PETULA'S NIEUWSTE Lord Knud duikt in het verleden Bloemlezing uit Desprèz Wilde Boerndochtere en nog meer GEZICHT VAN HERPALPERT VERANDERDE van Zijp Miriam Klein bakt er niets van Buzzy Linhart is veelzijdig Alle grote hits van Orbison Jimmy Webb bewijst met Land 's End weer zijn grote talenten Sam and Dave VRIJDAG 28 JUNI 1974 PAGINA 21 Herp Alpert and the T.J.B. You smile the song begins. A en M records 87 834 II. Vijf jaar heeft het er op geleken alsof Herp Alpert besloten had de rest van zijn leven te rente nieren. Zo verwonderlijk zou dat niet zijn geweest. Hij was im mers bedolven onder het platen- goud. Zelf zegt hij over zijn ab sentie: "Ik vond dat mijn trom pet. die mijn beste vriend was geweest in mijn vijand was ver anderd". Er waren ook wat huise lijke problemen, maar nu die al lemaal weer zijn overwonnen is Herp Alpert teruggekeerd. Met zijn Tyuana Brass: drie leden van de oude bezetting en een aantal nieuwe musici, onder wie de xy- lofonist Julius Wechter van de BAJA Marimba Band. zangeres Lanl Hall van Sergio Mendes and the Brasil 66 en steeldrummer Vince Islands, die onder meer in het nummer Dida blijk geeft van zijn aanwezigheid. Zij hebben er mede toe bijgedragen dat het ge zicht van Alpert c.s. nogal veran derd is. Hoewel de trompet geble ven is (dankzij Alpert en Bob Findley) speelt die niet meer zo'n dominerende rol als in het ver leden. Het instrument is wat meer in het geheel ingepast, zo als duidelijk blijkt op de langspe- ler You smile the song begins. Een erg fijne elpee, vol rustige luister- en achtergrondmuziek. Geen nummers, waarin Alpert en zijn TJB naar een climax toe werken en plotseling versnellen, maar eerder wat dromerige wijs jes. zoals de versie van Gilbert O'Sullivans Alone again (natur- rally) en de Bacharach-creaties I might frighten her away en Pro mises, promises, de song uit de gelijknamige musical. Met ook nog eens de vertolking van Last tan go in Paris heeft Alpert weer vol doende herkenningspunten in zijn repertoire aangebracht, waardoor de goudvoorraad zeker weer zal worden aangevuld. J.P. Petula Clark Come on home Polydor 2383 279. Als ik de tien beste platen uit mijn discotheek zou moeten lich ten. zou daaronder zeker de elpee "Now zijn. Het is de eerste lang- speler die Petula Clark vorig Jaar voor haar nieuwe platen maatschappij Polydor maakte. Een geweldige schijf die geen zwakke punten ke,nt en die ik nog zeer regelmatig draai. Vandaar dat mijn verwachtui gen hoog gespannen waren toen ik vernam dat van Petula Clark een nieuwe elpee was verschenen. Na de plaat verschillende malen beluisterd te hebben moet ik tot de conclusie komen dat het zeer hoge niveau van "Now" niet STEEDS DE NIEUWSTE GRAMMOFOONPLATEN HAARLEMMERSTRAAT 279 LEIDEN-TEL. 01710—24010 Lady Like Miriam Klein sings Billie Holiday BASF 21 21885-6. De eerste indruk die Je van de plaat .Lady Like" overhoudt is be duidend negatiever dan de presen tatie met de achteraf gezien nog al pretentieuze titel "Miram Klein sings Billie Holiday" doet ver moeden. De Zwitserse zangeres Miram Klein, echtgenote van voormalig DSC-trompettist Oscar Klein (die op deze plaat gitaar speelt), bakt er helemaal niets van. Op een ontzettend Jeuzelige manier doet zij ferme pogingen Jazz-zangeres te wezen. Weliswaar heeft zy een stem die zich voor de Jazz heel goed zou kunnen lenen, maar dat schijnt ze niet helemaal goed te hebben getaxeerd. Haar vibrato is Evergreens a go-go-vele arties- ten-Midl MID 20076. Lord Knud noemt hij zich. Een disc-Jockey, die in Duitsland al jaren vast in het zadel zit en zich mag verheugen in een enor me populariteit. In Nederland is hij daarentegen volslagen onbe kend, zodat de verkoop van de elpee. „Evergreens