Wij
toch
biografen
zijn
geen
K33Q3B
SPROOKJE IS ANARCHIE VAN DE VERBEELDING
Boekje van een duidelijke dokter
Nieuwe feiten over Hitier
Honderd jaar rijwiel
posters verzameld
Operatie Weerwolf:
over contraspionage
in Wereldoorlog II
Kunst en
anarchie
iZATERDAG 30 MAART 1974
PAGINA 19
Het sprookje is onbegrensd naïef,
maar er komen tegelijkertijd
mensen in voor van het meest
doortrapte, berekende allooi. On
werkelijkheid wordt verteld met
de zekerheid dat 't allemaal echt
waar is en dat het zomaar weer
gebeuren kan. Het sprookje is de
anarchie van de verbeelding.
Er is maar één soort sprookje. Het
onderscheid, dat vroeger wel ge
maakt werd tussen volkssprook
jes en cultuursprookjes berust op
niets. Het volkssprookje is het
sprookje: ontstaan in het volk en
levend in het volk. universeel en
tijdloos, zonder regionale kleur.
Het zgn. cultuursprookje is ge
woon het werk van een auteur,
die in de trant van een sprookje
een verhaal vertelt, het is de
kunstvezel tegenover de zijde van
zijderups. Hans Ohristaan An-
derssen mag met zijn „Nieuwe
kleren van de keizer" en al die
andere prachtige verhalen terecht
tot de allergrootsten van de we
reldliteratuur behoren, maar het
werk mist de bewogen dreiging
van Roodkapje of Hans en Griet-
Je.
Uitgeverij Lemniscaat in Rot
terdam heeft een geweldig goed
werk verricht met de nieuwe ver
taling van alle 200 sprookjes
en 10 kinderlegenden, in de vorige
eeuw door de gebroeders Grimm
verzameld.
Jacob en Wilhelm Grimm die
in 1812 het eerste deel van htm
bundel „Kinder und Haus-
marchen" uitgaven, waren
niet de eerste verzamelaars van
sprookjes, maar zij waren wel de
eersten die probeerden door te
dringen tot de oersymboldek en
de parallellen met de nog oudere
mythische motieven trachtten
te ontdekken. Hun vorsen diende
een duidelijk ideaal van de Ro
mantiek, het blootleggen van de
pure volksziel, nog niet i
kerd door de toen ook al als
complex ervaren samenleving. De
puurheid die de Grimms na
streefden op hun intensieve reizen
van Pommeren tot Zwitserland
verschilde in feite niet van de
idealen van de natuurlijke mens,
ïoals Jean Jacques Rousseau ze
niet lang tevoren had geformu
leerd. Want weliswaar is de we
reld van het sprookje vol dreiging,
vol versluierde tovenarij, maar
met dit al zo zagen het de
romantici stond men dichter
bij, had men meer deel aan de
ware essentie van het bestaan.
Het sprookje mist alle lokale
kleur, zo zagen we al en men
komt het onder soms nogal vjer
uiteenlopende varianten tegen.
In de Contes de ma mère l'Oye
van Charles Perrault uit 1967
'komt net als bij Grimm Rood-
kapte voor.
Maar bij Perrault eindigt het
verhaal met de dood van het
meisje Chaperon Rouge. En een
Zweedse ballade, zo lezen we in
de toelichting bij de sprookjes
achterin het boek, gaat het om
een meisje dat moet gaan waken
bij. een lijk. Onderweg ontmoet
zij de wolf en klimt van angst in
een boom. Maar de wolf graaft
de wortel op en de boom stort
tegen de grond.
Veel van de sprookjes die de ge
broeders Grimm verzamelden
zouden nu als te griezelig door
menige ouder worden overgesla
gen. Maar de Schreckmarchen, de
sprookjes die slecht aflopen,
werden eeuwenlang vanwege het
opvoedkundig nut dat men er
van verwachtte met alle verve
opgedist om kinderen af te schrik
ken voor allerlei gevaren, alleen
het bos ingaan, de deur openen
als je alleen thuis bent. Die
hang naar griezelen is een oer-
instiinct. Het principe vam de pop
penkast is er deels op gegrond
vest. Het jongetje dat in de gou
den radio-Jaren naar Paul Vlaan-
eren luisterde, keek na afloop wel
ondier het bed', of er soms wat lag,
maar stemdie de volgende zondag
toch weer gretig op Hilversum af.
of hij nu alleen thuis was of niet.
