"Als die politie-jongens
getergd zijn, dan mag
het toch hard gaan?"
NEDERLAND EEN VERGIET, WAPENS STROMEN RINNEN
Püfjfj! Geert Duisterwinkelhoogleraar
strafrecht Leidse universiteit
Xythos Automatic
I AN-
Ier verks
|Replika
>der in L
in: Rain
:ürther
felefon
ZATERDAG 15 APRIL 1975.
Prof. Duisterwinkel: „Ik ben wel een fel mannetje, ja".
Door
Alexander
Mür
nghof
DEN HAAG <SP>
„Dit is voor het eerst sinds jaren
I dat ik weer eens met een journalist
I over de politie praat. In de tijd van
provo, 1965 en later dus, heb ik me
echt verdiept in deze materie. Daar
heb ik nog stapels documentatie
over. die ik niet meer inkijk.
Waarom ik er nu weer over begin?
Kijk eens, per slot van rekening heb
ik zelf bij de politie gewerkt. Ik wil
die jongens, die het na"» de
Nieuwmarkt natuurlijk weer moei
lijk krijgen, niet in de steek laten."
Aan het woord professor Geert
Duisterwinkel (62). Hij doceert sinds
1965 strafrecht aan de Rijksuniver
siteit in Leiden. Belandde na zijn
afstuderen in 1938 bij het Amster
damse politiekorps.v waarin hij als
Inspecteur op het bureau Warmoes
straat dienst deed.
Ons gesprek vindt plaats in zijn pas
betrokken huurwoning in het
Drentse Hooghalen. Door de ver-
huisdrukte is Duisterwinkel er in
februari een week lang niet toe
gekomen de krant te lezen of naar
de tv te kijken. „Toen realiseerde ik
me opeens hoe heerlijk rustig dat
eigenlijk was. Nu lees ik de krant
helemaal niet meer, behalve soms in
de trein als ik naar Leidep ga. Ook^
de tv blijft uit. Nee, wat er allemaal
op de Nieuwmarkt gebeurd is, daar
weet ik echt niks van. Dat moet U
me allemaal vertellen".
Als ik verslag heb uitgebracht van
de twee sloopacties die Amsterdam
op z'n kop hebben gezet, kijkt
Duisterwinkel een ogenblik peinzend
voor zich uit en begint dan een
geïnspireerd betoog dat ruim drie
uur zonder ophouden zal duren.
Averechts
,.U zegt dat U de eerste keer het
politie-optreden kon billijken, maar
de tweede keer niet.
Ik heb daar toch andere
gedachten over. Denkt U zich de
positie van die agenten die op de
Nieuwmarkt werden .afgestuurd nou
eens in. Die jongens werden
uitgerust met helmen en schilden en
wapenstokken. Vaak ook met van
die plastic mombakkesen voor tegen
de stenen, geloof ik. Nou, daar wil
je als Amsterdamse herrieschopper
graag een kei naar gooien, dat kan
ik nog wel begrijpen. Dat machts
vertoon dat tegenwoordig zo in
zwang is, heeft een averechts effect.
Dat werkt provocerend, en als het
dan tot geweld komt, dan durft de
overheid. en daar bedoel ik
burgemeester Samkalden en zijn
wethouders mee, want die bepalen
het politie-optreden niet rigoureus
in te grijpen".
„Als ik nou even uit mijn eigen
ervaringen als politie-inspecteur
mag putten: wij van de Warmoes
straat haddén de surveillance van
het Damrak en omgeving als taak.
Reken maar dat dat een brandpunt
was, zeker in 1938 toen je daar
geregeld toestanden had van com
munisten en nationaal-socialisten
die bonje veroorzaakten.
Wij liepen daar als agenten gewoon
rond, maar wel met de sabel en het
pistool duidelijk zichtbaar op zak.
Dat vind ik essentieel: dat je als
overheid duidelijk laat uitkomen,
dat je zonodig niet zult aarzelen om
geweld te gebruiken. En reken maar
dat er flink getikt werd met de
gummiknuppel in die dagen. Daar
deinsden wij niet voor terug, maar
wij hadden dan ook niet van die
misselijke rotsituaties achteraf, dat
je superdeuren je lieten vallen uit
angst voor de publieke opinie, wat
in de provotijd gebeurd is".
„Het gevaar van de dingen die ik
nu zeg is natuurlijk, dat de mensen
gaan denken dat ik het liefst zou
zien dat de politie er op los beukt.
