ubular Bells: een meesterwerk van Mike Oldfield ooisonates van Mozart MORRISONS VOORPROEFJE lieten Red land Simon roept herinneringen op aan cle successen met Garfunkel »lle vaten kunnen mooi klinken LOOKING THRU: 4de PASSPORT Dubhelelpee vol met grote pop-gitaristen Legenden van de Zee een fascinerend boek MISDAAD VERHALEN VAN MAFFIA GEBUNDELD bular Bells Mike Oldfield firgio Records (Ariola) IT. jjker dan het beoordelen dike Oldfield's pakkende Tu- Bells is het vinden van nog voor dat meesterwerk ge- te superlatieven. Toen de (nadat Oldfield er overigens erschillende maatschappijen had moeten leuren) in mei i Engeland was uitgebracht Virgin Records, vloeiden it lovende woorden uit de van de muziekrecensen ten. Bijna zonder uitzondering waren zij het erover eens dat Tu bular Bells moet worden gezien als een meesterwerk dat de muzi kale grenzen heeft doorbroken en dat een nieuwe vorm van muzika le kunst heeft geschapen. Twee jaar is Oldfield ongeveer bezig geweest met het scheppen van zijn Tubular Bells. Na een eerste toevallig gevonden sequens ,op een geleend orgel is hij in de studio aan het werk gegaan met vele instrumenten, waarbij hij elk door hemzelf bespeeld in strument voor zichzelf liet spre ken; het eigen geluid liet creëren voortbordurend op eenzelfde the- maatje. Oldfield maakte een ba sismelodietje en ging toen als een architect aan het werk. Bouwde het thema op verrassend veel ver schillende manieren uit, spelend op vele verschillende instrumen ten, die hij op een verbazingwek kend vaardige manier behandelde zonder ooit te vervallen in pom peus gebruik. De klanken konden door hem dan ook worden samen gevoegd (na honderden overdubs) tot een puur, natuurlijk geheel van 48 min en 50 sec. Een werk dat gesplitst is alleen omdat een plaat nou eenmaal moet worden omge draaid. Een werk dat klassieke en roek-stijlen combineert tot een uniek geheel, ook al omdat old field bijna geheel in z'n eentje het werk van een orkest doet. Alleen de varieté-achtige, maar wonder lijk goed in het geheel passende aankondiging van sommige in strumenten, het incidenteel be spelen van de fluit de string-bass en drums, en natuurlijk de koor- stemmen heeft Oldfield aan ande ren moeten overlaten. Zelf be speelde hij zo'n twintig instru menten; ervoor zorgend dat het Lnmense aantal geluiden steeds van dezelfde kristalheldere kwa liteit zijn; passend de bijna hyp notisch voortgolvende muziek. Mike Oldfield, die daarvoor alleen samen met zijn zuster Sally een LP had gemaakt en die later nog speelde in Kevin Ayer's groep The Whole World, heeft met Tu bular Bells een technische en mu zikale krachttoer verricht. De muziek die hij heeft gescha pen is zo sereen, dat het soms lijkt of er puur natuur uit de boxen komt. Het enige dat Je op de plaat tegen zou kunnen hebben, is het ontbreken van hartstocht - alle geluiden zijn gecontroleerd. Toch kun je alleen maar ademloos toe luisteren als Oldfield op Tubular Bells (waarin Veronica's Adje Bouman geknipt heeft - zijn montage wordt op single uitge bracht) grandioos bezig is. Slechts een advies kan gelden: KOPEN. P.d.T. to Red Garland P09-1. ed Garland mag gerust stuk te krijgen Jftigers worden gere- n beginne in de wat luidende rol van big bij Billy Eckstein en in de gelederen van >r maakte hij de swing ond hij de stormachti- van de be-bop en sta- j zich op de inmiddels flijk aandoende Jazz van de Davissen, de ie Coltranes. s sterk beïnvloed door at (King) Cole, maar e allen tijde primair :etoond van superkla- 'atum. Toch is hij wat ;reft moeilijk te plaat- ds neigt hij bijvoor- 3eorge Shearing, maar te veel "coolness" om kpreken van een Shea- I album "The Quota" «id in een kwartet met pimmy Heath, bassist kon en drummer Len- pe. Jimmy Heath (*r raan), die ten onrech- ekend is als broer/bas- Heath, blaast een uit- Irtij. Hij beschikt over pe souplesse en doolt fantasie rond in de Is van de op dit album Ie werkjes. (tet van Red Garland kelijking met The Mo- Buartet van zo'n tien h gemakkelijk hebben prstaan. De muziek is fat minder wiskundig, balanceerd genoeg om a a n d van te genie ter het algemeen rus- pn nummers die op dit vastgelegd zijn her- pn a clear day", "Love "The Squirrel". Num- de vertolking dui- ert dat er gelukkig |le lieden in Jazzland W.W. Live rhymin', Paul Simon in concert Paul Simon, Urubam- ba en de Jessy Dixon Singers CBS 69059. "Live rhymin* roept Paul Si mon nostalgische herinneringen op aan de tijd, dar hij nog samen met Arthur Garfunkel een duo vormde. Een duo dat in de succes volle jaren 'n werkelijk fabelach tige bijdrage leverde aan de mo derne muziek. Veel van de num mers, die het duo Simon and Garfunkel destijds op het reper toire had, heeft Simon bij zijn so lo-carrière gehandhaafd. Ijzer- sterke nummers als Homeward bound, America, The Boxer. El condor passa en het onvergetelij ke Bridge over troubled watei is Paul Simoti nog altijd trouw ge bleven. Uit dat oogpunt bezien biedt de elpee "Love rhymin' dus weinig nieuws of het moet zijn, dat hij nu de steun heeft van de groep Urubamba en de gospelgroep: "The Jessy Dixon Singers". Be oordelen we de inhoud echter op de artistieke kwaliteiten los van 't verleden dan moeten we zonder meer vaststellen dat hier weer een stukje vakwerk van de bovenste plank is afgeleverd. Fa buleus gitaarspel en een stem met grote kwaliteiten zorgen er voor dat het beluisteren van de plaat een belevenis is. Sinds Paul Simon met zijn solo-carrière be gon is het de eerste live-eipee. Hij begon voor zichzelf met de plaat "Paul Simon", daarna volg de in april van het vorig jaar „There goes rhymin' Simon" en nu dan "Ldve rhymin' Zoals hiernaast voor Van Morrison wordt vermeld is het een uiterst riskant zaak om "live" aan de weg te gaan timmeren buiten de beschermde studio's met akoes tisch perfecte ruimten en door snede soundmixers, maar ook Paul Simon slaagt voor dat moei lijke examen. Enerzijds is dat te dan ken aan de kwaliteiten van zan ger-gitarist Paul Simon, maar anderzijds zeker ook aan de ge luidstechnici die zorgden voor een opname die niet of nauwelijks voor studiokwaliteit onderdoet. B;Vli. I vioolsonates Jaap [en Stanley Hoogland 1015. 2 LP's. jaren geleden, toen de larend Servet nog niet om tafellaken te wor- kn voor deze omroep de bs Bunge regelmatig op bnd een babbeltje hou- imuziek, en deze lezingen nting van velen ook nog Be met pianospel van mer me, dat hij op deze ok alle vioolsonates van eeft behandeld, met als Jaap Schroder, die toen Ier bekend was. Ik luis- concludeerde dat, als er complete opname van ites zou verschijnen, die röder gemaakt moesten ïu ligt dan het eerste al- de draaitafel en ik ver aas mij, dat ik indertijd iwerk heb geleverd want >en zozeer onder de in- Schröders spel, dat ik de ïrgat. Niet dat Sas Bun- goed of slecht deed: ver net de meeste radio-op- 'as hij zeker de minste px deze sonates vereisen ieder op zich een zo verschillen