WAAROM KAN DE ARNO ZO BOOS DOEN? Nabootsen van natuurlijke genietingen met elektroden HOOFD RAAKT TE VOL ZATERDAG 23 NOVEMBER 1974 Wetenschap ca technologie door P. Bok Een schilderachtig straatje in Florence, veranderd in een modderpoel na een van de tot dusver onberekenbare boze buien van de Arno, waartegen de wetenschap nu ten strijde is getrokken. Sexueel genoegen zonder sex, de geneugten van alcohol, gokken en lekker eten zonder drank, financiële ontreddering en zwaarlijvigheid: dit alles ligt volgens psychologen tegen het einde van deze eeuw binnen het bereik van de technische mogelijkheden. Dr. Mike Smith van het Instituut voor Wetenschap en Technologie van de Universiteit van Wales heeft 50 deskun digen gevraagd te toekomstige ontwikkelingen in de psycho logie te voorspellen. In een artikel in het blad "New Scientist" somt Smith de interessantste punten uit deze voorspellin gen op. Een daarvan is wat Smith noemde "zelfbedieningsgenot- centra". „Sinds de jaren '50", aldus Smith, „weten wij dat dergelijke genotscentra bestaan diep in het brein van zoog dieren. De Amerikaanse psycholoog dr. James Olds slaagde erin elektroden in deze centra in te planten bij ratten. Hij bemerkte dat de ratten zich hard inspanden om een hefboom neer te drukken als hun enige beloning bestond uit een lichte elektrische impuls naar de elektrode in hun hersenen. Als de elektriciteit werd uitgeschakeld verloren de ratten snel hun belangstelling voor de hefboom. Het is niet ondenkbaar dat onze kennis van de anatomie van het menselijk brein en onze operatietechniek zover ont wikkeld zullen worden dat een apparaat ter grootte van een draagbare cassetterecorder zorgvuldig afgemeten elektrische Impulsen af kan geven. Het is heel goed mogelijk dat zelf toegediende prikkelingen van de genotscentra sex, alcohol, gokken en eten als midde len tot menselijke bevrediging overbodig zullen maken". Prof. Smith ging niet in op de onvoorzienbare implicaties van een dergelijke ontwikkeling, bijvoorbeeld voor de echtelijke ver houding tussen man en vrouw en voor de voedsel- en dran kenindustrie Enkele andere voorspellingen zijn: misdadigers zullen in bedwang gehouden worden door farmaceutische middelen in plaats van door gevangenissen en scheikundige middelen zul len gebruikt worden om het leerproces te versnellen of te vertragen rond de jaren '90. „Tegen het jaar 2038 zal onze kennis van de neurofysiologische processen van het leren en het geheugen zo volledig zijn dat biologische methoden voor het selectief uitwissen van „geheugenbanden" beschikbaar zullen zijn. Mensen wier geluk belemmerd wordt door onaan gename emotionele herinneringen zullen die kunnen laten uitwissen". De mogelijkheid om gedrag te beheersen zal na 1987 reëel worden. Dit hoeft niet onheilspellend te zijn. Een knap kind uit de ergste achterbuurten van Cardiff of Glasgow bijvoor beeld zou vrijwillig een gedragsregelend programma kunnen ondergaan, waardoor hij zich staande zou kunnen houden te midden van het puikje der intellectuelen. Prof. Smith zei wel dat alle geuite voorspellingen met een "gezond scepticisme" benaderd moeten worden. Als de toeristen uitgekeken en uitgefotografeerd zijn op de scheve toren van Pisa, trekken zij naar de boorden van de rivier de Arno. Ze strijken neer op de terrasjes of flaneren langs de kaden en kijken naar de weinige bootjes, die vaak maar net voldoende water onder de kiel hebben om veilig voorbij de ondiepten te komen. Door zijn lage water stand is de Arno in dë ogen van de toeristen een tamme sloot, maar de Italianen weten beter. Zij zijn bang voor de Arnobang voor de voorjaarsdooi en de najaarsregens, die deze 'tamme sloot' in korte tijd kunnen veranderen in een furieuze watermassa, die met ongelooflijke snelheid naar de Tyhr- rheense Zee raast. De rivier eist dan haar tol: verwoeste huizen, vernielde oogsten en tientallen mensenlevens. De Arno slaat altijd toe op onver wachte momenten. De angst van de bevolking voor het wispelturige wa tergeweld wordt vooral ingegeven door onvoorspelbaarheid van het stroomgedrag. Langdurige regenval hoeft niet altijd gepaard te gaan met overstromingen, terwijl de on opvallende voorjaarsdooi in de ber gen. waar de Arno ontspringt, oor zaak kan zijn van kortstondige en vaak