OPKLARINGEN VERWACHT
LEZERS SCHRIJVEN
Koopstaking
Ondernemersklimaat in Nederland:
Wat nu
over ons
heenkomt
moet in
buitenland
nog komen9
LEZERS SCHRIJVEN
Valhelmen (1)
Valhelmen (2)
Katjes
PONDERDAG 29 MEI 1975
.Zwaar bewolkt met aanhoudende
regen en motregen. Opkomende
mistbanken. In kracht toenemende
wind. Temperaturen onder het
vriespunt. Sombere vooruitzichten".
Weerbericht in vennootschapsland.
De manager slaat de kraag van zijn
nog maar eens wat hoger op.
Nee, denkt hij mistroostig, met het
klimaat is het vandaag de dag niets
r gedaan. Dat is niet meer wat
het geweest is. En hij duikt nog wat
dieper in zijn jas. Die nog wel
degelijk comfortabel zit. Maar
waarop de wind toch steeds meer
Wat krijgt.De ondernemer vindt dat
Door
Ja>n Kees Kokke
Dr. N. Wiarda. directeur
Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds,
een van de grootste beleggingsinstel
lingen in ons land, formuleerde het
zo: „Het ondernemingsklimaat
wordt in ons land ernstig geschaad.
De regering faalt in het voeren van
een financieel en sociaal-economisch
beleid dat de rendementen van het
bedrijfsleven op redelijk peil zou
kunnen brengen".
In menige jaarvergadering spreken
aandeelhouders en bestuurders eens
gezind hun grote ongerustheid uit
over het ondernemingsklimaat, ter
wijl voorzitter mr. C. van Veen van
het Verbond van Nederlandse
Ondernemingen (VNO) geen kans
voorbij laat gaan om te wijzen op
het slechte investeringsklimaat
in ons land en op die amti-bedrijfsle-
venmentaliteit.
daarmee afstand van het vestigings
rapport, waaruit zou bliiken dat
Nederland het slechtste vestigings
klimaat van heel Europa zou
hebben.
Geen cijfers
hij steeds meer in de kou komt te
kaan. Een klacht die hoe langer hce
jharder en dreigender klinkt.
Het ondernemersklimaat, wat is dat
trouwens? Is het soms de weersge
steldheid in de harten van de
jtnanagers? Vooral afhankelijk van
üe hoek, waaruit de wind waait in
Den Haag?
Een ding is duidelijk. Het bedrijfsle
ren klaagt steen en been dat het
Ondernemersklimaat in ons land
nergens naar lijkt. De grond wordt
hen hier te koud onder de voeten,
heet het. Dreigementen van vertrek
haar het buitenland zijn niet van de
lucht. Een lucht, die de manager
Steeds somberder toeschijnt. In
hoeverre is die klacht gerechtvaar
digd. Voorhands moeilijk te zeggen.
Temeer daar er een groot aantal
conjuncturele economische factoren
doorheen speelt, die niemand in ons
land in de hand schijnt te kunnen
houden. Geen overheid, geen vak
bond, geen manager.
Negativisme
Als we de balans opmaken van de
afgelopen weken, van wat er zoal
over het ondernemersklimaat is
gezegd, dan valt er inderdaad veel
negativisme te bespeuren. Toch zijn
er ook ondernemers die zich positief
opstellen.
Negatief waren onder meer de
volgende tijdingen. De Thyssen-Bor-
nemisza Groep, een succesvol
multinationaal conglomeraat van
Europese en Amerikaanse onderne
mingen, verplaatst zijn hoofdbe
stuurzetel van Amstelveen naar
Monaco. Men was daar zo verontrust
jover maatschappelijke ontwikkelin
gen in bepaalde landen, waaronder
•ook Nederland, dat men vanuit een
jZo neutraal mogelijk gebied wil
•opereren.
•.Het bestuur van Akzo verklaarde
'onlangs dait een eventuele personeels-
'uitbreiding in de toekomst vooral
(betrekking zal hebben op in het
^buitenland veroverde markten, orn
aat de enorme loonkosten in
«Nederland hen daartoe nopen. Ook
(president-commissaris ir. P. J.
