PETULA'S NIEUWSTE
Lord Knud duikt
in het verleden
Bloemlezing uit Desprèz
Wilde Boerndochtere en nog meer
GEZICHT VAN
HERPALPERT
VERANDERDE
van Zijp
Miriam Klein bakt er niets van
Buzzy Linhart
is veelzijdig
Alle grote
hits van
Orbison
Jimmy Webb bewijst
met Land 's End weer
zijn grote talenten
Sam and Dave
VRIJDAG 28 JUNI 1974
PAGINA 21
Herp Alpert and the T.J.B.
You smile the song begins. A
en M records 87 834 II.
Vijf jaar heeft het er op geleken
alsof Herp Alpert besloten had
de rest van zijn leven te rente
nieren. Zo verwonderlijk zou dat
niet zijn geweest. Hij was im
mers bedolven onder het platen-
goud. Zelf zegt hij over zijn ab
sentie: "Ik vond dat mijn trom
pet. die mijn beste vriend was
geweest in mijn vijand was ver
anderd". Er waren ook wat huise
lijke problemen, maar nu die al
lemaal weer zijn overwonnen is
Herp Alpert teruggekeerd. Met
zijn Tyuana Brass: drie leden van
de oude bezetting en een aantal
nieuwe musici, onder wie de xy-
lofonist Julius Wechter van de
BAJA Marimba Band. zangeres
Lanl Hall van Sergio Mendes and
the Brasil 66 en steeldrummer
Vince Islands, die onder meer in
het nummer Dida blijk geeft van
zijn aanwezigheid. Zij hebben er
mede toe bijgedragen dat het ge
zicht van Alpert c.s. nogal veran
derd is. Hoewel de trompet geble
ven is (dankzij Alpert en Bob
Findley) speelt die niet meer zo'n
dominerende rol als in het ver
leden. Het instrument is wat
meer in het geheel ingepast, zo
als duidelijk blijkt op de langspe-
ler You smile the song begins.
Een erg fijne elpee, vol rustige
luister- en achtergrondmuziek.
Geen nummers, waarin Alpert
en zijn TJB naar een climax toe
werken en plotseling versnellen,
maar eerder wat dromerige wijs
jes. zoals de versie van Gilbert
O'Sullivans Alone again (natur-
rally) en de Bacharach-creaties I
might frighten her away en Pro
mises, promises, de song uit de
gelijknamige musical. Met ook nog
eens de vertolking van Last tan
go in Paris heeft Alpert weer vol
doende herkenningspunten in zijn
repertoire aangebracht, waardoor
de goudvoorraad zeker weer zal
worden aangevuld. J.P.
Petula Clark Come on home
Polydor 2383 279.
Als ik de tien beste platen uit
mijn discotheek zou moeten lich
ten. zou daaronder zeker de elpee
"Now zijn. Het is de eerste lang-
speler die Petula Clark vorig
Jaar voor haar nieuwe platen
maatschappij Polydor maakte.
Een geweldige schijf die geen
zwakke punten ke,nt en die ik nog
zeer regelmatig draai.
Vandaar dat mijn verwachtui
gen hoog gespannen waren toen
ik vernam dat van Petula Clark
een nieuwe elpee was verschenen.
Na de plaat verschillende malen
beluisterd te hebben moet ik tot
de conclusie komen dat het zeer
hoge niveau van "Now" niet
STEEDS DE NIEUWSTE GRAMMOFOONPLATEN
HAARLEMMERSTRAAT 279
LEIDEN-TEL. 01710—24010
Lady Like Miriam Klein
sings Billie Holiday BASF 21
21885-6.
De eerste indruk die Je van de
plaat .Lady Like" overhoudt is be
duidend negatiever dan de presen
tatie met de achteraf gezien nog
al pretentieuze titel "Miram Klein
sings Billie Holiday" doet ver
moeden. De Zwitserse zangeres
Miram Klein, echtgenote van
voormalig DSC-trompettist Oscar
Klein (die op deze plaat gitaar
speelt), bakt er helemaal niets
van. Op een ontzettend Jeuzelige
manier doet zij ferme pogingen
Jazz-zangeres te wezen.
Weliswaar heeft zy een
stem die zich voor de Jazz heel
goed zou kunnen lenen, maar dat
schijnt ze niet helemaal goed te
hebben getaxeerd. Haar vibrato is
Evergreens a go-go-vele arties-
ten-Midl MID 20076.
