OPKLARINGEN VERWACHT LEZERS SCHRIJVEN Koopstaking Ondernemersklimaat in Nederland: Wat nu over ons heenkomt moet in buitenland nog komen9 LEZERS SCHRIJVEN Valhelmen (1) Valhelmen (2) Katjes PONDERDAG 29 MEI 1975 .Zwaar bewolkt met aanhoudende regen en motregen. Opkomende mistbanken. In kracht toenemende wind. Temperaturen onder het vriespunt. Sombere vooruitzichten". Weerbericht in vennootschapsland. De manager slaat de kraag van zijn nog maar eens wat hoger op. Nee, denkt hij mistroostig, met het klimaat is het vandaag de dag niets r gedaan. Dat is niet meer wat het geweest is. En hij duikt nog wat dieper in zijn jas. Die nog wel degelijk comfortabel zit. Maar waarop de wind toch steeds meer Wat krijgt.De ondernemer vindt dat Door Ja>n Kees Kokke Dr. N. Wiarda. directeur Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds, een van de grootste beleggingsinstel lingen in ons land, formuleerde het zo: „Het ondernemingsklimaat wordt in ons land ernstig geschaad. De regering faalt in het voeren van een financieel en sociaal-economisch beleid dat de rendementen van het bedrijfsleven op redelijk peil zou kunnen brengen". In menige jaarvergadering spreken aandeelhouders en bestuurders eens gezind hun grote ongerustheid uit over het ondernemingsklimaat, ter wijl voorzitter mr. C. van Veen van het Verbond van Nederlandse Ondernemingen (VNO) geen kans voorbij laat gaan om te wijzen op het slechte investeringsklimaat in ons land en op die amti-bedrijfsle- venmentaliteit. daarmee afstand van het vestigings rapport, waaruit zou bliiken dat Nederland het slechtste vestigings klimaat van heel Europa zou hebben. Geen cijfers hij steeds meer in de kou komt te kaan. Een klacht die hoe langer hce jharder en dreigender klinkt. Het ondernemersklimaat, wat is dat trouwens? Is het soms de weersge steldheid in de harten van de jtnanagers? Vooral afhankelijk van üe hoek, waaruit de wind waait in Den Haag? Een ding is duidelijk. Het bedrijfsle ren klaagt steen en been dat het Ondernemersklimaat in ons land nergens naar lijkt. De grond wordt hen hier te koud onder de voeten, heet het. Dreigementen van vertrek haar het buitenland zijn niet van de lucht. Een lucht, die de manager Steeds somberder toeschijnt. In hoeverre is die klacht gerechtvaar digd. Voorhands moeilijk te zeggen. Temeer daar er een groot aantal conjuncturele economische factoren doorheen speelt, die niemand in ons land in de hand schijnt te kunnen houden. Geen overheid, geen vak bond, geen manager. Negativisme Als we de balans opmaken van de afgelopen weken, van wat er zoal over het ondernemersklimaat is gezegd, dan valt er inderdaad veel negativisme te bespeuren. Toch zijn er ook ondernemers die zich positief opstellen. Negatief waren onder meer de volgende tijdingen. De Thyssen-Bor- nemisza Groep, een succesvol multinationaal conglomeraat van Europese en Amerikaanse onderne mingen, verplaatst zijn hoofdbe stuurzetel van Amstelveen naar Monaco. Men was daar zo verontrust jover maatschappelijke ontwikkelin gen in bepaalde landen, waaronder •ook Nederland, dat men vanuit een jZo neutraal mogelijk gebied wil •opereren. •.Het bestuur van Akzo verklaarde 'onlangs dait een eventuele personeels- 'uitbreiding in de toekomst vooral (betrekking zal hebben op in het ^buitenland veroverde markten, orn aat de enorme loonkosten in «Nederland hen daartoe nopen. Ook (president-commissaris ir. P. J. .