de instelling van de pianist, dat de ze een soort muzikale kameleon zou moeten zijn. Dat heb ik me toen niet gerealiseerd, dank zij Sas Bunge. Vanwaar nu deze bekentenis en deze hand in eigen boezem? Ant woord: de hier besproken plaat. De pianist is Stanley Hoogland. Hij bespeelt een Könmicke-vieu- gel uit 1796, oftewel een pianofor te. Als beoordeling zou ik liever zeggenhij bespeelt de piano for te. Een vroege of een late sonate, dat maakt voor hem weinig uit. De vroege werkjes zijn in feite pianosonates met een toegevoeg de viool, maar op den duur wor den deze instrumenten steeds meer door Mozart als gelijkwaardige partners beschouwd. De pianist, zal dus bij wijze van spreken hoe langer hoe meer op zijn qui vive moeten zijn voor de violist naar mate het Köchel-nummer groter wordt. Stanley Hoogland laat zich ech ter aan de toenemende drang tot inspraak van de violist weinig gelegen liggen. Door een verkeer de geluidsregie klinkt zijn spel bo vendien dubbel zo hard, zodat de ze opname beslist geen reclame, voor muziekbeoefening op authen tieke instrumenten is geworden. Want op deze manier kon ook Jaap Schroder niet tot volle ont plooiing komen. Van de zes ge speelde sonates (K. 8, 26, 301, 306, 360, 454) zijn K. 26 en 454 nog het meest geslaagd. De wetenschappelijk genoemde toelichting behelst een lang uit gesponnen verhaal van John Henry van der Meer over de pia no's van Stein, waarbij terloops wordt vermeld dat het hier bespeel de instrument van Könnicke het zelfde mechaniek heeft. Verder een verhaal over de verschillende stemmingen die in de 18de eeuw toegepast werden, maar de simpe le vraag "Hoe stem Je nou een piano op de manier van Kirnber- ger" wordt behandeld als de be kende kluit waarmee Je iemand in het riet stuurt. Over de Gag- liano van Schroder wordt met geen woord gerept. Ook uit dit album uit de Seon- serie van Philips blijkt weer: het idee is uitstekend, maar de uit werking ervan is van twijfelachti ge kwaliteit. RGH Caraïbe Le Steel- I la Trinidad Arion •lie vaten niet altijd hard p klinken, maar ook best [zijn om er melodieuze {aan te ontlokken hebben fat steelbands uit het Ca- I gebied bewezen. Om 'n J te vinden voor de gro- Bariteit van de "steel- poeten we terug gaan, tijd dat de Engelse mis- probeerden de Afri- Baven op Trinidad eni- Javing en geloof bij te Deze slaven hadden uit rteland trommels mee genomen, die een belangrijke rol speelden bij de verering van hun goden. De missionarissen gingen ervan uit dat als je de instrumen ten verbiedt de "idolen" ook wel in het vergeetboek raken. Dat traditie echter in stand bleef na het verbod bleek in de eerste ja ren na de Tweede Wereldoorlog. De Amerikanen hadden op Trini dad grote hoeveelheden lege olie vaten achtergelaten, die de bevol king met grote vindingrijkheid, onmiddellijk bedrijfsklaar maak te voor de muziek. De steelbands rezen als paddestoelen uit de grond en gaven de calypso be kend gemaakt over de hele we reld door Harry Bellafonte een nieuwe dimensie. Welke perfec tie en klankzuiverheid te berei ken met een afgedankt olievat, bewijst Le Steel band de la Trini dad op de langspeler Magie Caraï be. Klanken die direct het beeld oproepen van goudgele stranden en wuivende palmen, meisjes in rieten rokjes en verkoeling bren gende longdrinks. Jammer is al leen dat de Westerse invloed zich duidelijk heeft doen gelden in de repertoirekeuze. Want "Yellow bird" en "Mary-Ann" doen hoe vakkundig ook gespeeld