Lord Knud noemt hij zich. Een
disc-Jockey, die in Duitsland al
jaren vast in het zadel zit en
zich mag verheugen in een enor
me populariteit. In Nederland is
hij daarentegen volslagen onbe
kend, zodat de verkoop van de
elpee. „Evergreens a go go" hier
in ieder geval niet zal afhangen
van de opmerking „Lord Knud
prasentiert", die op de hoes als 'a
waarschuwingsbord staat afge
drukt. De langspeler zal 't in ons
land uitsluitend moeten hebben
van de reputatie van de artiesten,
die de in het hitverleden gedoken
Knud bijeengebracht heeft. Knud
Janis Ian:
ontdekking
Janls Ian Stars CBS S
80224
Het spijt me voor Janis Ian,
maar voordat ik haar elpee
"Stars" in handen kreeg had ik
er nog nooit van gehoord. Dat ge
mis is nu goedgemaakt. En ik
moet zeggen dat die eerste ken
nismaking met Janis me uitste
kend bevallen is. Een meisje,
met een alleraardigst stemmetje
dat in de verte een beetje doet
denken aan de Amerikaanse Me-
lanie, van wie we na haar plot
selinge succes in Nederland wei
nig meer horen. Een stemmetje
dus als Melanie, maar dan met
achterwege lating van de ruwe
kreten waarop Melanie het pa
tent scheen te hebben. Van de 10
nummers die op de langspeler
"Stars" te vinden zijn, ben ik
vooral enthousiast geworden door
"Jesse", oorspronkelijk vertolkt,
door Roberta Flack, maar nu
dankzij een heel eigen interpreta
tie van Janis in een heel nieuw
jasje gestoken. Compleet met
violen en cello's. Ook de andere
nummers op de plaat hebben een
sterk romantische Inslag zoals:
Sweet sympathy en You've got
me on a string. De laatste met
Janis zelf achter de piano en op
de electrische gitaar, terwijl even
als bij Jesse gebruik is gemaakt,
van een forse strijkerssectie. Het
klinkt allemaal erg fijn, zodat ik
er van overtuigd ben dat het niet
bij die eerste kennismaking zal
Wijven. B.vLi.
is daarvoor teruggegaan naar de
tijd van de stropdas, de vrijgezel-
lenstrik en de Jurk tot onder knie.
De tijd, waarin musici nog niet
door uitzinnige fans letterlijk in
het hemd werden gezet, maar
meestal op een vredig luisterend
publiek konden rekenen. De vijfti
ger. begin zestiger Jaren, waarin
onder meer de Drifters de lichte
muziek op peil hielden. Knud, be
kend van radio en televisie, blijkt
een groot liefhebber van de Ame
rikaanse formatie te zijn. Aller
eerst brengt hij een ode aan het
donkere kwartet door de nummers
Save the last dance for me
goed voor een eerste plaats in
1960 en This magic moment in
dit nostalgische overzicht op te
nemen. Bovendien roept hij Ben
E. King en Clyde McPhatter in
het geheugen terug, die beiden
eens leadzanger van de Drifters
zijn geweest. King is present met
het waardevaste Spanish Harlem,
dat na hem onder andere door
Cliff Richard is vertolkt en in
1971 nog naar de top is gezongen
door Aretha Franklin. Naast een
aantal songs, die moeizaam tot
Europa zijn doorgedrongen, ver
meldt „Evergreens a go go" een
flink aantal nummers, die nauwe
lijks nog toelichting behoevenCo-
rinne, Corinna van Joe Turner,
Tweedie Dee van La Vern Baker,
Yakety Tak van The Coasters.
What d'I say van Ray Charles
en twee souvenirs uit de tijd dat
Bobby Darin harten breken als
hobby had: Splish splash en
Dream lover, Booker T en The
MG's, de Mar Keys en Ivory Joe
Hunter completeren het gezel
schap. waarmee Lord Knud terug
gaat in een tijd, waarin het senti
ment ook al hoogtij vierde. Om
periode zo onvervalst mogelijk
weer te geven zijn de nummers in
hun oorspronkelijke vorm te be
luisteren: afwisselend mono en
stereo, maar altijd van klasse.
JP.
te traag haar interpretatie van de
overigens uitstekende stukken mu
ziek heeft een soort slaperigheid
tot gevolg en bovendien is de ma
nier waarop ze inspeelt op de
haar begeleidende combo zo ont
zettend bot, dat je af en toe ge
neigd bent het mens een for
se tik op de vingers te geven.
