Wrevel in Engeland over
a.s. bezoek van Sjelepin
LEZERS SCHRIJVEN
Berger: Het liefst zou ik meteen weer
Door C. J. Rotteveel
TAALGEBRUIK
WALLACE
DONDERDAG 27 MAART 1975
Volgende maand zal een Sowjet-
eussische delegatie, op uitnodiging
het Brits verbond van vakver
enigingen (TUC), een bezoek aan
0root-Brittannië brengen. Dat be-
joek heeft al veel wrevel gewekt, om
dat die delegatie onder leiding zal
Staan van Alexander Sjelepin, thans
fcoofd van de zogenaamde vakvereni
gingen in zijn land, maar van 1958
tot 1961 leider van de beruchte ge
heime politie, de KGB. In die func-
tie heeft hij te maken gehad met de
deportatie van tienduizenden Balten
<Esten, Letten en Litouwers),
Qekrainers en Joden. En wat depor
tatie achter het IJzeren Gordijn
al te vaak heeft betekend, be
seft geen nadere omschrijving.
Ook in socialistische kringen (La
bour) is fel van leer getrokken tegen
de komst van deze figuur, die naar
111e waarschijnlijkheid zijn handen
hooit vuil heeft gemaakt, maar als
roormalig KGB-chef evenmin in een
Westelijke hoofdstad ontvangen be-
joort te worden als wijlen de bu-
-moordenaar Himmler, gesteld
dat die in de gelegenheid zou zijn
geweest als hoofd van de nazi-vak
ponden een reisje naar Londen te
Biaken.
ver lijkt het dus reeds met de
ffinlandisering" van het Westen ge
lomen te zijn, dat de Britse regering
Biet meer "neen" durft te zeggen als
het Kremlin een figuur met derge
lijke antecedenten naar voren
schuift. Als verzachtende omstandig
heid is aangevoerd, dat Sjelepin on
der Chroesjtsjow tot taak had de
kGB onder partijcontrole te bren
gen. De terreur van de KGB nam
Boendertij d wat af, onschuldige
slachtoffers in de kampen werden
op vrije voeten gesteld, en toen het
Schrikbewind weer toenam, verdween
Sjelepin van het toneel. Het is niet
temin een feit, dat hij, zoals de
Condense "Times" op 6 maart J.l.
Ichreef, persoonlijk een KGB-agent
decoreerde, die in West-Duitsland
twee Oekrainers had vermoord.
In elk geval is het blonder
vreemd, dat vooraanstaande figuren
van een land, dat er geen ogenblik
over zou denken een voormalige lei
der van b.v. de Portugese PIDE te
ontvangen, straks Sjelepin hartelijk
4e hand zullen schudden. Nu kan
men wel zeggen, dat Londen streeft
naar normalisering van de betrek
kingen met de Sowjet-Unie, maar
zijn natuurlijk grenzen, die in dit
geval royaal overschreden zijn. Ook
het motief, dat het Westen "uitwis
seling van personen en informatie"
beoogt, kan moeilijk als reden wor
den aangevoerd. Het Kremlin denkt
er eenvoudig niet over op dit punt
concessies van enige betekenis te
doen.
Twee maiten
Maar waarom dan die uitnodiging
van TUC, zal men vragen, waardoor
de regering in Londen min of meer
gedwongen werd een inreisvisum aan
dit heerschap te verlenen? De reden
is, dat een TUC-delegatie twee Jaar
geleden gastvrij in Moskou was ont
vangen en een tegenbezoek niet ach
terwege kon blijven. Van tweeën één
de leiding van de Britse vakbonden
heeft zich ontstellend onnozel gedra
gen door niet te voorzien wat de ge
volgen konden zijn, óf zij is reeds
bijna de Theems ingejaagd werd. Die
arbeiders waren namelijk terecht
verontwaardigd, omdat Haynau in
Hongarije vrouwen had laten afran
selen, omdat die in verzet waren ge
komen tegen de Oostenrijkse onder
drukking van hun land. En Hay-
nau's misdaden waren nog wel wat
minder dan die van de KGB, de
grootste onderdrukkingsorganisatie
van de moderne wereld.
