De macht van de sjah Iraakse Koerden het 'betaalmiddel' ZATERDAG 5 APRIL 1975 PAGINA 13 TEHERAN „De positieve buitenlandse politiek van Zijne Keizerlijke Majesteit heeft vorige maand in Algiers één van zijn meeste verbluffende resultaat voortgebracht. Het akkoord van Algiers mag ervaren politici verrast hebben, voor Per zen die een onschokbaar vertrouwen hebben in het staatsman schap van de Sahanshah (de koning der koningen)betekende het akkoord een nieuwe constructieve mijlpaal bij het consoli deren van 's lands positieve betrekkingen met het buitenland". Zo begon een paar dagen geleden een hoofdartikel van het Perzische blad Kaehan. De sjah van Perzië foto links), de Koning der Koningen'. Op de foto rechts een Koerdistaanse herder, het automatische geweer in de aanslag Door Michael Steiin De kranten zijn hier unaniem vol lof over het akkoord van Algiers dat op 6 maart werd gesloten. En van uit Perzisch zicht zeker niet ten on rechte. Want de Sjah kreeg in ruil voor de Koerden, die hij jarenlang gesteund had nu enorme conces sies los, niet alleen van Irak, maar ook van Saoedie-Arabië. Het meest in het oog viel kelijk de afspraak over de grensri vier met Irak, de Sjatt-el-Arab, dié volgens het vernederende verdrag, van 1937 (toen Irak onder de be schermheerschappij van het toen nog zo machtige Engeland stond) geheel in Iraakse handen was overgegaan. Die rivier wordt nu weer tussen bei de landen verdeeld. Het is geen gro te strategische winst, aangezien de rivier in geval van oorlog met behulp van één simpele raketstelling onbe vaarbaar gemaakt kan worden voor de olietankers. Maar het is wel een zeer belangrijke psychologische er kenning van de toenemende macht van Perzië. Sinds de Sjah in 1969 het grensverdrag met Irak eenzijdig opzegde, voeren de tankers uit de Perzische olieraffinaderijen in Aba- dan onder enorme militaire escortes in feite over verboden gebied naar de Perzische Golf, omdat Irak daar tegen gekant was en de rivier vol gens de internationaal geldende maatstaven Iraaks territoriaal ge bied was. Behalve de helft van de Sjatt-el-Arab krijgt Perzië ook nog grote stukken gebied van Irak, op grond van te maken grenscorrecties die op akkoorden uit 1913 en 1914 ge baseerd moeten zijn. Belangrijk Maar oneindig veel belangrijker, dan deze voor Perzië zeer gunstige afspraken is de uiterst gecompli ceerde driehoeksruil die Perzië-Sa- oedi-Arabië en Irak besloten. Ook hier weer waren de Iraakse Koer den de enige troefkaart die de Sjah hoefde uit te spelen. Saoedi-Arabië en Perzië zagen een steeds grote onbehagen, dat Irak zich door zijn oorlog tegen de Koerden van jaar tot jaar meer aan de Sowjet- Unie bond. omdat het de uitzichtloze strijd niet kon winnen zonder hy permodern Russisch oorlogsmaterieel en Russische militaire avdiseurs. Ter wijl Perzië en Saoedi-Arabië ln kwesties als de te volgen oliepolitiek lijnrecht tegenover elkaar stonden en elkaar ook niet de hegemonie over de Perzische Golf gunden, waren zij het over één ding roerend eens: de Sowjet-invloed moest uit het gebied en met name uit het gevaarlijke Irak gebannen worden. En dus besloten de Saoediërs ten tijde van de OPEC-top in Algiers hun olieproduktie met 25% te beperken, teneinde de olieprijs tenminsten op het huidige niveau te handhaven. Daarmee ergerden zij weliswaar hun trouwe bondgenoot Amerika, die in de voorafgaande maanden voort durend te horen had gekregen dat Saoedi-Arabië een matigende in vloed op de olieprijs zou uitoefenen. Maar door die beslissing kwamen de belangen van de steenrijke, dunbe volkte Arabische olielanden op één vlak te liggen met de belangen van de dichter bevolkte en meer geïndus trialiseerde landen: Perzië, Irak en Algerije. De Saoediërs bedongen ech ter dat er voor hen bepaald niet no dige produktievermindering gepaard zou gaan met vrede en rust in het gebied van de Perzische Golf. Rust Vrede en rust betekenen ln dit ge bied