.(Philips van Philips-Eindhoven liet
(Zich recentelijk op soortgelijke wijze
«uit. In een Amerikaans financieel-
«economisch weekblad verklaarde hij
,-dat Philips Lampen in Nederland
,niet langer uitbreidt.
Vluchtschip
Topbestuurder ing. J. Kraaijeveld
van Hemert van de Bos Kalis
Westminster Group - de grootste
baggermaatschappij ter wereld,
waarvan het hoofdkantoor in
Papendrecht staat - waarschuwde
pas nog dat "het vluchtschip klaar
ligt om te vertrekken". En: „Het is
voor een multinationale onderne
ming niet onmogelijk haar zetel te
verleggen naar het buitenland om
zo te ontkomen aan de stroom van
kritiek. Om sentimetele, commer
ciële en sociale redenen blijft Bos
Kalis in Nederland, aangezien de
onderneming vertrouwen heeft in
het Nederlandse economische kli
maat"'.
Zo, dat klinkt al heel wat
opgewekter.
Positiever is ook het bericht dat de
Nederlandse Shell-bedrijven de ko
mende drie jaar vele honderden
miljoenen guldens zullen investeren.
President Wagner van Shell ont
krachtte de geruchten dat Shell niet
meer in Nederland verder zou willen
investeren met een kernachtig
"Onzin".
Goed land
En K. Fibbe, topbestuurder van het
sterk expanderende Ogem-concern,
waarvan het hoofdkantoor in
Rotterdam staat zegt strijdlustig:
„De regering zal ons eruit moeten
jagen, willen we Nederland opgeven
als basis. Want Nederland blijft
ondanks alles een goed land als
uitvalbasis voor buitenlandse
activiteiten. De rechtszekerheid en
de financiële structuur van ons land
is nergens anders terug te vinden.
Fiscaal is Nederland voor het
internationaliseren van een onder
neming een van de beste landen ter
wereld".
Dat is ook al duidelijke taal.
Sommige buitenlandse ondernemin
gen vinden het klimaat in ons land
blijkbaar ook al niet zo verschrikke
lijk, dat ze hier niet willen zitten.
Zo kondigde Hoechst Holland,
dochter van het enorme Westduitse
chemieconcern, onlangs aan rustig
in Nederland door te gaan met
investeren. Het enorme Japanse
concern Mitsubishi zal dit jaar nog
zijn activiteiten in Nederland verder
uitbreiden. Het concern neemt
Concrete gegevens over het aantal
Nederlandse ondernemingen dat ons
landzou hebben verlaten, in
verband met het ondernemerskli
maat, zijn nergens te vinden. Ook
.het CBS biedt geen uitkomst. Wat
wel uit de statistieken is te halen, is
het "overige inkomen van het
bedrijfsleven, gevormd uit beleggin
gen en ondernemersactiviteiten, dat
is overgedragen aan het buitenland".
Van 1969 tot en met 1973 steeg dat
naar buitenlandse vestigingen over
gehevelde bedrag van 2,7 miljard
gulden tot 5,5 miljard. Dat is een
verdubbeling. Die tendens zou
kunnen wijzen op een mogelijke
verhuizing van hoofdkantoren naar
het buitenland. Maar het blijft een
gok. In hoeverre deze gevolgtrekking
juist is, is onmogelijk te beoordelen.
De grootste vereniging van werkge
vers in ons land, het VNO, geeft
voor wat betreft concrete gegevens
ten aanzien van de gevolgen van
het ondernemersklimaat geen uit
sluitsel.
VNO-directeur dr. G. F. A. de Jong,
gaat het antwoord op de desbetref
fende vraag uit de weg door te
stellen: „Niemand weet precies
hoeveel ondernemersinitiatieven er
niet door zijn gegaan door het
slechte ondernemersklimaat. Je kunt
dat niet in cijfers uitdrukken. Wat
je evenmin kunt kwantificeren is
hoeveel ondernemers er met hun
initiatieven weg zijn gegaan uit ons
land".
Mairges krapper
Er bestaat wezenlijk reden tot zorg
over het ondernemersklimaat, zo
verklaren VNO-directeur dr. De
Jong en VNO-secretaris drs. J.
