Nachtwacht los in de lijst
flEESZS
overheid
stimuleert
cultuur
in brede
zin met
enorme
bedragen
ZATERDAG 13 JULI 1974
Nou loop je niet even met De Nachtwacht onder de arm het Rijksmuseum uit. Maar toch
kan er met dit in 1642 door Rembrandt gepenseelde doek van alles gebeuren dat een eind zou
maken aan deze picturaal zo kranige toeristenlokker. De vlam in De Nachtwacht, bijvoorbeeld,
zou Amsterdam behoorlijk achteruitzetten als pleisterplaats van buitenlandse cultuurzoekers
en mede daarom is het Rijksmuseum vermoedelijk het best beschermde gebouw van Nederland.
„De Nachtwacht hangt los in zijn lijst. Je draait aan de achterkant twee knopjes om, het doek
zakt aan een paar touwen omlaag, zes man zetten het op wieltjes en rijden het naar een
gleuf in de vloer aan de zijkant van de zaal en binnen de vijf minuten staat het schilderij be
neden in de doorgang onder het museum".
Intendant G. H. H. Schroder (59),
belast meit de beveiliging van
het museum, zegt het alsof die
enorme lap linnen bijna dagelijks
uit zijn lijst getild wordt. Dat is
uiteraard niet zo, maar wel wordt
regelmatig geoefend met een dummy
van dezelfde afmetingen en met
hetzelfde gewicht als het origineel.
En de chef bewakingsdienst is
telkens weer blij als die operatie
opnieuw twintig seconden sneller
dan het vorige record wordt
uitgevoerd.
Schroder (voormalig luitenant-ko
lonel van de Grenadiers, met
dienstjaren bij KNIL, luchtmacht
en marine achter de stramme rug)
wil wel vertellen dat er dag en
nacht voldoende mankracht in de
kunsttempel aanwezig is om de
schatten te beschermen - en ter
meerdere afschrikking van het
De Roemeense overheid stimuleert
de cultuur in brede zin met enorme
bedragen, cultuur is een nationale
aangelegenheid van de eerste orde.
Het gerucht wil, dat het cultuur
budget even groot is als dat van
defensie. Antwoord bij navraag:
best mogelijk, maar het müitaire
budget is geheim... In het theater
zijn die investeringen duidelijk
merkbaar. De duurste theaterplaat
sen kosten rond 18 lei, dat is neg
geen vier gulden. Repertoiregezel
schappen brengen jaarlijks een stuk
of zes premières uit (waarvan een
verplicht aantal origineel Roemeen
se stukken), maar er zijn ook ge
vallen waarin een regisseur en een
groep (uit een gezelschap) letterlijk
jaren tijd krijgen om een stuk te
prepareren en te repeteren. Er zijn
in Boekarest alleen al 32 theaters,
waarin iedere avond (behalve
maandag) iets te doen is. Radio en
televisie brengen nieuwe en oudere
stukken aan de lopende band. zegt
Dinu Serraru, hoofd drama van ra-
dio-tv. In drie studio's wordt het
wekelijkse tv-spel met top-acteurs
en top-regisseurs gemaakt (artistie
ke regie van een toneelman, bege
leid door een tv-expert). Radio-dra-
ma maakt zes uitzendingen per
week: vaste toneelavond, plus
school- en andere dramatische uit
zendingen. Kijk- en luisterdichtheid
is enorm.
Geld
Hoe stimuleert men de toneel
schrijfkunst, die voor deze enorme
productie nodig is? Ook in een so
cialistische staat speelt het geld een
rol: de toneelschrijver krijgt twintig
procent van de bruto-box-office,
een stuk dat succes heeft loopt
honderd maal of meer en dat bere
kent „rijkdom". Wie een prijs wint
in de nationale toneelschrijfwed
strijd krijgt nog eens extra zo'n
20.000 lei (5.000 gulden). In de
hoorspelwedstrijd valt 22.000 lei te
geboefte horen daar ook een herder
en een bouvier toe - maar wat er
aan infrarood, laserstralen en
andere elektronisch vernuft in huis
is, daar zwijgt hij behoedzaam over.
