„Valhelm wordt
een voltreffer"
Snellere hulp voor zieken en gewonden
In het hele land komen centrale posten voor ambulance-vervoer
Actie leidde tot nieuwe wet
Je noodt. Maar je kan de score nog
belangrijk verhogen. Door verdere
voorlichting en door die wettelijke
maatregel, die de twijfelaars zal
overhalen".
Weigeraars zal je altijd blijven
houden. Vijftien procent, zo is de
schatting. Dat zijn de hardnekblgen,
die alleen gevoelig zijn voor het
argument van politie-optredeh, voor
een bekeuring. Die is overigens na
een doodval niet meer dienstig.
Op die bekeuringen kunnen de
weigeraars natuurlijk zonder meer
rekenen.
„Als je die helm niet draagt val Je
meteen op, je valt onvermijdelijk
door de mand, je bent gewoon de
klos", voorspelt Van Paasschen
zonder moeite.
VVN heeft al talrijke campagnes
gevoerd en onderzocht op effect.
Vaak zijn daarbij twijfels gerezen
omdat de mens een moeilijk te
beiënvloeden factor blijft. Dan lijkt
de enige hechte basis voor een
veiliger verkeer de combinatie van
betere wegen en veiliger voertuigen.
„Valhelm-Hoofdzaak" Is de eerste
campagne, waarvan vaststaat, dat
ze succes heeft.
„Het maakt je weer wat optimisti
scher over de mens in het verkeer
en dan met name over de jongeren.
Die geven nu het goede voorbeeld".
Alleen omdat zo'n helm stoer staat?
„Tien jaar geleden stond hij ook
stoer. Toen wilden ze 'm niet. Maar
nu doen ze het ineens. De ouderen
geven een veel groter probleemge
bied. Die dragen ee.n plastic kapje,
een petje, een hoedje. Maar geen
helm. Omdat het gek zou ètaan. Ze
beschermen hun permanent en
watergolf, maar ze beschermen zich
niet tegen invaliditeit en de dood".
Het praktisch resultaat: Veilig
Verkeer Nederland heeft zeer
onlangs tien grote ziekenhuizen in
het land gevraagd of er een
terugloop is in het aantal
verkeersslachtoffers met schedellet
sel. En overal was het antwoord:
ja, dat is drastisch verminderd, dat
is zeer belangrijk aan het dalen.
Een voltreffer dus, de actie
„Valhelm-Hoofdzaak".
„Onze naam „Veilig Verkeer
Nederland" kan er een grotere,
diepere betekenis door krijgen",
hoopt de heer Van Paasschen.
Daarmee is zijn blijheid nog niet
op.
ZATERDAG 20 JULI 1974
.Vakantietijd. Pretperiode, maar helaas nog altijd maanden vol ongelukken, verkeersslachtoffers,
verdriet. Drukke dagen voor het ambulancepersoneel, de broeders, de verpleegkundigen, de art
sen. Zij doen hun best, maar met name op het platteland, waar de toerist rust hoopt te vinden,
komt de hulp nog wel eens te laat. Een gebrek aan coördinatie, het niet op éen punt bekend zijn
waar de arts, de ambulance zich bevindt. Nederland werkt echter hard aan een meer efficiënte
hulpverlening.
Door
Daan Ovexhoff
Over twee jaar hoopt men over het
hele land negenenveertig centrale
posten voor het ambulancevervoer
(CPA's) te hebben ingericht. Van
daaruit heeft men dan een directe
verbinding met artsen, politie,
brandweer en de al bestaande 242
ambulanceposten, waar 692 zieken
auto's inzetbaar zijn. Op die
manier kan de hulpverlening binnen
twee minuten op gang komen,
binnen vijftien minuten zal men ter
plaatse zijn.
Een ambitieus plan, dat gestalte
kreeg in de Wet op het
Ambulancevervoer van de toenmali
ge staatssecretaris Kruisinga. Eind
januari vorig jaar werd die wet van
kracht en dr. R. Vos. hoofd van de
afdeling verkeersongevallen, ambu
lancevervoer en revalidatie van de
geneeskundige hoofdinspectie van de
volksgezondheid is belast met de
uitvoering ervan.
