Niet zo hard van stapel lopen BEITSEN HEEFT OOK NADELEN Goede voorbehandeling TIPS-TIPS-TIP Drie soorten muurverf A De juiste kwasten Hoeveel verdunnen ZATERDAG 1 FEBRUARI 1975 PAGINA 25 Het opknappen van kamer of huis vereist een goede voor bereiding. Niet alleen de kleurencombinaties en materialen moeten worden uitgezocht maar ook moet een planning worden gemaakt. Zonder die planning loopt de aspirant- schilder of schilderes de kans halverwege het karwei te moe ten stoppen omdat daar nog even wat getimmerd en gehakt moet worden of dat de week die voor het klusje is uitgetrok ken door onvoorziene omstandigheden een of meer weken in beslag gaat nemen. Vandaar al een voorjaarspagina, hele maal gewijd aan het schilderwerk in- en buitenshuis. De meeste doe-het-zelf-sehilders grijpen veel te vlug naar de kwast. Ze willen resultaat zien. Maar voor een goed resultaat zijn de voorbe reidende handelingen van levensbe lang. De eerste handeling moet zijn het nauwkeurig plannen van de Werkzaamheden. Dat scheelt tijd en geld. Het eerste gegeven dat men nodig heeft, is de reden waarom de bui tenkant opnieuw geschilderd moet ■worden. Het verschil zit namelijk ln de vraag of de bovenlaag alleen maar dof is geworden op een nog voor circa tachtig procent gave onder grond of dat de verf zover is aan getast dat de beschermende eigen schappen geheel verdwenen zijn. In dat laatste geval zijn er grote stukken van onderdorpels en onder- regels waarop in het geheel geen verf meer te bekennen is en hebben el ders de verflagen hun hechting op de ondergrond geheel verloren. Al het buitenwerk moet worden nagekeken om te zien of er niet eerst timmermans- of loodgieterswerk verricht moet worden. Besteed daar bij vooral aandacht aan de draalen- de delen. Daar kunnen de verflagen zijn afgesleten doordat saam of deur sleepte. Rondom moeten enige millimeters speling zijn om de wind de gelegenheid te geven vooral aan de onderkant 't achtergebleven vocht dat in de naden wordt vastgehouden, te doen verdampen. Volgende stap is de controle op het binnenwerk. Speciale aandacht verdienen de naden langs het glas. Het is de meest kritische plaats van het gehele buitenschilderwerk. Een openstaande naad of een onvoldoen de geschilderde dagkant (het smalle houten randje langs het glas) biedt vocht de mogelijkheid in het hout te dringen. Vocht condenseert immers voornamelijk op ramen, waar het verschil tussen binnen- en buiten temperatuur het grootst is. Alle oude verflagen, die niet ver wijderd worden, moeten altijd wor den gewassen en geschuurd. Iedere voor buitenwerk geschikte grondverf hecht goed, maar dan alleen als het in staat wordt gesteld in contact te komen met de ondergrond. Ie dere aanslag verhinderd hechting. Na het verwijderen van „afge schreven" verflagen kan soms wor den vastgesteld dat het hout is aan getast door schimmel of dat door ver open staande verbindingen kan wor den aangenomen dat er een hoog vochtgehalte in het hout wordt aan getroffen. In dergelijke gevallen kan een behandeling met een verduurza- mingsmlddel worden toegepast. Soms zelfs met een injectienaald. Om te voorkomen dat de grondverf hier op sleoht reageert, moet het ver- duurzamingsmiddel wel worden afge stemd op de grondverf. Voor deze dingen is raad van een vakman no dig. Vaak zullen de voorbereidingen tot het echte schilderwerk meer tijd en moeite kosten dan het eigenlijke schilderen, maar op de lange duur zal een grondige voorbewerking alle moeite lonen. Denk alleen maar aan de volgende keer dat er geschilderd zal moeten worden. Vuile lucht Op de vraag of het milieu ln een bepaalde woonomgeving speciale ei sen stelt aan het buitenschilderwerk zeggen deskundigen dat de moder ne doe-het-zelfverven in kwaliteit niet onderdoen voor de professione le soorten. De van rood afgeleide kleuren (rood, oranje en dergelijke) zijn over het algemeen iets minder sterk dan de bijvoorbeeld van wit afgeleide soorten. Bij extreme om standigheden (grote