Het is riskant om te gemak
kelijk in sprookjes de mythische
motieven aan te wijzen. Maar
Siegfriedmotieven, de Zonnegod,
komt men tegen in De twee ge
broeders, De jonge Reus of Het
Aardmanneke. In Vrouw Holle r
Duimpje (het adjectief Klein is
in de nieuwe vertaling wat
schoolfrikachtig blijkbaar als een
onoirbaar pleonasme geschrapt)
zien we personificaties van het
dodenrijk en de onderwereld. Nu
nog zegt men in bepaalde stre
ken wanneer het sneeuwt:
Vrouw Holle schudt de kussens
op.
een eigenzinnig kind dat niet deed
wat zijn moeder wilde. Daarom
had de goede God geen welbe
hagen in hem en liet het ziek
worden, en geen dokter kon het
genezen en kort daarop lag het
op zijn doodsbedje. Toen het nu
in het graf was neergelaten en
met aarde was bedekt, kwam daar
plotseling zijn armpje weer te
voorschijn en reikte omhoog en
als men het teruglegde en er
verse aarde over deed, hielp dat
niet; het armpje kwam er steeds
weer uit. Toen moest de moeder
- zelf naar het graf gaan en met
de roe op het armpje slaan, en
pas toen zij dit gedaan had, trok
het zich terug en nu eerst had
het kind rust onder de aarde".
Het verhaal illustreert in zijn
ongemene soberheid de zekerhe
den, waarmee men leefde en
stierf. Bij Jena stond volgens
Grimm een toren, waarvan de
zeiden dat het de pink
i reus was, die zijn moeder
had vermoord.
Welk grootwinkelbedrijf gaat
bij tien gulden aan boodschap
pen plaatjes van Grimm in kleur
leveren, met handjes boven het
graf en beeldschone meisjes in
glazen doodskisten en wie durft
nog te beweren dat in sprookjes
de mensen altijd lang en gelukkig
blijven leven?
Bij dit alles mag dan nog eens
met zoveel woorden zijn vastge
steld dat de nieuwe uitgaven van
Lemniscaat die veelheid van klas
sieke sprookjes direct van taal
en handeling ineens weer binnen
ieders bereik heeft gebracht. Een
uitgave die de eerste plaats op de
hitlijst van de boekhandel, ge
woon niet kan ontgaan.
H. MULDER.
„Grimm, sprookjes voor kind en
gezin". Volledige uitga vq; Lem
niscaat Rotterdam.
naar Itidië, haar huwelijk, haar man,
haar kindieren, haar familie. Ook
over de plaatsen waar zij gewoond
heeft voor en na haar terugkeer
naar Nederland. Van der Woude
vertelt dit alles op min of meer def
tige toon zoals dat behoort bij de do
minees in de familie en de rechter
die haar man was. Goed, dat kan
men hem niet kwalijk nemen, want
'de dagboekbladen en de brieven die
hem ter lezing zijn gegeven, zullen
ook in die trant gedeeld zijn. Dat
ging nu eenmaal zo in dat soort fa-
Johan van der Woude. Maria Der-
Hout. De Vrouw en de schrijfster,
fijgh en Van Ditmar. Den Haag.
Nee, wij Nederlanders zijn toch
pen biografen en we zullen het waar
chijnlijk ook nooit worden. Deze
r achting moet ik wel slaken als
weer zie hoe een Nederlandse bio-
paaf zich strak aan de feiten en de
astbaarheden houdt en dat waar-
chijnlijk uit vrees dat zijn eigen in-
erpreaties niet Juist zullen zijn.
