DE MENS
WEER IN
NATUUR'
'VISSEN
BRENGT
i
HENGELAARSLEGIOEN WEER NAAR DE WATERKANT
Visserijbioloog van het RIVO, dr. Boddeke:
Meer Vis-sporf
I
J
Nieuw seizoen begon
vanmorgen 03.26 uur
VELTMAN
HENK TEUNISSEN
i
i
De ontwikkelingen in ons maatschappelijke leven zijn vrij
wel allemaal gericht tegen de sportvisserij. Er worden be
tonnen dozen gebouwd, waarin de mens vervreemdt van de
natuur. Via de kleuren-tv krijgt hij alles thuisbezorgd wat
hij wil zienalles is gericht op comfort en weinig beweging.
Viswater wordt systematisch vervuild en de goede visstek-
kies die nog zijn overgebleven liggen ver verwijderd van de
massale woonwijken.
Logisch gevolg zou dus zijn, dat
de sportvisserij een kwijnend be
staan leidt en ten dode is opgeschre
ven. Immers voor actieve vissers is
er meestal sprake van weinig com
fort: op een onzalig vroeg uur Je
bed uit. in regen en wind buiten
zijn, door drassige weilanden ploe
teren en met Je oliejas aan en hen-
gelspullen in beide handen met de
lift van de zesde verdieping naar de
begane grond.
Toch zijn er in ons land ruim een
miljoen hengelaars. Visserijbioloog
dr Dolf Boddeke, werkzaam bij het
Rijksinstituut voor Visserij Onder
zoek (RIVO) in LJmuiden, heeft 'n
verklaring voor die tegenstrijdig
heid: "In de mens is het Jachtin
stinct nog altijd aanwezig. Vissen is
populair, omdat het voortreffelijk
aansluit bij het natuurlijke ge
dragspatroon van de mens. Henge
len is zo belangrijk, omdat het de
mens terugbrengt in de natuur. De
grote natuurkenner en promotor
Jac. P. Thijssen heeft niet voor
niets eens gezegd: "Als Je een vogel
goed wilt zien, moet Je een hengel
meenemen".
Dolf Boddeke heeft die raad van
de "vader van de Verkade-albums"
niet in de wind geslagen. Naast zijn
beroepsmatige interesse voor het ge
schubde volk, trekt hij er ook vaak
met de hengel op uit om een visje te
verschalken. "Ik ben een groot lief
hebber van het vissen met kunst
aas", zegt de man wiens boek "Vis
sen en vissen" groot opzien baarde.
Een boek, dat nu eens niet de
gebaande paden van de sportvisse-
rijlectuur volgde, maar waarin hij
aan de hand van een reeks sappige
verhalen een forse dosis opmerke
lijke zaken over vissoorten en hen
gelen op popualire wijze ventileer
de. Een boek, dat zo goed aansloeg,
dat uitgeverij Elsevier dezer dagen
met een tweede druk op de markt
kwam.
ELAN echte visboten.
LLOYD'S certificaat,
vanaf f1390,—.
YAMAHA-
OUTBOARDS.
2 tot 55 pk. 2 Jaar garantie.
ECHTE service door fabrieks-
monteur.
Boot-Centrum b.v.
Hoge Rijndijk 93, Zoeterwoude
Telefoon 01710—26966
Wat vindt Boddeke nu van de
"gesloten tijd" voor het binnenwa
ter van 15 maart tot 1 juni?
Boddeke: "Bij de verplichte vas
tentijd spelen vele factoren een rol.
Neem nou eens de bijna overal
voorkomende brasem. Die vis is zo
vogelvrij dat er niet eens een mlni-
mummaat voor bestaat. Gezien het
grote aantal brasems in ons water
zou Je zeggen: laat daar het hele
Jaar maar op vissen. Voor blank
voorn, die 's winters samenschoolt
ligt de zaak al weer iets anders.
En voor de snoek, die de laatste
Jaren forse klappen te verwerken
heeft gekregen, is het zelfs een kei
harde noodzaak.
Bekijk Je de zaak als hengelaar dan
zeg ik, dat de gesloten tijd een uit
stekende periode is, waarin de henge
laar zich kan opladen voor het nieu
we seizoen. De eerste Juni is voor het
hengelaarslegioen nog altijd zoiets als
een nationale feestadg. Iedere en
thousiaste sportvisser ook ik
gaat, als het maar even kan, op de
eerste dag van het nieuwe seizoen
naar de waterkant.