fatale stroomversnellingen. En zo is het altijd geweest. Reeds in 217 voor Christus maakten de ge schiedschrijvers Polibio en Tito Livio melding van het feit dat het Car- thaagse leger onder aanvoering van Hannibal een gevoelig verlies leed aan manschappen en olifanten toen het de Arno overstak en werd over rompeld door een "plotselinge stroomversnelling". De onberekenba re Arno trok in 1766 ook sterk de belangstelling van bouwmeester Fer- dinando Morozzi in zijn „Heden en Verleden van de Rivier de Arno en de oorzaken en Remedieën van zijn overstromingen". In dit boek somt hij de overstro mingen tussen 1177 en 1761 op, in welk tijdsbestek hij er 24 omschrijft als ..zeer groot", en zes als „ramp zalig". De eerste geregistreerde rampzalige overstroming dateert van 4 novem ber 1333. Met tomeloos geweld valt de rivier Florence binnen en sleurt de Carraiabrug, de Brug van de Hei lige Drievuldigheid en de oude stads brug met zich mee. Op 13 augustus 1547 herhaalde de ramp zich. Florence werd bedekt met een dikke laag slik, gebouwen stort ten in en mensen verdronken. Tien jaar later raasde de rivier weer door Florence, trad vreemd genoeg niet buiten zijn oevers, maar nam de Brug van de Heilige Drievuldigheid voor de zoveelste keer met zich mee. In het verleden trachtten inwo ners van Florence en Pisa tevergeefs het stroomgedrag van de Arno te voorspellen uit bijvoorbeeld de vlucht van de vogels, de kleur van het wa ter en de vorm van de wolken. De Arno bleef toeslaan op onver wachte momenten en de enige zeker heid die men in de loop van de de cennia kreeg, was dat het aantal rampzalige overstromingen bleef toe nemen: een zekerheid, die het on veilige gevoel te leven onder een zwaard van Damocles alleen maar versterkte. Prof. U. Maione van de universiteit van Pavia (links) met een van zijn assistenten aan het werk met de compu ter, die ingeschakeld is om het humeur van Arno wat aan banden te leggen. Pogingen om de rivier met strek dammen en dijken te temmen faalden door de eeuwen heen, doordat deze maatregelen zich richtten op lokale gevolgen en niet op de oorzaken. Om te weten welke maatregelen moeten worden genomen om de pe riodieke watermassa's in veilige ba nen te houden, werkt prof. U. Maio ne van de faculteit voor waterbouw kunde en hydrologie van de univer siteit van Pavia nauw samen met het wetenschappelijke centrum van IBM in Pisa. Het doel van deze sa menwerking is de Arno echt te le ren kennen, dat wil zeggen dat de ri vier als natuurlijk fenomeen moet worden doorgrond. Evenals een auto monteur een motorstoring kan loka liseren en opheffen doordat hij het mechanisme door en door kent, zo moet het complex van oorzaken en gevolgen dat de Amo zijn zogenaam de onvoorspelbare karaken* verleent, doorzichtig worden gemaakt. De taak. die het computer-centrum op zich heeft genomen, bestaat uit het vervaardigen van een mathema tisch model, waarmee een snelle com puter de gedragingen van de Arno kan simuleren of nabootsen. Wan neer de Arno eenmaal i:i dit realis tische model gevangen zit, kan wor den nagegaan welke ingrepen tot het verlangde resultaat zullen leiden In het model kan men de compu ter laten manipuleren met strexdam- men, dijken, reservoirs, golfbrekers, enzovoorts, bij de maximale water- verplaatsing. Uit een groot aantal mogelijkheden kan dan de veiligste combinatie van ingrepen worden ge kozen om de Arno zijn levensgevaar lijke karakter te ontnemen. Het samenstellen van het reken kundige model, dat dus een na tuurgetrouwe afspiegeling is van de werkelijkheid, vereist een groot aan tal basisgegevens en statistische in formatie. De basisgegevens worden momenteel verzameld door hydro logen en geologen van de Universi teit van Pavia, die de Arno over zijn volle lengte van 241 kilometer heb ben voorzien van meetapparatuur, zo als regenmeters, stroomsnelheidsme- ters, thermometers, zuurgraadmeters en waterstandindicatoren. Tegelijkertijd worden op andere punten boringen verricht om een profiel te verkrijgen van de absorp- tiecapaciteit van rivierbedding en oevers in verband met de grondwa terstromingen. Zelfs wordt de ba lans van de vegetatie opgemaakt om dat planten water in zich opnemen. Van belang is ook dat statistisch informatie wordt verzameld over neerslag, dooi