(Philips van Philips-Eindhoven liet (Zich recentelijk op soortgelijke wijze «uit. In een Amerikaans financieel- «economisch weekblad verklaarde hij ,-dat Philips Lampen in Nederland ,niet langer uitbreidt. Vluchtschip Topbestuurder ing. J. Kraaijeveld van Hemert van de Bos Kalis Westminster Group - de grootste baggermaatschappij ter wereld, waarvan het hoofdkantoor in Papendrecht staat - waarschuwde pas nog dat "het vluchtschip klaar ligt om te vertrekken". En: „Het is voor een multinationale onderne ming niet onmogelijk haar zetel te verleggen naar het buitenland om zo te ontkomen aan de stroom van kritiek. Om sentimetele, commer ciële en sociale redenen blijft Bos Kalis in Nederland, aangezien de onderneming vertrouwen heeft in het Nederlandse economische kli maat"'. Zo, dat klinkt al heel wat opgewekter. Positiever is ook het bericht dat de Nederlandse Shell-bedrijven de ko mende drie jaar vele honderden miljoenen guldens zullen investeren. President Wagner van Shell ont krachtte de geruchten dat Shell niet meer in Nederland verder zou willen investeren met een kernachtig "Onzin". Goed land En K. Fibbe, topbestuurder van het sterk expanderende Ogem-concern, waarvan het hoofdkantoor in Rotterdam staat zegt strijdlustig: „De regering zal ons eruit moeten jagen, willen we Nederland opgeven als basis. Want Nederland blijft ondanks alles een goed land als uitvalbasis voor buitenlandse activiteiten. De rechtszekerheid en de financiële structuur van ons land is nergens anders terug te vinden. Fiscaal is Nederland voor het internationaliseren van een onder neming een van de beste landen ter wereld". Dat is ook al duidelijke taal. Sommige buitenlandse ondernemin gen vinden het klimaat in ons land blijkbaar ook al niet zo verschrikke lijk, dat ze hier niet willen zitten. Zo kondigde Hoechst Holland, dochter van het enorme Westduitse chemieconcern, onlangs aan rustig in Nederland door te gaan met investeren. Het enorme Japanse concern Mitsubishi zal dit jaar nog zijn activiteiten in Nederland verder uitbreiden. Het concern neemt Concrete gegevens over het aantal Nederlandse ondernemingen dat ons landzou hebben verlaten, in verband met het ondernemerskli maat, zijn nergens te vinden. Ook .het CBS biedt geen uitkomst. Wat wel uit de statistieken is te halen, is het "overige inkomen van het bedrijfsleven, gevormd uit beleggin gen en ondernemersactiviteiten, dat is overgedragen aan het buitenland". Van 1969 tot en met 1973 steeg dat naar buitenlandse vestigingen over gehevelde bedrag van 2,7 miljard gulden tot 5,5 miljard. Dat is een verdubbeling. Die tendens zou kunnen wijzen op een mogelijke verhuizing van hoofdkantoren naar het buitenland. Maar het blijft een gok. In hoeverre deze gevolgtrekking juist is, is onmogelijk te beoordelen. De grootste vereniging van werkge vers in ons land, het VNO, geeft voor wat betreft concrete gegevens ten aanzien van de gevolgen van het ondernemersklimaat geen uit sluitsel. VNO-directeur dr. G. F. A. de Jong, gaat het antwoord op de desbetref fende vraag uit de weg door te stellen: „Niemand weet precies hoeveel ondernemersinitiatieven er niet door zijn gegaan door het slechte ondernemersklimaat. Je kunt dat niet in cijfers uitdrukken. Wat je evenmin kunt kwantificeren is hoeveel ondernemers er met hun initiatieven weg zijn gegaan uit ons land". Mairges krapper Er bestaat wezenlijk reden tot zorg over het ondernemersklimaat, zo verklaren VNO-directeur dr. De Jong en VNO-secretaris drs. J. Goedhart ons. „De marges, waarbinnen het moge lijk is het ondernemersschap voldoende uit te oefenen worden steeds krapper. De onzekerheden vermenigvuldigen zich. De bakens, waarlangs de ondernemer zijn weg moet zoeken, worden steeds vaker verzet, naast alle onzekerheden, die de ondernemer toch al op z'n weg vindt". De Jong: „Wat wij vragen is, toon wat meer begrip en tolerantie ten aanzien van de problemen van het bedrijfsleven.Stel je wat positiever op, in plaats van alleen maar nega tief". De VNO-directeur ontkent niet dat een groot aantal maatschappe lijke eisen, die aan het bedrijfsleven worden gesteld, terecht zijn. Zoals een schoner milieu, betere arbeids voorwaarden, medezeggenschap, energiebesparing, de opstelling ten aanzien van de ontwikkelingslanden enzovoort. Maar het is een te snelle opeenstapeling van eisen. Bovendien vaak nog vol tegenstrijdigheden. Dat is het probleem, aldus de VNO-voor- ,»A1 die eisen, met hun randvoor waarden, zijn zo scherp aangezet, dat Je niet meer goed kunt functioneren, zonder voortdurend Je hoofd te stoten". De