'Prins Willem' Rijsbergen: over vier jaar terug als kampioen. "KUN JE NIET WAT HARDER, KOETSIER" "Als u ooit eens geld nodig mocht hebbenkomt u maar bij mij" WOENSDAG 10 JULI 1974 f|^2XSB PAGINA 9 Wim Rijsbergen: '"Het is nog drukker dan met drie oktober" HOLLANDSE 'WATERZOOI' NURNBERG Een restau rant in Nürnberg heeft vier spe ciale gerechten op de menukaart gezet, die genoemd zijn naar de laatste vier elftallen van het toernooi om de wereldbeker voetbal. De Hollandse schotel, "water zooi" erenaamd is een visragout. De Westduitse schotel is een Beierse varkenscotelet. Achter Polen staat het Poolse nationa le menu "Bigosh". Het duurst ia het gerecht "Brazilië". Als men dit besteld, dan krijgt men een "Braziliaanse" kalfsbiefstuk met mais. bananen, paprika in rum- sauce. patna-rijst en salade. De spelers van het Poolse nationale elftal zijn gisteren als helden ontvangen bij hun terug keer in Polen. Duitzenden voet balsupporters juichten de spelers toe tijdens hun rit van het vlieg veld naar de hoofdstad. "Wij danken jullie uit de grond van ons hart. Jullie hebben Po len een naam gegeven in de we reld", aldus de burgemeester van Warschau, Jerzy Majewski, in zijn dankwoord tot de équipe. De spelers zijn later op de dag ontvangen door de leider van de Poolse communistische partij, Edward Giereg. Een sombere en prikkelba re Braziliaanse wk-selectle is gisteren thuis verwelkomd door een ontvangstcomité, waarin meer journalisten dan suppor ters zitting hadden. Deze aankomst in mineur le verde een schrille tegenstelling op met die van 1970 toen de drievoudige wereldkampioenen met tromgeroffel en sambamu- ziek werden ingehaald. "Wat denken jullie dat ik ben, een misdadiger?", riep coach Mario Zagallo vanachter de bre de ruggen van ordebewaarders naar Journalisten. 'Ik heb geen misdaad gepleegd. Brazilië moet leren te verliezen'. Zichtbaar kwaad werd Zagallo toen enke le verslaggevers vroegen om een toelichting op het verdedigende concept in de verloren wedstrij den tegen Nederland en Polen. 'We hebben kennis gemaakt met een soort voetbal dat nog nooit is vertoond", antwoor 'de Zagallo. 'En om het nu eens eer lijk te zeggen, we zijn verslagen door superieure teams, 'n speler met de naam Cruijff heeft het voetbal in de wereld veranderd'. LEIDEN „De Peenheer in de Orde van het orfvolprezen Penenrijk" liet het hulde betoon lekker lui onderuitzittend achter een steeds groter wordende bloemenzee, rustig over zich heenkomen. Wim Rijsbergen, die door de Leidse Hutspotten met zo'n carna valeske titel werd verrijkt bleef de nuchtere Wimke. Zelfs toen bestuurslid Goedhart van de KNVB afdeling Leiden de Münchenganger ook nog eens tot Prins uitriep. Enkele dagen eerder had Wim nog voor de teevee verklaard dat een huldiging voor hem niet hoefde. Toen hij eenmaal zijn ontzet had gevierd en ontkomen was aan zijn duizenden fans speelde hij het "of ficiële" beleg in de Burgerzaal van het Stadhuis vriendelijk mee. Slechts één keer reageerde hij, en wel nadat ceremoniemeester Piet Biegstraaten enkele malen op de veldennood en de financiële tekorten van de stad Leiden had gewezen. "Als u geld nodig hebt komt u maar bij mij". En om zijn woorden kracht bij te zetten stuurde Wim Rijsber gen een bedrag dat hij onder cou vert van de Sportstichting had ge kregen door naar Joop Riethoven de organisator van iovele evenementen voor het geestelijk gehandicapte kind. Voor het overige verwerkte Wim Rijsbergen de vele superlatie ven en lofuitingen ais een rustig en koelbloedig verdediger. Centraal "De spil, om wie zoveel draait", aldus burgemeester Vis, die aan de verouderde voetbalterminologie gis teravond de voorkeur gaf. "Eigen lijk zou ik voorstopper moeten zeg gen, maar het ouderwetse woord spil lijkt me beter op zijn plaats. Hij was een centrale figuur. Vóór was het druk, achter was het rustig. Rijsbergen stond er precies tussen in. De ideale positie voor een poli ticus zou ik zo zeggen. Hij is ech ter "maar" een voetballer, al mag u invullen wie het meest verdient. Ik ben blij dat een Leidenaar zo'n belangrijke plaats inneemt. Er hoeft dan ook geen twijfe over te bestaan of hij terugkeert in het Nederands elftal". De burgemeester was er zo zeker van dat Wim het oranjeshirt om de schouders terug