a go go" hier in ieder geval niet zal afhangen van de opmerking „Lord Knud prasentiert", die op de hoes als 'a waarschuwingsbord staat afge drukt. De langspeler zal 't in ons land uitsluitend moeten hebben van de reputatie van de artiesten, die de in het hitverleden gedoken Knud bijeengebracht heeft. Knud Janis Ian: ontdekking Janls Ian Stars CBS S 80224 Het spijt me voor Janis Ian, maar voordat ik haar elpee "Stars" in handen kreeg had ik er nog nooit van gehoord. Dat ge mis is nu goedgemaakt. En ik moet zeggen dat die eerste ken nismaking met Janis me uitste kend bevallen is. Een meisje, met een alleraardigst stemmetje dat in de verte een beetje doet denken aan de Amerikaanse Me- lanie, van wie we na haar plot selinge succes in Nederland wei nig meer horen. Een stemmetje dus als Melanie, maar dan met achterwege lating van de ruwe kreten waarop Melanie het pa tent scheen te hebben. Van de 10 nummers die op de langspeler "Stars" te vinden zijn, ben ik vooral enthousiast geworden door "Jesse", oorspronkelijk vertolkt, door Roberta Flack, maar nu dankzij een heel eigen interpreta tie van Janis in een heel nieuw jasje gestoken. Compleet met violen en cello's. Ook de andere nummers op de plaat hebben een sterk romantische Inslag zoals: Sweet sympathy en You've got me on a string. De laatste met Janis zelf achter de piano en op de electrische gitaar, terwijl even als bij Jesse gebruik is gemaakt, van een forse strijkerssectie. Het klinkt allemaal erg fijn, zodat ik er van overtuigd ben dat het niet bij die eerste kennismaking zal Wijven. B.vLi. is daarvoor teruggegaan naar de tijd van de stropdas, de vrijgezel- lenstrik en de Jurk tot onder knie. De tijd, waarin musici nog niet door uitzinnige fans letterlijk in het hemd werden gezet, maar meestal op een vredig luisterend publiek konden rekenen. De vijfti ger. begin zestiger Jaren, waarin onder meer de Drifters de lichte muziek op peil hielden. Knud, be kend van radio en televisie, blijkt een groot liefhebber van de Ame rikaanse formatie te zijn. Aller eerst brengt hij een ode aan het donkere kwartet door de nummers Save the last dance for me goed voor een eerste plaats in 1960 en This magic moment in dit nostalgische overzicht op te nemen. Bovendien roept hij Ben E. King en Clyde McPhatter in het geheugen terug, die beiden eens leadzanger van de Drifters zijn geweest. King is present met het waardevaste Spanish Harlem, dat na hem onder andere door Cliff Richard is vertolkt en in 1971 nog naar de top is gezongen door Aretha Franklin. Naast een aantal songs, die moeizaam tot Europa zijn doorgedrongen, ver meldt „Evergreens a go go" een flink aantal nummers, die nauwe lijks nog toelichting behoevenCo- rinne, Corinna van Joe Turner, Tweedie Dee van La Vern Baker, Yakety Tak van The Coasters. What d'I say van Ray Charles en twee souvenirs uit de tijd dat Bobby Darin harten breken als hobby had: Splish splash en Dream lover, Booker T en The MG's, de Mar Keys en Ivory Joe Hunter completeren het gezel schap. waarmee Lord Knud terug gaat in een tijd, waarin het senti ment ook al hoogtij vierde. Om periode zo onvervalst mogelijk weer te geven zijn de nummers in hun oorspronkelijke vorm te be luisteren: afwisselend mono en stereo, maar altijd van klasse. JP. te traag haar interpretatie van de overigens uitstekende stukken mu ziek heeft een soort slaperigheid tot gevolg en bovendien is de ma nier waarop ze inspeelt op de haar begeleidende combo zo ont zettend bot, dat je af en toe ge neigd bent het mens een for se tik op de vingers te geven. Miriam Klein, die op de achter zijde van de hoes als een soort wilde stoeipoes de wereld inblikt, wordt op de plaat begeleid door een combo dat bestaat