Jong: „Je ziet vaak dat de ondernemer niet meer weet aan welke eisen hij zich moet houden. De samenhang ontbreekt. De eenduidigheid is zoek. Neem bijvoor beeld het vergunningenbeleid. Zeg in Godsnaam bij wie je, voor welke vergunning moet zijn. Je wordt van het kastje naar de muur gestuurd. We zouden al een heel eind zijn, als we weten, wat er nu gevraagd wordt en wie nu precies wat vraagt. Nu gaat iedereen vanuit zijn eigen actieradius het bedrijfsleven te lijf. En die veranderingen worden zo snel opgedrongen, dat we geen tijd hebben er voldoende op te reageren". Winst maken De Jong en Goedhart wijzen erop dat de rendementen van het bedrijfsleven de afgelopen vijf jaar zijn gehalveérd. „Twintig jaar terug was winstmaken een compliment. Dat werd gewaar deerd. Maar we constateren nu dat winstmaken met een zekere achter dacht, met iets van tenuglhouidend heid wordt beschouwd. Toch is het maken van winst nodig om het voortbestaan van de onderneming te garanderen". „Het lijkt wel of er bezwaar bestaat tegen gezonde ondernemingen. Die zorg om gezonde ondernemingen te hebben, die zien wij niet in dit kabinet". De werkgevers zien zich gesteld tegenover een regering, die zich vrijwel volledig identificeert met het bedrijfsleven. Toch ontkennen beide VNO-be- stuurders dat met de klachten over het slechte ondernemersklimaat een politieke strijd wordt gevoerd. De Jong: „Die gevoelens van onbehagen bestonden al voor het huidige kabinet. Misschien zijn die onbehagelijke gevoelens door som mige daden van deze regering wak versterkt. Bepaalde uitspraken van Den Uyl vormen beslist een bedreiging voor het ondernemerskli maat". Vakbonden De vakbonden staan over het algemeen nogal relatief ten opzichte van de in omvang toenemende kritiek op het ondernemersklimaat. Van de radicale Industriebond NW tot het meer gematigde CNV, die er vast van overtuigd is dat de meest verantwoorde weg om uit de moeilijkheden te komen, de weg van overleg en samenwerking is. Vakbondsbestuurder W. Wamsteker van de Industriebond NVV ontkent tnieft diait he+ de bedoeling is om de gevestigde structuur van de onder nemingsgewijze produktie aan te tasten. „Dat is overigens geen Nederlandse zaak, maar van de vakbeweging over de hele wereld. Neem bijvoorbeeld Zweden. Een aantal ontwikkelingen daar ten aanzien van de invloed van werknemers, ook op de overheid, heeft onze sterke belangstelling. Maar loopt daarom de ondernemer weg uit Zweden. Nee, natuurlijk niet". „Ook in ondernemerskringen". aldus Wamsteker, „maar dan v^i mensen die doorgaans het minst aan het woord komen, horen we geluiden dat je met een andere wijze dan het huidige beheerssys teem van de ondernemingswij ze produktie echt wel gelukkig kan worden, ook als ondernemer". VNO-voorzitter Van Veen heeft eens gezegd dat de onderneming geen proeftuin is voor sociale experimen ten. NW'er Wamsteker lakoniek: „Ik denk toch dat het via de onderneming zal moeten. Als je kunt bereiken dat de mensen niet meer met de pest in hun lijf naar hun werk gaan, is dat voor iedereen het beste. Ook economisch". Geen blauwcHruk „Het zou wat anders zijn", aldus Wamsteker, „als iemand precies zou weten hoe het zou moeten. Maar dat is niet zo. Ook in "Fijn is anders" wiandt geen blaiuwdinuk gegeven van een nieuwe ideale maatschappij. Het geeft alleen hoofdlijnen, wat er niet goed is en wat naar ons gevoel moet veranderen. Dat zal via discussies en experimenten moeten blijken. De vakbeweging is daarom eerder bezorgd over het ondernemingskli maat, het klimaat in de bedrijven dus, dan over het ondernemerskli maat". Wamsteker: „Die hele discussie over het ondernemersklimaat is een machtsstrijd en een politieke strijd. Veel werkgevers-argumenten zijn echter schijnargumenten. Het is toch eigenlijk waanzinnig, dat het ondernemersbestel aan geen enkele verantwoordingsplicht is onderwor pen". De meeste mensen interesseert al dat gepraat over medezeggenschap in de bedrijven toch eigenlijk maar bar weinig. De