Goedhart ons.
„De marges, waarbinnen het moge
lijk is het ondernemersschap
voldoende uit te oefenen worden
steeds krapper. De onzekerheden
vermenigvuldigen zich. De bakens,
waarlangs de ondernemer zijn weg
moet zoeken, worden steeds vaker
verzet, naast alle onzekerheden, die
de ondernemer toch al op z'n weg
vindt".
De Jong: „Wat wij vragen is, toon
wat meer begrip en tolerantie ten
aanzien van de problemen van het
bedrijfsleven.Stel je wat positiever
op, in plaats van alleen maar nega
tief". De VNO-directeur ontkent niet
dat een groot aantal maatschappe
lijke eisen, die aan het bedrijfsleven
worden gesteld, terecht zijn. Zoals
een schoner milieu, betere arbeids
voorwaarden, medezeggenschap,
energiebesparing, de opstelling ten
aanzien van de ontwikkelingslanden
enzovoort. Maar het is een te snelle
opeenstapeling van eisen. Bovendien
vaak nog vol tegenstrijdigheden. Dat
is het probleem, aldus de VNO-voor-
,»A1 die eisen, met hun randvoor
waarden, zijn zo scherp aangezet,
dat Je niet meer goed kunt
functioneren, zonder voortdurend Je
hoofd te stoten".
De Jong: „Je ziet vaak dat de
ondernemer niet meer weet aan
welke eisen hij zich moet houden.
De samenhang ontbreekt. De
eenduidigheid is zoek. Neem bijvoor
beeld het vergunningenbeleid. Zeg in
Godsnaam bij wie je, voor welke
vergunning moet zijn. Je wordt van
het kastje naar de muur gestuurd.
We zouden al een heel eind zijn, als
we weten, wat er nu gevraagd wordt
en wie nu precies wat vraagt. Nu
gaat iedereen vanuit zijn eigen
actieradius het bedrijfsleven te lijf.
En die veranderingen worden zo
snel opgedrongen, dat we geen tijd
hebben er voldoende op te reageren".
Winst maken
De Jong en Goedhart wijzen erop
dat de rendementen van het
bedrijfsleven de afgelopen vijf jaar
zijn gehalveérd.
„Twintig jaar terug was winstmaken
een compliment. Dat werd gewaar
deerd. Maar we constateren nu dat
winstmaken met een zekere achter
dacht, met iets van tenuglhouidend
heid wordt beschouwd. Toch is het
maken van winst nodig om het
voortbestaan van de onderneming te
garanderen".
„Het lijkt wel of er bezwaar bestaat
tegen gezonde ondernemingen. Die
zorg om gezonde ondernemingen te
hebben, die zien wij niet in dit
kabinet".
De werkgevers zien zich gesteld
tegenover een regering, die zich
vrijwel volledig identificeert met het
bedrijfsleven.
Toch ontkennen beide VNO-be-
stuurders dat met de klachten over
het slechte ondernemersklimaat een
politieke strijd wordt gevoerd.
De Jong: „Die gevoelens van
onbehagen bestonden al voor het
huidige kabinet. Misschien zijn die
onbehagelijke gevoelens door som
mige daden van deze regering wak
versterkt. Bepaalde uitspraken van
Den Uyl vormen beslist een
bedreiging voor het ondernemerskli
maat".
Vakbonden
De vakbonden staan over het
algemeen nogal relatief ten opzichte
van de in omvang toenemende
kritiek op het ondernemersklimaat.
Van de radicale Industriebond NW
tot het meer gematigde CNV, die er
vast van overtuigd is dat de meest
verantwoorde weg om uit de
moeilijkheden te komen, de weg van
overleg en samenwerking is.
Vakbondsbestuurder W. Wamsteker
van de Industriebond NVV ontkent
tnieft diait he+ de bedoeling is om de
gevestigde structuur van de onder
nemingsgewijze produktie aan te
tasten. „Dat is overigens geen
Nederlandse zaak, maar van de
vakbeweging over de hele wereld.