uit de old timers Roy Eldridge (trompet) en Dexter Gordon (tenor-sax) alsme de de voortreffelijke trombonist Slide Hampton. Dat op zichzelf zou een rede kunnen zijn om de plaat te kopen. Een liefhebber evenwel van jazz-muziek die niet van die ergelijke kanten vertoont als hier te berde wordt gebracht, bedenkt zich wel een paar hon derd keer voordat hij daartoe overgaat. W.W. Pussycats can go far Buzzy Linhart Atco SD 7044. Volgens verstrekte informatie door de platenmaatschappij stamt de muzikale carrière van Buzzy Linhart uit de periode van de Greenwich-koffiehuisjes en hoort hij thuis in het rijtje Tim Hardin, Fred Neil, John Sebas- tiaan enz. Dat is alles wat dan aan antecedenten over deze fi guur gemeld kan worden. Dat hij een veelzijdig artiest is blijkt op zijn LP Pussycats can go far. Hij had een scheppende hand in alle nummers op de langspeler (en dat zijn soms verdraaid aardige nummers), zingt, speelt vibra phone, east Indian gitaar en rit me gitaar en doet voor zichzelf ook nog een aantal „backing voices". Kortom Linhart heeft de hele zaak aardig in de hand ge houden. Dat is ook de overheer sende indruk van de plaat met een paar knappe uitschieters: Aardig. Niet meer, maar ook be paald niet minder. P.d.T. wordt gehaald. Is daarmee de pla&t ver oordeeld tot eentje uit de grauwe middenklasse? Geenszins, want er is op de schijf altijd nog vol doende kwaliteit aanwezig om hem te rangschikken onder "het betere werk". Het is gewoon dat we met "Now" een beetje teveel verwend zijn. Als we naar de oor zaken zoeken, waarom deze plaat niet kan tippen aan de voorgan ger komen we terecht bij een aan tal nummers die ook al door vele andere zangers en zangeressen ten gehore zijn gebracht. Ik noem maar even "Killing me softly", "Here comes that rainy dayfee- ling" en "In the old fashioned way". Gaan we de uitvoering van Petula vergelijken met diegenen, die het nummer in oorsprong op de plaat zetten dan moeten we constateren dat Peutla nog al eens op de tweede plaats komt. Waarbij misschien op de achter grond wel een beetje meespeelt dat het langzamerhand een beetje teveel wordt om weer een nieuwe vertolking van "Killing me softly" te horen. Dat Petula tot uitstekende vocaal werk in staat is bewijst ze op deze plaat nog eens ten overvloede met een eigen compositie "Come on ho me". "The gypsy", een werkje uit het brein van Gordon Lightfoot en "Half as much". De instru mentale begeleiding en de ar rangementen van Tommy Oliver, John D'Andrea, Frank Owens, Peter Knight en John Fiddy zijn, zoals we dat van "Now", van ab solute topklasse. B.V.L Over Josquin Desprez (circa 1440-1521) viste ik ergens een uit spraak van Maarten Luther op: „zijn muziek is fijnzinnig vrolijk, mild en lieflijk. Niet strak aan de regel, noch aan een richtsnoer gebonden, maar vrij als het flui ten van een vink. Josquin is de meester van de noten Zij moe ten doen, zoals hij wil en niet omgekeerd zoals bij de andere zangmeesters, die doen moeten wat de noten willen". Een grote lofprijzing van de kerkhervormer die by na Desprez' tijdgenoot was. Er komt in een kroniek uit de 16de eeuw nog een andere veel betekenende opmerking over Jos- The All-Time Greatist Hits of Roy Orbison Roy Orbison Monument. Roy Orbison is altijd een zan ger geweest waar de triestheid vanaf straalde. In de Jaren zestig toen hij zeer populair was en de ene schijf na de andere de hit parade in zong leek hij alle na righeid van de wereld met zich mee te torsen. In de muziekbla den van die dagen werd uitgebreid melding gemaakt, wanneer Roy weer een of andere ongelukkige liefde had gehad of wanneer hij weer dikkere glazen in zijn don kerkleurige bril had gekregen. Want vooral zijn slechtte ge zichtsvermogen