dat de tegenstrijdige invloeden van de grote mogenheden ingeperkt worden. Irak voelde daar wel voor, omdat het zijn toegenomen oliever diensten liever aan de Westersedan aan de Russische technologie en markten toevertrouwt. Het had de afgelopen maanden reeds enige ma len blijk gegeven zaken met de Ame rikanen te doen, die in de Iraakse pers nog steeds als de doodsvijanden van Irak worden gekenschetst. Perzië was helemaal enthousiast, waarna de handel snel afgesloten kon wor den. Irak verplichtte zich tot grotere distantie van de Russen en kwam met Saoedi-Arabië overeen alle uitstaan de geschillen op te lossen. Vervolgens kwamen de problemen tussen Perzië en Irak aan de beurt, die al even snel geregeld konden worden, omdat het Baath-bewind in de Koerdische op stand terecht een dodelijke bedrei ging zag, terwijl de sjah toch al nooit van plan was geweest de Koer den zodanig te helpen dat deze een werkelijke autonomie in Irak zouden krijgen en daarmee een slecht voor beeld zouden vormen voor soortgelij ke strevingen in zijn eigen land. Rauw op lijf Het akkoord van Algiers viel de Koerden rauw op het lijf. De Koer dische leider Moellah Moestafa Bar- zani was op dat ogenblik in Teheran om te bespreken met welke midde len het aanstaande voorjaarsoffen sief van de Irakezen gekeerd kon worden. Toen de Sjah al lang en breed in Teheran terug was, duurde het nog enige dagen voordat Barzani tot hem toegelaten werd, teneinde te vernemen dat er over zijn volk was besloten. Tijdens het nu volgende gesprek, deelde de Sjah Barzani mee dat aan het akkoord van Algiers niet te tor nen viel, aangezien de afspraken van groot belang voor Perzië waren en niemand van de Sjah kon ver wachten dat hij "als man van eer" zijn beloften zou schenden. Op dat ogenblik moet de Perzische keizer aan andere beloften hebben gedacht, die hij in 1973 en begin 1974 aan Barzani had gedaan. Hij had toen althans volgens de versie van een aantal goed ingelichte waarnemers in Teheran met klem bij Barza ni er op aangedrongen om geen ge noegen te nemen met de schers- autonomie, die de Iraakse Baath-re- gering aan de Koerden voorstelde. En nog tijdens zijn vakantie in St. Moritz, afgelopen winter, liet de Sjah weten dat hij, als "het licht der Ariërs", zoals een van zijn offi ciële titels luidt, zijn mede-Ariërs de Koerden niet in de steek zou laten. Keus En dus stelde de Sjah Barzani nu voor de keus: de Koerden konden zich aan Irak overgeven; als zij dat niet wensten, konden zij in Perzië toe vlucht zoeken, waar ze als "gasten" behandeld zouden worden en zelfs de Perzische nationaliteit zouden kunnen krijgen. De Sjah liet deze keus geheel aan Barzani over. Hij legde er slechts de nadruk op dat na 1 april geen enkele hulp van Per zische kant verwacht kon worden, mochten de Koerden doorvechten. De grens zou hermetisch afgegren deld worden en zelfs gewonde Pesj Merga's zouden niet meer in het ziekenhuis van de Perzische grens plaats Piranshahr verpleegd kunnen worden. Diezelfde avond van de 12de maart kwam Barzani in Koerdistan terug en besprak daar met het Centra le Comité van zijn Democratische Partij Koerdistan de mogelijkhe den. Algemeen luidde de conclusie, dat men mocht kiezen tussen hangen of wurgen en dus moest doorvech ten. Men zou minstens nog een Jaar strijd kunnen volhouden zonder enige hulp van buitenaf. zelfs in de tijd van de grote succes sen op de universiteit van Teheran, niemand van de Perzische Koerden een volksgenoot uit Irak durfde aan te spreken. Aangezien alle goed en kwaad van boven komt, wacht men gelaten af wat de volgende ontwikke lingen zullen zijn. Maar de Perzische kranten schrij ven over een nieuw tijdperk dat in het Midden-Oosten is ingetreden, over "de kunstmatige koelte" in de Perzisch-Iraakse betrekkingen, die nu gelukkig voorbij is, over "de ban den tussen twee nauwe broeders en vrienden, zoals de naties van Perzië en Irak altijd zijn geweest". Men