Ik ben geen boodschapper' os» Toonder in zonnetje op Bom meidag O 0tf)AG Een historische ontmoe ting. Tom Poes maakte 33 jaar geleden voor het eerst kennis met Olivier B. Bom mel. In september van dit Jaar organi seert het Stripschap een zogenaamde „Bommeldag" in Zaltbommel. Daar sal Marten Toonder de geestelij ke vader van Olivier B. Bommel en Tom Poes. maar ook van Panda, Koning Hollewijn, Kappie en nog veel meer stripfiguren in het zonnetje worden gezet. Er zullen tentoonstellingen worden gehouden. Er zal een forum zijn van Bommel-kenners. Er zullen films worden vertoond. Een Tom Poes-to neelspel zal worden opgevoerd. Dat alles in het „sfeertje Rommeldam", Het Stripschap is nu al druk bezig met de voorbere idingemaldus voorzitter Martin Wassington. Het bestuur van het Stripschap een vereniging van stripliefhebbers is voorts in onderhandeling met de uitgeverij De Bezige Bij om een heruitgave te realiseren van oude Tom Poes verhalen in een beperkte oplage. Dit in verband met het ..onrustbarende" grote aantal illegale herdrukken van Tom Poes verhalen, dat op de markt verschijnt. Toonder heeft aanvankelijk nooit toestemming gegeven om zijn oude strips opnieuw uit te geven, omdat hij niet meer geheel achter zijn vroegere werk staat. Maar sinds enige jaren worden zijn oude strips van Tom Poes clandestien herdrukt vaak technisch slecht en Liefhebbers van oude Toonder-strips hebben overigens voor originele exemplaren bedragen- over die van tientallen tot meer dan 175 gulden oplopen. En net toen Tom Poes zoover was met zijn overpeinzin- hij bij een bocht van den weg iemand lopen. Een ode figuur was het, met zijn geruite jas aan en een leeren aan een riem over zijn schouder. Wel, dacht Tom Poes, dat moet een vreemdeling zijn! ld, die zulke groote ruiten op zijn jas draagt, woont hier i de buurt! Wat zou die vreemdeling hier zoeken? Daar ik meer van weten! blies de vreemdeling een groote rookwolk uit zijn andeling was, zoals iedereen IJpen. Olivier B. Bommel, de 1 Stand. Deze teerste ont- met Tom Poes vond plaats wrdag 12 Juli 1941. bijna geleden dus. Een historische Waut dit treffen luidde het van honderden avonturen. Poes en Ollie B. Bommel de dag van vandaag zouden (Tl!1 helemaal op het schrijven en tekenen", zegt hij. „De ene keer gaat het beter dan de andere keer. Dat hangt van mijn stemming af. Met mooi weer gaat het slechter. Inspiratie? Ach, dat ls een mooi woord. Je moet voort. Je krijgt een zekere routine. Elke dag een klein stukje. Dan valt het niet zo op als je soms wat inzakt. Je krijgt een gemiddelde". a eigenlijk wel zeggen dat en Tom Poes nu al figuren zijn. Hun bele torden wel gekenschetst als tfatuur onder de stripver- Niet terug was overigens al drie Jaar hij Olivier B. Bommel eerst ontmoette. Zijn Marten Toonder Tom Poes al in 1938. 26 Jaar, kreeg toen een Ier per aflevering. «s Kokke te rug- in 9' 'ontzettend arme tijden ge- droog brood op de plank" Marten Toonder nu, tei 1 op die tijd. „Maar toch 'Peelt geen rol. En geld mag «een rol spelen, dat is iets, •fold geloofd heb 1) lijkt oprecht, als hij Want Je moet toch fd' 'êUri8 even Slhnhumen, als Je i <Ooet in zijn riante landhuis tod, waar hij zogezegd, als 'fan Stand leeft W at daar nu al zo'n tien Jaar 0 alle rust te werken aan él Tom Poes en BommeL 5# toitends 10 uur tot 's avonds jfl, togen in de week itlk °ntvanSt ons voorkomend ^J. In een hobbelende totobus reisden °nblin naar zijn Lodge' in het plaatsje zo'n dertig