meesten willen gewoon meer verdienen, een kleu rentelevisie en een vliegreis naar Mallorca? Wamsteker berustend: „Ja dat is de huidige consumptiemaatschappij. En de gedachte, wat kan mij het eigenlijk verdommen, want ik heb toch geen invloed. Dat is allemaal wei bevorderlijk voor dde giedachte. Er zal natuurlijk een men tali teits- omibuigomg moeten komen. Er is de laatste jaren wat dat betreft wel iets veranderd, maar niet veel. Dat moet ik toegeven. Mijn buurman een tv? ik ook een, zo is de sfeer nog". Troost Een enkele ondernemer ziet gelukkig nog een lichtpuntje in het zijns inziens sombere ondernemingskli maat in ons land. Deze man vindt: „Misschien is er een troost voor ons ondernemers. Wat nu over ons heenkomt moet in het buitenland nog komen. En op de lange termijn is dat gunstig voor het bedrijfsleven hier. Op die manier bouwen we een voorsprong op. Maar het is wel een schrale troost". Weersverwachting voor morgen en overmorgen: „Onbestendig. Hier en daar nog kans op een bui. Later opklaringen". In Leiden hebben een aantal organisaties (PPR, PvdA, PSP, Werkgroep Milieudefensie kern groep Leiden en omgeving) zich aaneengesloten om een koopsta king bij de Leidse bevolking te be vorderen. Afgezien van het ver spreiden van affiches en het voe ren van een handtekeningenactie zal erop zaterdag 7 juni een markt actie plaatsvinden. Ook zijn een aantal Leidse vrouwenorganisa ties aangeschreven met het ver zoek om deze actie bij hun leden onder de aandacht te brengen. Op deze wijze wordt geprobeerd een zo groot mogelijk deel van het Leidse publiek te informeren over de risico's, verbonden aan het ge bruik van spuitbussen. Voor het verkrijgen van nadere informatie en affiches kan men terecht bij Hein Raaij makers, Vliet n, tel. 44116, Dick van Delft, Kalvermarkt 5,. tel. 42333, Paul Bijvoet, Vreewijkstr. 5, tel. 30946. Bijgaand artikel is van hen af komstig. LEIDEN Eén van de dingen die leven op aarde mogelijk ma ken, is de ozonlaag, die zich op een hoogte van 15 45 km. in de atmosfeer bevindt. Deze ozon laag houdt verreweg het grootste gedeelte van de ultraviolette stra ling tegen, die afkomstig is van de zon. Zou deze ultraviolette stra ling niet worden tegengehouden, dan zou dit o.a. een toename van het aantal huidkankergevallen, klimaatsveranderingen en scha de aan landbouwgewassen tot ge volg kunnen hebben. Bedreiging van de ozonlaag door menselijke aktiviteiten staat reeds enige tijd ln de belangstel ling. Het is al enige tijd bekend dat uitlaatgassen van hoogvliegen (zoals de Concorde) in staat zijn om op aanzienlijke schaal het ozonscherm aan te tasten doordat stikstofoxydes het ozon kunnen omzetten in zuurstof. Onlangs hebben Amerikaanse onderzoekers ontdekt dat ook chlooratomen en oxydes tot een afbraak van de ozonlaag in staat zijn. Aanvankelijk was men hier over niet verontrust omdat men dacht dat, afgezien van kleine vulkanische bijdragen er nauwe lijks chloorverbindingen in de ozonlaag konden doordringen. Op het ogenblik blijken de gedach ten hierover grondig gewijzigd. Bepaalde verbindingen van chloor, fluor en koolstof worden in toenemende mate geprodu ceerd en toegepast als drijfgassen in spuitbussen, als blaasmidde- len bij de vervaardiging van Kunststofschuimen en, reeds lan ger, als koelvloeistof in ijskasten. De twee eerstegenoemde toepas singen, die leiden tot een snel vrijkomen van deze verbindingen in de atmosfeer, overheersen. Om dat deze verbindingen onbrand baar en niet giftig zijn, omdat ze niet reageren met andere stoffen en omdat ze snel verdampen, worden ze als drijfgas gebruikt: als middel om de vloeistof in spuitbussen komen deze drijfgas sen in de atmosfeer terecht en bleven daar, omdat ze niet re ageren met andere stoffen, noch in water oplossen en ook niet door planten worden opgenomen. Door diffusie kunnen deze drijfgassen de ozonlaag bereiken, waar via een aantal reakties het ozon dan kan worden afgebroken. Onderzoek Na publicaties over bovenbe schreven