Dat is bepaald niet zo: ik ben wel
een fel mannetje, dat geef ik toe,
maar niet zo'n Draufganger die zo
nodig meteen de lange lat moet
hanteren. Daar moet je tot het
laatst mee wachten. Maar, en op dit
punt heb ik de meeste kritiek op de
aanpak die tegenwoordig door de
overheid wordt gepropageerd, als het
gesar en getreiter niet ophoudt, as
de sommaties van de politie
gewoonweg niet worden opgevolgd -
en eerlijk, het lijkt wel alsof het de
gewoonste zaak van de wereld is
geworden dat je een bevel van de
politie negeert - dan moet de
overheid ondubbelzinnig en hard
handig reageren. Waarom? Omdat
het het laatste middel is. Begrijpt U
wel: als een charge met de
wapenstok niet meer helpt zijn er
alleen nog maar de mitrailleurs over
om de orde te herstellen. En dat
moeten we nooit hebben; daar heb
ik best een paar flinke tikken voor
Schipperen
„Maar de laatste jaren is het
politiebeleid volstrekt in politieke
handen gekomen. In mijn tijd was
de procureur-generaal de uiteinde-
lijke verantwoordelijke, nu is dat de
burgemeester. Die man moet politiek
schipperen, hij durft gewoon geen
tik meer uit te delen. Tja, en dan
zeg ik: dat kun je niet maken. Om
met groot machtsvertoon, maar
zonder werkelijke doortastendheid,
de relsituaties te lijf te gaan, dat is
een volstrekt ontoereikende metho
de. Kijk maar om je heen: als er
rotzooi is in een kroeg of zoiets, dan
moet de patrouillerende agent eerst
versterking afwachten voordat hij er
iets aan gaat doen. Nou, dat kwam
in mijn tijd niet voor, wij gingen
desnoods alleen er op af. Niet omdat
wij nou van die flinke jongens
waren, begrijp me goed, maar
gewoon omdat we wisten dat we
konden aanpakken, met de zeker
heid dat wij door onze chefs
gesteund werden".
„Dat was duidelijk, niet zo
halfslachtig als nu. Zo'n commissie,
die tijdenlang erover leutert dat het
pistool van de agent zo onopvallend
mogelijk gedragen moet worden:
foutDaar maak je de man
ongeloofwaardig mee, wat hem
indirect in gevaar brengt".
„Nog zoiets: het feit dat de
burgemeester moet beslissen of een
of andere onbenullige sit-downde-
monstratie in de Leidsestraat
opgelost moet worden ja of nee. Ik
vind dat de dienstdoende inspecteur
dat zelf moet kunnen beslissen. Dat
is toch zo: hij ziet een overtreding
gebeuren, waarom zou hij er dan
niet tegen mogen optreden? Maar
nee, dan komen er weer commissies
en vragen aan B en W. Nou,
Tik
„Ik ga er van uit: wie geweld wil,
die kan het krijgen. Zelf heb ik
vroeger als jongen ook wel eens
een tik van de wapenstok gehad,
maar dan wist ik dat ik dat had
kunnen verwachten. Geen haar op
mijn hoofd dat eraan dacht me te
gaan beklagen, nooit! En zo zie ik
ook het politieoptreden op de
Nieuwmarkt: als Je, zoals die
politiejongens, tijdenlang tot het
uiterste getergd bent en je mag dan
eindelijk iets terug doen, dan heb ik
er beslist geen moeite mee dat het
dan hard gaat.
Dat is menselijk, vind ik. Je zou als
politieman wel een heel raar baasje
zijn als je dan nog als een ijskouwe
te werk ging. En denkt nog even
aan wat ik zei over die mitrailleurs:
een knokpartij van man tegen man
is echt het beste middel onder
relomstandigheden. Maar dan moet
het wel overtuigd en zo beslist
mogelijk gebeuren".
Door
Jan Kees Kokke
De Nederlandse politie heeft vorig
jaar de hand weten te leggen op
een ongekend grote buit aan illegale
wapens en munitie. Er werden bijna
vijf-en-een-half duizend vuurwapens
en bijna een kwart miljoen patronen
in beslag genomen.
Over de aantallen illegale wapens,
die in een wassende stroom onze
grenzen overkomen, zijn echter
minder concrete gegevens bekend.
Duidelijk is wel dat het wapen
illegaal wel te verstaan zich in
een fikse populariteit mag verheu
gen. Intussen zijn de justitiële
autoriteiten niet ontevreden over de
wapenvangsten van het afgelopen
jaar.
„Zakelijk gesproken was het inder
daad een heel leuk jaartje," geeft
majoor C. P. A. Kanters (59) van de
rijkspolitie opgewekt te kennen
Majoor Kanters is hoofd van de
onderafdeling identificaties van de
Centrale Recherche Informatie
dienst, tevens bureau Interpol.