Wel zegt hij„Vitrines met
bijvoorbeeld gouden voorwerpen en
Juwelen zijn natuurlijk speciaal
beveiligd".
Blijf je dan ter plekke dood als Je
zo'n vitrine aanraakt?
„Nee, was het maar waar. Booby
traps zijn niet geoorloofd. Trouwens,
de fysieke bewaking blijft het
belangrijkst".
Vorige week heeft in King's College
in Cambridge iemand op Rubens
„De aanbidding der wijzen de
letters IRA gekrast. Kan dat met,
zeg, De Nachtwacht ook gebeuren?
„Ja, het kén gebeuren. Na de
opening van de Rembrandt-tentoon
stelling in 1969 heeft een vent hier
Door
Jaap Joppe
verdienen, plus nog een fors hono
rarium voor het stuk zelf.
Dat levert een enorm aantal origi
nele stukken op, maar het zijn be
paald geen meesterwerken. Er moet
veel aan worden gesleuteld, en dat
gebeurt bij voorbeeld door een dra
maturgische afdeling van het mi
nisterie van cultuur: tien main zijn
daar mee bezig. Grote dramaturgi
sche afdelingen ook bij de theaters:
het Nationale Theater bij voorbeeld
heeft daarvoor zeven man in dienst.
De Schrijversbond heeft een dra
maturgische afdeling, die Jonge
schrijvers helpt. Er is als onderdeel
daarvan een workshop, waarmee
Valentin Sylvestru veel bemoeienis
heeft, en waar acteurs een lezing
geven van nieuwe stukken, met dis
cussie na.
Dat betekent weer dat er dramatur
gen moeten worden opgeleid, en dat
gebeurt onbekrompen op het insti
tuut voor film en dramatische
kunst (film- en toneelschool). Er is
enorme belangstelling voor dat in
stituut (800 kandidaten voor 40
plaatsen), waarop alleen afgestu
deerden van middelbare scholen
worden toegelaten. Het totale ren
dement van die opleiding is nog
niet voldoende (het totale acteurs
bestand in Roemenië is rond 2500)
de vraag, zowel naar acteurs als
naar regisseurs en dramaturgen is
groot, voor de grotere en kleine ge
zelschappen, voor poppentheaters
als het voortreffelijke Tandarika in
Boekarest en veel andere in de pro
vincie, maar het effect van die op
leiding is merkbaar.
Het toneel is nu vrijer dan ooit
tevoren (al moet de overheid nog
allerlei toestemmingen geven voor
een stuk kan worden opgevoerd).
vijf schilderijen staan te bekrassen.
Gelukkig ging dat niet diep, alleen
maar in de vernis, en een paar uur
later was alles weer in orde - maar
de mogelijkheid bestaat altijd".
Men zal niet zo snel met een
paneeltje van Vermeer onder het
colbert wegkomen. Maar stel dat het
toch gebeurt?
„Dan is de vent die het doet niet
interessant voor me. Zeg dat een
zaalwachter het ziet gebeuren. Dan
zal die proberen het schilderij terug
te pakken en de man laten lopen,
want die is op dat moment werk
voor de politie geworden".
Schroder ziet zijn taak in drie
fasen: preventie, alarmering en
tegenactie. Preventie is, in zijn
eenvoudigste vorm, de zaalwachter
die met ondoorgrondelijk gelaat
terzijde van de kunstschatten zijn
uren staat vol te maken. Over de
Door
H.J.OoJbekkink
alarmering doet hij wat geheimzin
nig: hij heeft er geen behoefte aan
cultuurgangsters op ideeën te
brengen. En tegenactie?