Coördinatie
„De wet beoogt een betere
coördinatie van de hulpverlening",
zegt hij, „terwijl ook hogere eisen
aan de opleiding van ambulancebe
manning worden gesteld. Op die
manier komen we tot een betere en
snellere hulpverlening aan mensen,
die na een ongeval naar het
ziekenhuis moeten worden vervoerd,
maar net zo goed aan mensen, die
thuis wat overkomen en hulp
behoeven''.
In de steden heeft men over de
hulpverlening niet te klagen. Daar
kent men al lange tijd de centrale
meldkamers van de GG en GD. die
met vakbekwaam personeel op de
ambulances snel ter plaatse is.
Buiten de steden is men echter
afhankelijk van de goed bedoelde
diensten van 169 particuliere ambu-
lamcehouders met ziekenauto's
voor zowel acute als niet spoedeisen
de gevallen.
„Ik zie niet in waarom iemand op
het platteland minder bediend moet
worden dan iemand in een stad",
zegt dr. Vos „maar een feit is, dat
men buiten de steden nogal efens
langs elkaar heen werkt. Een
huisarts heeft grotere afstanden af
te leggen, is langer van huis en
minder bereikbaar.
Mobilofoon
Ziekenauto's hebben vaak geen
mobilofoon aan boord, waardoor ze
van de ene klus niet rechtstreeks
naar de volgende kunnen worden
gestuurd. Bovendien is het oproepen
van een ambulance op het
platteland nog steeds een privilege
van de politie of de arts en ook dat
vertraagt".
Daarom heeft de wet de provincies
opgedragen gebieden aan te wijzen
waar een CPA moet worden
gevestigd. Zo krijgen Groningen
Friesland en Drenite er alk één
Overijssel zes, Gelderland zeven,
Utrecht twee, Noord-Holland negen,
Zuid-Holland acht, Zeeland twee,
Noord-Brabant zeven en Limburg
vijf,
„Centrale posten, die door iedereen
zijn te bellen", zegt dr. Vos, „van
daaruit heeft men directe verbin
ding met politie, brandweer en
ambulanceposten. Via mobilofoon
zijn ambulances en artsen, die op
pad zijn, direct te bereiken. Op die
manier kan men in de kortst
mógelijke tijd hulp verlenen en dat
is belangrijk, omdat bij mensen in
nood elke minuut als een uur wordt
Exploitatiekosten
De CPA's worden ingericht op
kosten van de betrokken gemeenten.
De exploitatiekosten worden verre
kend in de ritprijs van de
ambulances, zodat de centrale
meldkamers zichzelf financieren.
Over twee jaar gaan de meldkamers
draaien, op den duur zelfs met een
landelijk alarmnummer (0011), zo
Na 1 november mag niemand meeir op een bromfiets zitten zonder valhelm. Ook die
verrukkelijke duo-engel niet en ook niet kleine Wimpie in het bakje voorop. Minister
Westerterp heeft zo een maatregel aangekondigd, waardoor de bromfietser in bescher
ming wordt genomen tegen de dodelijke gevaren, die hem in het Verkeer bedreigen. Er is
al een zware tol betaald. In de laatste tien jaar vonden vijfduizend bromfietsers de dood
in het verkeer. Tachtig procent daarvan overleed aan schedel- of hersenletsel. Er werden
een kwart miljoen gewonden geteld. Talloze daarvan zijn voor hun leven invalide.
van
„Voor de verkeersveiligheid is dit blaasproef. De kleinste borrel gaat
een historisch jaar. Een jaar waarin dan al problemen opleveren". H f noPdkeurinasmerk
drie maatregelen worden ingeleid. *Het goeaKeunngsmerk
Van Paasschen telt op en komt dan mu-nai.
tot deze slotsom: „Dit pakket van
De valhelm voor bromfietsen, de drie samen zal de inleiding worden belangrijks is gebeurd in het totale
verplichte autogordel en de veel tot een veel veiliger verkeer. Ik heb beeld van de verkeersveiligheid. Het
strengere wetgeving op het alcohol- de overtuiging dat straks na de aantal doden en gewonden zal
gebruik in het verkeer. Met een afronding van dit geheel iets heel drastisch afnemen".
dat men, ongeacht waar mén zich
bevindt, kosteloos met de dichtst
bijzijnde CPA wordt verbonden.