Zwakke argumenten
De Engelse minister van Binnen
landse Zaken, Clive Jenkins, heeft
het verlenen van een inreisvisum
aan Sjelepin trachten te verdedigen
in een artikel in de "Times", waarin
hjj er o.m. op wees, dat de Sowjet-
Unie had geleden van de invasie der
nazi's. Waarop iemand in een inge
zonden stuk antwoordde, dat ook an-
dermate door communisten geïnfil
treerd, dat bepaalde elementen op
een situatie als zich nu voordoet heb
ben aangestuurd.
Er wordt dus weer eens duidelijk
met twee maten gemeten: als het
om de Sowjet-Unie gaat, dient men
plotseling "te hopen, dat vrijere con
tacten een gunstige invloed zullen
hebben", maar als het om andere
landen gaat, wordt er met boycot,
isolering en financiële steun aan re
belse groepen gewerkt. Zelfs het zen
den van bijbels naar de Sowjet-Unie
wordt hier en daar als "provocatie"
aangemerkt; financiële steun aan
verdrukten ginds is natuurlijk uit
den boze, om van wapenleveranties
maar helemaal te zwijgen. Dat soort
activiteiten wordt uitsluitend voor
andere landen gereserveerd.
Sjelepin komt dus, de oud-KGB-
er, nu hoofd van de Sowjetrussische
vakbonden. En die v orm.m, zoals
Julian Amery, lid van het Engelse
Lagerhuis, in een ingezonden stuk in
de "Times" schreef, een organisatie,
die vergeleken kan worden met het
toenmalige "Arbeidersfront" van de
nazi's. Dit wettigt, aldus Amery, de
groeiende vrees dat vele vakbonds
leiders in Engeland agenten van
Moskou zijn. En een andere inzen
der in de "Times" herinnerde aan
een gebeurtenis in 1850, toen de
Oostenrijkse veldmaarschalk Hay
nau tijdens zijn bezoek aan Londen
door de arbeiders van een brouwerij
dere landen buitenlandse In
vallen te verduren hebben gehad,
maar daarin geen reden hadden ge
vonden een systeem van binnen
landse onderdrukking als van de
KGB in stand te houden. Die KGB
is trouwens niets nieuws, want die
terreurorganisatie bestond, zij het
onder andere namen, allang voor de
oorlog en had toen reeds tientallen
miljoenen mensen het leven gekost.
Niet minder belangrijk is, dat de
vakbonden in de Sowjet-Unie geen
vrije organisaties zijn, maar instru
menten van de staat. Vakbonden in
Oost en West zijn volstrekt onverge
lijkbaar. Het getuigt dan ook van een
huiveringwekkende naïviteit als de
heer Jenkins suggereert, dat die in
strumenten van de Sowjetrussische
staat het meest geschikt zijn om de
belangen van de arbeiedrs te verde
digenVoorts schreef de mi
nister, dat de Sowjet-Unie in de oor
log dan toch maar "aan onze zijde"
stond, een halve waarheid, omdat hij
gemakshalve vergat, dat de oorlog al
twintig maanden aan de gang was
toen het Kremlin zich "aan onze zij
de" voegde. En dat was niet omdat
zij zich "aan onze zijde" wilde scha
ren, maar omdat Stalins nazi-bond
genoot zich plotseling tegen Moskou
keerde.
Niet van Jenkins
geschreven, alsdus nog even een aar
dig ingezonden stuk van J. N. Ap-
pleyard in dat blad. Appleyard (uit
Leeds) vatte het artikel van Jenkins
namelijk in de volgende punten sa
men: 1. de wreedheid van de gehei
me politie van een land kan gerecht
vaardigd zijn door een gebeurtenis
In de geschiedenis, zoals in het on
derhavige geval door de invasie van
de nazi's; 2. de Russen stonden in
de oorlog aan onze kant; 3. wij moe
ten realistisch zijn en ons niet laten
meeslepen door emoties; 4. door de
staat opgelegde vakbonden zijn OK;
5. wij moeten zaken met de Sowjet-
Unie doen; 6. bezwaar maken tegen
spionage is slecht voor de handels
betrekkingen; 7. deze motieven doen
stilzwijgend alle andere argumenten
tenniet.