„Die kan ook al van de zaalwachter
komen. Waar we voornamelijk tegen
moeten waken is, behalve brand, ook
diefstal en vandalisme. En dat
vandalisme is vaak onbedoeld - de
dames willen altijd even de gobelins
betasten om te voelen van wat voor
stof die gemaakt zijn. Nou, we
krijgen ruim een miljoen bezoekers
per jaar en als al die vrouwen even
dat hoekje tussen de vingers nemen
is dat hoekje zó versleten".
We mogen aannemen dat die
nieuwsgierige dames niet met een
karateslag worden neergelegd. Maar
Je kunt Je voorstellen dat er
behoefte kan ontstaan aan een
gespierde zaalwachter.
„Dat is ook zo. Toen ik hier negen
Jaar geleden kwam bestonden de
zaalwachters vooral uit oude man
netjes die licht werk moesten doen.
Nu ben ik bezig aan verjonging,
potige kerels van zo'n 24, 25 jaar. En
verder moet Je voortdurend bezig
zijn om strakkere maatregelen door
te voeren om te voorkomen dat de
security sleur wordt. Ik weet
bijvoorbeeld van een museum, ik zal
geen namen noemen, waar ze een
stuk of tachtig ultrasonore beveili
gingszendertjes hebben. Nou werd er
tóch een diefstal gepleegd en bij
latere controle bleek dat ongeveer
dertig van die zendertjes het niet
deden. Uit sleur waren ze niet van
tevoren gecheckt".
Hebben de zaalwachters oog voor
van normaal museumbezoek afwij
kend gedrag?
„Ze krijgen daar na verloop van tijd
wel inzicht in, ja. Als iemand zich
verdacht gedraagt. Je hebt dat wel
eens met die hippies, volgen de
zaalwachters zo'n man en dan geven
ze elkaar van zaal tot zaal tekens.
Want kijk, al die elektronische
middelen om een museum te
beveiligen dienen alleen maar om de
menselijke bewaking te controleren,
aan te vullen, op te peppen, maar ze
kunnen die mens nooit vervangen".
Schroder doorkruist het omvangrij
ke pand met twee forse sleutelbos
sen omdat alle deuren die niet tot
de publieksruimte horen permanent
op slot zitten. Hij neemt me mee
naar de gigantische airconditioning
installatie en naar de vochtsproeiers
die door het hele museum de juiste
vochtigheidsgraad veroorzaken door
van alle mineralen ontdaan water
(„puur H20") te spritsen. Want de
eeuwenoude kunstschatten staan en
hangen boven een uitermate moder
ne apparatuur die eveneens onder
het opschrift Beveiliging valt.
Schroder: „Ja, want biochemische
en klimatologische agressie moet ook
bestreden worden. Daarom moet
iedereen, van de hoofddirecteur tot
de laagste man, security-minded
zijn. Tijdens die Rembrandttentoon
stelling was het soms zo druk dat ik
dacht: god, die gaan straks met z'n
allen door de vloer. Nou, dan moet
Je iets doen om de doorstroming
beter te laten verlopen. Dat is ook
een facet van beveiliging".
Hoe mag de beveiliging van de
Nederlandse musea gezien worden in
internationaal kader?
„Ik ben in Rusland in musea
geweest. Die worden daar allemaal
bewaakt door vrouwen. Dat zijn
krengen van wijven, maar wel erg
goed. Er wordt daar dan ook nooit
iets gestolen. In de Verenigde
Staten was ik daarentegen in een
museum waar minstens één keer
per week een ernstige misdaad
plaatsvond: dat liep van roof en
moordaanslagen tot verkrachtingen.
Ze hadden daar de karabijnen
studentengroepen, de theaters zitten
goed vol (van 60 tot 100 procent).
Dat maakt, dat het soms hinderlij
ke gebrek aan vakbekwaamheid en
routine, dat men bij ons kan waar
nemen, in Roemenië niet of nauwe
lijks voorkomt. Dat maakt ook
voorstellingen in het Roemeens
voor een buitenlander interessant:
spelpeil en intensiteit (met hier en
daar een woord) maken voor hem
ook de voorstelling toegankelijk of
niet geheel ontoegankelijk (en dat
is bij voorbeeld in Finland wel an
ders).