zal krijgen, dat hü wel een aanval op de condi- Door Jan Preenen tie van Rijsbergen durfde doen, door'hem een karaf met zes glazen aan te bieden, al "excuseerde" Lei- dens eerste burger zich vervolgens min of meer. "Er hoeft geen Jene ver of wijn in, het mag ook water zijn. En al heeft het Nederlands elftal dan wat water in zijn wijn moeten doen, het enthousiasme was er niet minder om. Wim zelf had het met een microfoons tem al aan de achter, zijde van het Stadhuis gezegd: "Ik hoop over vier Jaar weer hier te staan en dan als wereldkampioen". Carnavalsvereniging De Leidse Hutspotten met prins Henny de Eer ste ("liefhebber van schone luchten en vrouwen") droeg de eerste beno digdheden in ieder geval al aan: Zwachtels. "Voor 1978 in Argentinië om derge lijke blessures te voorkomen. Pak je enkels goed in dan kun je tenminste 2x3 kwartier spelen". Wim Rijsber gen, die met moeite blessurevrij uit de optocht was gekomen (Joop van Egmond, voorzitter van het LCC: "Ik had niet verwacht dat de Leidenaars zo voor Je zouden springen. Op het station was het al een gekkenhuis, hier was het helemaal een dolle boel") zou later op de avond voor zijn goede gedrag een witte kaart krijgen. "Bij wijze van reinheid, in de vorm van een cadeaubon", lichtte scheidsrechter Piet v. d. Geer namens de CO VS toe. "Ik herinner me nog een wedstrijd, die ik van Wim heb gefloten. De ARC-Jeugd tegen de ju nioren van Roodenburg. Op een ge* geven moment werd een doelpunt gemaakt. De bal sprong van paal naar paal. Hevige protesten, maar Wim bleef een heer. Ik heb hem le ren kennen als een eerlijke voetbal ler, die hard is maar niet gemeen". Op die manier leerden miljoenen hem kennen: zo kende Roodenburg hem al Jaren. Voorzitter Uiterdyk: „Voor velen was Je voor de WK een onbekende. Wy kenden Je wel, maar dat Je zo goed kon spelen wisten ook wy niet". In tegenstelling tot Feyenoord. Be stuurslid Blankemeyer: "Het ver baast ons bepaald niet. Wim is een jongen, die altijd heeft geweten wat hij wilde. Als hij het gemiddelde is van de Leidenaar mag ik Leiden van harte feliciteren". Evenmin verbaasd was Piet Biegstraaten: "Wim komt uit een goed nest. Kort na de oorlog had de aandacht al op deze Jongen gevestigd moeten worden, geziende staat van dienst van zijn vader. Al leen Michels was er toen niet om hem te ontdekken". Nu de schijn werpers wel op hem zijn gericht lijkt Wim Rijsbergen terug te willen ke ren in de anonimiteit, al zei hij be paald niet nee tegen een marsepei nen bal van Joop Riethovens Swift, de herdenkingszegels t.g.v. het 400-Ja- rig bestaan van Leidens Ontzet, die Leidato-voorzitter Wolfslag aanbood en de koperets van Joop van Eg- mond. Daarna werd Wim Rijsber gen aan de bewoners van het Mare- dorp afgestaan én aan Jeugdige voet balfans, die op het bordes van het Stadhuis Ivan Heylens Wilde Boe- rendochtere op hun manier vertaal den met "Hé Willem, Voetbal-voetbal Willem". LEIDEN Kwart voor zeven dinsdagavond. Wim Rijsbergen en zijn verloofde Liesbeth arriveren aan de „achterdeur' van het Leidse station, terwijl voor dat gebouw duizenden mensen hem opwachten. Even later gaat Rijs bergen de gang door de hal ma ken die massa mensen tege moet. Wie hem kent weet dat hij zich, net als bij die andere huldi gingen, „opgelaten" voelt. Maar Rijsbergen laat er niets van blij ken, deelt gewillig handtekeningen uit en laat zich alle hulde welge- Door Paul de Tombe vallen. Hij stapt door, ook al gaat dat in de hal al erg moeilijk, door dat de jeugd opdringt. Hij blijft lachen, ook als zijn looppaadje steeds smaller wordt. Het is het symbolische beeld van een persoonlijke ommekeer. Vroeger immers, was Willem Rijs bergen de jc.ngen die altijd wel kans zag ver-bluffend onopgemerkt weg te glippen na wedstrijden tvan Feyenoord). Dat deed hij dan niet in vlagen van hooghar tigheid, nee, juist zijn beschei denheid dwong hem te doen wat hij deed. Wim Rijsbergen miste nu eenmaal alle karakter eigenschappen van de vedet te. Fouten wilde hij niet goed praten; op goed spel wilde hij zich helemaal niet laten voor staan. Willem vond die belang stelling voor zijn persoon we\ aar dig natuurlijk, maar overdreven. Als hij zijn „werk" had afgele verd wilde hij maar liever zo snel mogelijk in z'n eigen doen zijn. Vandaar