Derhalve, aldus Appleyard uit
Leeds, bepleit Jenkins het volgende:
1. vriendschap met Zuid-Afrika (op
grond van de argumenten onder 2,
3. 5); 2. een toontje lager zingen te
genover Chili (3, 5); 3. goedkeuring
van het bewind in Franco-Spanje
(1, 3, 5); 4. bijval voor het (nu ver
dwenen) kolonelsregime in Grieken
land (1, 3, 5); 5. bijval
voormalige Portugal van Salazar (2,
3. 5); 6. goedkeuring vai
gime in nazi-Duitsland( 3, 4, 5); 7.
instemming met de Franse acties in
Algerije (1, 2, 3)8. goedkeuring van
CIA-activlteiten in Engeland (5, 6).
Aangezien het ondenkbaar is, aldus
Appleyard, dat minister Jenkins er
deze meningen op nahoudt, is het
eveneens ondenkbaar dat hij dit ar
tikel in de "Times" heeft geschre
ven. QED (quod erat demonstran
dum, hetgeen te bewijzen was,
C. J. R.), hoogachtend J. N.
Appleyard.
Blijf maar zitten
Staatssecretaris Klein heeft in de
Kamer een zware nederlaag moeten
incasseren naar aanleiding van zijn
plannen voor de 'toelating van stu
denten. "Hij wendde zich", aldus een
hoofdartikel in "Het Parool", "tot de
Kamer met drie verlangens inzake
de studentenstoppen: verlenging van
de tijdelijke wetgeving die de stoppen
mogelijk maakt met drie Jaar in
plaats van twee; inbouwen van de
mogelijkheid om bij de beperkte toe
lating van studenten óók rekening
te houden met de in de toekomst te
verwachten "maatschappelijke be
hoefte" aan afgestudeerden in een
bepaald vak; loting "zonder aanzien
des persoons" tussen allen die een
eindexamen (VWO) hebben behaald.
Van de Kamer kreeg de heer Klein
te horen: de wet mag niet met drie
Jaar maar hoogstens met twee Jaar
worden verlengd. Het criterium van
de "maatschappelijke behoefte"- is
tegelijkertijd zo moeilijk weegbaar èn
zo ingrijpend (structureel! zeggen
we dan) dat het niet tussen neus
en lippen in een wet met een zeer
beperkte geldigheidsduur mag wor
den opgenomen. En wat de loting
betreft: de Kamer kan niet inzien
dat loting op de door Klein voorge
stelde manier zo bijzonder rechtvaar
dig zou zijn in tegendeel. Zij ver
langde derhalve correctie op het lo
tingssysteem in die zin dat eindexa
menresultaten daarin een rol beho
ren te spelen (gewogen loting).
Kortom: de staatssecretaris werd
in de Kamer uitgeloot. En wat doet
de staatssecretaris? Rustig doorgaan
met regeren en datgene uitvoeren
wat de Kamer hem opdraagt, ook al
is dat, op het punt van de loting,
strijdig met zijn rechtsgevoel, en op
de andere punten met wat hij goed
beleid zou achten". Tot zover "Het
Parool".
Alexander Sjelepin onwelkome bezoeker
2_' Zetje geven
In NRC/Handelsblad schilderde re
dacteur J. W. M. van Spaandonk de
situatie o.m. als volgt: Dr. G. Klein,
hoogleraar in Delft, was een van de
voortrekkers van Nieuw Links en de
Partij van de Arbeid. In 1968 verweet
hij partijgenoot Den Uyl geen visie
te hebben. Nu zegt hij van de minis
ter-president, dat "hij het best lek
ker doet". Toen het kabinet-Den
Uyl op komst was, opperde Klein een
alternatief plan voor de studiefinan
cieringen. Hij werd staatssecretaris,
praatte tegen wie het maar horen
wilde over Nieuw-Linkse visie en de
verandering naar een genivelleerde
maatschappij door gesocialiseerd on
derwijs. Hij doet dat met een gezicht
van "laat dat maar aan mij over, ik
zal dat varkentje wel even wassen".