Altijd weer koestert de hij Jj
t zij. die zIch waagt aan het Men schreef veel
heven van een ander, de hoop dat uit niets dat
die feiten en gegevens wel een mens
zal ontstaan. En dat is niet zo. Om
biografie te schrijven van wie
dan ook en waarom dan ook, moet
oen aJi.w. tijdelijk die mens wor-
in en vooral: durven worden. Het
dat vermogen tot inleven en dat
durven toevoegen van de eigen her-
inning in de ander de Engelsen
Ü]n er meesters in die de Ne
derlandse biograaf blijkbaar ontbre-
Het is alsof hij bang is een heel
te tekenen. Daarom vind je in
werkelijk belang was.
Maar Van der Woude zegt ook, dat
hij dertien Jaar heel dicht met haar
bevriend is geweest. Zou die vrien-
schap zelf b.v. geen onderwerp ge
weest zijn? Altijd weer maakt hij de
scheiding tussen de vrouw (mevrouw,
zou ik bijna zeggen) en de auteur en
tot een synthese komt hij niet. Toch
weet hij precies hoe het moet, zie
zijn regels op blz. 12-13. En ik be
grijp zeker niet dat hij in al die tijd
nooit gezien heeft wat ik, die haar
weinig gekend heb, wel ontdekt
erin Nederlandse biografieën schrijvers, heb; Marla Dermoufts mogelijk door
taatslieden, geleerden of wat ook
naar zelden een mens.
Dit is de kwaal waaraan ook deze
Wografie van Maria Dermout lijdt.
v4 johan van der Woude is zeker de
aai Bhrijver, die de taak een boek aan
Ie nagedachtenis van Maria Der-
tn| Bout te schrijven, op zich moest ne-
haarzelf niet herkende gespletenheid.
Maria Dermout was de schrijvende
mens die vanuit haar verdrukte In-
Maria Dermout lijdt, dische bloed zeker haar beste boek,
en tevens eens van de mooiste boe
ken die ik ken, geschreven heeft.
„De Tienduizend Dingen".
CLARA EGG1NK.
"Operatie Weerwolf" door Ib Mei- moordaanslag op generaal Eisenho-
chior verschenen bij Elsevier in wer. Slechts snelle actie van de ;on-
Amsterdam (f. 14.90) traspionoge kan voorkomen, dat deze
Ib Melchior heeft de tweede wereld- -Weerwolven" hun roekeloze plannen
oorlog meegemaakt in dienst van de daden omzetten. Maar de Amerl-
Ameri'kaanse inlichtingendienst en kanen hebben daar slechts luttele
contraspionage. Hij kwam beladen u'ren voor. In een soort dagboek volgt
met onderscheidingen uit de strijd. 1,5 Melchior de ontwikkelingen in
Het heeft lang geduurd voor hij zijn die spannende uren op de voet.
belevenissen op papier heeft gezet,
r gelukkig is van dat uitstel geen
fantasie kan deze werkelijkheid uit
x wde nadagen van de nazi's nooit be-
fstel gekomen!"''Operatie"Weerwolfnaderen. Bovendien is zij bon<Lg op
is gebaseerd op eigen ervaringen, in papier gezet. Om in één adem uit te
hoeverre die zijn geromantiseerd is lezen,
zo op het oog niet te zeggen, maar
zelfs ails men alles met enige korrels
zout consumeert blijft er veel i
sends over. Het Derde Rijk va:
Ier, dat in begin 1945 bijna aan stuip-
trekken toe ls. weigert zich bij die „Krislin Lavransdochtcr„ d00r si_
KOOS POST
Sigrid Undstet
feiten neer te leggen en wil met een
wanhoopsdaad trachten de kansen te
grid Undset, verschenen bij uitgeve-
Veen BV in Wageningen
(f. 24.50)
Wellicht
iUduwaaiaSeZ! f""1
lende guerrilla compleet met een
mand ontziende fanatici stellen
fantastisch plan samen van uitput-
Dagboek van
kamermeisje
het nodig voor de nieuwe
m Ingrid Undset voor te
stellen: een Noorse schrijfster, die al
in 1928 voor haar werk de Nobelprijs
kreeg. Haar belangrijkste boek was
wel de trilogie "Kristin Lavrans-
dochter", die nu in een zevende druk
is verschenen. Het gaat in dit werk
niet alleen om de hoofdpersoon, hoe
intrigerend deze Kristin ook mag zijn
en hoe indringend haar leven ook
wordt beschreven. Het gaat ook niet
om het nog woeste Noorse land. dat
het décor van haar leven vormt. Het
mogen Het dag- ?.aat boven alles om het beeld, dat
i kamer-
Titel: Het dagboek
meisje. Auteur Octave Mirbeau. Uit
geverij De Arbeiderspers Amsterdam.