kilometer ten ^_ran de hoofdstad Jij 'Publiek 1 bet er duidelijk rgj concentreer „Ik denk niet dat ik ooit voor goed terug ga naar Nederland. Het leven in Nederland vind ik ontzettend benauwend, als ik er een paar keer per Jaar terugkom. De mensen zijn er nerveus en agressief. Het zit door hun hele levensstijl heen. Voortdu rend die toon van, heb ik wat van Je aan, moet ik wat van Je en zo". Het is doodstil in de werkkamer van Toonder. Je hoort alleen het fluiten van de vogels buiten. Aan de muur hangt een geschilderd portret van zijn vader. Die was vroeger zeekapitein en inspireerde Toonder tot de stripfiguur Kappie. „Vroeger in Nederland was ik zakenman. Daar heb ik de pest aan gekregen. Ik wil er niets meer mee te maken hebben. Ik dacht vroeger dat Je het wel kon combineren. Maar daar ben ik nu helemaal van teruggekomen", zegt Marten Toon der. Hij is geheel in bruine tinten gekleed. Een bruin overhemd jasje, bruine stropdas, die echter, zonder de conventionele strik recht naar beneden hangt. bruine broek, corduroy schoenen. Zijn vrouw Phiny, schrijfster van kinderboeken, serveert de koffie. Wie is Marten Toonder? Een vroegere medewerker van hem, de tekenaar Fred Julsing, zei eens: „Toonder is een soort samenvoeging van Tom Poes en Bommel. Maar ik denk dat het Joost zal zijn". Toonder moet hierom hartelijk lachen. „Ja, er zitten natuurlijk allemaal facetjes van Jezelf in. De ene dag stop Je dit erin, de andere dag dat. Je laat ze vaak dingen zeggen, die Je zelf graag zou willen zeggen. En dan geef je de ene keer. die de hoofdrol. Het is prettig om veel karakters te hebben". Rechts Is Bommel rechts? „Dat geloof ik niet", zegt Marten Toonder. „Bommel is uit overtuiging niets. Soms kan hij zich jpwerpen als een rechtse figuur. Maai als het erop aankomt is hij de eerste, die op zijn neus valt. Het enige, Marten Toonder voor zijn landhuis Eyerefield Lodge in de Ierse Re-publiek. verstand. Geslaagde rechtse figuren kunnen toch geen greintje gevoel verdragen. Kijk maar naar Hitier, De Gaulle, Amin". „Tom Poes is geestelijk veel meer veranderd in de loop der Jaren. Hij heeft allerlei fasen doorgemaakt. Hij heeft een soort naiefheid maar ook een soort harde schranderheid. Als ik het achteraf bekijk, vind ik hem soms ook wel kil. Maar hij kan ook soms erg romantisch zijn". „Tom Poes is de meest bedachte figuur in het verhaal. Die hou Je ook het beste in de hand. Bommel is geen bedachte figuur. Is figurant. Die heb Je nodig om het verhaal niet te saai te laten worden. Dat is een figuur om tegenaan te praten. Maar hij is op den duur toch wel een eigen leven gaan leiden. Ja". „Maar toch, zelfs als ik helemaal genoeg van Bommel zou krijgen, dan zou ik hem niet laten sterven. Ik geloof niet in dood gaan. Als ik hem dood liet gaan, dan zou ik den ken, dat dood gaan zo belangrijk is. Ik zou hem liever laten verdwijnen. Ergens naar de eilanden in het westen. Een plek, waarvan hij niet kan terugkomen. Waar de Egypti- leuk zijn heeft het niets te maken. Het heeft eigenlijk wel iets met Zen Boeddhisme te maken". „Ja, ik ben erg gelovig", zegt Marten Toonder. „Niet in de christelijke zin. Het christendom heeft me weinig te zeggen. Ik geloof meer in de natuurlijke zin. Krachten in de natuur, die bovenmenselijk zijn. Maar ik bedoel met krachten we! degelijk individuele krachten". tische farao s en de druïden naai gingen", peinst Marten Toonder. toe waaraan ik toch wel in Bommel Het is best mogelijk dat hij