Dat irriteert ieder die weet hoe in
het hoger onderwijs de problemen
huizenhoog liggen opgestapeld, waar
de ene bewindsman na de andere
zijn nek over breekt.
Wie zich als sterke man presen
teert die wel even schoon schip zal
maken, maakt zich belachelijk. Wie
pocht het karwei zo nodig alleen en
met blote handen te zullen klaren,
irriteert en de omstanders hebben
alleen nog maar plezier als hij zich
weer eens vertilt en willen hem dan
graag nog een zetje geven".
Klein, zo vervolgt Van Spaandonk,
vertilt zich nogal eens, keer op keer
haalt hjj bakzeil en de conflicten in
Amsterdam en Delft duren voort,
geen enkele reden om aan zijn
in beslag, in 1974 w
der dan 51 procent.
Een voortzetting
zal,
zij terecht, tot steeds
goede bedoelingen te twijfelen. Als ernstiger gevolgen leiden: afwente-
bewindsman zal hij er toch iets
rekening mee moeten houden dat er
politieke tegenstanders zijn, die zijn
bedoelingen niet onderschrijven.
Voor zijn directe of verre medestan
ders zal hij die bedoelingen waar
moeten maken en zal hij, als dat bui
ten zijn schuld niet lukt, toch geloof
waardig moeten blijven."
Belastingen
In een hoofdartikel in "Het Pa
rool" werd dezer dagen iets gezegd
over de verlanglijst, die de beide
centrale werkgeversorganisaties (Ver
bond van Nederlandse Ondernemin
gen en Nederlands Christelijk Werk
geversverbond) onder de titel "Ge
zond fiscaal beleid op tafel hebben
gelegd. "Daar zij zich richten tot een
regering die de collectieve voorzie-
ling, ondermijning van onderne-
mings- en arbeidslust, verdere aan
tasting van rendementen, afnemen
de investeringsgeneigdheid en ver-
zwakking van de werkgelegenheid.
Daarom moet het beleid inzake be
lasting- en premiedruk zo worden
omgebogen, dat er meer ruimte komt
voor vergroting van het reëel be
schikbare inkomen van de particu
liere sector.
De overheid zal zich er bewust van
moeten zijn dat de mogelijkheden
en de bereidheid van bevolking en
bedrijfsleven om mee te werken aan
een steeds verdergaande overheve
ling naar de collectieve sector niet
onbegrensd zfjn. Het risico van in-
vesteringsvlucht en van een toene
mende ontduiking van belasting- en
premieheffing wordt steeds groter."
Na gewezen te hebben op de in
ningen hoog in haar vaandel heeft flatie, mede veroorzaakt door de
geschreven, zijn vooral hun opmer-
stijging der uitgaven
kingen hierover van belang", aldus door het volume van de collectieve
"Het Parool". "Die voorzieningen", voorzieningen telkens kleiner uitvalt
zeggen ze, zijn de laatste 15 jaar dan de bedoeling was, spreekt het
fors gestegen: de overheidsuitgaven blad tenslotte de hoop uit, dat
f 11 miljard in 1960 tot f 53,5
miljard in 1974, de uitkeringen so
ciale verzekeringen van f 3 miljard
tot f 33,5 miljard. Namen deze bei-
in de lang verbeide regeringsnota
het inkomensbeleid iets terug
te vinden zal zijn van "een gezond
besef van de grenzen van de be
de posten te zamen in 1960 nog 36 lasting, waarop door de werkgevers
procent van het nationale inkomen verbonden is gewezen."
Door
Reny Dijkman
Den Haag Driemaal in zijn leven
heeft het oud-DS'70 kamerlid Jan
Berger een beslissing genomen met
verstrekkende gevolgen. Driemaal
heeft dat een andere wending aan
zijn leven gegeven.
De eerste beslissing was zijn
overstap van de PvdA, waar hij
jarenlang in het hoofdbestuur van
had gezeten en tweemaal voor in de
Tweede Kamer, naar DS'70. De
tweede beslissing vloeide eruit voort.