Miriam Klein, die op de achter
zijde van de hoes als een soort
wilde stoeipoes de wereld inblikt,
wordt op de plaat begeleid door
een combo dat bestaat uit de old
timers Roy Eldridge (trompet) en
Dexter Gordon (tenor-sax) alsme
de de voortreffelijke trombonist
Slide Hampton. Dat op zichzelf
zou een rede kunnen zijn om de
plaat te kopen. Een liefhebber
evenwel van jazz-muziek die niet
van die ergelijke kanten vertoont
als hier te berde wordt gebracht,
bedenkt zich wel een paar hon
derd keer voordat hij daartoe
overgaat. W.W.
Pussycats can go far Buzzy
Linhart Atco SD 7044.
Volgens verstrekte informatie
door de platenmaatschappij
stamt de muzikale carrière van
Buzzy Linhart uit de periode van
de Greenwich-koffiehuisjes en
hoort hij thuis in het rijtje Tim
Hardin, Fred Neil, John Sebas-
tiaan enz. Dat is alles wat dan
aan antecedenten over deze fi
guur gemeld kan worden. Dat hij
een veelzijdig artiest is blijkt op
zijn LP Pussycats can go far. Hij
had een scheppende hand in alle
nummers op de langspeler (en
dat zijn soms verdraaid aardige
nummers), zingt, speelt vibra
phone, east Indian gitaar en rit
me gitaar en doet voor zichzelf
ook nog een aantal „backing
voices". Kortom Linhart heeft de
hele zaak aardig in de hand ge
houden. Dat is ook de overheer
sende indruk van de plaat met
een paar knappe uitschieters:
Aardig. Niet meer, maar ook be
paald niet minder. P.d.T.
wordt gehaald.
Is daarmee de pla&t ver
oordeeld tot eentje uit de grauwe
middenklasse? Geenszins, want
er is op de schijf altijd nog vol
doende kwaliteit aanwezig om
hem te rangschikken onder "het
betere werk". Het is gewoon dat
we met "Now" een beetje teveel
verwend zijn. Als we naar de oor
zaken zoeken, waarom deze plaat
niet kan tippen aan de voorgan
ger komen we terecht bij een aan
tal nummers die ook al door vele
andere zangers en zangeressen
ten gehore zijn gebracht. Ik noem
maar even "Killing me softly",
"Here comes that rainy dayfee-
ling" en "In the old fashioned
way". Gaan we de uitvoering van
Petula vergelijken met diegenen,
die het nummer in oorsprong op
de plaat zetten dan moeten we
constateren dat Peutla nog al
eens op de tweede plaats komt.
Waarbij misschien op de achter
grond wel een beetje meespeelt
dat het langzamerhand een
beetje teveel wordt om weer een
nieuwe vertolking van "Killing
me softly" te horen. Dat Petula
tot uitstekende vocaal werk in
staat is bewijst ze op deze plaat
nog eens ten overvloede met een
eigen compositie "Come on ho
me". "The gypsy", een werkje uit
het brein van Gordon Lightfoot
en "Half as much". De instru
mentale begeleiding en de ar
rangementen van Tommy Oliver,
John D'Andrea, Frank Owens,
Peter Knight en John Fiddy zijn,
zoals we dat van "Now", van ab
solute topklasse. B.V.L
Over Josquin Desprez (circa
1440-1521) viste ik ergens een uit
spraak van Maarten Luther op:
„zijn muziek is fijnzinnig vrolijk,
mild en lieflijk. Niet strak aan
de regel, noch aan een richtsnoer
gebonden, maar vrij als het flui
ten van een vink. Josquin is de
meester van de noten Zij moe
ten doen, zoals hij wil en niet
omgekeerd zoals bij de andere
zangmeesters, die doen moeten
wat de noten willen". Een grote
lofprijzing van de kerkhervormer
die by na Desprez' tijdgenoot was.
Er komt in een kroniek uit de
16de eeuw nog een andere veel
betekenende opmerking over Jos-
The All-Time Greatist Hits of
Roy Orbison Roy Orbison
Monument.
Roy Orbison is altijd een zan
ger geweest waar de triestheid
vanaf straalde. In de Jaren zestig
toen hij zeer populair was en de
ene schijf na de andere de hit
parade in zong leek hij alle na
righeid van de wereld met zich
mee te torsen. In de muziekbla
den van die dagen werd uitgebreid
melding gemaakt, wanneer Roy
weer een of andere ongelukkige
liefde had gehad of wanneer hij
weer dikkere glazen in zijn don
kerkleurige bril had gekregen.