toch een beetje te beschaafd aan. B.V.L. Op deze pagina bijdragen van: Ron Harms Jan Preenen Paul de Tombe Elisabeth Tolenaar Wim Wirtz Paul Wolfswinkel Eindredactie en layout: Bram van Leeuwen In de veilige beslotenheid van de opnamestudio willen musici nog wel eens boven zichzelf "uitgroei en". Hun stemmen worden ver vormd en geperfectioneerd en al le tekortkomingen worden zoveel mogelijk naar de achtergrond gedrukt. Zo gauw echter op "eigen kracht" moet worden gezongen op de bühne blijven vele artiesten op een uiterst matig niveau steken. Passport Looking Thru At lantic 50024. Folk-muziek, de meest uiteenlo pende vormen van Jazz en rock zijn verzameld op Looking Thru. De vierde elpee van de groep Passport, die in de samenstelling Klaus Doldinger, Wolfgang Schmid, Curt Cress en Kristian Schultze pas een Jaar samen werkt. Een muzikaal zeer goed on derlegd viertal. Dat geldt dan vooral vodr leider Doldinger, die in 't verleden teksten schreef voor film en televisie, en zich verder o.m. verdienstelijk maakte op 't gebied van soul (onder het pseu doniem Paul Nero) en rock. Dol dinger wilde zijn muziek echter uit de commerciële sfeer halen en is met het formeren van de groep Passport de experimentele weg opgegaan. Gelukkig niet in die zin dat hij onnavolgbaar is geworden en zich teruggetrokken heeft in 'n geheel aparte wereld. Voorop bij de metamorfose stond dat hij zichzelf wilde zijn en aangezien Cress (de clown van 't gezelschap) Schultze en Schmid eveneens ge noeg hadden van de voorgeschre ven wetten in popiand leverde sa menwerking geen enkel probleem op. De muziek doet denken aan die van Super Sister en is mede door de veelheid aan instrumenten die er bij zijn gesleept (zo be speelt Doldinger de mellotron, de moog synthesizer en de electri- sche piano) rijk aan variatie. Een zeker voor Duitse begrippen knap stukje werk. Een origineel ant woord op de zoetsappige schla gers. Overbodig nog op te merken dat Klaus Doldinger voor alle nummers tekende. J.P. The guitar album div. uitvoe renden Polydor 2679-026 2488 -162 en 163) Deze recensie zou eigenlijk alleen maar hoeven te bestaan uit een (lange) lijst. Je zou kunnen vol staan met een opsomming van de namen van de mannen wiens werk werd gebruikt voor de sa menstelling van het gitaaralbum van Polydor. Op de dubbele lang- duurder, met exact 77 minuten en 22 seconden muziek, draait werx mee van zulke pop-coryfeeën dat al bij voorbaat vaststaat dat die dertig piek goed is besteed. Dertig gulden voor een (dubbel) album lijkt aan de prijzige kant: wat Je ervoor terugkrijgt loont de moeite van het neertellen. Maar liefst zestien bekende (pop) gitaristen leven zich uit in zeven louter in strumentale werkjes, gecomple teerd met negen nummers waarin ook zang uit de groeven opstijgt. Behalve de gitaristen is trouwens ook een serie van begeleidende personen erg bekend. Bijvoor beeld: de leden van Focus, die medewerking verlenen aan Jan Akkermans Hocus Poe us; John ny Otis die zijn zoon Shuggie be geleidt, John Mayall die hoorbaar aanwezig is op zijn eigen compo sities Unanswered question (ge bracht door Harvey Mandel) en Marriage Madness, vertolkt door Rolling Stone Mick Taylor. Om het lijstje van gitaristen dan maar aan te vullen; daar zijn ze dan: de bekende Blueskoningen BB, Albert en Freddie King, ex en Blind Faith-lid Eric Clapton, wijlen Duane Allman, Roy Bu chanan, wijlen Jimi Hendrix (zie foto) Rory Gallagher, Link Wray, wijlen