Twee soorten
Ruwweg twee soorten voorstellingen.
In de eerste plaats de conventione
le. Het Nationale Theater (140 Jaar
oud, in een nieuw, duur en duur
uitziend gebouw van 50 miljoen gul
den) ziet zich als bewaarder van
die „mainstream" van het toneel: ik
zag een (fraai aangekleed) folklo
ristisch stuk van Musatescu, een
vlot gespeelde klucht; boulevardto
neel van Neil Simon (De gevangene
van Manhattan) met een elegante
Radu Beligan, de Paul Steenbergen
van Roemenië, directeur van het
Nationale Theater en nog veel
meer; een passabele „Thomas Bec-
ket" van Anouilh, zwaar van kleur
en aanzet. Men is druk bezig met
„Danton", een oud stuk van Camil
Petrescou, nooit gespeeld, maar nu
als beleidspunt geproduceerd met 80
acteurs en 100 figuranten. Van het
Theater Ion Creanga een folkloris
tisch stuk „Iancu Ianu" over een
dappere guerilla-haidoek en boze
onderdrukkende Turken, aardig
volkstoneel.
Het gezelschap Bluandra, dat men
hier heeft leren kennen met hun
voorstellingen van „Carnaval" en
„Leonce en Lena", heeft ook dat
type repertoire: een „Pygmalion"
elegant geregisseeerd dor de be
kwame Moni Ghelerter, gladjes ge
speeld. Maar men heeft ook een re
gisseur als de beroemde Liviu Ciu-
lei. Hij maakte een voorstelling van
„Macht en Waarheid" van Titus
Popovici, druk besproken vanwege
het onderwerp: de grenzen van de
macht ten opzichte van het indivi
du, maar voor ons een eindeloos
praatstuk, een gedramatiseerde
preek, maar als zodanig op een
groot centraal speelvlak knap gere
gisseerd.
Boeiender
Ciulei is aanzienlijk boeiender in
zijn nieuwe productie „Elisabeta I",
een bewerking van een nieuw stuk
van de Amerikaan Paul Foster, niet
zo'n sterk stuk maar wat Ciulei
doet is uiterst knap. Hij is er bezig
klaarstaan. Wij doen het zonder
Zijn er, onder het Schröder-regime,
nog kunstvoorwerpjes ontvreemd?
„In mijn tijd zijn er enkele
pogingen tot inbraak geweest, maar
die zijn steeds mislukt. Nee, er
gebeurt gelukkig niet zo veel. We
hebben godzijdank nog nooit brand
gehad - even afkloppen - en de
laatste geslaagde inbraak is elf.
twaalf Jaar geleden, vóór mijn tijd
dus, geweest. Toen is er een vitrine
met gouden en zilveren voorwerpen
ingeslagen en daar zijn de heren
mee weggewandeld. Ze waren
overdag al in het museum geweest
om een wc-raampje op een kier te
zetten. Daar zijn ze 's avonds door
naar binnen geklommen en toen
hebben ze met een straattegel het
glas kapot geslagen. Dat kan nu ook
niet meer omdat die vitrines van
onbreekbaar glas zijn".
Het zit dus wel goed met het
Rijksmuseum. We zijn nog even in
de Rembrandtzaal gaan kijken.
Eén zaalwachter en zes bezoekers
aanschouwden vroom De Nacht
wacht. Niemand trachtte er een
voetzoeker naar te werpen. Eigenlijk
Jammer, want ik had dat ding zo
vreselijk graag door de grond zien
zakken.
het klassicisme te ondergraven met
wat hijzelf „vulgaire" middelen
noemt: clowns, moderne kleding, en
vooral een directe speelwijze, waar
in de acteur zich tot de toeschou
wer richt, liedjes zingt, relativeert.