kwam in elk ver haal over Orbison terug. Of het allemaal nog niet treurig genoeg was, zong Roy ook nog in negen van de tien gevallen trieste liedjes, op een manier waarbij Johnny Ray als een zeer opgewekte Jon gen zou afsteken. De titels Only the lonely (meer dan een miljoen verkochte exemplaren)Crying, I'm hurtin', It's over, spreken in dit opzicht duidelijke taal. Toch was de tijd kennelijk rijp voor deze liedjes waarbij tranen ge plengd dienden te worden, want Roy Orbison mocht dan huilend zingen, hij kon uitbundig lachen als hij zijn banksaldo zag. Behal ve in Amerika had hij veel suc ces in Nederland, België en voor al Engeland. En ik beluisterde menig nummertje van hem toen ik als tiener stiekum 's avonds laat naar Radio Luxemburg luis terde wanneer Barry Aldiss zon dags zijn „Top Twenty" presen teerde. Al deze hits zijn nu sa mengebracht op een dubbelalbum met een niet geheel vlekkeloze persing. Twintig maal Roy Orbi son. Een greep uit de inhoud: Running teared, Blue bayton, Blue Angel, Dream baby, Love hurts en In dreams. B.bX. Op deze muziekpagina bijdragen van: Han Mulder Ruud Paauw Jan Preenen Paul de Tombe Wim Wirtz Eindredactie Bram van Leeuwen quin Desprez voor: hy compo neerde alleen maar als hij zin had en niet omdat het moest. Hier schijnt al duidelijk door dat Desprz een man was op de ^als bij de bouwmeesters en schil breuklijn van twee tijdperken, ders van het risorgimento mis (maar ook in de motetten) de beheerste vorm een prominen te rol. maar het is een vrijwillig gekozen gebondenheid, precies s Zijn toegewijd zijn kondiging van Gods Zegepraal in zang en woord is nog die van de middeleeuwen, de nederige am bachtsman. Maar tezelfdertijd is deze zuid-Nederlander gevormd in het individualisme van de Ita liaanse renaissance. Hij is van zijn grote talenten terdege over tuigd, ook al bewoog een sterk ontwikkeld gevoel van zelfkritiek hem er dikwujls toe, jaren aan composities te blijven schaven, al vorens ze aan de openbaarheid prijs te geven. De prijzenswaardige Seon-se- rie van Philips, gewijd aan de realisatie van authentiek-do- cumentaire opnamen is nu met een voortreffelijke dubbel lp- ge komen met geestelijke en wereld lijke composities van Josquin. Het is Jammer dat de wereld lijke chansons en instrumentale werkjes op beide platen maar een minderheid uitmaken, omdat Juist hier het meeste avontuur te beleven zou zijn. De geeste lijke stukken geven echter nog meer toegang tot Josquins grote muzikaliteit en beheersing van de materie. Daarbij noem ik vooral de mis .Ja sol fa re mi", de namen van de noten staan voor het thema (de cantus firmus), dat 237 maal achter elkaar terugkeert, niet alleen bij de te nor, de drager van de melodie, maar ook in de andere stemmen. De grote rijkdom aan harmo nieën die Desprez om dat gere peteerde motief heen bouwt, maar misschien nog meer het besef voor de vorm, geven een uniek zicht op de renaissance mens. Inderdaad speelt in deze het evenwicht zochten. De Capella Antiqua uit Mün- chen levert op deze platen een sublieme prestatie; soepel stem- menmateriaal, ondersteund door een authentiek instrumentarium, dat juist in de tijd van Desprez aan een snelle ontwikkeling uit de primitieve oervorm begint. Hier past dan wel een filosofisch ttr- zijde: bij de moderne technolo gie. loopt de mens achterop. HIJ moet zich aanpassen. Bij de ontwikkeling van het muziek instrument (samengaan van me chanica, natuurkunde en inspira tie, in elk geval een stuk tech niek) ging de mens vóórop; de meesters van de renaissance die hun grote ontdekkingen in har monie en contrapunt deden en eenvoudig met de onvolmaakte instrumenten van hun tijd niet uit de weg konden. De kleur van het geluid is