luchtvervuiling) verdienen de laatste dus de voor keur. In verontreinigde gebie den geldt extra de stelregel „buiten altijd met hoogglans schilderen". Schuurblok Het beitsen van houtwerk aan wo ningen is een modeverschijnsel, dat overigens geen afbreuk mag doen aan een oude stelregel: het hout werk aan de binnenkant moet beter (dichter) beschermd worden dan dat aan de buitenkant. Denk eerst aan de binnenkant. Een gezin van vier personen produceert namelijk per etmaal minstens twaalf Eter vocht in dampvorm, dat zich door temperatuur- en dampdrukverschil- len van binnen naar buiten wil be wegen. In een goed geschilderd huis kan dat niet door het houtwerk, maar als het van binnen onvoldoen de door verf Is beschermd, komt de damp wel in het hout om daar te condenseren. Met alle risico's op schimmel en houitrot. Dat gevaar wordt nog vergroot als de buitenkant wel degelijk is geverfd: het vocht blijft dan in het hout zitten. Deskundigen van heet Verfinsti- tuut TNO twijfelen sterk aan het voordeel dat beits voor de doe-het- zelf -huisschilder zou hebben als het huis van oorsprong een conventio nele verflaag heeft. En niet alleen omdat gebeitst hout vaker 'in nieuw laagje nodig heeft. Overigens wordt in de nieuwbouw al voor zeventig tot tachtig procent beits toegepast. Bovndien maken de TNO-deskun- digen al direct onderscheid tussen beitsen en beitsverven. Dat laatste soort geeft een dikkere, dekkende laag en verschilt in dit opzicht slechts weinig van verf. Volgens de mensen van het Verf- Om welke redenen besluit een klant om nooit meer iets te kopen in een bepaalde winkel? Volgens weekblad Elle is ln ruim dertig pro cent van deze gevallen "de onver schilligheid van het verkopend per soneel" de oorzaak. Ruim twintig procent van de categorie teleurge stelde klanten vindt dat bij het uit voeren van bestellingen teveel ver gissingen worden gemaakt, iets meer dan tien procent vindt dat de koper te lang moet wachten tot hij gehol pen wordt. Tien procent vindt de in formatie over de koopwaar onvol doende en acht procent beklaagt zich over onbeleefdheid en gebrek aan mededeelzaamheid van de kant van het personeel. dergrond van dooralaggevend belang kan in grote trekken gelijk zijn «ui voor een goed resultaat. In het al- cï:e van hardboard. Voor latexverf ver gemeen geldt dat de muur waarop dient het aanbeveling het oppervlak geschilderd moet worden schoon, vet- eerst te bevochtigen^Bjj het gebruik vrij en gaaf moet zijn. De procedu- van synthetische verf krijgt men het re daartoe kan echter per muur ver schillen. Een muur met een oude water- verf- of kunstkalklaag (of een com binatie van de twee) moet behan deld worden met een borstel en am nion lak water. Een dergelijke muur hoeft men niet te ontzien. Oude na- tuurkalklagen afsteken en daarna stevig afborstelen. Om het zekere voor het onzekere te nemen kan men de muur behandelen met een speciaal grondpreparaat dat poederende oude lagen hecht verankert met de on dergrond. Poeder-, pasta- of synthetische verven kunnen over de niet-poede- rende laag worden aangebracht. Op nieuwe muren is een latex- of synthetische verf aan te bevelen (na drie, repeotievelijk twaalf maanden). Bij het gebruik van syn thetische verf moet, zeker op een sterk zuigende ondergrond, eerst een voorbehandeling plaatsvinden. Behang is een dankbare onder grond Scheuren herstellen met be- hangrestjes of plakpapier dat ge scheurd, niet geknapt, moet worden. Stof- en vetvry maken met ammo- niakwater. De meeste bobbels die bij het schilderen ontstaan trekken in negen van de tien gevallen weg bij het drogen. Een nieuwe hardboardwand vraagt weinig voorbehandeling als er een la tex- of synthetische verf op wordt Op olieverf kan alleen syntheti sche muurverf gesmeerd worden. Het oppervlak moet dan eerst met am- moniakwater goed worden gereinigd. instituut overschatten veel leken het indringingsvermogen van de beit sen, die vaak houtrotbestrijdende middelen bevatten, dit in tegenstel ling tot de