had. Drie dagen later komt er een
vent van de BVD op het eiland: of
ik helemaal gek was om t in de
krant te laten zetten. Hij moest dat
pak hebben, want het ging om
staatsveiligheid.
Maar ik had 't al aan een vriend
gegeven, die een donkere kamer
had. Die is toen door de politie
helemaal ondersteboven gekeerd en
het pak werd in beslag genomen. Na
vier weken kwam die BVD-vent
weer. Hij nam me mee naar een
dorüker hoekje in een café, ver van
'het raam vandaan, net echt hè, en
toen vertelde hij me dat er alleen
maar fotopapier had ingezeten.
Maar zei hy dreigend: „Milten, ze
kennen jou nou in Moskou 1"
Gelegenheids jutters
„Er zijn maar twee jutters op
Texel: Boon op Cocksdorp en ik. Je
hebt wel gelegenheidsjutters, maar
die beschouw ik niet als jutter. Die
komen het strand oprennen als er
een schip is vergaan. Dan blijf ik
juist thuis, tenminste, dat denken
„Ik kom praktisch nooit zonder iets
thuis. Maar je hebt hoogtijdagen.
Als jongen had ik 't dat ik een heel
vat met appelen vond, toen kwam ik
zingend thuis. En vorige week nog:
toen heb ik een bezoek gebracht aan
de Razende Bol, een zandplaat hier
voor het eiland. Daar ligt een Duits
jacht. Daar heb ik de preekstoel van
afgehaald: een prachtige roestvrij
stalen railing van de voorplecht".
„Maar als het donker is, dan gaat
Cor pas jutten. Ik weet waar ik wel Milieu
moet gaan staan langs het strand
om iets te vangen. Je moet de
winden kennen. Westelijker als zuid
en oostelijker als zuid, da's goed. Je
kent de stromingen.je doet er
jaren over om de drijfroute van een
vaatje te kunnen berekenen".
Cor Ellen zit in de Texelse
gemeenteraad, voor het PAK. Zijn
specialisme is het milieu.
„Een jutter wordt niet rijk. Geld
heb ik nooit gevonden. Ja, een keer.
Een blikje met daarin een
papieren tientje uit de oorlogstijd.
Maar je vindt wel blikken vet en
baaltjes meel en daar kan je dan de
wintertijd mee door. Mandf lesjes
wijn, flessen whiskey. Vlees... nee.
In tegenstelling tot mijn collega's op
Ameland. Daar was ik laatst en die
hadden twee vrieskasten vol. Uit een
container, die was Texel helaas
voorbijgedreven".
„Ja, dat komt door het jutten. Ik
ruim eigenlijk de rotzooi van de
wereld op. Ik neem vrijwel alles mee
wat de zee uitspuugt. Want wat ze
allemaal niet in zee donderen!"
We zijn dan bij zijn huis in
Oosterend. Zijn tuin staat volge
stouwd met de oogst van tientallen
jaren struinen op het strand.
Middenin staat een paal, die
volgehangen is met plastic houder-
tj es voor koffiebekertjes.
De jutfiets met bakken voor
en achter en een frame van pols-
dikke buizen.
wordt steeds sterker", zegt de jutter.
„Mensen, zeg ik: zo'n houdertje kan
je honderd keer gebruiken voordat-
ie stuk gaat. Maar neen, het
koffiebekertje is leeg en wordt dan
met houdertje en al over boord
gesodemieterd. En zo gebeurt het
ook met alles op het land. En dan
de chemicaliën.donder ze maar in
zee, die is groot genoeg. Tegen die
milieu-verziekende mentaliteit waar
schuw ik".
Hij knijpt de helderblauwe ogen
samen. „Als jutter ruim je de
afvalberg op. En Neptunus helpt me
erbij door me van tijd tot tijd te
belonen. Dan laat-ie me 's avonds
achter de dijk bij voorbeeld een
nieuwe voordeur bezorgen. Die ik
net nodig had".
"Hout, dat is de voornaamste vondst. Ik heb er mijn hele huis mee vertimmerd.
Jilles ivordt maar over boord gesodemieterd".