Leslie Harvey die in '72 werd geëlektrocuteerd op het toneel, John Mc Laughlin en natuurlijk Pete Townshend van The Who. The Guitar-album geeft niet al leen een schat aan gitaarmuziek, maar ook een schat aan informa tie. Je hebt die dertig gulden er bij de aanschaf al bijna uit. P.d.T Tot degenen, die de "verpakking" zonder vrees kunnen weggooien behoort ongetwijfeld Van Morri son. Toegegeven, het is even-wen nen als je een nummer hoort als Gloria. De vroegere hit van Them, (de groep, waarvan Van een tijd de leadzanger was) is namelijk in een heel nieuw jasje gestoken. Maar storend is het niet. Het peil is niet gedaald, al is b.v. de originele versie van Bring it on home tot me van The Animals re verkiezen boven de "cover" van Van Morrison. De witte blueszan ger heeft het nummer op een dubbelalbum gezet, dat de titel "It's too late to stop now" heeft meegekregen en impressies bevat van live-concerten in Los Angeles en Londen in de zomer van 1973. Je krijgt daarmee een veel betere indruk van de zichzelf op de gi taar begeleidende zanger, al is een "extra" langespeler wat te veel van het goede. Het verschil tussen zaal- en studio-optreden van Van Morrison is de improvi satie, waarvoor hij in de zaal veel meer kans krijgt. Geen verschil maakt het dat aan zijn muziek op deze elpees verder niet meer ge sleuteld is. Van houdt er namelijk in het algemeen niet van dat er in het belang van de commercie •eindeloos verbeteringen worden aangebracht. Daarom ook worden zijn platen altijd in één keer op genomen, zonder dat van "over- dubbing" sprake is. Zang én mu ziek gaan gelijktijdig op de band. Eigenlijk is het opvallend d Morrison het live zo goed doet. Hij staat immers bekend als een verlegen figuur, die zijn publier nauwelijks aankijkt. Hij gaat h" lemaal op in zijn (mystische) muziek, die soms naar het Jazz achtige neigt en lekker swingend werk bevat. 8 April is hij in he- Amsterdamse Carré te zien met het Caledonian Orchestra. Het dubbelalbum kan derhalve als een "voorproefje" worden beschouwd Daarop brengt Van Morrison naast Bring it on home to me en Gloria o.m. nog overbekende num mers als I Just wanna make love to you en Here comes the night. J.F Herdenking van Wim Sonneveld Wim Sonneveld Philips 6499 990 Na al de kolommen die de afge lopen weken zijn gewijd aan het plotselinge overlijden van een van de gróótste cabaretiers, die ons land ooit gekend heeft: Wim Sonneveld, dacht ik te kunnen volstaan met de mededeling dat dezer dagen door Phonogram een herdenkingsplaat van Sonneveld is uitgegevn. De plaat bevat de volledige Muziek Mozaïek van 10 maart Jl. Willem Duys deed ki dit programme een overigens wil lekeurige greep in het enorm grote repertoire van de overleden cabaretier en liet fragmenten ho ren uit een interview dat Jacques van Kollenburg op 6 november '73 met Sonneveld had in het pro gramma "Spreekuur" van de KRO. De fonografische terugblik op het leven van Sonneveld be perkt zich tot zijn muzikale pres taties. Geen "kroketten" geen, "stalmeester" en ook geen "man achter het loket". Wel bijvoor beeld "De olifant" uit het prille begin van Sonnevelds ca'rrière eti het lied van Willem Parel, een creatie die zijn definitieve door braak betekende. Een belangrij ke plaats op de elpee is inge ruimd voor het "gevoelige werk" zoals "De hond van Dirkie" van Louis Davids. Hoogtepunt in dit genre is voor mij nog altijd de Nederlandse vertaling van het nummer "La montagne" van Jean