rechts de boventoon. Dat is de reden dat al geloof is. dat hij toch wel een heer is. Maar als het erop aankomt dan zijn opzetten mislukken. Omdat hij is. Zijn verstand loopt door elkaar, is het menselijk, het gevoel speelt zijn gevoel erin gooit en niet zijn Hand Is Toonder zelf een Heer van Stand? „Wat is stand?", zegt Toonder daarover. „Dat weet Bommel misschien wel, dat weet ik niet. Het is allemaal zo betrekkelijk. Ik woon hier nu wel heel mooi. Maar ik heb dit huis gekocht voor de prijs van een Drents boerderijtje. Bovendien, stand is in Ierland eigenlijk een onbekend begrip. In Nederland, Ja daar kennen ze stand. Dat is wat Je noemt een burgerlijk land. Neem nu Den Uyl. Wat Je overigens ook over hem denkt, ik vind wel dat hij het erg goed doet. Maar ik vind hem wel een ontzaglijk burgerlijke fi guur". „Bommel als een Heer van Stand is eigenlijkeen soort parodie op Holland. Zeker voor Bommel, die helemaal geen stand heeft. Want sijn afkomst is toch wel duister". „In vertalingen is het moeilijk om Bommel als een Heer van Stand over te doen komen. Dat is eigenlijk niet te vertalen". Satiren Het zijn vaak satires, zijn strips. Klopt dat? Toonder: „Als dat zo is, komt dat omdat mijn manier van denken satirisch is. Ik geloof dat het onzin is om te zeggen, kom ik ga eens een satire maken. Net zoals het onzin is om te zeggen, kom ik ga humor maken. Je kunt het of je kunt het niet. Het is een manier van denken Humor is geen verdienste. Humor is gewoon nodig in Je leven, net zoals zout in Je aardappels. Met gewoon „Ik ben Nederlands Hervormd opgevoed. Elke zondag naar de kerk. Het meest trof me die ongelooflijke onverdraagzaamheid. Walgelijk. Daar kan Je niet in geloven. Ik heb nu al Jaren grote belangstelling voor het Zen Boeddhisme. Je kan net zo goed zeggen, er zijn vele Goden. Het Zen Boeddhisme, dat zou Je de humor van onze lieve Heer kunren noemen. Het aantonen, dat alles anders is dan dat Je denkt dat het is". Marten Toonder kijkt naar buiten. Een prachtig groen landschap. Hier en daar een palmboom in de tuin. Een gezellig paard graast in de wei naast het huis. Toonder heeft twee zoons. De Jongste, Onno, studeert andragogie (opvoeding, vorming van volwasse nen) in Amsterdam. De oudse Eiso (34) woont in het voormalige koetshuis naast de Ierse villa van Toonder en werkt met hem samen. Toonder heeft verder twee aangeno men Chinese dochters. „Dat is één van de beste dingen, die ik in mijn leven gedaan heb", zegt hij. „Het was in mijn Indonesische tijd. Ik her er nooit spijt van gehad. Het ls bovendien interessant. Want Je *aat ervan uit dat Je eigen kinderen het belangrijkste zijn, de familietrekken, de manier van denken. Maar dat is niet zo belangrijk als Je dacht. De manier waarop Je ze groot brengt, dat speelt een veel grotere rol" Boodsc happe n Toonder krijgt redelijk veel fanmail in Ierland. Drie tot zeven brieven per week. Van kinderen, maar ook van zeer oude mensen. Daarbij zijn soms zeer bekende Nederlanders. „Wat ik het meest interessante vind zijn de brieven van psychiaters, die vragen, bedoelt dit. of bedoelt dat ermee". „Maar boodschappen maak ik niet. Ik ben geen boodschapper. Ik maak verhalen, aangepast aan deze 'ijd, beïnvloed door de omstandigheden Daarbij laat Je Je leiden door 'net feit hoe Je zelf op bepaalde omstandigheden zou reageren Heb zucht. eerzucht, ambities, het speelt allemaal een rol".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1974 | | pagina 21