Hij bedankte voor een herbenoeming
als burgervader van de stad
Groningen. Op 22 februari '71 deelde
hij in de doodstille en stampvolle
raadzaal mee dat hij niet voor een
volgende periode als burgemeester in
aanmerking wilde komen.
„Als een burgemeester zijn partij
verlaat, dan stelt hij een daad die
consequenties heeft voor zijn ambt".
Het was Bergers eigen visie. Van de
toenmalige minister van Binnen
landse Zaken, Beernink, had hij
mogen blijven zitten. Ook de
commissaris van de Koningin in
Groningen Toxopeus had daar geen
moeite mee. Jan Berger zelf wel.
Vond het niet zuiver en brak zijn
loopbaan af voor de derde plaats op
de kandidatenlijs van de net
schuchter gestarte nieuwe politieke
partij DS'70.
Zieltogend
Die partij is nu
derde beslissing
tezamen met De
Kamerleden Keuning uit te treden.
zieltogend. Nu de
an Jan Berger om
de beide
En toch is Jan Berger het
tegenovergestelde van een dwarslig
ger. De Kamerleden uit verschillen
de partijen zijn juist over zijn
vertrek geschokt. Berger stond met
praktisch iedereen op goede voet,
werd beschouwd als een vrij
denkend mens met een groot gevoel
voor humor en politieke verhoudin
gen. Kortom een handvol goede
eigenschappen, die men zelden in
een mens terug vindt.
's Avonds de laatste avond voor het
paasreces loopt hij nog een keer
door de wandelgangen en door de
zaal. Pas per 1 april zal hij
Kamerlid af zijn. Zijn collega's
schieten hem aan. Weinigen nemen
afscheid. Het is meer van: „Jan, we
zien Je toch nog wel".
Jan Berger: „Het liefst zou ik
morgen al ergens anders beginnen.
Dan heb je iets om je in te werpen.
Dan ben Je bezig". Berger kampt met
een morele kater. Politiek is een
grillig bestaan en zelden een zekere
toekomst.
Haird
Binnen DS'70 heeft een harde strijd
gewoed. In de besloten partijraad,
waar de dunne houten wanden de
beslotenheid tot een lachertje
maakten, is geroepen: „Laat die
rechtse honden maar opdonderen"...
Het socialistentrauma: „Wie niet
voor mij is, is tegen mij", zegevierde
met een kleine meerderheid. Dan
volgen publikaties, stromen artikelen
over de linker- en rechtervleugel
van een partij die geen bindend lijf
daartussen blijkt te bezitten. Dat
bindende lijf, die vergarende factor,
de relativist, Jan Berger heeft het
opgegeven.
r jan Berger, per 1 april zal hij
kamerlid af zijn.
Opnemen van brieven ln
deze rubriek behoeft niet te
betekenen dat de redactie
het met de Inhoud eens ls.
De redactie behoudt zich
daarenboven het recht voor
om bijdragen te jvelgeren dan
wel ln te korten.
In de krant van vrijdag beweert
de heer Theo Kroon, dat "De fi
guurlijke betekenis van het woord
"Jezuïtisch", nl. dubbelhartig, door
trapt, nu eindelijk eens uit Van Da-
Ie (dient) te worden geschrapt".
Waarschijnlijk bedoelt hij, dat het
te wensen zou zijn als die beteke
nis uit de woordenboeken kon w<
den geschrapt. Zoals zijn woorden
nu staan, kunnen ze bij uw lezers
misverstand wekken. De schrijver
van een woordenboek heeft namelijk
niet de bevoegdheid, zomaar bete
kenissen weg te laten. Hij "dient"
zich aan het taalgebruik te onder
werpen. Gebruikelijke woorden en
uitdrukkingen en hun betekenissen
moeten worden opgenomen, al zijn
ze of lijken ze kwetsend voor bevol
kingsgroepen: Jezuïetenstreek, Jo-
denfooi, meniste leugen, keukenmei-
denpoot, kruidenierspolitiek, kaas
kop, Leidse bek. Schoolwoordenboe-
ken onderwerpen zich aan welvoeg-
lij kheidsvoorechiriJ ten, maar daar
heeft de grote Van Dale "geen
boodschap aan". Alleen wat taal
kundig afkeurenswaardig is kan
worden weggelaten of van een
waarschuwing voorzien: een spel
fout als "oh", een barbarisme als
"middels" of "recentelijk". Deze
dingen, die ieder taalkundige weet,
zijn enkele jaren geleden door een
rechterlijk vonnis onder de algeme
ne aandacht gebracht. Maar mis
schien herinneren sommigen ze zich
niet mee.r
Prof. dr. C. A. ZAALBERG
Mariënpoelstraat 61,
Leiden.