Neem bijvoorbeeld Zweden. Een
aantal ontwikkelingen daar ten
aanzien van de invloed van
werknemers, ook op de overheid,
heeft onze sterke belangstelling.
Maar loopt daarom de ondernemer
weg uit Zweden. Nee, natuurlijk
niet". „Ook in ondernemerskringen".
aldus Wamsteker, „maar dan v^i
mensen die doorgaans het minst
aan het woord komen, horen we
geluiden dat je met een andere
wijze dan het huidige beheerssys
teem van de ondernemingswij ze
produktie echt wel gelukkig kan
worden, ook als ondernemer".
VNO-voorzitter Van Veen heeft eens
gezegd dat de onderneming geen
proeftuin is voor sociale experimen
ten.
NW'er Wamsteker lakoniek: „Ik
denk toch dat het via de
onderneming zal moeten. Als je
kunt bereiken dat de mensen niet
meer met de pest in hun lijf naar
hun werk gaan, is dat voor iedereen
het beste. Ook economisch".
Geen blauwcHruk
„Het zou wat anders zijn", aldus
Wamsteker, „als iemand precies zou
weten hoe het zou moeten. Maar
dat is niet zo. Ook in "Fijn is anders"
wiandt geen blaiuwdinuk gegeven van
een nieuwe ideale maatschappij. Het
geeft alleen hoofdlijnen, wat er niet
goed is en wat naar ons gevoel moet
veranderen. Dat zal via discussies en
experimenten moeten blijken. De
vakbeweging is daarom eerder
bezorgd over het ondernemingskli
maat, het klimaat in de bedrijven
dus, dan over het ondernemerskli
maat".
Wamsteker: „Die hele discussie over
het ondernemersklimaat is een
machtsstrijd en een politieke strijd.
Veel werkgevers-argumenten zijn
echter schijnargumenten. Het is
toch eigenlijk waanzinnig, dat het
ondernemersbestel aan geen enkele
verantwoordingsplicht is onderwor
pen".
De meeste mensen interesseert al
dat gepraat over medezeggenschap
in de bedrijven toch eigenlijk maar
bar weinig. De meesten willen
gewoon meer verdienen, een kleu
rentelevisie en een vliegreis naar
Mallorca?
Wamsteker berustend: „Ja dat is de
huidige consumptiemaatschappij. En
de gedachte, wat kan mij het
eigenlijk verdommen, want ik heb
toch geen invloed. Dat is allemaal
wei bevorderlijk voor dde giedachte.
Er zal natuurlijk een men tali teits-
omibuigomg moeten komen. Er is
de laatste jaren wat dat betreft wel
iets veranderd, maar niet veel. Dat
moet ik toegeven. Mijn buurman
een tv? ik ook een, zo is de sfeer
nog".
Troost
Een enkele ondernemer ziet gelukkig
nog een lichtpuntje in het zijns
inziens sombere ondernemingskli
maat in ons land. Deze man vindt:
„Misschien is er een troost voor ons
ondernemers. Wat nu over ons
heenkomt moet in het buitenland
nog komen. En op de lange termijn
is dat gunstig voor het bedrijfsleven
hier. Op die manier bouwen we een
voorsprong op. Maar het is wel een
schrale troost".
Weersverwachting voor morgen en
overmorgen: „Onbestendig. Hier en
daar nog kans op een bui. Later
opklaringen".
In Leiden hebben een aantal
organisaties (PPR, PvdA, PSP,
Werkgroep Milieudefensie kern
groep Leiden en omgeving) zich
aaneengesloten om een koopsta
king bij de Leidse bevolking te be
vorderen. Afgezien van het ver
spreiden van affiches en het voe
ren van een handtekeningenactie
zal erop zaterdag 7 juni een markt
actie plaatsvinden. Ook zijn een
aantal Leidse vrouwenorganisa
ties aangeschreven met het ver
zoek om deze actie bij hun leden
onder de aandacht te brengen. Op
deze wijze wordt geprobeerd een
zo groot mogelijk deel van het
Leidse publiek te informeren over
de risico's, verbonden aan het ge
bruik van spuitbussen.