meeste verven. In gebeitst hout zal over het algemeen eerder echeurvonmang kunnen optreden. Vooral omdat veel beitsen nogal don ker van kleur zijn en aan de zon kant veel warmte wordt geabsor beerd, wat het werken van het hout en dus scheurvorming in de hand werkt. Voor de doe-het-zelver biedt beits wel het voordeel dat het aantal be werkingen aanzienlijk minder is dan bij verven. De TNO-woordvoerders waarschuwen er echter voor dat door het voortdurend overbeitsen de kleur steeds donkerder wordt. Architecten zouden da«r te weinig rekening mee houden. Sterker moet worden betwijfeld of de werktoesparing bij beitsen voldoen de is om te overwegen verf te ver vangen door beiits. Eén van de TNO- mensen ls zeer duidelijk in zijn uit spraak: ..Ik zou het persoonlijk nooit doen". Werkbesparing heeft men in ieder geval niet bij de eerste schil derbeurt. De oude verf moet eerst vollledig verwijderd worden. Door schuren, afbranden of afbijten. Res ten afbijtmiddel kunnen het drogen vertragen. Nawassen met terpentine ls een noodzaak. Maar zelfs als een enthousiasteling na vele uren <zo niet dagen) hard werken voor het oog alle oude verf lagen heeft verwijderd, twijfelen de TNO-mensen aan het muit van beit sen. Ook de ouderwetse verven be vatten stoffen die enigermate in het hout dringen en het „pakken" van beits verhinderen. Minder extreem ligt het bij belts verven die zo goed dekken dat het niet nodig is om eerst alle verf te verwijderen. Van de houtstructuur is dan echter niets meer te zien. De trend naar het „eerlijke wertc" zet zich ook binnenshuis voort. Veel mensen willen de binnenkant van de kozijnen in dezelfde kleur als de bui tenkant. Aan de oude stelregel („bin nen dichter dan buiten") wordt met dezelfde beits binnen als buiten niet voldaan. Bovendien is gebeitst hout vaker ruwer geschilderd hout, wat voor de huisvrouw schoonmaakpro- blernen kan opleveren. De TNO-mensen waarschuwen er met nadruk voor dat buübenbeitsen bij gebruik binnen gezondheidsge vaarlijk kunnen zijn. In Europees verband wordt hard gewerkt aan een vorm van etikettering van alle verfmaterialen, door middel waar van voor gevaarlijke stoffen gewaar schuwd wordt. Omdat voor vrijwel ieder schilder werk het nodige schuurwerk gedaan moet worden zou het overweging ver dienen af te stappen van het tradi tionele schuurpapier dat snel be schadigt en waarmee moeflijk in hoeken gewerkt kan worden. Er zijn schuurbiokken in de handel met een schuuriaag op flexibel plastic, die na uitspoelen en drogen enige malen ge bruikt kunnen worden. De prijs van een dergelijk blok is ongeveer een rijksdaalder. Kunststoffen Omdat kunststoffen een zeer glad, gesloten oppervlak hebben, moet voor een schilderbeurt de ondergrond eerst worden opgeruwd met fijn, droog schuurpapier. Daarna afnemen met een doek die gedrenkt is in een ontvettend middel. Voorlakken met een twee-componenten-grondlak. Af lakken met hoogglans, maar als u beslist een zijdeglans-afwerking wil moet eerst een laag verdunde hoog glans worden aangebracht. Vulmiddel In de grote wereld van vulmidde len bestaat een produkt dat alge meen als zeer goed wordt erkend. Het Nederlandse Porton, een Zwitser se vinding overigens, heeft op de Ideal Home Exposition in Londen een prijs gekregen, „The Bliue Rib bon" voor hoge kwaliteit. Het was het eerste Nederlandse produkt dat die onderscheiding ten deel viel. Voor schilders biedt Forion echter een moeilijkheid: zijn korrelige structuur. Het is echter voortreffe lijk bruikbaar als over het met Po rton gestopte gat een dim laagje pla muur wordt aangebracht. Op veel verfbussen worden aanwij- worden. Dat wordt over het algemeen aangegeven in prooenten. Verdun ning met tien procent betekent dat Inhoud bus 1 liter 0,75 Eber 0,50 later 0,25 liter JO procent 7 eetlepels 5 eetlepels 3 eetlepels 1 eetlepel tiende deel van de buslnhoud 5 procent 3,5 eetlepels 2,5 eetlepels 1,5 eetlepel 0,5 eetlepel Hoogglans en zijdeglans verven moeten voor een zo goed mogelijk