„Dat is niet alleen een kwestie van
een draadje vastmaken", zegt dr. Vos,
„maar het heeft te maken met de
levertijd van apparatuur. Daarom
duurt het allemaal nog even".
Voor een efficient» hulpverlening
op het platteland zullen echter ook
de CPA's niet buiten de huisarts
kunnen. Hij moet bereikbaar en
bereidwillig zijn. „Natuurlijk is het
al een voordeel dat straks de
huisarts en de ambulance tegelijk
worden gealarmeerd", zegt dr. Vos,
„daarmee win je tijd in vergelijking
met nu, waarbij eerst de huisarts
wordt opgeroepen, die op zijn beurt
de ambulance inschakelt.
Maar daarvoor zullen de artsen tot
groepsvorming moeten overgaan.
Eén man heeft dan voor een
bepaalde tijd ongev^llendienst. Hij
is per mobilofoon bereikbaar".
Ook de bereidheid tot hulpverlening
moet bij de arts aanwezig zijn. Dat
punt staat ter discussie sinds een
huisarts op het platteland nog niet
zo lang geleden tot twee keer toe
weigerde uit te rukken bij een
ernstig verkeersongeluk. Een klacht
daarover werd overigens door het
centraal medisch tuchtcollege afge-
Andere opzet
„Ik blijf in de bereidheid van de
huisarts geloven", zegt dr. Vos, „maar
mochten zij de directe hulpverlening
niet meer tot hun taak willen
rekenen, dan wil ik daar een
duidelijke uitspraak over. Dan
kunnen we tot een andere opzet
komen.
Voorlopig ervaar ik echter, dat de
huisarts in negentig procent van de
gevallen hulp verleent. Als hij
straks op het platteland merkt, dat
er via de CPA's niet langer langs
elkaar heen wordt gewerkt, zal hij
zeker meewerken".
De huisarts is immers onontbeerlijk
in' de hulpverlening. „Je kan een
in zien de gevaarlijke helmen van
buitenlandse makelij ifce verkopen,
die een tijd de markt hebben
overspoeld, helmen waarmee je je
mooi te barsten kan vallen.
Een tweede factor: „Je kan een
wettelijke maatregel op verkeersge
bied pas met succes invoeren als
het publiek zo overtuigd ds van het
nut ervan, dat je geen weerstanden
meer ontmoet. Het probleem mag
geen discussiepunt meer zijn. Je
moet met een campagne ervoor
zorgen dat de draagplicht van zo'n
helm als iets vanzelfsprekends
wordt aanvaard".
Die campagne is er dus gekomen.
Ze loopt nu al tien maanden en
gaat nog tot november dóór.
„Valhelm-Hoofdzaak". Het is de
langdurigste actie die Veilig Verkeer
Nederland ooit heeft gevoerd, het is
ook de eerste, die werd opgezet in
opdracht van de overheid.
„We hebben de aanpak van begin af
aan volledig wetenschappelijk bege
leid. De Stichting Wetenschappelijk
Onderzoek Verkeersveiligheid en hét
Instituut voor Sociaal en Weten
schappelijk Onderzoek hebben gere
geld de resultaten van de campagne
gemeten en naar aanleiding van de
weerstanden, die uit die onderzoe
kingen werden crerpnnorteerd hebben
we steeds bi jgestuurd".
De belangrilkste vormen van
tegenstand: „Moet Je nou voor zo'n
kort ritle in de stad ook zo'n helm
op? Dat is flauwekul", en van
oudere mensen: „Ik loop voor gek
met zo'n ding".
En wat is nu het resultaat van tien
maanden actie-voeren?
