Radio Hilversum 1940- 45:
een verbijsterend verhaal
Omroepbonzen wilden
eigen apparaat redden
PAGINA 13
Dr. L. de Jong
"Als dit boek
een
dissertatie
was
geweest zou
Verkijk
moeiteloos
promoveren
Een paaT dagen na de Nederlandse capitulatie van mei '40
rijdt een kleine Duitse kolonne Hilversum in. Een perso
nenauto en twee vrachtwagens. Het is de zogeheten propa-
gandacompagnie, die de radio in Nederland moet rijp ma
ken voor de gelijkschakeling en de nieuwe orde. De slimme
Arthur Freudenberg commandeert het groepje. Bij de
AVRO-studio op de 's-Gravenlandseweg aangekomen valt
Freudenberg in een grote verbazing. Hij zal het zich later
met genoegen herinneren. Vrouwen van AVRO-employé's
wachten het gezelschap met bloemen en hartelijke woorden
van welkom op.
De collaboratie van de Nederlandse omroep is begonnen.
Eind april 1974 verschijnt „Radio Hilversum 1940-1945",
een uitputtend werk van journalist Dick Verkijk over de
vreemde, soms zelfs ongelooflijke zaken in omroepland ge
durende vijf lange bezettingsjaren. Ongelooflijk bovendien
ook, omdat het zo lang geduurd heeft, voordat iemand zich
eraan zette, het verhaal te schrijven.
Dick Verkijk heeft er meer dan 700 bladzijden van volge
schreven. Dr. L. de Jong heeft al opgemerkt dat Verkijk
er moeiteloos op zou promoveren, indien het een disserta
tie was geweest.
Dick Verkijk, auteur Radio Hilversum 19401945".
Verbijstering is des lezers deel wanneer hij kennis neemt
van de hoog opgestapelde voorbeelden van naïviteit, slapheid,
draaierigheid en criminogeen gedrag die Verkijk heeft achter
haald in zijn boek Radio Hilversum 19401945". De radio was
in die tijd een jong medium; veel van de hoofdpersonen van
weleer zijn, zij het hoogbejaard nog in leven. Er is veel in
archieven bewaard gebleven. Veel is ook verdwenen. Bijvoor
beeld de brief van de AVRO, waarin het initatief werd gelan
ceerd, zender van de NSB te worden.
Verkijk noemt veel namen, die ook
nu not? uiterst vertrouwd klinken.
Een willekeurige greep: Willem Vogt,
Herman Felderhof, Henri Knap,
Louis Frequin, Cor de Groot, Leo
Riemens, Pierre Palla, Wim Sonne-
veld, mr. Wagenaar, Gerard Hoek,
Cees Meijer, Gré Brouwenstein, Theo
Uden Masman, Guus Weitzel, Pi
Scheffer, Elly van Stekelenburg
Mensen die con amore hun medewer
king gaven aan het alsmaar giftiger
wordende apparaat van de gelijkge
schakelde Nederlandsche Omroep.
Het had allemaal natuurlijk te maken
Door
Hajrj Mulder
met de huisbakkenheid van het Ne
derlandse omroepwezen in de voor
oorlogse jaren. Een kneuterigheid
waaronder men bepaald niet gebukt
ging. Sterker nog, waaraan men een
stuk zelfrespect ontleende. Na de oor
log is deze draad weer opgepakt en
het heeft nog lang geduurd voordat
de traditionele structuren door ont
wikkelingen van buiten af, de eman
cipatie-tendensen, de stijgende wel
vaart, het ambulanter worden, be
gonnen weg te schrompelen.
Enig illustratiemateriaalvoor de
oorlog was het het KRO-personeel
"op straffe van ontslag" verboden
met collega's van andere omroepen
te spreken. De A VRO - aanhang ers
wierpen kopspijkertjes, als de VARA.
amateurs bijeenkwamen. De VARA
meende de heilige klassenstrijd te
dienen door in die jaren nimmer het
Wilhelmus te draaien. Eerlijkheids
halve dient gezegd dat deze omroep
uitgerekend op de 10de mei 1940 met
deze traditie brak en voor het eerst
in haar geschiedenis het volkslied
ten gehore liet brengen. Het was de
zelfde dag dat pater Dito, de toen
malige voorzitter van de KRO zijn
mensen opdroeg, geen Engelse plaat
jes te draaien "om de Duitsers niet
te storen" Een paar dagen verliepen,
zonder dat Hilversum nog werd ge
hoord. Slechts het tikken van de
AVRO-klok klonk en Verkijk laat ons
helaas in het ongewisse over de vraag
of men het Engelsgetinte big-ben-
klokkenspel, ook maar achterwege
had gelaten.
Naïef
Het zou al te eenvoudig zijn om
vast te stellen dat de hele meute van
omroepbonzen van de ene dag op de
andere contrair ging. Het merendeei
was zeker niet de nationaal-socialis
tische denkbeelden toegedaan, of
schoon een enkeling daar wel be
denkelijk dichtbij kwam. Het naïeve
zat hem vooral in het beoordelen van
de situatie. Meergenoemde Freuden
berg kreeg krediet omdat men daar
door meende de NSB buiten de deur
te kunnen houden. Men wilde koste-
wat-kost het eigen apparaat veilig
stellen, sjoemelde vanaf de eerste
dag, de vertrouwde stemman van
vóór de nieuwe orde bleven klinken
en men had niet in de gaten dat
daardoor stap voor stap de omroep
een Ingekapseld instrument werd voor
ie propagandistische doelstellingen
van het Derde Rijk.