Een derde aspect is de natuurbe
scherming. Hoewel ik niet wil zeg
gen, dat de hengelaar de natuur ver
stoort In vergelijking met de an
dere watersporters is het tegendeel
eerder waar kan zijn aanwezigheid
op en aan het water in het voorjaar
toch een druk betekenen, die voor be
paalde broed- en natuurgebieden on
gewenst is".
De dreg drietandige haak is
de laatste tijd erg in discussie in
hengelaarskringen. Moet de dreg ver
dwijnen?
Boddeke: „De combinatie van le
vend aas en dreg noem ik geen sport
vissen. Dat is een uitwas. Een snoek
die een dreg slikt en dat gebeurt
bijna altijd met een levend visje
heeft weinig overlevingskansen. Aan
spinners zijn dreggen overbodig,
want met een enkele haak gaat het
even goed. Een uitzondering zou ik
willen maken voor de lepels en de
pluggen. Aan deze kunstaassoorten
zonder dreg is vrijwel niets te van
gen. Een snoek bijvoorbeeld, spuwt
de hele zaak direct weer uit, wanneer
hij door heeft dat hij geflest Is.
Verbied je het gebruik van de
dreg, dan verlies Je dus automatisch
ook twee vangmethoden met kunst
aas. Dat zou er toe kunnen leiden,
dat er een verschuiving plaatsvindt
van het vissen met kunstaas naar het
vissen met levend aas. In dat geval
zetten we de klok terug. En aangezien
het verbannen van de dreg met na
me gericht is op de bescherming van
de snoek, zullen we daarmee uiterst
voorzichtig moeten zijn"a
De kurk is van de fles. Ette
lijke honderdduizenden sportvis
sers in ons land hebben de hen-
gelenergie, die ze de afgelopen
maanden hadden opgekropt sinds
vanochtend één uur voor zons
opgang kunnen ontladen. Want 't
hengelaarslegioen is vanochtend
weer massaal naar de favoriete
stekkies getrokken in de hoop om
dit seizoen de grote slag te slaan.
De vraag die vanochtend bij mij
opkwam toen ik rustig richting
Roelof arendsve en brommerde
was: "Waarom wordt er door hen
gelaars toch altijd weer zo'n op
hef gemaakt over die eerste vis
dag? Vissen in het binnenwater,
kun Je immers ruim negen maan
den van het jaar en als Je van
zeevissen houdt zelfs het hele Jaar
door. Dus waarom is het nodig,
Juist die eerste Juni aan de wa
terkant te gaan zitten?
Vraag het noooit aan een sport-
visser-in-hart-en-nieren, want by
zal je op die vraag geen dulde-
ïyk antwoord kunnen geven.
Maar zeker is, dat hij die eerste
dag aan de waterkant niet graag
zal missen. Het hengelnieuwjaar,
is namelijk een visdag met een
heel apart sfeertje. Een ontmoe
ting in de trant van "ouwe-Jon-
gens-onder-mekaar", die elk apart
maar toch gemeenschappe
lijk een zwaar lot hadden te
dragen: tweeënhalve maand de
hengels in de stoffige kast.
Elk seizoen wordt dan ook op
nieuw de vraag gesteld of zo'n
verboden vistijd nog wel nuttig
is. Ik heb daar zelf ook wel eens
over lopen filosoferen, vooral als
het om bepaalde vissoorten ging.
maar wat dieper nadenkend
kwam ik toch tot de conclusie,
dat die onderbreking ook z'n be
koorlijkheden heeft. Het voor
komt namelijk dat vissen een
sleur wordt.
Ik kan me een verhaal herinne
ren, dat eens verteld werd door
de hengelmentor Jan Schreiner.