resultaat altijd worden verwerkt met een flinke ronde of ovale kwast. Beitsen en vernissen laten zich het best opbrengen met zachte, langha rige. platte kwasten. De zogenaamde verfkussens zijn goed te gebruiken voor transparan te lakken en beitsen van vlakke op pervlakken. Een nadeel van deze ge makkelijke methode van verven is echter de geringe laagdikte die wordt opgebracht. Een kwast moet goed veel verf kun nen opnemen. Hoe royaler de kwast, hoe beter de verf vloeit en verdeeld kan worden. Een zogenaamde weg werp kwast is goed bruikbaar, maar voor netjes aflakken brengt een duurdere kwast veelal zijn geld op. Kwasten kunnen direct na het ver ven worden schoongemaakt in een cleaner. Goed ronddraaien en na spoelen met schoon water. Het wa ter uit de kwast draaien of slaan voordat hij weer met een andere verf wordt gebruikt. Vuile kwasten kun nen lange tijd bewaard worden in gewoon schoon water. Wel opletten dat de kwast niet droog valt. Als er bijvoorbeeld een dag tussen zit bij een verfklus, dan de kwast met verf en al in aluminiumfolie wikkelen. Voor het bewaren van schone kwasten is een plastic zakje ideaal: om de haren heenbdndem en stofvrij opbergen. bestaan drie hoofd soorten, die elk hun eigen toepas singsmogelijkheden kennen. Poeder en pastaverf is speciaal bedoeld voor plafonds, keukens en badkamers. E- mulsieverf is bij uitstek geschikt voor nieuw werk en behang en de syn thetische muurverf tenslotte ls ideaal or het overschilderen van oude la gen. Poederverf (de goedkoopste soort)' wordt meestal verkocht in papieren of kartonnen verpakking. De pasta muurverf zit vaak in een plastic em mertje en is iets duurder. Beide soor ten zijn niet wasbaar. De emulsie- (of latex-) muurverf is wasbaar, ademend, kleurvast, snel drogend en duurzaam. Op een „wind- droge" ondergrond kan deze verf na ongeveer drie maanden worden aan gebracht op nieuwe muren. Net als de poeder- en pastaverf kunnen ook Synthetische muurverf moet met terpetine op dikte worden gebracht. Het is tenzij de fabrikant uitdruk kelijk anders aangeeft zeer goed af wasbaar, niet of minder ademend kleurvast, vlot drogend en duurzaam. Een muur moet zeker een Jaar oud zijn, wil men deze 60ort met enig succes aanbrengen. Een spuitbus met verf hoeft niet beslist in één keer opgebruikt te wor den. Na gebruik zo'n bus op de kop houden tot er alleen nog gas uit komt. De spuitopening is dan schoon en blijft open tot de volgende keer. Als men aluminium tochtstrips en raamkozijnen „meeverft" met het houtwerk, blijkt de verf minder goed en minder lang te houden op het metaal. Aluminium vraagt een speciale behandeling. Eerst goed ont vetten, daarna gronden met een zo genaamde twee-componenten-grond lak, die een etsende werking en daar door een betere hechting geeft. Na drogen van de grondlak moet de laag direct worden afgewerkt met hoog glans lak. Bijna alle synthetische zeepmid- deleo zijn voor periodiek onderhoud van geverfde oppervlakken geschikt Alleen middelen met een ammonia- oplossing tasten het verf werk aan. In geval van twijfel kunt u te rugvallen op een oud, maar nog steeds aanbevelenswaard recept: wa ter met een scheutje azijn. Bestrijdt tijdens het schilderen .(en daarvoor), stof met een nylon poetsdoek, een oude panty die niet pluist of een vochtneveltje, uit een plantenspuit bijvoorbeeld. Afplakband wordt gebruikt om te voorkomen dat verf op de verkeer de plaatsen terecht komt, verwijder het dan weer zo snel mogelijk. Lang durig zittend plakband wordt voch tig en dan blijft de lijmlaag op de verf zitten, terwijl Je alleen het pa pier er af trekt. Voor het verven van verwar mingsradiatoren zijn de moderne hoogglanslakken zander meer ge schikt. Omdat alleen bij de kleur wit na verloop van tijd een hinder lijke vergeling optreedt, verdient in dat geval een speciale radiatorlak de voorkeur. DAMESMODE in Exclusief jonge stijl... BREESTRAAT I08a-ll2 LEIDEN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1975 | | pagina 25