die van de studio. Dat is een be zwaar, zeker in de mis en in de motetten. Het legt het accent iets te veel op het dokument en iets te weinig op het meester werk. Dat betekent ook dat de stukken enigszins geanalyseerd overkomen, niet zozeer als een heid. Maar misschien is dat een vuiltje op de viola de gamba zoe ken. Het voornaamste is dat het snel groeiende aantal belangstel lenden voor renaissance- en mid deleeuwse muziek met deze bloem lezing uit Desprez een pijler voor hun discotheek binnen bereik hebben. H.M. Josquin Desprez: „Missa la sol fa re mi: motetten, chansons, in strumentale muziek". Seon (Philips)6775 005. Land's End Jimmy Webb As 43006 (SD 5070). Jimmy Webb heeft het al he lemaal gemaakt. Op 27-jarige leeftijd heeft de man al zoveel naam gemaakt in de pop-wereld, dat het met zijn verdere muzika le carrière gewoon niet meer mis kan gaan. Webb zit geramd. Hij heeft er zo'n tien Jaar over ge daan om zijn draden wereldwijd uit te spannen, maar nu is het dan wel helemaal gebeurd. Velen zul len in de ban komen van zijn ent housiasme, zijn werklust (als componist, producer en arran geur), maar meer nog van zijn ronduit voortreffelijke muziek. Eerder al schreef Webb hits voor The Fifth Dimension Up up an away Paper Cup, Carpet man. voor Glen Campbell, Richard Harris en Art Garfunkel die het Muddy Waters harde blues Muddy Waters -- Unk in Funk Chess Records. 60031. "Unk in funk" van blueszanger/ gitarist Muddy Waters behoeft eigenlijk weinig commentaar. De schijf is zoals vele andere die de man in zijn lange loopbaan heeft gemaakt, een verzameling van tamelijk harde bluesstukken, die voornamelijk door het stemgeluid van Waters de oorsprong van de blues eer aan doen. Muddy Waters heeft trouwens toch altijd wel een beetje op het grensgebied van het oude zowel als van het nieuwe geopereerd. Vóór hem komen we de namen tegen van musici die de armoede en de ellende van de neger van zeer dichtbij hebben meegemaakt, na hem ontspruiten zich lieden als John Mayall, die de blues een volstrekt ander aanzien gaven. "Unk in funk" met o.a. "Trouble no more" en "Everything gonna be alright" is een goede illustra tie van dat middengebied: de oor sprong van de blues ligt daar diep verzonken in een bak vol keihar de klanken. Een intrigerende combinatie, zeker met een toch wel capabele bluesvertolker als Muddy Waters. En daarom toch ook wel een goede plaat. W.W. „De Wilde Boerndochtere" Ivan Heylen Elf Provinciën f 15,40. De wispelturigheid en onbere kenbaarheid van het hitwezen zijn door de Jaren heen bijkans spreekwoordelijk geworden. Dus echt verbazen hoeven we ons niet meer, want in deze wilde roulette is in de meest letterlijke zin alles mogelijk. En tóch sta Je als rechtgeaard hitvolger af en toe met de mond wagenwijd open. Dat was althans bij mij het geval toen „De Wilde Boerndochtere" van de Vlaming Ivan Heylen haar opwachting maakte. Een melodie valt er vrijwel niet te bekennen, de woor den zijn nauwelijks te verstaan. Moeder, hoe is het toch moge lijk, denk Je dan. Toen ik Ivan Heylen voor de eer ste keer met het .schoon wijfken" hoorde stoeien, dacht ik dat we wel erg ver terug in de tijd waren gegaan. In hem meende ik de eer ste Kaninefaat te ontdekken die bij Lobith ons land binnengedre- ven kwam. Oerdriften werpt die man in de 331/3 toeren. Maar ook al heb Je een handleiding in het Hoog-Vlaams nodig om te weten waar hij 't nu precies over heeft, zijn felle gedrevenheid blijkt al genoeg te zijn om de ver koopcijfers van de plaat in be weging te zetten. Na het vers een keer of dertig te hebben gehoord en de tekst (achter op de hoes) te hebben bestudeerd, ben ik van mening dat de wilde boerendochter de plaat van het Jaar gaat