Prijs f 17,90.
boek^varT bestaan
noemen. Alleen al de Arbeiderspers middeleeuwen: het leven van
eaf er neven drukken van uit Het de vreugden en angsten,
&T^kTenTerhaal dal !«t_geioof en het ongeloof. Het -
altijd zal blijven boeien omdat het
een scherpe satire is op het leven in
Parijs en op het platte land in de
Belle Epoque. Celestine ('het kamer
meisje') schildert in haar dagboek ^^tempo^niet
duidelijk de kleingeestigheid, wreed-
heid en onverdraagzaamheid
Niemand de collega's heeft haar zo
goed gekend en weet zoveel van haar.
Met grote zorgvuldigheid heeft hij
ille gegevens verzameld en gerang-
chikt. Wie daar belamg in stelt kan
et leven van deze unieke schrijf-
volgen van haar wieg tot aan
- haar graf en wat haar werk be
treft, ook nog daarna. Je kan lezen
tanneer zij als meisje in Haarlem
#p school ging, over haar ongelukki
ge liefde, haar ziekte, haar terugkeer
haar tijd. die dan toch als "belle" de rijk overleefd
geschiedenis door moet.
HENRIëTTE V. D. HOEVEN
trouwens tekenend voor de waarde
van zo'n werk als een uitgever het
aandurft na 45 Jaar nog een herdruk
te laten verschijnen. Natuurlijk is
in deze tijd,
de sfeer en de schoonheid van
tekening hebben de Jaren toch glans-
KOOS POST
irda
"100 jaar rijwielposters", bijeenge
bracht door Jack Rennert (uitg. L. J.
i, Wageningen, f 25).
vleugels, de
r rechten, i
zich
i het jagerdom. Het leven ls eruit,
het geen bijster flitsend het residu stemt tot nadenken. Daar-
i doen mij posters op een histori-
Kunst en Anarchie; Schrijver: Ed-
ir Wind; Uitgever: Meulenhoff.
Kunst neemt in het leven
worvenheden
massa heer te druppelen. De acces
soires bij de fiets speelden aan het
begin van de eeuw ongeveer dezelfde
rol als de plastic frutsels die momen
teel leven en wonen in ons gespoten
inale plaats in; de wetenschap blik op wielen heten te veraangena-
zich een centrale men. Een postorderbedrijf kon in
ZulUen kunstwer- zjjn catalogus van 1913 pagina's wij
de dynamische kracht den aan fietsbellen en kettingkasten.
De kunst, vooral de decoratieve,
voorwerp. Sommige ontwerpers la-
De fiets" of zorgvuldiger gesteld, 't ten hem dan ook maar helemaal weg sche foto (de Suze-apéritif-affiches
rijwiel is'immer een inspiratiebron of tekenen een dunlopband met op een reclamezuil in het fin-de-
van velerlei activiteit geweest. Ik vleugeltjes, Mercurius in spakenland. ciècle-Parijs bijvoorbeeld) altijd in
heb hier op deze plaats meer over ge- De platen zijn uitstekend afge- hun fletse zwart-wit meer dan de
schreven. Via het rijwiel begonnen drukt. De neiging om er een paar uit drukverse exemplaren in een verza
de als zegeningen beschouwde ver- te scheuren en op te hangen is soms meling als de onderhavige. Maar
de techniek op de nauwelijks te onderdrukken. Eigen- kijkgenot blijft
lijk zou dat moeten. Posters in een
boek zijn als de geschoten fazanten
ir, dat wel.