Onder zijn afdeling ressorteert
onder meer de Landelijke Vuurwa
pencentrale, waarmee in 1970 de
Jacht op het illegale vuurwapenbezit
in ons land werd geopend.
Geen centrum
Hoewel het illegale wapenbezit ih
ons land dus zienderogen toeneemt,
is het nog geen zaak van de
georganiseerde misdaad. Nederland
kan je dan ook moeilijk een
centrum van de internationale
wapenhandel noemen, zo bleek uit
het gesprek met majoor Kanters op
zijn werkkamer aan de Raamweg in
Den Haag. „Vergeet dat maar
rustig", stelt majoor Kanters. „Er
zitten onder de mensen die zich
met de illegale wapenhandel be
moeien, veel kleine jongens. Klein
spul dus. Je zou haast zeggen, het
zijn doorgaans schnabbelaars. Die
het als een bijverdienste doen. Toch
zjjn er ook wel zeelui, die hele
scheepsladingen illegale wapens uit
bijvoorbeeld Zuid-Afrika meebren
gen".
In de regio Rotterdam en Amster
dam heeft de politie de meeste
wapens in beslag genomèii, z<
uit het voorlopige verslag -\
Landelijke Vuurwapencentrale.
„Vindt U dot gek?" merkt majoor
Kanters op, „Met de havens, met al
die vreemdelingen, met de vreemde
figuren die er doorgaans in die
steden rondspartelen".
Over de geruchten dat de IRA
wapens via Rotterdam naar Noord-
Ierland zou transporteren, kan
majoor Kanters ook al niet koud of
warm worden. „Geruchten zijn er
plenty", zegt hij. „Maar het gaat om
de harde gegevens. Met de IRA
hebben we weinig van doen gehad.
Maar ja, met al die containers
tegenwoordig. Weet ik wat daar
douane-voorschriften veel soepeler
allemaal inzit. Bovendien zijn de
geworden".
Vergiet
Dat er zoveel illegale wapens zo
makkelijk ons land binnenkomen, is
wel plausibel. Majoor Kanters: „We
zitten eigenlijk in een soort vergiet,
hier in Nederland. Je wil dat vergiet
wel droog houden. Maar door
allerlei gaatjes stromen de wapens
naar binnen. De zuidgrens van ons
land is bijvoorbeeld helemaal
onoeschenmd. Daarbij komt dat ae
vuurwapenwetten in onze buurlan
den Belgie en Duitsland heel wat
minder scherp zijn dan in
Nederland".
In Belgie bijvoorbeeld zijn sport- en
jachtgeweren vrij verkrijgbaar, mits
men 18 jaar is. Oofc alarmpistolen
zijn volgens de wet toegestaan. In
Duitsland heeft men weliswaar
leergeld betaald en kwam er in 1968
een nieuwe vuurwapenwet tot stand.
Maar ook deze wet vertoont nog te
veel leemtes.
In de Duitse geïllustreerde bladen
wordt dan ook druk geadverteerd
door postorderbedrijven, die met
name alarmpistolen aanbieden. Voor
een Nederlander is het dan een
kleine moeite deze in ons land
verboden wapens via dé post thuis
te laten bezorgen.
In Italië is het nog veel makkelijker
om een echt vuurwapen te kopen.
Het enige wat gebeurt is dat je
geregistreerd wordt. Hetzelfde geldt
voor Spanje en zelfs in Tsjechoslo-
wakije kun je je zonder veel
problemen een wapen aanschaffen.
bleek Fabeltje
En hier in Nederland zelf? Majoor
Kanters: „Je hoort wel eens van die
kreten. Je gaat gewoon naar een
kroeg en daar zou je ze dan wel
krijgen. Nou vergeet dat maar. Dat
is een beetje een fabeltje. Dat kon
vroeger misschien. Maar ze zijn nu
heel wat voorzichtiger geworden.
Hoe het ook zij, er zijn in
Nederland natuurlijk illegale wapens
te krijgen. Want zodra er vraag is,
ontstaat er aanbod".
En de vraag naar wapens, naar
illegale wapens, neemt onmiskenbaar
toe. Kanters: „Het een lokt het
ander uit. Want iemand die
bedreigd wordt of die zich bedreigd
voelt, die zegt, ik ook zo'n ding. Zelfs
mensen, die te goeder trouw zijn,
die zeggen, uit zelfbescherming,
schaf ik mij een wapen aan."