Want vooral zijn slechtte ge
zichtsvermogen kwam in elk ver
haal over Orbison terug. Of het
allemaal nog niet treurig genoeg
was, zong Roy ook nog in negen
van de tien gevallen trieste liedjes,
op een manier waarbij Johnny
Ray als een zeer opgewekte Jon
gen zou afsteken. De titels Only
the lonely (meer dan een miljoen
verkochte exemplaren)Crying,
I'm hurtin', It's over, spreken in
dit opzicht duidelijke taal. Toch
was de tijd kennelijk rijp voor
deze liedjes waarbij tranen ge
plengd dienden te worden, want
Roy Orbison mocht dan huilend
zingen, hij kon uitbundig lachen
als hij zijn banksaldo zag. Behal
ve in Amerika had hij veel suc
ces in Nederland, België en voor
al Engeland. En ik beluisterde
menig nummertje van hem toen
ik als tiener stiekum 's avonds
laat naar Radio Luxemburg luis
terde wanneer Barry Aldiss zon
dags zijn „Top Twenty" presen
teerde. Al deze hits zijn nu sa
mengebracht op een dubbelalbum
met een niet geheel vlekkeloze
persing. Twintig maal Roy Orbi
son. Een greep uit de inhoud:
Running teared, Blue bayton,
Blue Angel, Dream baby, Love
hurts en In dreams. B.bX.
Op deze muziekpagina
bijdragen van:
Han Mulder
Ruud Paauw
Jan Preenen
Paul de Tombe
Wim Wirtz
Eindredactie
Bram van Leeuwen
quin Desprez voor: hy compo
neerde alleen maar als hij zin
had en niet omdat het moest.
Hier schijnt al duidelijk door dat
Desprz een man was op de ^als bij de bouwmeesters en schil
breuklijn van twee tijdperken, ders van het risorgimento
mis (maar ook in de motetten)
de beheerste vorm een prominen
te rol. maar het is een vrijwillig
gekozen gebondenheid, precies s
Zijn toegewijd zijn
kondiging van Gods Zegepraal in
zang en woord is nog die van de
middeleeuwen, de nederige am
bachtsman. Maar tezelfdertijd is
deze zuid-Nederlander gevormd
in het individualisme van de Ita
liaanse renaissance. Hij is van
zijn grote talenten terdege over
tuigd, ook al bewoog een sterk
ontwikkeld gevoel van zelfkritiek
hem er dikwujls toe, jaren aan
composities te blijven schaven, al
vorens ze aan de openbaarheid
prijs te geven.
De prijzenswaardige Seon-se-
rie van Philips, gewijd aan de
realisatie van authentiek-do-
cumentaire opnamen is nu met
een voortreffelijke dubbel lp- ge
komen met geestelijke en wereld
lijke composities van Josquin.
Het is Jammer dat de wereld
lijke chansons en instrumentale
werkjes op beide platen maar een
minderheid uitmaken, omdat
Juist hier het meeste avontuur
te beleven zou zijn. De geeste
lijke stukken geven echter nog
meer toegang tot Josquins grote
muzikaliteit en beheersing van
de materie. Daarbij noem ik
vooral de mis .Ja sol fa re mi",
de namen van de noten staan voor
het thema (de cantus firmus),
dat 237 maal achter elkaar
terugkeert, niet alleen bij de te
nor, de drager van de melodie,
maar ook in de andere stemmen.
De grote rijkdom aan harmo
nieën die Desprez om dat gere
peteerde motief heen bouwt,
maar misschien nog meer het
besef voor de vorm, geven een
uniek zicht op de renaissance
mens. Inderdaad speelt in deze
het evenwicht zochten.
De Capella Antiqua uit Mün-
chen levert op deze platen een
sublieme prestatie; soepel stem-
menmateriaal, ondersteund door
een authentiek instrumentarium,
dat juist in de tijd van Desprez
aan een snelle ontwikkeling uit de
primitieve oervorm begint. Hier
past dan wel een filosofisch ttr-
zijde: bij de moderne technolo
gie. loopt de mens achterop. HIJ
moet zich aanpassen. Bij
de ontwikkeling van het muziek
instrument (samengaan van me
chanica, natuurkunde en inspira
tie, in elk geval een stuk tech
niek) ging de mens vóórop; de
meesters van de renaissance die
hun grote ontdekkingen in har
monie en contrapunt deden en
eenvoudig met de onvolmaakte
instrumenten van hun tijd niet
uit de weg konden.