H. MULDER.
Goede bundel
verzamelwerk
aarentegen heeft zich
ositie
en ooit
lerwinnen om zoals vroeger
naatschappij in haar voegen te doen ontdekte de suggestieve eigenschap- sterdam gaf bet uit
traken?
Dit is het thema
tanst en Anarchie
het boek
i Edgar Wind,
i f 12.50.
Een "medische" kennis vertelde me
Je een huisarts
pen van de fiets, vanaf het moment
van uitvinding. Dat viel zowat sa
men met de komst van een nieuwe
at 10 Jaar na verschijnen door reproduktie-techniek, de lithografie, zoekt, Je het beste een Jonge medi-
(eulenhoff is vertaald en nu is uit- De symbiose van geniaal toegepaste cus kan nemen. Die hebben moder-
mechanica (de fiets) en zich snel
ontwikkelende chemie (de litho)
bracht een gouden reeks decennia
van het rijwielposter.
De onlangs verschenen op groot
Titel: Verhaal nog eens wat. Een
bundel samengesteld door Wim Ha-
zeu. Acht Neederlandstalige schrij
vers vullen een boek vol met hun
verhalen. Uitgegeven bij Standaard
Uitgeverij in Antwerpen, f 12 90.
Acht verschillende schrijvers uit Bel
gië en Nederland, te weten: J. Bern-
lef, J. M. A. Biesheuvel. Jeroen Brou
wers, Rudolf Geel, Peter van Gestel,
Hans Plomp, Kees Simhoffer en
Dick Walda hebben laten zien wat er
onder de huidige auteurs leeft.
"Huidig" in de betekenis van hun
werk dat in de laatste tien Jaar is
verschenen.
Het is een eerste uitgave in een
reeks verhalenbundels die een aantal
auteurs volschrijven die geboren zijn
in de periode tussen 1910 en 1960. De
eerste bundel betreft de "Jaargan
gen" 1934-1944.
Voor liefhebbers, dat zeker.
Een goede en plezante (het ls een
Op een plezierige en duidelijke ma- wordt in die richting gestuurd. Meest ste hoofdstuk, dat handelt over va- Belgische uitgave) bundel, die voor
ier wordt verteld over de mens z"n al missen we geruststellende verha- kantieperikelen (weer actueel met de nog te verwachten delen een goede
prijs lichaam en wat er dagelijks aJe- len in dit soort boeken. de zomer voor de deur) maakt dat vertegenwoordiger kan worden ge
maal mee kan gebeuren. Nergens "Dokter Ja, dokter nee", is de prijs duidelijk. noemd.
wordt "angst" gekweekt, nergens meer dan waard. Alleen al het laat- PAUI* WOLFSWINKEL PAUL WOLFSWINKEL
legeven met een korte inleiding
A. Emmens. Edgar Wind is een
ïuitser, die begon met filosofie-stu-
eindigde met een leerstoel in
Kunstgeschiedenis in Oxford. Zijn
methodes en zijn gemakkelijker
te spreken. Je bent geen num-
en wordt helemaal serieus ge-
ioek is een persoonlijke getuigenis formaat uitgegeven bundel "100 Jaar
het huidige verband tussen Rijwielposters" geeft mooie voor-
tunst en kunsthistorisch onderzoek.
Wind gaat uitvoerig in op een aan-
al factoren die de huidige visie op
kunst hebben bepaald: de „kunst-
tenners", de mechanisatie en vooral
et kritiekloze accepteren
unstprodukt. Hij citeert daarbij
teel scheppende kunstenaars
zich met het rijwielaffiche bezigge
houden. Veel van de opgenomen huisarts zijn, tk
nummers zijn anoniem, daar zijn
heel fraaie onder.
Het symbolisme van rond de
het eeuwwisseling gaat niet ongemerkt
de ontwerpers voorbij en het is
:)men- Hitier, de laatste tien dagen, door koop,
Een meer oudere arts schijnt te te- Gerhard Boldt. uitgeverij: Unie
boek Bussum; prijs: 10,-. In de ban
van de waanzin, opkomst en onder
gang van Hitiers Derde Rijk, door
S. Hegener; Uitgeverij: West-
i ook is nu het rapport i
op zijn kennis, zijn ervaring
wijsheid. Het kan allemaal best zijn;
ik weet het niet. Ik zie zelden mijn
huisarts.