Voor het verkrijgen van nadere
informatie en affiches kan men
terecht bij Hein Raaij makers,
Vliet n, tel. 44116, Dick van Delft,
Kalvermarkt 5,. tel. 42333, Paul
Bijvoet, Vreewijkstr. 5, tel. 30946.
Bijgaand artikel is van hen af
komstig.
LEIDEN Eén van de dingen
die leven op aarde mogelijk ma
ken, is de ozonlaag, die zich op
een hoogte van 15 45 km. in de
atmosfeer bevindt. Deze ozon
laag houdt verreweg het grootste
gedeelte van de ultraviolette stra
ling tegen, die afkomstig is van
de zon. Zou deze ultraviolette stra
ling niet worden tegengehouden,
dan zou dit o.a. een toename van
het aantal huidkankergevallen,
klimaatsveranderingen en scha
de aan landbouwgewassen tot ge
volg kunnen hebben.
Bedreiging van de ozonlaag
door menselijke aktiviteiten staat
reeds enige tijd ln de belangstel
ling. Het is al enige tijd bekend
dat uitlaatgassen van hoogvliegen
(zoals de Concorde) in staat zijn
om op aanzienlijke schaal het
ozonscherm aan te tasten doordat
stikstofoxydes het ozon kunnen
omzetten in zuurstof.
Onlangs hebben Amerikaanse
onderzoekers ontdekt dat ook
chlooratomen en oxydes tot een
afbraak van de ozonlaag in staat
zijn. Aanvankelijk was men hier
over niet verontrust omdat men
dacht dat, afgezien van kleine
vulkanische bijdragen er nauwe
lijks chloorverbindingen in de
ozonlaag konden doordringen. Op
het ogenblik blijken de gedach
ten hierover grondig gewijzigd.
Bepaalde verbindingen van
chloor, fluor en koolstof worden
in toenemende mate geprodu
ceerd en toegepast als drijfgassen
in spuitbussen, als blaasmidde-
len bij de vervaardiging van
Kunststofschuimen en, reeds lan
ger, als koelvloeistof in ijskasten.
De twee eerstegenoemde toepas
singen, die leiden tot een snel
vrijkomen van deze verbindingen
in de atmosfeer, overheersen. Om
dat deze verbindingen onbrand
baar en niet giftig zijn, omdat ze
niet reageren met andere stoffen
en omdat ze snel verdampen,
worden ze als drijfgas gebruikt:
als middel om de vloeistof in
spuitbussen komen deze drijfgas
sen in de atmosfeer terecht en
bleven daar, omdat ze niet re
ageren met andere stoffen, noch
in water oplossen en ook niet door
planten worden opgenomen. Door
diffusie kunnen deze drijfgassen
de ozonlaag bereiken, waar via
een aantal reakties het ozon dan
kan worden afgebroken.
Onderzoek
Na publicaties over bovenbe
schreven verschijnselen is in de
cember '74 in de Verenigde Sta
ten een uitgebreid onderzoek ge
start naar de juistheid van de ge
maakte veronderstellingen, waar
aan ook fabrikanten van drijf
gassen en spuitbussen meebeta
len. Dit wordt uitgevoerd door
onafhankelijke instituten.
Het researchwerk zal nog onge
veer 2% jaar vergen. In afwach
ting van de uitkomsten van de
ze onderzoekingen heeft het
Amerikaanse Congres de produk
tie of import van fluorchloorkool-
waterstoffen (de componenten dus
van de drijfgassen) na 1 juli
verboden, tenzij vóór die datum
door de president van de Natio
nal Academie of Science wordt
bepaald dat het gebruik van de
ze stoffen geen wezenlijk gevaar
oplevert voor menselijk leven, de
landbouw, of het natuurlijk mi
lieu.