Hij verhaalde over een periode in
zijn leven, waarin hij de moge
lijkheid had om iedere dag te
gaan vissen en dat ook werkelijk
deed. "Hoewel ik met hart en nie
ren verknocht was aan de sport -
keel uit begon te hangen. Toen ik
weer eenmaal per week ging vis
sen merkte ik dat ik met veel
meer verlangen en interesse uit
keek naar die ene dag dan daar-
ui trusting, die in de loop van het
seizoen enige mankementen is
gaan vertonen, aan een grondige
inspectie te onderwerpen. Nee, het
hengelsportnieuwjaar op de eer
ste juni is zo gek nog niet. En
omdat bij .nieuwjaar" ook wen
sen en goede voornemens horen
pauze draagt er toé bij, dat we
vandaag weer gelouterd en boor
devol energie aan de waterkant
verschenen. Wie de afgelopen we
ken eens een hengelsportzaak bin
nenstapte en wie deed dat
niet? merkte dat er met meer
elan over de hengelsport werd ge
sproken dan ooit in een tijd waar
op het seizoen open is.
Bovendien krijgt de visser de
tijd nieuwe plannen te maken en
niet te vergeten om zijn hengel-
heb ik er hieronder een paar ge
formuleerd-
Neem u bijvoorbeeld voor om vol
gend Jaar uw mankementen aan
uw hengeluitrusting wat eerder te
laten repareren. Ik heb deze week
een vertwijfelde echtgenote van
een hengelsportwinkelier horen
roepen: „Ze wachten allemaal tot
het laatste ogenblik" en ze wees
daarbij op een enorme bos licht
ontwricht hengelmateriaal.
Een tweede advies is om de
plastic- en papieren zakken, over
tollig brood en ander afvalmate-
riaal aan het eind van de vis
dag nu eens niet in het water te
plompen, maar op te bergen in
uw vistas, of zitmand. Het is een
kleine moeite en U levert dan ten
minste een bijdrage aan het
schoonhouden van ons viswater.
Tot de grote groep „zwartvis-
sers" die ons land helaas nog al
tijd telt zou ik willen zeggen: toe
laat u niet kennen voor die
paar guldentjes. Wees nu eens
geen profiteur. Als u een vergun
ning op zak hebt loopt u ook niet
het risico een bekeuring te krijgen.
Dat vist allemaal veel rustiger.
Hoewel het nog even duurt voor
we op snoek mogen vissen zou ik
bij het begin van het seizoen al
vast willen pleiten voor het terug
zetten van deze vis. De
snoekstand in ons viswater is niet
bijster florissant meer en als we
niet uitkijken kunnen we deze
uitnemende sportvis over enkele
Jaren wel van ons lijstje schrap
pen.
In verband met het koude voor-
Jaar dat we gehad hebben kan het
ook voorkomen dat u de komen
de weken nog vis vangt, die met
kuit zilt. Ik heb deze week nog
volop vis ziet af paaien in polder
slootjes. Behandel deze „kuitfa-
brieken" met extra zorg.
En dan om maar gelijk
schoon schip te maken nog
een reactie op de ingezonden brief
van de heer J. Mark, die inmid
dels weer voorzitter is geworden
van de Hengelaarsbond voor Lei
den en Omstreken. Een verblijf
buitenslands maakte het onmoge
lijk direct van repliek te dienen
De heer Mark verweet mij u niet
Juist geïnformeerd te hebben
over de Federatie Zuid-Holland.
Volgens hem zou de Rotterdam
se vereniging „De Toekomst" geen
lid meer zijn van de overkoepe
lende federat ie.
Maar het moet de heer Mark
—die op vergaderingen steeds laat
blijken goed op de hoogte te zijn
van statuten en huishoude
lijke reglementen als medeop
richter van de federatie toch be
kend zijn, dat opzeggingen van
het lidmaatschap van de Federa
tie voor 1 oktober van het lopen
de jaar dienen te geschieden.
„De Toekomst" heeft daaraan niet
voldaan en is derhalve officieel
nog lid.
Ook het verwijt dat ik verkeerd
geïnformeerd zou zijn gaat niet
op, want Je mag verwachten, dat
inlichtingen, die rechtstreeks af
komstig zijn van de secretaris
van de federatie betrouwbaar
zijn. Het meest betreur ik echter,
dat de heer Mark de ingezonden
brief heeft aangegrepen om een
aantal hengelsportpolitieke uitla
tingen te doen, die niets met mijn
artikel uitstaande hadden. Het zij
hem echter vergeven op de eerste
dag van het nieuwe hengelsport-
Jaar.
Rest mij de sportvissers, die
vandaag al het geluk hadden een
flinke vis aan de haak te slaan
geluk te wensen en u allen voor
het nieuwe seizoen een .goede
vangst" en „Petri heil" toe te
BRAM VAN LEEUWEN.