brengt in herinnering dat "de ge combineerde krachten van de Perzi sche en de Arabische beschavingen de Islam tot in het hart van Euro pa hebben gebracht en dat was geen welkome gebeurtenis voor de kolonia le machten, reden speciaal waarom die koloniale machten zoveel moge lijk tussen de Perzen en de Arabie ren trachtten te intirgeren". V erzoeniin gsbezoek Iraks sterke man, Saddam Hussein Takriti, heeft zelfs tijdens het triom fantelijke verzoeningsbezoek van premier Hoveyda aan Irak gespro ken over de mogelijkheid van een collectief veiligheidssysteem in het gebied van de Perzische Golf, zo heb ben de kranten bericht. Het lijkt op dit moment nogal ver gezocht, omdat diezelfde Golf in de Arabische we reld nog steeds de "Arabische Golf" wordt genoemd. Maar in het com muniqué na afloop van Hoveyda's bezoek benadrukken beide landen "hun vastbeslotenheid om welke bui tenlandse macht dan ook te verhin deren in hun gebied tussenbeide te komen". En als klap op de vuurpijl werd bericht dat prins Fahd, de sterke man van Saoedi-Arabië, bin nenkort naar Teheran zal komen, teneinde over een mogelijke topcon ferentie van Perzische Golf-staten te spreken. Al deze ontwikkelingen waren slechts mogelijk door de toegenomen macht en het steeds grotere aanzien van Perzië in de wereld, aldus "bui tenlandse politieke waarnemers" vol gens een aan de ambassade gestuurd mededelingenblad. De Koerden van Irak waren kennelijk het betaalmiddel om Perzië op nieuw een stukje verder in de vaart der volkeren te stoten. En dus werden de nodige voorbe reidingen getroffen en Koerdistan in drie districten opgedeeld gene raal Barzani zou de leiding nemen over het midden-front, zijn zoon Id- ris zou het zuidelijk front voor zijn Praktisch niemand in Perzië rouwt daarom. De Perzische Koer den zijn zo bang voor represailles dat rekening nemen en diens Jongere broer Massoed het noorden. Men besloot onmiddellijk 400.000 gulden voor de aankoop van rijst en graan te besteden. De beslissing de strijd voor te zetten, viel des te gemakke lijker, omdat net het zwaarste Iraakse offensief aller tijden door de Pesj Merga's met betrekkelijk gerin ge verliezen was afgeslagen terwijl op het moment dat het offensief was begonnen, de Perzen al hun wa pens en manschappen hadden weg gehaald. Documenten Maar op de 18de maart werden in Barzani's hoofdkwartier een aantal documenten uit Teheran bezorgd. Het waren de besluiten, die de mi nisters van buitenlandse zaken van Perzië, Irak en Algerije zojuist tij dens hun driedaagse conferentie had den genomen. Er zouden drie ge meenschappelijke commissies wor den ingesteld en één daarvan - de militaire commissie - zou zich bezig houden met de samenwerking tus sen de legers van Perzië en Irak, teneinde tot een wederzijdse grens controle te komen en tot wederzijd se inlichtingen over subversieve ele menten aan de grens. Reeds in 1937 hadden Perzië, Turkije en Af- gahnistan bij het verdrag van Saa- dadad soortgelijke afspraken gemaakt terwijl het pact van Bagdad van 1955 (het huidige Cento-verdrag) tussen Turkije, Perzië, Irak en Pa kistan eveneens garanties bevatte dat de centrale overheden elkaar bij de bestrijding van lastige minderheden behulpzaam zouden zijn. Moulah Moestafa Barzani kiezen tussen hangen en wurgen Uit de documenten bleek tevens dat Turkije - hoewel het niet aan de onderhandelingen in Teheran had deelgenomen - enthousiast zou mee werken aan het Perzisch-Iraakse streven de Koerdische beweging een kopje kleiner te maken. De leiding van de DPK kwam dan ook nu tot de enig mogelijke conclusie: de strijd moest opgegeven worden. Maar de meeste Pesj Merga-commandanten weigerden aanvankelijk. Negendui zend Pesj Merga's in het zuiden dreigden zelfs een nieuw bestuur van de partij te vormen. Maar ook zij moesten tenslotte inzien dat de Koerdische zaak opgegeven was.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1975 | | pagina 13