Ondanks en Juist vanwege de
vele onzekerheden heeft men dus
in de V.S., gezien de ernst van
de mogelijke gevolgen, het alles
zins verantwoord geacht, de fluor-
chloorkoolwaterstoffen uit-de han
del te nemen. In december reeds
zijn door de PPR-kamerleden
Jansen en Jurgens vragen ge
steld, waarin zij de minister van
Volksgezondheid en Milieuhygië
ne verzoeken, de nodige maatre
gelen te treffen. Deze werden
twee maanden later negatief be
antwoord. Aansluitend op de be
sluiten van het Amerikaans Con
gres hebben Jansen en Jur
gens 17 maart jl. nieuwe concre
tere vragen gesteld, waarin zij er
op aandringen op korte termijn
soortgelijke voorstellen te doen
of maatregelen te nemen als in
de V.S., aangepast aan de Neder
landse situatie. Hierop hebben zij
nog geen antwoord ontvangen. De
Nederlandse Aerosol-Vereniging
(waarin de fabrikanten van
spuitbussen in ons land verenigd
zijn) deelde echter op een pers
conferentie van 15 mei mee, dat
het Ministerie van Volksgezond
heid en Milieuhygiëne de resul
taten van het Amerikaanse on
derzoek zal afwachten.
Aangezien het uitoefenen van
druk via het parlement weinig suc
ces bleek te hebben, bleef er geen
ander pressiemiddel meer over
dan een koopstakingsaktie. De
ze landelijk opgezette aktie loopt
bijzonder goed. Verschillende or
ganisaties hebben zich bij de
PPR aangesloten, w.o.: PvdA.
PSP, Vereniging Milieudefensie,
Aktie Strohalm, Dolle Mina, Alle
Hens, Via straatakties, publi-
katies, e.d. probeert men het pu
bliek te informeren over de risi
co's van het gebruik van spuit
bussen meer te kopen. Er worden
op grote schaal affiches verspreid
en er is een handtekeningsnaktie
gaande.
De reakties van de fabrikan
ten zijn overigens zorgwekkend.
De multinational Dupont wond
zich aanvankelijk uitsluitend op
over het feit dat de naam Freon,
de belangrijkste van de acht
soorten drijfgassen die in de han
del zijn, wel eens in de aktie ge
bruikt was (een merknaam ,dus),
zonder zich er kennelijk reken
schap van te geven dat zij de
verantwoordelijkheid zou dragen
voor de eventuele gevolgen van
haar produkt. De Nederlandse
Aerosol Vereniging: heeft onlangs
verklaard de produktie van spuit
bussen pas te zullen stoppen, als
bewezen is dat de erin gebruikte
drijfgasten schadelijk zijn voor de
ozonlaag in de stratosfeer.
Volgens de vereniging voorziet
de spuitbus in een behoefte en is
er voorlopig geen alternatief voor
de drijfgassen hierin. Hiermee
gaat zij voorbij aan het feit dat
tot circa 5 jaar geleden de consu
ment het toch ook maar zonder
spuitbussen heeft kunnen stellen.
Alternatieven
Dat er wel degelijk alternatie
ven te ontwikkelen zijn, door ge
woon terug te grijpen op de mid
delen die voor 1970 begonnen
spuitbushausse gebruikt werden,
heeft één van de fabrikanten zelf,
t.w. Revlon, aangetoond. Deze
heeft nl. zijn haarlakspuitbussen
uit de handel genomen en is.over
gegaan op flakons met bal, waarin
je knijpt om te spuiten. Zo bestaan
er voor vele artikelen die in de
vorm van spuitbussen op de markt
verschijnen, alternatieve produk-
ten, die bovendien alle veel goed
koper zijn: voor deodorant kan
men rollers of sticks gebruiken,
voor scheerzeep gewoon het stuk
zeep en de kwast, voor het doden
van vliegen en muggen de oude
strip, voor het afstoffen binnens
huis is geen stofspray nodig, om
hinderlijke geurtjes op toiletten
tegen te gaan, kunnen toiletblok
jes gebruikt worden, bij het ont
dooien van een bevroren autoruit
is een krabbertje afdoende, i.p.v.
spuitbussen tegen zonnebrand
zijn er ook flesjes met zonne
brandolie. Kortom, het gebruik
van spuitbussen is niet veel an
ders dan een luxe, die in geen
enkel opzicht weegt tegen de ge
varen die eraan verbonden zijn.
In verreweg de meeste gevallen
ls een spuitbus overbodig. Spuit
bussen worden dan ook voor
namelijk geproduceerd om meer
te kunnen produceren.