Veel humor, en soms temidden van
die waanzin een aangrijpende scène
vooral van de Elizabeth, de actrice
Clody Bertola. Liviu Ciulei wil, zei
hij mij, naar een toneel dat een
definitief beeld geeft van een ac
tuele situatie. Dat is er nog niet in
Elizabeth, maar de volgende pro
ductie van Ciulei kan hoogst be
langrijk worden.
Uiterst belangwekkend ook het
huidige werk van regisseur Dinu
Cernescu, die kort geleden een be
zoek bracht aan ons land en die
volgend Jaar aan de Maastrichtse
Toneelschool gaat doceren en pro
duceren. Hij maakte voor het Thea
ter Nottara een zeer boeiende
„Hamlet". Boeiend als mise en scè
ne, want hij gebruikt heel het klei
ne theater, met de zijloges, voor
zijn spel, hij gebruikt spiegels,
waardoor dingen die niet gezegd
worden toch zichtbaar worden, en
zijn vormgeving is fors en duidelijk
(met een heel knappe Hamlet van
Stefan Iordache). Zijn visie: het
hof is gepenetreerd door de spion
nen van Fortinbras, Horatio is een
spion. Ophelia wordt vermoord op
last van de koningin. Hij laat Sha
kespeare's tekst onverlet, maar ver
andert de volgorde - nou ja, Sha
kespeare heeft het misschien wel
gedacht, maar hij schreef het niet.
In ieder geval wordt ook hier weer
de grens tussen staat en individu
nader onderzocht.
Dat gebeurt ook in een zeer in
drukwekkende voorstelling van het
theater Giulesti, waarvan Cernescu
artistiek leider is, van "Measure for
Measure". Cernescu is hier nog for
ser te werk gegaan, en heeft alles
geconcentreerd rond de staatkundi
ge problemen met vorst Vicentio en
zijn rauwe vervanger Angelo, en de
letterlijke verkrachting van het in
dividu (de behandeling van de
vrouwen). Op de immense ruimte
van het toneel gebruikt hij de
hulpmiddelen van het toneel, trek-
stangen, kothurnen (hoge toneel
schoenen), simpele zetstukken, om
tot een maximale uitdrukking te
komen van wat hij als toneelman
wil zeggen. In dat type toneel, van
Liviu Ciulei en van Dinu Cernescu.
lijkt een hoogst interessante inzet
voor een nieuwe ontwikkeling van
het Roemeense toneel te liggen, die
ook van groot belang is voor het
theater buiten Roemenië. Die bui
tenwereld moet daar dan ook maar
positieve belangstelling voor tonen.
Verkrachtingsscène in Measure for measure" van
Shakespeare door het theater Giulesti in de regie van Dinu
Cernescu.
Maar in de lange stalinistische tijd technische kwaliteit van de voor- publiek: Roemenië is al van de
had het toneel die speelruimte niet, stellingen. Veel van die behoefte oudste historische tijden af zeer
en men moest zijn talent dus wij- aan technische perfectie is blijven theatergezind. Er zijn nu 17.000
den aan een verbetering van de hangen. Ook aan de kant met het amateurgroepen, een honderdtal
Er gaan jaarlijks 700 toneelstukken in de Roemeense theaters.
290 daarvan zijn premières, en daarvan zijn er weer 160 stuk
ken van oorspronkelijke Roemeense origine. En van dat aantal
zijn er vijftig gloednieuw. In de discussie die nu in ons land
wordt gevoerd over het scheppen van nieuw Nederlands to
neelwerk is dit een bijdrage, die veel discussianten als muziek
in de oren zal klinken. Maar die produktiestroom wordt niet
veroorzaakt door een ongekende geestdrift van het Roemeense
theater voor de eigen nationale toneelschrijfkunst: er zit een
fors stuk overheidsbeleid achter. In dat beleid heeft de over
heid een forse greep op de programmering in theater, in radio-
en tv-drama. Filosofie: het spreekt vanzelf, dat wie betaalt
ook een fors stuk van de dienst uitmaakt. En die filosofie zal
hier minder geestdrift wekken.