worden. Wat zeg ik, het lied van het de cennium, zoals een VPRO-docu- mentaire in het Jaar 1980 haar scherp zal aantonen. De elpee „De Wilde Boern dochtere" bevat gelukkig heel wat meer dan dat geladen lied over het woeste Vlaamse vrouwmens dat het horen ten volle waard is. Allemaal door de Belg zelf ont worpen en getoonzet. Heylen laat zich daarin kennen als een zan ger met een goed oog voor de al ledaagse problemen van de wer kende stand. Zijn stijl van ruwe rondborstigheid, die al zo door tintelt bij de wilde boerendoch ter, verlaat hem gelukkig geen moment. Fragmentje uit „De Werkmens": "En 's zaterdags slapen wuit En 's avonds naar de match En 's zondags eten we fritten En daarop noch soep En dan tussendeure dan nog efkes uit de broek Het kost hem overigens ver bluffend weinig moeite van dit genre over te schakelen op een ruig soort romantiek dat Je xunt beluisteren in liedjes als „Angle en „Suzanne". Kortom: een zeer oorspronkelijk man, die Ivan. R.P. nummer "All I know" opnam. Gelukkig, zo blijkt na het be luisteren van Land's End, kreeg Webb toen sterk de behoefte zijn eigen werk ook eens zelf te gaan met de titel Jimmy L. Webb: brengen. Na een eerder album Words and Musics, is Land's End daarvan het resultaat. Een fraai resultaat, laten we dat maar met een vaststellen. Verzekerd van medewerking van grootheden als Ringo Starr en Joni Michell heeft Webb een uiterst fijngevoe lig werkje in elkaar gezet —met sterke nummers op doordachte teksten. Weob legt andermaal 'n proeve van bekwaamheid hoog niveau af, kent zelden inzinking en blijft voortdurend "begrijpelijk. In die zin dat zijn muziek toegankelijk blijft ook als hij eens de neiging krijgt door te draven naar hogere (muziek) sfe ren. Dat is trouwens toch de gro te kracht van Webb —hij slaagt erin om op uiterst vakkundige wijze het evenwicht te vinden tus sen toegankelijke en gedistingeer de muziek. Een gave die weinigen gegeven is. Het zal de schare fans van Jimmy Webb ongetwijfeld groter maken. Want ben je maal ingesponnen dan dan kom Ie nooit meer uit het web(b). P.D.T. Sam and Dave Star Collec tion Midi MID 20073. Tot de betere vertolkers van soul mogen stellig Sam Moore i Dave Prater wórden gerekend. Een duo, dat onder de artiesten naam Sam and Dave al de dige hits heeft gescoord: Hold on, lm comin', You don't know what you mean to me, Soothe me (een geestesprodukt van Sam Cooke) en Soul man, dat vorig Jaar dankzij de verkoop van ruim een miljoen exemplaren het eerste goud opleverde. Al deze nummers zijn verzameld op de elpee, die heel simpel de tite) Sam and Dave heeft meegekregen, en waarop nóg acht van de beste werkjes van de Amerikanen staan. Het tweetal heeft elkaar leren kennen in Miami, nadat ze beiden, zoals zoveel negers, een "vooropleiding" hadden gevolgd in een kerkkoor. Zo maakte Sam deel uit van gospelkoor in de kerk van zijn vader in Miami. Thans maakt hij met zijn compagnon furore op de plaat en op de bilhne met show, die er zijn mag. Flitsende, veelkleurige lichtpanelen staan op de achtergrond opgesteld rond een glinsterende fontein, terwijl go-go-girls op de voorgrond dan sen, naast een band. die constant in beweging is. Tussen al die be drijvigheid werken Sam and Dave him repertoire af: swingend elkaar opzwepend, waarbij 't peil van de muziek nauwlettend in de gaten wordt gehouden. Op de plaat moet die act er natuurlijk bij gedacht worden. Dat neemt niet weg dat ook zonder die en tourage een bruisend geheel is verkregen. Dankzij het geweldige ritme en de afwisseling inden mers, die voor het merendeel zijn geschreven door een ander geta lenteerd duo Isaac Hayes en Da vid Porter.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1974 | | pagina 21