x
Eigen schuld
Eigenlijk is het gerechtigheid wat
er zich in Vietnam, Cambodja en
Portugal voltrekt. De elementen die
wij, als rechtlijnige Holanders, ge
ïnspireerd door de VARA en de
PvdA, gesteund hebben met onze ga
ven, zfjn nu in de gelegenheid hun
ware gezicht te laten zien. Alsof we
het nooit zullen leren zijn we weer
meegelopen met het zogenaamde in
tellect met de gebalde vuist, voor
stellende de "werkers van onze na
tie".
Hoezeer moeten de actievoerders
en organisators van "houdt Portugal
vrfj" en "leefbaar Vietnam" wroe
ging hebben over hun schuld aan de
vele doden die vallen in genoemde
gebieden. We moesten zo nodig uni
versitaire uitwisselingsprogramma's
stimuleren en geld storten
Schuldig zijn ze, doordat ze actie
voerden zonder te weten
Dit zou een cynisch excuus voor ze
kunnen zijn.
Het is Jammer dat Amerika uit
deze ontwikkeling de propagandisti
sche munt slaat zoals de socialisten
of communisten dit zouden doen
maar waarschijnlijk hebben die im
perialistische kapitalisten weer geen
tijd om de mensheid naar de onder
gang te helpen.
H. ADRIANI,
Spiegheldreef 4,
Leiderdorp.
Mishandeling
Er worden Jaarlijks ruim 10 mil
joen varkens geboren, waarvan de
helft beertjes, manlijk. Vrijwel alle
worden gecastreerd. Een bijzonder
onaangenaam en onsmakelijk werk
voor de boer. Waarom moet dat? In
het verleden meende men dat het
vlees van een stier en een beer niet
te eten was. Stieren moesten worden
gecastreerd tot os, een beer tot borg.
Gelukkig weet men nu beter. Stieren-
vlees is zelf duurder, bevat geen vet.
Ook een beer brengt thans op de
markt een hogere prijs op dan een
zeug.
En toch is de boer gedwongen om
zijn varkens te castreren, waarom?
Onze georganiseerde landbouw weet
dat het niet meer nodig is. Daatbij
hebben proeven uitgewezen dat de
varkens slechter groeien. Gevoeliger
zijn voor ziekten, long- en leverkwa
len, meer vet aanzetten. Een bereke
ning door ir. Kroese, varkensconsu
lent in Brabant, kwam tot een scha
depost van 80 miljoen gulden
voor onze varkenshouders.
Die 80 miljoen inkomen derven wij
omdat een paar top-ambtenaren,
dierenartsen bij volksgezondheid en
milieuhygiëne doof zijn voor redelijke
argumenten. Als feodale baronnen
kijken ze mijlenver naar beneden
waar de boerenkoelies werkzaam zijn.
Verplichten hen onnodig de dieren
walgelijk te mishandelen. Wat kun
nen wij daar als boeren aan doen?
Niets!!! Een ambtenaar ontslaan is
onmogelijk. Wel geniet hij een waar
devast topsalaris, een waardevast
top-pensioen. Wie moet dat betalen?
Een varkensboer werkt al een jaar
met verliesDaar kan nog wel
80 miljoen bovenop
Laten we daarom in het vervolg
attent wezen en de "geoogste" balle
tjes versturen, netjes verpakt. Adres:
Directeur voor Volksgezondheid en
Milieuhygiëne te Zeist. Doe er een
vriendelijk briefje bij. Wie weet, komt
er verandering, behoeven we onze
dieren niet meer te mishandelen.