Een koopstaking is op het ogen
blik het enige middel waarmee
druk uitgeoefend kan worden op
overheid, parlement, en fabrikan
ten om de produktie van spuit
bussen te verbieden c.q. te staken.
Een verbod alleen in Nederland
heeft waarschijnlijk niet veel zin
wanneer het daarbij blijft, maar
een verbod in ons land kan aan
leiding zijn om elders in Europa
te gaan nadenken over de gevol
gen van het gebruik van spuit
bussen en eveneens een verbod
door te voeren.
Opnemen van brieven ln De tedactie behoudt zich
deze rubriek behoeft niet te daarenboven het recht voor
betekenen dat de redactie om bijdragen te weigeren dan
het met de inhoud eens Is. wel in te korten.
De kantonrechter in Den Bosch
jheeft een ongehelmde bromfietsbs-
'Btuurder vrijgesproken op grond van
'art 2 van de Wegenverkeerswet, ver
keersregels en tekens, enz.
iDeze regels strekken zich uit over
'de veiligheid op de openbare weg (en)
«van derden c.q. tweeden. Ik ben
'geen jurist maar ik kan de motive-
vering van bovenvermeld vonnis op
Juridische gronden aanvaarden.
Inderdaad levert het niet dra
gen van een helm door een bromfiets
bestuurder geen direct gevaar op
voor derden, tweeden. Aangenomen
dus bij een ongeval. Maar de wet op
het verplicht dragen van een val
helm voor bestuurders van bromfiet
sers (sters) is bekrachtigd.
Ergo: Wet is Wet.
Nu doet zich het merkwaardige ge
val voor dat de kantonrechter in
Gouda een gehelmde bromfietsbe
stuurder veroordeeld tot een boete
van fl. 40 omdat hij een ongehelm
de duopassagier vervoerde. Dus in
dit geval juridisch wel Juist omdat
dan een derde/tweede in gevaar
komt.
Ook opvallend is dat men nu pas
tot deze interpretatie komt omdat
reeds jarenlang de verplichting tot
het dragen van een valhelm bestaat
voor bestuurders van motoren-scoo
ters. Hierover is. zover mij bekend
geen enkel juridisch steekspel gaan
de geweest. Hierop aansluitend zal
dus per 1 juni het verplicht ..aanheb
ben" van autogordels alleen gelden
voor de passagier(e) aan de rechter-
voorzijde. Er zijn trouwens verschil
lende bepalingen die m.i. niet (d.w.
z. strikt) worden nagekomen.
Mijn vraag is. Is een motorcarrier-
bestuurder en een bestuurder van
een bakfiets met hulpmotor ook ver
plicht een helm te dragen?
Moeten bestuurders van een driewie-
lig motorvoertuig (bijnaam „sardine
blikjes") een helm of een autogordel
dragen, cq ophebben.
Een helm omdat men bij bovenver
melde voertuigen alleen een rijbe
wijs moet hebben dus voor voertui
gen welke een ledig gewicht van
niet hoger dan 400 kg. mag hebben.
„Valhelm Hoofdzaak." Alleen
„Hoofdzaak" is m.i. het Juridisch
steekspel wat nu in aantocht is.
Met belangstelling zie ik de uitein
delijke uitspraak tegemoet van de
Hoge Raad als er tussentijds geen
ophelderende wijzigingen van de
Verkeerswetgeving zijn aangebracht.
J. v.d. Meer
Dijkstraat 5
Leiden
land? Bijvoorbeeld met de brom-
fietehelm? Als je geen helm meer
hoeft te dragen op een brommer,
dan zijn de autogordels ook niet meer
nodig. Kent die kantonrechter in
Den Bosch de wettelijke regels wel?
Hij maakt er volgens mij op zo'n
manier een chaos van. Hij heeft er
zeker geen idee van wat de gevolgen
kunnen zijn, zoals een hersenschud
ding, een schedeïbasis en later op
kosten van de staat verder leven
als invalide.
GROENENDIJK
MARISLAAN 33
LEIDEN
ADVERTENTIE
lekkere drop van Langenberg