en verdamping in de hoogvlakte van de Monte Falterona, waar de Arno in een grillig patroon van beken en beekjes ontspringt. Al een jaar lang is een legertje van onderzoekers bezig met het verza melen van deze belangrijke gege vens. Wanneer deze informatie door de computer is gesorteerd en gerubri ceerd zal het signalement van de Arno bekend zijn en zullen weten schappelijke programmeurs dit sig nalement gestalte geven in een groot aantal wiskundige formules. De computer kan deze formules in hun onderlinge samenhang be oordelen en simuleert daarmee de hydrodynamische wetten van oor zaken en gevolgen. Inderdaad kan de computer dan tot de uitslag ko men, dat een wolkbreuk het stroom gedrag van de Arno niet of nauwe lijks zal beïnvloeden, wanneer het grondwaterpeil laag is en de poreuze bodem dit overtollige water in zich opneemt. Wanneer de bodem echter bijna verzadigd is, zal dooi of plaat selijke langdurige regenval een „on verwacht" groot wateraanbod veroor zaken, dat tot rampen kan leiden. Onder deze omstandigheden kan het uitbaggeren van een stuk bed ding, het graven van een of meer re servoirs of het aanleggen van strek dammen de gevaren keren, waarvoor de Florentijnen en de inwoners van Pisa eeuwenlang bang zijn geweest. Hopelijk zal binnenkort de Brug van de Heilige Drievuldigheid nooit meer worden weggeslagen en zal de Arno zijn laatste mensenleven hebben op geëist. Het „overbelasten der herse nen" is een kwaal van deze tijd. Dr. Iwan Chorol uit de Sowjet- Unie is van oordeel dat over de hele wereld miljoenen mensen lijden onder een chronische mentale belasting. In een door hem geschreven en door de Unesco gepubliceerd rapport schrijft dr. Chorol ons der meer het volgende. „Er zijn bewijzen voor dat het fijnse apparaat op aarde, het menselijk brein, de rand van de ondergang is genaderd. De heisenen van een mens levend in de 20ste eeuw hebben dage lijks een hoeveelheid feiten te verwerken en op te slaan, waar voor een vorige generatie soms het hele leven de tijd had". De geleerde, die lid is van de Sowjet-Akademie van Weten schappen, vindt dat er op de hele wereld een campagne moet ontstaan die tot doel heeft de hersenen te "redden". Zo vindt hij, dat "hersenhygiëne" op school zal moeten worden on derwezen en dat er voor hoofd werkers een speciaal dieet zal dienen te worden samengesteld. Met dit alles moet niet lang worden gewacht, aldus dr. Cho rol. Het tempo van het leven van alledag is zeer toegenomen en dat alleen draagt sterk bij tot de belasting van de hersenen, die een maximale „bevattingscapa- dteit" hebben, die niet mag wor den overschreden. Op het gebied der politiek, ze den, techniek en andere terrei nen doen zich voortdurend gro te veranderingen voor waaraan een mens zich maar moet aan passen. „Het is zeer wel moge lijk dat er een grens bestaat, aan het vermogen tot reageren van het menselijke organisme, en dat de mens niet in staat zal zijn een onbeperkt aantal van dergelijke aanpassingen aan te kunnen". De tijd besteed aan het op voeden en opleiden der mensen is sterk toegenomen, aldus dr. Chorol en een intellectuele werker besteedt ongeveer eender de van rijn leven aan opgeleid worden en zelfstudie. Dit bete kent voor hem mentale spanning en sterk „volproppen" van de her- Dr. Chorol zegt ervan overtuigd te zijn dat specialisten met spoed moeten trachten na te gaan over welke „reserves" de menselijke hersenen eigenlijk beschikken. „In tegenstelling tot de com puter is het menselijke brein een „machine die maar één ding tegelijk aankan". Als het op een en hetzelfde moment wordt ge confronteerd met een aantal problemen dan kan dit ledden tot mentale overspanning en zelfs tot pathologische verande ring in de hersenstructuur". On die schade te voorkomen, aldus dr. Chorol, zou elk mens, en al vroeg, moeten leren, hoe hij zijn denken zo kan indelen en ordenen, ook vooral overbo dig geworden kennis en herin neringen te vergeten zodat over belasting wordt vermeden. Hij wees erop dat .uit recent biologisch onderzoek is gebleken dat het mogelijk is zenuwspan ning althans gedeeltelijk weg te nemen door een ingreep in het „chemische evenwicht" van de hersenen, iets wat geen neven gevolgen oplevert.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1974 | | pagina 17