De kleur van het geluid is die
van de studio. Dat is een be
zwaar, zeker in de mis en in de
motetten. Het legt het accent
iets te veel op het dokument en
iets te weinig op het meester
werk. Dat betekent ook dat de
stukken enigszins geanalyseerd
overkomen, niet zozeer als een
heid. Maar misschien is dat een
vuiltje op de viola de gamba zoe
ken. Het voornaamste is dat het
snel groeiende aantal belangstel
lenden voor renaissance- en mid
deleeuwse muziek met deze bloem
lezing uit Desprez een pijler voor
hun discotheek binnen bereik
hebben. H.M.
Josquin Desprez: „Missa la sol
fa re mi: motetten, chansons, in
strumentale muziek".
Seon (Philips)6775 005.
Land's End Jimmy Webb
As 43006 (SD 5070).
Jimmy Webb heeft het al he
lemaal gemaakt. Op 27-jarige
leeftijd heeft de man al zoveel
naam gemaakt in de pop-wereld,
dat het met zijn verdere muzika
le carrière gewoon niet meer mis
kan gaan. Webb zit geramd. Hij
heeft er zo'n tien Jaar over ge
daan om zijn draden wereldwijd
uit te spannen, maar nu is het dan
wel helemaal gebeurd. Velen zul
len in de ban komen van zijn ent
housiasme, zijn werklust (als
componist, producer en arran
geur), maar meer nog van zijn
ronduit voortreffelijke muziek.
Eerder al schreef Webb hits voor
The Fifth Dimension Up up an
away Paper Cup, Carpet man.
voor Glen Campbell, Richard
Harris en Art Garfunkel die het
Muddy Waters
harde blues
Muddy Waters -- Unk in Funk
Chess Records. 60031.
"Unk in funk" van blueszanger/
gitarist Muddy Waters behoeft
eigenlijk weinig commentaar. De
schijf is zoals vele andere die de
man in zijn lange loopbaan heeft
gemaakt, een verzameling van
tamelijk harde bluesstukken, die
voornamelijk door het stemgeluid
van Waters de oorsprong van de
blues eer aan doen.
Muddy Waters heeft trouwens
toch altijd wel een beetje op het
grensgebied van het oude zowel
als van het nieuwe geopereerd.
Vóór hem komen we de namen
tegen van musici die de armoede
en de ellende van de neger van
zeer dichtbij hebben meegemaakt,
na hem ontspruiten zich lieden
als John Mayall, die de blues een
volstrekt ander aanzien gaven.
"Unk in funk" met o.a. "Trouble
no more" en "Everything gonna
be alright" is een goede illustra
tie van dat middengebied: de oor
sprong van de blues ligt daar diep
verzonken in een bak vol keihar
de klanken. Een intrigerende
combinatie, zeker met een toch
wel capabele bluesvertolker als
Muddy Waters. En daarom toch
ook wel een goede plaat. W.W.
„De Wilde Boerndochtere"
Ivan Heylen Elf Provinciën
f 15,40.
De wispelturigheid en onbere
kenbaarheid van het hitwezen
zijn door de Jaren heen bijkans
spreekwoordelijk geworden. Dus
echt verbazen hoeven we ons niet
meer, want in deze wilde roulette
is in de meest letterlijke zin alles
mogelijk.
En tóch sta Je als rechtgeaard
hitvolger af en toe met de mond
wagenwijd open. Dat was althans
bij mij het geval toen „De Wilde
Boerndochtere" van de Vlaming
Ivan Heylen haar opwachting
maakte. Een melodie valt er
vrijwel niet te bekennen, de woor
den zijn nauwelijks te verstaan.
Moeder, hoe is het toch moge
lijk, denk Je dan.
Toen ik Ivan Heylen voor de eer
ste keer met het .schoon wijfken"
hoorde stoeien, dacht ik dat we
wel erg ver terug in de tijd waren
gegaan. In hem meende ik de eer
ste Kaninefaat te ontdekken die
bij Lobith ons land binnengedre-
ven kwam. Oerdriften werpt die
man in de 331/3 toeren. Maar
ook al heb Je een handleiding in
het Hoog-Vlaams nodig om te
weten waar hij 't nu precies over
heeft, zijn felle gedrevenheid
blijkt al genoeg te zijn om de ver
koopcijfers van de plaat in be
weging te zetten.
Na het vers een keer of dertig
te hebben gehoord en de tekst
(achter op de hoes) te hebben
bestudeerd, ben ik van mening
dat de wilde boerendochter de
plaat van het Jaar gaat worden.