Ferrat, dat als titel "Het dorp" kreeg. Symbolisch besluit van de plaat, waarvan een deel van de opbrengst ten goede komt aan de Nederlandse hartstichting, ls het nummer 'Doe het doek maar dicht". B.V.L. "Legenden van de Zee", verza meld door Michael Brown il lustraties van Krystyna Turska Uitgeverij Hollandia Baarn Prijs f 19,75. De zee neemt en de zee geeft, en voor zover bekend is niemand er ooit achter gekomen wat de formule is. Terwijl de hoogste bergtoppen zijn beklommen, maanwandelingen aan de orde van de dag zijn en geen ster zo ver of hij is in kaart gebracht blijven de diepten der oceanen 'n onopgelost raadsel. Meer dan tweederde van de wereld is be dekt met water en toch reikt de kennis over de zee niet dieper dan 180 meter, de maximale diepte, die een duiker met uitrusting kan bereiken. De zee is een levend iets en daar om is het allerminst verwonder lijk dat de mensheid talloze my then en legenden heeft bedacht in een poging om dit ruwe en soms vijandige element te verklaren. De zee kan zo veranderlijk zijn dat een niet-wetenschappelijk mens zou vermoeden dat zij wordt ge regeerd door de Godin der Wis pelturigheid, zo die ergens in 't mythologisch woordenboek ver meld zou staan. Toch is de zee naast die grenze loze vijandigheid ook altijd een enorme voedselbron geweest en denk maar aan de tijden van Piet Hein en de Zilvervloot 'n bron van macht. De gevoelens, van de mens tegenover de zee zijn dan ook van tweeërlei aard: vrees en dankbaarheid, liefde en haat, soms net zo veranderlijk als de zee zelf. In het boek "Legenden van de Zee" zijn verzameld de meest be roemde verhalen over bijvoor beeld Sinbad de Zeeman en de Vliegende Hollander met daar naast een schat aan vrijwel on bekend materiaal. Allerlei onbekende monsters en bewoners van de zee komen te voorschijn: de Nissen, de Huldu- mannen, de Blauwe mannen van Minch wezens die even vreemd en raadselachtig zijn als hun na men doen vermoeden. Het boek is verdeeld in drie overzichtelijke delen, die tenmin ste enige samenhang brengen in deze enorme bron van avonturen. "Legenden van de Zee" is een fascinerend verhalenboek waar mee Michael Brown mensen die houden van een beetje mysterie een groot genoegen heeft gedaan. E.T. Titel: Mijn leven in de maffia. Vaar een verhaal van Vincent Te resa dat door Thomas Renner is bewerkt. Uitgever: Zuidholland- sche Uitgeverij in Den Haag. Maar liefst 341 bladzijden vol met maffia-praktijken voor de prijs van een geeltje (Je moet in de stemming blijven, nietwaar?). Liefhebbers van misdaadverha len. die een spaghettiklankje heb ben, vermengd met 'ti pittig Ame rikaanse saus, kunnen hun hart genadeloos ophalen bij het verhaal van Teresa. Een boef van de bo venste plank en een man, die Je niet in een donker steegje tegen zou willen komen. Velen hebben dat reeds ervaren. Vandaar dat de man (die eigen lijk toch wel sympathiek over komt, maar daar heb Je een ghostwriter voor) dag en nacht wordt beschermd door lieden van de FBI. Tegenstanders schijnen een half miljoen dollar voor hem over te hebben. KeJJenagaan. Een uitermate belangrijke baas kort om. Wie werkelijk wil genieten, lek ker in de luie stoel, en de fanta sie optimaal kan laten werken, moet dit boek maar meteen ko pen. Een forse pil, die dagen be zig houdt. Wèl binnen een week uitlezen, anders zie Je door de namen de verschillende anecdotes niet meer. p.w.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1974 | | pagina 15