Mocht Aart Gisolf practiserend Vriesland! Hown!
prompt patiënt
hem geworden. Maar het is niet
mogelijk, want de man is hoofd van
op de achterflap)de uitgever heeft rijk vertaalt hij tot leesbare
de Amerikaanse inlichtingendienst originele foto's gekozen. Het zijn de grijpelijke hoofdstukken,
over Hitier nu vrij gegeven. bekende foto's van Hitler met zijn
kinderleger. Een van de meest aan-
Een van de mxnst degelijke, maar «nioende Ls die waarnn Hitier huiten ,ult i5#ou
toch wel unieke uitgaven is het boek- ziJn bunker naar de verWoeSte stad overzicht is opgenomen
staat te kijken. Van hemzelf is dan
ook al niet veel meer over.
het audio-vüsueJe centrum
Rotterdamse medische faculteit.
Van de televisieprogramma's
•- dus niet zo verbazingwekkend dat Gisolf presenteerde, is een boekje
uidelijkt zijn visie met een groot menige allegorische of mythologi- verschenen. Een zeer duidelijk en
antal verhelderende noten, die ook sche voorstelling zich van de teken- lekker ding om te hebben on om
Je met de bekentenissen
die de laatste stuiptrekkingen van
het Derde Rijk in de Führerbunker
in Berlijn meemaakte en overleefde "In de ban i
wel of Gerhard Boldt, die na zijn ontsnap
niet verantwoord is "Mein Kampf" ping uit Hitiers schuilkelder door komen
die opnieuw uit te geven. Die ruzie doet de Engelsen werd gevangen genomen
verhoord.
Een bezwaar is in mijn ogen welj
dit boek (uit 1960) weer geen
de
De Hitler-rage is uitgelopen in
de twist over de vraag of het i
hiërarchie in het Derde Rijk. Er i
wel plaats voor een reeks korte bio-
grafiën en een overzicht van de
de waanzin" is een Rijksregeringen van 1919 tot 1945.
beetje vergeten dat de op zien-
zelf merkwaardige belangstelling
het Derde Rijk en de mensen
heel ander boek, dat tot stand is ge- Er® nuttig is in ieder geval de UJst
en na Jaren lange bestudering met verklaringen voor gruwelijke
officiële documenten en inter- woorden als Konzentrationslager,
met overlevenden. Zo'n boek Völkischer Beobachter en Sch&d-
Zijn gegevens zijn gebruikt
de tekst kunnen worden gele- tafel heeft meester gemaakt. De kun- te lezen. Een echt boek en geen be- die het bevolkten een reeks belang- de film over die laatste tien daeen
nrtof 7il r\r\ 7ÏpVi7fllf tra a lp enlitf- cfanooi., volan mpf aam maam mvaKIa «..«w t\a+ ffo.* am II1II
hoeft natuurlijk niet saai te worden, ünssprozesse. Dit boek is
Hegener heeft het vooral in dialo- schijnlijk niet het laatste woord over
gen gezocht en dat verlevendigt zijn **et Nationaal-Socialisme,
len, oindatzijop zichzelf vaak schit- stenaars zaten met een paar proble- werkt buisprogramma. Pat staat op rijke herdrukken en nieuwe uitgaven in de bunker met Sir Alec Ouinnes werk aanzienlijk. Zelfs de toch weinig een van de beat gedocumenteerde
lerende miniatuur-essays zijn. men. De flets was dan wel een mid- de achterflap te lezen en het is nog heeft opgeleverd. Bullock's stan- als Hitler. In het boek zijn geen fo- doorzichtige intriges als de affaire meest leesbare.
J.v.W. del tot emancipatie, gaf de mens waar ook.
te to's uit de film opgenomen (alleen Röhm en de Anschlusz 1
JAN VAN WIERINGEN