ZATERDAG 1 JUNI 1974
PAGINA 17
ADVERTENTIE
voor minder geld
sortering
kwaliteit
verlaagde prijzen
)EN HOLDER HENGELSPORT
IANVOSSENSTEEG 75/77
.El DEN
HENGELSPORTHUIS
Lage Rijndijk 76, Leiden, tel. 34867
Jong geleerd, oud gedaan..4
Levendaal 28 - Leiden - Telefoon 2205346827
visserij is Uw adres
de" of boerenkarper?
Boddeke: "Voor zover ik weet
zijn die alleen nog te vinden in het
IJsselmeer en in Noord-Holland.
Elders heb ik ze nooit aangetroffen.
Boeren- of wilde karper is te her
kennen aan het torpedovormige li
chaam en de kleur van het vlees.
Dat is knalrood. Elk kweekprodukt
of kruising heeft wit of rose ge
kleurd vlees".
Is de Nederlandse hengelaars een
actieve sportvisser?
Boddeke: Er is ongetwijfeld een
categorie die bijzonder actief vist.
Er zijn er die op een visdag enkele
kilometers door weilanden ploete
ren, maar de "vouwstoelantplooiers"
ADVERTENTIE
De enige speciaalzaak voor al uw
HENGEL
SPORTARTIKELEN
DE SPORT
HAARLEMMERSTR. 11. TEL. 24020
zijn helaas in de meerderheid. Het
zijn mensen die ergens neerploffen
en de hele dag op één plaat» blijven
rondhangen. Of ze nu wat vangen of
niet".
Ons land is beroemd door zijn pol
ders. Hoe kijkt u daar als sportvisser
tegenaan?
Boddeke: "Met het polderwater is
het heel droevig gesteld. Kwam Je
vroeger nog wel eens polders tegen,
waar flink wat water stond, tegen
woordig houdt het meestal na een
Daar decimeter al op. Gebaggerd
wordt er bijna niet meer, want de
electrische gemalen halen het water
uit begroeide sloten ook wel weg.
Sloten schoonhouden is een kostba
re zaak; er zijn bijna geen mensen
meer voor te vinden.
Dus gooit men soms chemische
olanitenbestriJ dingsmiddelen in het
water, wat nu ook niet bepaald
goed is voor de gezondheid van de
vis.
Tel daar dan nog even bij op de
gier en het afval dat de boer in het
water gooit, de verlaging van het
grondwaterpeil en de afname van de
hoeveelheid water dan is het wel
duidelijk, dat de zaak onvoorstel
baar hard achteruit tuint. Het hart
Visserijbioloog dr. R. Boddeke bij de IJmuidense vissershaven op een steenworp afstand van het gebouw van het Rijksinsti
tuut voor Visserij Onderzoek (RIVO)
Het „stalen" onderlijntje". Nood
zaak of niet?
Boddeke: „Bij het snoeken is dit
hengelattribuut zeker niet overbodig.
Met zijn fijne tandjes schuurt de
snoek een nylonlijn met gemak door.
Bij het vissen op snoekbaars of baars
ls het niet belangrijk. Dat geldt ook
als met lepels of pluggen wordt ge
vist. De vis komt dan immers met
zijn bek niet in de buurt van de lijn.
Hoeveel schade kan een haak
in een vissebek aanrichten?
Boddeke: „Kijk, als een haak zich
heeft vastgehecht in het keelgat
van een vis, dan heeft zo'n beest nog
maar weinig kans. Zit de haak op
een wat gunstiger plaats dan heeft de
vis er meestal niet veel last van. ha
ken hebben de eigenschap in water
te roesten als de pest. Je staat er ver
steld van hoe snel zo'n haak is ver
dwenen".
Hoe staat het met het Nederland
se viswater en de visstand?
Boddeke: De Nederlandse wate
ren zijn van nature bijzonder voed
selrijk. Je moet er dan ook heel wat
Insmijten voordat Je iets ziet veran
deren. Heel anders ligt dat bijvoor-
waar de bergmeertjes erg voedsei-
arm zijn. Hier kan bij wijze van
spreken een pak wasmiddel, dat in
het water wordt gegooid, rigoreuze
sterfte tot gevolg hebben. Vandaar
dat die Jongens daar zo streng zijn.