verschijnselen is in de cember '74 in de Verenigde Sta ten een uitgebreid onderzoek ge start naar de juistheid van de ge maakte veronderstellingen, waar aan ook fabrikanten van drijf gassen en spuitbussen meebeta len. Dit wordt uitgevoerd door onafhankelijke instituten. Het researchwerk zal nog onge veer 2% jaar vergen. In afwach ting van de uitkomsten van de ze onderzoekingen heeft het Amerikaanse Congres de produk tie of import van fluorchloorkool- waterstoffen (de componenten dus van de drijfgassen) na 1 juli verboden, tenzij vóór die datum door de president van de Natio nal Academie of Science wordt bepaald dat het gebruik van de ze stoffen geen wezenlijk gevaar oplevert voor menselijk leven, de landbouw, of het natuurlijk mi lieu. Ondanks en Juist vanwege de vele onzekerheden heeft men dus in de V.S., gezien de ernst van de mogelijke gevolgen, het alles zins verantwoord geacht, de fluor- chloorkoolwaterstoffen uit-de han del te nemen. In december reeds zijn door de PPR-kamerleden Jansen en Jurgens vragen ge steld, waarin zij de minister van Volksgezondheid en Milieuhygië ne verzoeken, de nodige maatre gelen te treffen. Deze werden twee maanden later negatief be antwoord. Aansluitend op de be sluiten van het Amerikaans Con gres hebben Jansen en Jur gens 17 maart jl. nieuwe concre tere vragen gesteld, waarin zij er op aandringen op korte termijn soortgelijke voorstellen te doen of maatregelen te nemen als in de V.S., aangepast aan de Neder landse situatie. Hierop hebben zij nog geen antwoord ontvangen. De Nederlandse Aerosol-Vereniging (waarin de fabrikanten van spuitbussen in ons land verenigd zijn) deelde echter op een pers conferentie van 15 mei mee, dat het Ministerie van Volksgezond heid en Milieuhygiëne de resul taten van het Amerikaanse on derzoek zal afwachten. Aangezien het uitoefenen van druk via het parlement weinig suc ces bleek te hebben, bleef er geen ander pressiemiddel meer over dan een koopstakingsaktie. De ze landelijk opgezette aktie loopt bijzonder goed. Verschillende or ganisaties hebben zich bij de PPR aangesloten, w.o.: PvdA. PSP, Vereniging Milieudefensie, Aktie Strohalm, Dolle Mina, Alle Hens, Via straatakties, publi- katies, e.d. probeert men het pu bliek te informeren over de risi co's van het gebruik van spuit bussen meer te kopen. Er worden op grote schaal affiches verspreid en er is een handtekeningsnaktie gaande. De reakties van de fabrikan ten zijn overigens zorgwekkend. De multinational Dupont wond zich aanvankelijk uitsluitend op over het feit dat de naam Freon, de belangrijkste van de acht soorten drijfgassen die in de han del zijn, wel eens in de aktie ge bruikt was (een merknaam ,dus), zonder zich er kennelijk reken schap van te geven dat zij de verantwoordelijkheid zou dragen voor de eventuele gevolgen van haar produkt. De Nederlandse Aerosol Vereniging: heeft onlangs verklaard de produktie van spuit bussen pas te zullen stoppen, als bewezen is dat de erin gebruikte drijfgasten schadelijk zijn voor de ozonlaag in de stratosfeer. Volgens de vereniging voorziet de spuitbus in een behoefte en is er voorlopig geen alternatief voor de drijfgassen hierin. Hiermee gaat zij voorbij aan het feit dat tot circa 5 jaar geleden de consu ment het toch ook maar zonder spuitbussen heeft kunnen stellen. Alternatieven Dat er wel degelijk alternatie ven te ontwikkelen zijn, door ge woon terug te grijpen op de mid delen die voor 1970 begonnen spuitbushausse gebruikt werden, heeft één van de fabrikanten zelf, t.w. Revlon, aangetoond. Deze heeft nl. zijn haarlakspuitbussen uit de handel genomen en is.over gegaan op flakons met bal, waarin je knijpt om te spuiten. Zo bestaan er voor vele artikelen die in de vorm van spuitbussen op de markt verschijnen, alternatieve produk- ten, die bovendien alle veel goed koper zijn: voor deodorant kan men rollers of sticks gebruiken, voor scheerzeep gewoon het stuk zeep en de kwast, voor het doden van vliegen en muggen de oude strip, voor het