Wat zeg ik, het lied van het de
cennium, zoals een VPRO-docu-
mentaire in het Jaar 1980 haar
scherp zal aantonen.
De elpee „De Wilde Boern
dochtere" bevat gelukkig heel wat
meer dan dat geladen lied over
het woeste Vlaamse vrouwmens
dat het horen ten volle waard is.
Allemaal door de Belg zelf ont
worpen en getoonzet. Heylen laat
zich daarin kennen als een zan
ger met een goed oog voor de al
ledaagse problemen van de wer
kende stand. Zijn stijl van ruwe
rondborstigheid, die al zo door
tintelt bij de wilde boerendoch
ter, verlaat hem gelukkig geen
moment. Fragmentje uit „De
Werkmens":
"En 's zaterdags slapen wuit
En 's avonds naar de match
En 's zondags eten we fritten
En daarop noch soep
En dan tussendeure
dan nog efkes uit de broek
Het kost hem overigens ver
bluffend weinig moeite van dit
genre over te schakelen op een
ruig soort romantiek dat Je xunt
beluisteren in liedjes als „Angle
en „Suzanne". Kortom: een zeer
oorspronkelijk man, die Ivan.
R.P.
nummer "All I know" opnam.
Gelukkig, zo blijkt na het be
luisteren van Land's End, kreeg
Webb toen sterk de behoefte zijn
eigen werk ook eens zelf te gaan
met de titel Jimmy L. Webb:
brengen. Na een eerder album
Words and Musics, is Land's End
daarvan het resultaat. Een fraai
resultaat, laten we dat maar met
een vaststellen. Verzekerd van
medewerking van grootheden als
Ringo Starr en Joni Michell
heeft Webb een uiterst fijngevoe
lig werkje in elkaar gezet —met
sterke nummers op doordachte
teksten. Weob legt andermaal 'n
proeve van bekwaamheid
hoog niveau af, kent zelden
inzinking en blijft voortdurend
"begrijpelijk. In die zin dat zijn
muziek toegankelijk blijft ook als
hij eens de neiging krijgt door te
draven naar hogere (muziek) sfe
ren. Dat is trouwens toch de gro
te kracht van Webb —hij slaagt
erin om op uiterst vakkundige
wijze het evenwicht te vinden tus
sen toegankelijke en gedistingeer
de muziek. Een gave die weinigen
gegeven is. Het zal de schare fans
van Jimmy Webb ongetwijfeld
groter maken. Want ben je
maal ingesponnen dan dan kom
Ie nooit meer uit het web(b).
P.D.T.
Sam and Dave Star Collec
tion Midi MID 20073.
Tot de betere vertolkers van
soul mogen stellig Sam Moore i
Dave Prater wórden gerekend.
Een duo, dat onder de artiesten
naam Sam and Dave al de
dige hits heeft gescoord: Hold on,
lm comin', You don't know what
you mean to me, Soothe me (een
geestesprodukt van Sam Cooke)
en Soul man, dat vorig Jaar
dankzij de verkoop van ruim een
miljoen exemplaren het eerste
goud opleverde.
Al deze nummers zijn
verzameld op de elpee, die heel
simpel de tite) Sam and Dave
heeft meegekregen, en waarop
nóg acht van de beste werkjes
van de Amerikanen staan. Het
tweetal heeft elkaar leren kennen
in Miami, nadat ze beiden, zoals
zoveel negers, een "vooropleiding"
hadden gevolgd in een kerkkoor.
Zo maakte Sam deel uit van
gospelkoor in de kerk van zijn
vader in Miami. Thans maakt hij
met zijn compagnon furore op de
plaat en op de bilhne met
show, die er zijn mag. Flitsende,
veelkleurige lichtpanelen staan
op de achtergrond opgesteld rond
een glinsterende fontein, terwijl
go-go-girls op de voorgrond dan
sen, naast een band. die constant
in beweging is. Tussen al die be
drijvigheid werken Sam and Dave
him repertoire af: swingend
elkaar opzwepend, waarbij 't peil
van de muziek nauwlettend in de
gaten wordt gehouden. Op de
plaat moet die act er natuurlijk
bij gedacht worden. Dat neemt
niet weg dat ook zonder die en
tourage een bruisend geheel is
verkregen. Dankzij het geweldige
ritme en de afwisseling inden
mers, die voor het merendeel zijn
geschreven door een ander geta
lenteerd duo Isaac Hayes en Da
vid Porter.