Natuurlijk is er in Nederland de
laatste Jaren toch wel iets veran
derd.
Op vele plaatsen is het water
troebel geworden. Gevolg was dat
snoek, rietvoorn en baars alle
maal vissen die van licht en helder
water houden —plaats maakten
voor snoekbaars, brasem en karper.
De laatste vissoort levert zelf ook
nog een bijdrage aan de waterver
vuiling door zijn gewroet langs de
bodem. Het is overigens onvoorstel
baar in welke vervuilde wateren nog
karper voorkomt. Zelfs in slootjes
met rioolwater zwemt nog karper
rond. Kijk maar eens naar de vaak
stinkende stadsgrachten waar het
soms wemelt van de karper.
Is er in Nederland nog veel "wil-
van Zuid-Holland is daar een spre
kend voorbeeld van. Ondiep polder
water heeft nog een ander nadeel:
:en paar flinke nachtvorsten zijn vol
doende om de hele visstand in één
ceer uit te moorden. En in de zo-
ner kan de watertemperatuur tot
mlke grote hoogte stijgen, dat de vis
er ook niet meer bestand tegen is".
Spelen weersomstandigheden een
ol bij de bijtlust van de vis?
Boddeke: "De enige factoren, die
van invloed kunnen zyn op de bijtlust
zijn de temperatuur en de lichtinten
siteit. Nagenoeg alle vaak hard
nekkig verkondigde theorieën zijn
terug te voeren op temperatuur en
licht. Neem bijvoorbeeld de bewe
ring, dat de vis bij noorden- en oos
tenwind niet (of slecht) bijt. Wel, de
vis trekt zich echt niets van de wind
aan. Wel betekenen dergelijke win
den vaak een scherpe temperatuurs»
daling, die de vis niet prettig vindt.
Ook verschillen in luchtdruk spe
len voor de vis geen rol. Daaren
tegen kan het al of niet aanwezig
zijn van wolken of zon een ver
schil in lichtintensiteit een veran
dering teweeg brengen in het voe
dingsschema van de vis. Hij eet dan
bijvoorbeeld op andere tijd dan ge
bruikelijk is".
Is er bij bepaalde vissoorten spra
ke van degeneratie?
Boddeke: "De vis past zich altijd
aan de omstandigheden aan. Een vis
in een aquarium groeit immers
ook niet verder. Zo ls het ook in wa
ter waar (te) veel vis zit. Is de voed
selvoorraad beperkt dan groeit de
vis ook minder hand. In ons land,
kennen we dat verschijnsel bij de
baars en de brasem. Er is echter
geen sprake van degeneratie. De klei
nere vis legt alleen een kleiner aan
tal eieren. Ze zijn echter van dezelf
de grootte en kwaliteit als in water
waar de vis normaal groeit.
Wordt de sportvisserij door de
overheid op haar juiste waarde ge
schat?
Boddeke: "In het verleden meest
al niet, maar gelukkig zijn er de af
gelopen Jaren twee zaken, die hoop
geven voor de toekomst De eerste,,
was het verbod om bij de beroeps-
visserij op het IJsselmeer de kuil te
gebruiken. Vooral froor de snoek-1
baarsstand heeft dat zeer gunstige
gevolgen gehad. In de wateren rond
om het IJsselmeer is de snoekbaars
stand de laatste tijd enorm verbe-.
terd.
Van nog groter belang vind ik het'
advies van de commissie—Klaasesz
om de Oosterschelde niet helemaal;
af te sluiten. Was dat gebeurd, dan
zou er een verschrikkelijke puinhoop;
zijn ontstaan. Nu er vrijwel zeker
een poreuze dam komt, blijft de Oos
terschelde behouden voor de sport-
visserij. Misschien zullen er plaatse
lijk wat kleine verschuivingen op-,
treden, maar de dam vormt geen be
letsel voor de vis uit de Noordzee.
Er ls ook nog een voordeeltje: dej
dam zal de getijdewerking op de
Oosterschelde halveren. Dat maakt
het vissen gemakkelijker, want er
is minder stroming.
Eigenlijk is hier voor het eerst een
beslissing genomen, waarbij de
sportvisserij een belangrijke plaats
is toebedeeld. Een plaats die ze toe
komt".
SPORTVISEERS
Voor al Uw Hengelsport-
art. van zee- en binnen-