dat de ex-Roodenburger, hoe goed hij ook speelde, in z'n Feyenoordtyd nooit by namen kreeg. Dat immers zijn graadme ters van populariteit bij de massa! In één oranje-gekleurde maand is echter zeer veel veranderd. Leidse Willem heeft nog steeds geen ster-allures, maar in Duits land kon hij vertegenwoordigers van de persmedia natuurlijk nau- weiyks ontlopen. Zyn populariteit groeide buiten hem om en opge nomen in dat grote voetbalcircus dat WK heet kon Willem er niet meer onderuit hij moest het spel meespelen en het achterland op de hoogte houden van zijn be vindingen. De bijnamen kwamen: „de witte neger, de wonder-voor- stopper, de huldigingen volgen. Nog wilde Willem zich er liever aan onttrekken met een eerder geventileerd ..Voor mij hoeft het allemaal niet", maar hy kon er eenvoudig niet vanaf wilde, hy niet duizenden en duizenden te leurstellen. Maandag ging het nog wel tij dens huldigingen, zo betrekkelijk anoniem tussen zijn medespelers in. Maar toen Willem gisteren aan een solo moest beginnen en al leen oog in oog kwam met die duizenden in Leiden, begon voor hem waarschijnlijk de "zwaar ste wedstrijd van zijn leven" (zo als ook Roodenburg-voorzitter Henk Uiterdijk later wist). Het bleek uit schertsende opmerkin gen in de koets waarmee hij van het station naar het stadhuis werd gereden. Achtervolgd door horden handte keningenjagers, die hem voort durend dwongen te schryven op handen, armen (want het bleef kuis) en papiertjes, bleek hij eerst stomverbaasd. "Het is nog drukker dan met drie oktober", maar vervolgens zweepte hij met een ondertoon van ernst de koet sier op: „Kun je niet wat har der?" Dat kon niet, want voor het pan Wim Rijsbergen is een gewone jongen gebléven. De champagne die hij kreeg aangeboden, moest en zou. hij tussen het publiek op de Steenstraat opdrinken. Dankwoord tot het publiek op het stadhuisplein, Liesbeth, de verloofde van Wim luistert mee, evenals burgemeester Vis. (Foto Jan Holvast), nekoeken-huysje werd Wim en zijn verloofde champagne geser veerd ("en ik lust het niet eens") en kreeg hij ongemakkelijk ma noeuvrerend met de hem omge hangen krans een Delfts blauw bord aangeboden. Het eerste ca deau, er zouden er nog vele vol gen na de triomftocht door de stad en de huldiging voor nog eens vele duizenden op het bor des van het stadhuisplein. Waar overigens de Leidse politie een gele kaart verdiende. Er was medewerking toegezegd aan de organisatoren, maar hoeveel was er niet bijverteld. Vandaar dat het bordes volstond met personen die eigenlijk beneden hadden moeten staan en personen die er bij hoorden later zowat naar be neden werden geduwd. Willem k!an echter wel tegen een stootje en gooide zijn krans in het publiek. Even onbekom merd als hij tijdens de rit met het open rijtuig, voorafgegaan, door het in oranje gestoken mu ziekkorps De Burcht, de War- mondse boerenkapel De Bierkou- wers en achtervolgd door de Raad van Elf van de Leidse hutspotten, gekregen bloemen royaal heeft uitgedeeld. Ook aan de vrouw die er één voor haar kind kwam vra gen. De bloem werd terstond door haar man opgeëist en verdween in diens T-shirt. Het was voor die persoon een schrale troost. Eerder al had hij geroepen: "Ik wil een zoen van Je Willem". Wil lem had nuchter gereageerd met: "Nee, want Je snor kriebelt me te erg. Ja, Ja, Leiden was compleet in last (en lust), zonder te weten dat de vakantie van Wil lem door al die huldigingen danig in de war was geschopt. Hij zou eigenlijk vandaag zijn afgereisd naar Luxemburg; door alle ver Handtekeningen uitdelen op papiertjes, maar ook op armen en handen. Wim Rijsbergen had er de handen vol aan. Zaterdag 20 juli doet hij het trouwens weer. Dan in de sportzaak van Wilms Floet. (Foto Jan Holvast) tragingen gaat hij nu waar schijnlijk pas morgen. En maar <tot volgende week maandag, want dinsdag moet zijn verloofde rij examen doen. Willem bleef er vrolijk onder, ook toen het bui- tengebeuren voorbij was en de verlenging in het Stadhuis volg de. Maar op een gegeven moment zag Je hem daar binnen toch zicht baar naar het einde verlangen. Logisch eigenlijk, want we zijn zo langzamerhand de wereldkam pioen in het huldigen van de vi- ce-wereldkampioen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1974 | | pagina 9