„Tien jaar geleden las je nauwelijks
over schietpartijen in de krant. Nu
vrijwel dagelijks. In 1965 vond in
ons land de eerste grote gewapende
overval plaats. Dat was op een bank
in Tilburg, waarbij 900.000 gulden
werd buitgemaakt. Sindsdien is er
sprake van een escalatie van
overvallen", zegt majoor Kanters.
Verontrust
Die toename van gewapende over
vallen en tevens de omvang van het
wapenbezit onder de burgerij,
verontrustte politie en justitie
dusdanig, dat in 1969 door de
Recherche Adviescommissie een
werkgroep werd ingesteld om de
bestrijding van de handel in zwarte
wapens te verbeteren. De overval
van een groep zwaar bewapende
Ambonnezen op de Indonesische
ambassade in Den Haag in 1970 was
voor de overheid reden om tot
versnelde actie over te gaan. In
datzelfde jaar werden in ons land
veertien regionale vuurwapenteams
opgeicht overkoepeld door de Lande
lijke Vuurwapencentrale.
„In de gegeven omstandigheden is
het een zeer bruikbare organisatie
gebleken", zegt majoor Kanters over
de werkwijze van de Landelijke
Vuurwapencentrale. „We werken
nauw samen met de douane en met
Interpol".
Sjacheraars
Niet alle vuurwapens, die op de
he: Werd<
ahr, Perkt
K. Vereii
Steinschl<
I Chiffre 4(
Die Kleinstfeuerwaffe in Uhrmacherprazi-
sion (Made in Austria), Kipplauf, 6 shot,
Kal. 2 mm Stiftfeuer, Lange insgesamt
4 cm, vernickelt, zuzüglich Schlüsselkett-
chen absolut keine Anmeldepflicht, da
Laufquerschnitt unter 3 mm2!
Nachnahme DM 22.—, 36 Patronen DM 3.20
plus Versandspesen
lora
In de Duitse geïllustreerde bladen wordt druk geadverteerd met alarmpistolen.
jvon Unil
Gewehren
|m. 2 Abz.
Dr. Pi
Müncf
im T
r, Modei
Nederlandse zwarte markt verschij
nen komen overigens uit het.
buitenland. Er zijn nogal wat
leveranciers in ons land, die zelf
alarmpistolen ombouwen tot vuur
wapens. Vaak gebeurt dat door het
schotje tussen de loop en de kamer
te doorboren. Of ze zetten er een
nieuwe loop op. Het aldus gebouwde
schiettuig kan soms echter voor de
gebruiker zelf groter gevaar opleve
ren, dan voor de bedreigde. Het wil
namelijk nog wel eens voorkomen,
dat de patroon er niet aan de
voorkant, maar aan de achterkant
uitkomt.
„Sjacheraars", noemt majoor Kanters
deze „pistolenbouwers", die overigens
wel aardige winsten maken. Want
zo'n alarmpistool staat in de Duitse
catalogi gemeld voor prijzen varië
rend van 35 tot 100 gulden. Na
ombouw tot „echt" vuurwapen
worden ze gesleten voor het
tienvoudige van die prijs. En die
loopjes, die ze er op zetten, die koop
je in Duitsland per meter.
Er worden de laatste tijd overigens
veel van die zogenaamde wapenfa
briekjes in ons land door de politie
opgerold. Een echte wapenindustrie
heeft ons land niet, in tegenstelling
tot Belgie en Italië bijvoorbeeld, die
economische belangen wel eens laten
wat wettelijk
prevaleren voor
wenselijk zou zijn.
Is majoor Kanters verontrust over
die toename van het wapenbezit?
Escalatie
„Ach, verontrust, dat is ook weer
zo'n kreet. Als die dingen gewoon in
de kast bleven liggen, dan was er
niets aan dte hand. Maar ik ben
toch wel verontrust over het gemak,
waarmee men tegenwoordig naar de
wapens grijpt. Want daar draait het
om en om de escalatie van
overvallen, van gijzelingen. Het
gebruik ervan, het effect van
wapens en de gevolgen".
Majoor Kanters merkt bovendien op
dat de handel en de fabrieken er
wel een klein beetje aan mee doen.
„Als je nou een luchtdrupkistool
neemt, dat is herkenbaar hè, door
die knobbel erop. Maar wat gaan de
heren van de fabrieken doen. Die
bouwen het om tot het uiterlijk van
een echt pistool. Waarom moet dat
nu. Voor kinderspeelgoed geldt dat
ook. Waarom moet dat zo perfect.
Maar als ze bij de gijzeling in
Scheveningen gebruik hadden ge
maakt van die imitatie-dingen, dan
was er echt geen verschil geweest in
het verloop van die zaak".