..Een succesvolle zaak", is de
conclusie van de voorlichter van
Veilig Verkeer, „Een recente
meting in het begin van dit jaar
heeft aangetoond, dat binnen een
jaar het aantal helmdragers is
verdubbeld. Gemiddeld draaft de
helft van de bromfietsers nu al een
valhelm en van de schoolgaande
jeugd is dat zelfs 75 procent".
Het lijkt mooi, maar het blijft toch
zaak om per 1 november ook die
andere helft te hebben omgeturnd.
Van Paasschen maakt zich geen
illusies. ,Die honderd procent haal
EHBO-er nu eenmaal onmogelijk
zwaargewonde mensen of mensen
met een hartinfarct laten helpen",
zegt dr. Vos, „dat wordt te gek.
Daarvoor heb Je gediplomeerde
artsen nodig.
Maar de mensen op de particuliere
ambulances van het platteland
hebben helaas vaak niet meer dan
hun EHBO-diploma. Aan hen gaan
we dan ook hogere eisen stellen. Het
moeten verpleegkundigen worden
met een speciale opleiding voor de
behandeling van spoedgevallen".
Met hoog gekwalificeerd personeel
in de ziekenauto's en een duidelijke
coördinatie via de CPA's is straks
aan de wettelijke verplichtingen
voldaan. Dat betekent echter nog
niet, dat er over twee jaar niets
meer aan de hulpverlening valt te
verbeteren.
„Verbindingstechnisch hebben we
dan het Ideaalbeeld bereikt", zegt dr.
Vos, „maar na inventarisatie kan
best blijken dat bepaalde stukjes
Nederland toch nog moeilijk zijn te
bedienen".
In de toekomst hoopt dr. Vos dan
ook helicopters bij de hulpverlening
te kunnen inzetten. „Alles kan beter",
zegt hfj, „zo hebben ze in München
al een helicopter met piloot, arts en
verpleger, die wordt ingezet bij
noodsituaties bulten een straal van
15 kilometer van het ziekenhuis.
Die helicopter is bedoeld om
deskundigen zo snel mogelijk naar
de patiënt te brengen. Alleen in
heel ernstige gevallen wordt de
patiënt er ook mee naar het
ziekenhuis vervoerd. West-Duitsland
beschikt over 25 helicopters.
In een klein land als Nederland ls
dat niet nodig, zeggen ze dan. Maar
De vakantietijd is niet alleen
een tijd waarin plezier wordt
gemaakt er gebeuren ook nogal
eens afschuwelijke ongelukken.
15 kilometer in West-Duitsland is
hetzelfde als 15 kilometer in
Nederland. De rijkspolitie experi
menteert hier al met helicopters.
Ook wij zullen ze in de toekomst
goed kunnen gebruiken".
Alles op zijn tijd echter, redeneert
dr. Vos. Over twee jaar zijn we al
een heel stuk verder.
„Valhelm-Hoofdzaak slagzin van
Veilig Verkeer Nederland, krijgt nu
over een flinke drie maanden rugge
steun van de wet.
Vijfduizend doden, een kwart
miljoen gewonden. Komt die
verplichting tot helmdragen eigenlijk
niet veel te laat?
Door
Anton Pfeiffer
„Ja, eigenlijk wel", zegt F. SJ. van
Paasschen, hoofd sectie voorlichting
van Veilig Verkeer Nederland. Hij
heeft met zijn mensen tien maanden
lang de hamerende campagne van
„Valhelm-Hoofdzaak" gevoerd.
De maatregel komt te laat, omdat
elke dag dat zij er eerder zou zijn
geweest mensenlevens had ge
spaard. Het is droef genoeg, maar
aan de andere kant kon ze niet
eerder worden ingevoerd.
„Je kan pas met zo'n wet komen
als die, mogelijk wordt gemaakt
door voldoende valhelmen, die veilig
zijn", zegt de heer Van Paasschen.
Men vertrouwt erop, dat het in
november zover zal zijn. Dan ligt
voor iedere bromfietser een valhelm
in de winkel met het goedkeurings-
merk van TNO-RAI, dan zal de
handel er ook geen brood meer