Besparen ons zelf een rotwerk èn 80
miljoen
Wie is er nu de dierenbeul, de man
achter het bureau of de maai in de
schuier?
HENK GRAASKAMP,
Boer in Vorden,
Uit het artikel van Anton Pfeiffer
in Uw blad van zaterdag JL blijkt
niet alleen overduidelijk de hard-
grondige afkeer die deze heer heeft
van George Wallace, de gouverneur
van Alabama, maar eveneens dat
de schrijver zélf wel de laatste per
soon is die het past om iemand van
politiek onbenul of gebrek aan ken
nis van historische feiten te betich
ten!
Indien Wallace inderdaad zo
als A. P. beweert de onjuiste me
ning is toegedaan dat Zweden in de
laatste wereldoorlog door de Duit
sers bezet en door de Amerikanen
bevrijd werd en dat Joego-Slavië
nog steeds lid van het Warschaupact
zou zijn, behoeven deze typisch
Amerikaanse misvattingen voor
ons hoogstens aanleiding te zijn
voor hilariteit maar niet voor ver
ontwaardiging; Europa zit voor ve
le Amerikanen nu eenmaal onbe
grijpelijk ingewikkeld in elkaar.
De eveneens volkomen er naast
zijnde mening van de heer A. P., die
aanleiding is voor mfjn reactie, is
echter onnoemelijk veel ernstiger,
daar hier de goede naam in het ge
ding is van iemand die zich tegen on
juiste aantijgingen niet meer verde
digen kan omdat hij na een politiek
schijnproces ter dood veroordeeld en
terecht gesteld is!
Ik doel hier op A P.'s bewering dat
Mihailowitsj de meest beruchte
landverrader zou zijn die Joego-Sla
vië heeft gekend en dat door diens
perfiditeit duizenden JoegoslfLven
aan de Duitsers overgeleverd en de
dood ingedreven zouden zijn.
Indien u de moeite genomen zou
hebben de beweringen van A. P. te
verifiëren dan zou U in elke Neder
landse encyclopedie hebben kunnen
lezen dat A. P. hier de plank vol
komen misslaat! Zie bijv. Stan
daardencyclopedie, deel 7, blz. 442:
Al spoedig kwam er in Joego-Slavië
echter een krachtige verzetsbewe
ging op; deze bestond uit twee groe
peringen, een onder generaal Mihaj-
lovitsj die in overeenstemming met
de regering in Londen het oude Joe
go-Slavië wilde herstellen, en een
onder de communist Jozip Broz Tito,
die naar een federatief en socialis
tisch Joego-Slavië streefde. Na de
bevrijding kreeg Tito de overhand.
Enz.
Visumencyclopedie, deel 4, blz.
98 en 99: In het moeilijk toeganke
lijke binnenland drongen de Duit
sers haast niet door, hier kon zich
het verzet organiseren, eerst (in
Servië) onder Mihajlovic (de tsjet
niks of cetniks) weldra daarnaast
onder leiding van de communistische
partij: Josip Broz, alias Tito.. De
communistische Partizanen waren
meer over heel Joego-Slavië ver
spreid en een groter gevaar voor de
Duitsers dan de cetniks; de geal
lieerden besloten dan ook niet Mi
hajlovic maar Tito te gaan steu
nen Bij de verkiezingen
van november 1945 werd 85% der
stemmen op het "Volksfront" uitge
bracht. Daarop werd de monarchie
afgeschaft. Mihajlovic werd gefusil
leerd.
Ik hoop dat dit voldoende is (blijk
baar had Wallace het in dit geval
niet zo erg mis...). Waar AJ>. "Mi
hailowitsj" schrijft bedoelt hij naar
ik aanneem Ante Pavelic, de leider
der Kroatische Oestasji's. De enige
is dat ze dezelfde uitgang hebben,
(net als Pietersen en Jansen...)!
Ik vind het bijzonder naar datU
een en ander klakkeloos in uw blad
hebt opgenomen. Het is toch nog
niet zover dat het LD het officiële
orgaan is van de Joegoslavische
communistische partij
H. W. JOUSTRA
Buitenruststraat 5
Leiden.