afstoffen binnens huis is geen stofspray nodig, om hinderlijke geurtjes op toiletten tegen te gaan, kunnen toiletblok jes gebruikt worden, bij het ont dooien van een bevroren autoruit is een krabbertje afdoende, i.p.v. spuitbussen tegen zonnebrand zijn er ook flesjes met zonne brandolie. Kortom, het gebruik van spuitbussen is niet veel an ders dan een luxe, die in geen enkel opzicht weegt tegen de ge varen die eraan verbonden zijn. In verreweg de meeste gevallen ls een spuitbus overbodig. Spuit bussen worden dan ook voor namelijk geproduceerd om meer te kunnen produceren. Een koopstaking is op het ogen blik het enige middel waarmee druk uitgeoefend kan worden op overheid, parlement, en fabrikan ten om de produktie van spuit bussen te verbieden c.q. te staken. Een verbod alleen in Nederland heeft waarschijnlijk niet veel zin wanneer het daarbij blijft, maar een verbod in ons land kan aan leiding zijn om elders in Europa te gaan nadenken over de gevol gen van het gebruik van spuit bussen en eveneens een verbod door te voeren. Opnemen van brieven ln De tedactie behoudt zich deze rubriek behoeft niet te daarenboven het recht voor betekenen dat de redactie om bijdragen te weigeren dan het met de inhoud eens Is. wel in te korten. De kantonrechter in Den Bosch jheeft een ongehelmde bromfietsbs- 'Btuurder vrijgesproken op grond van 'art 2 van de Wegenverkeerswet, ver keersregels en tekens, enz. iDeze regels strekken zich uit over 'de veiligheid op de openbare weg (en) «van derden c.q. tweeden. Ik ben 'geen jurist maar ik kan de motive- vering van bovenvermeld vonnis op Juridische gronden aanvaarden. Inderdaad levert het niet dra gen van een helm door een bromfiets bestuurder geen direct gevaar op voor derden, tweeden. Aangenomen dus bij een ongeval. Maar de wet op het verplicht dragen van een val helm voor bestuurders van bromfiet sers (sters) is bekrachtigd. Ergo: Wet is Wet. Nu doet zich het merkwaardige ge val voor dat de kantonrechter in Gouda een gehelmde bromfietsbe stuurder veroordeeld tot een boete van fl. 40 omdat hij een ongehelm de duopassagier vervoerde. Dus in dit geval juridisch wel Juist omdat dan een derde/tweede in gevaar komt. Ook opvallend is dat men nu pas tot deze interpretatie komt omdat reeds jarenlang de verplichting tot het dragen van een valhelm bestaat voor bestuurders van motoren-scoo ters. Hierover is. zover mij bekend geen enkel juridisch steekspel gaan de geweest. Hierop aansluitend zal dus per 1 juni het verplicht ..aanheb ben" van autogordels alleen gelden voor de passagier(e) aan de rechter- voorzijde. Er zijn trouwens verschil lende bepalingen die m.i. niet (d.w. z. strikt) worden nagekomen. Mijn vraag is. Is een motorcarrier- bestuurder en een bestuurder van een bakfiets met hulpmotor ook ver plicht een helm te dragen? Moeten bestuurders van een driewie- lig motorvoertuig (bijnaam „sardine blikjes") een helm of een autogordel dragen, cq ophebben. Een helm omdat men bij bovenver melde voertuigen alleen een rijbe wijs moet hebben dus voor voertui gen welke een ledig gewicht van niet hoger dan 400 kg. mag hebben. „Valhelm Hoofdzaak." Alleen „Hoofdzaak" is m.i. het Juridisch steekspel wat nu in aantocht is. Met belangstelling zie ik de uitein delijke uitspraak tegemoet van de Hoge Raad als er tussentijds geen ophelderende wijzigingen van de Verkeerswetgeving zijn aangebracht. J. v.d. Meer Dijkstraat 5 Leiden land? Bijvoorbeeld met de brom- fietehelm? Als je geen helm meer hoeft te dragen op een brommer, dan zijn de autogordels ook niet meer nodig. Kent die kantonrechter in Den Bosch de wettelijke regels wel? Hij maakt er volgens mij op zo'n manier een chaos van. Hij heeft er zeker geen idee van wat de gevolgen kunnen zijn, zoals een hersenschud ding, een schedeïbasis en later op kosten van de staat verder leven als invalide. GROENENDIJK MARISLAAN 33 LEIDEN ADVERTENTIE lekkere drop van Langenberg

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1975 | | pagina 11