Veel van wat toen uitgezonden
werd, is niet bewaard gebleven. Dat
betekent dat Verkijk zich dikwijls
heeft moeten verlaten op teksten,
maar aan de andere kant geven de
omroepbladen van die dagen toch een
redelijk inzicht in de manier waarop
de etherbazen hun erfje trachtten te
schrobben.
De eerste VARA-glds van na mei-
1940 voerde een hoofdartikel onder
de kop "Aan de opbouw" en zocht 't
in termen van "de geestkracht van
het Nederlandse volk". Vogt is de
geestelijke vader van het begrip
"luistertucht". Daarmee trachtte hij
zijn leden in de bode van 6 Juli 1940
vooral in te prenten, hoe weinig ge
disciplineerd het wel was om naar de
Engelse zender te luisteren.
Frustratie
Trouwens, de figuur van Vogt
blijft merkwaardig in dat prille spel
rond de omroep. Ook Verkijk komt
daar niet helemaal uit. Voor de oor
log had Vogt meer dan eens zijn be
wondering voor hetnieuwe Europa
dat men aan gene zijde van onze
oostgrenzen voorstond, uitgedragen.
Zijn bloemrijke taal, zij het niet al
tijd volledig verantwoord qua stilis
tiek, was befaamd. Hij deed er zijn
voordeel mee onder de nieuwe om
standigheden. En zo konden de
AVRO-luistervinken kennis nemen
van metafaren als "de liefelijkste
bloemen groeien op vooraf kordaat
geploegde grond". Zijn frustatie was
al sinds de Jaren twintig had de
AVRO precies als elke andere om
roepvereniging werd beschouwd en hij
hamerde tevergeefs op 't primaat van
het "algemene" dat zijn club tegen
over de andere zou hebben. De eer
ste maanden van de bezetting heeft
hij met al zijn onmiskenbare verve
gestreefd naar een soort Nederland
se omroep "in eigen beheer" van de
erflaters van voor 10 mei, kreeg daar
de KRO voor mee, maar vergat dat
de Duitsers en de kortelings opgetre
den secretaris-generaal van volks
voorlichting en kunsten dr. Goede-
waagen, met die omroep al heel an
dere plannen hadden.
De meest zwarte bladzij over Vogt
valt te schrijven over zijn houding
tegenover de Joodse AVRO-mede-
werkers. Zonder dat er nog maar iets
als van een Duitse oekaze op dit
punt was, ontsloeg Vogt de Joden in
zijn bedrijf. Dat was 21 mei 1940.
Daar was Han Hollander onder, de
Herman Kuiphof uit die Jaren, hij is
later weggevoerd en vergast. De po
pulaire leider van het AVRO-kinder
koor Jacob Hamel schreef over zijn
ontslag keer op keer brieven naar
Vogt. Ze zijn nimmer beantwoord. In
het geval van Antoinette van Dijk
was Vogt er niet helemaal zeker van
of ze Jodin was of niet. Hij nam het
Minder kwalijk
Bij een dergelijk beleid aan de top
valt de mensen van een tweede of la
ter echalon, al heel wat minder kwa
lijk te nemen.
De tegenwoordige programmachef
NOS-Herman Felderhof - was in de
zomer 1940 radioverslaggever bij de
AVRO. Hij maakte de reis van Rot
terdamse bleekneusjes naar de Ost-
mark (het door het Deutsche Reich
met instemming van véle betrokke
ne opgeslurpte Oostenrijk) mee. De
wond van het plat gebombardeerde
Rotterdam was nog vers en open en
Seiss Inquart, de Rijkscommissaris,
en Freudenburg vonden dat het ima
go van de bezorgde bezetter wel een
duwtje in de goede richting kon velen.
Naar reporters behoefde men niet te
hengelen: de AVRO wilde maar al te
graag. Felderhof ging mee. Hij had
nog nooit 'n berg gezien en dat wilde
hij zo graag, zegt hij nu. Onder de
uitwuivera op het station in Rotter
dam, 't is op de foto vastgelegd, ont
waart men naast Seiss Inquart KRO-
reporter Paul de Waard. Maar ook
professor dr. Oud, burgemeester van
Rotterdam en met nog een heel lan
ge naoorlogse poliieke carrière in het
verschiet.
Hier aangeland zet Verkijk de
ze beginnende collaboratie in een
dat het onmogelijk was om tussen
Scylla en Charibdis door te zeilen,
oftewel de NSB zou de toespraak te
Deutschfreundlich vinden, of Freu
denberg het omgekeerde. Als er dan al
zoveel subtiels verborgen zat in het
verhaal, in elk geval was het de nieu
we orde best. De Vries deed zijn zeg
je 5000 leden zegden op.
Sinds voorjaar 1941 is er alleen d<
Nederlandsche Oroep. De schemer
gaat over in de zwartste duisternis
Toen had Cor de Groot al als huis-
pianist van Seiss Inquart gefungeerd
en was het initiatief van KRO-di-
recteur Speet al traditie geworden
om de loper uit te rollen bij een
Wehrmachtsconcert.
Verkijk schrijft met een flinke do
sis nuance over de figuren die de Ne
derlandsche Omroep leidden.
Oorspronkelijk was het oog gevallen
op ir. A Dubois, vroeger betrokken
bij werelduitzendingen. Dubois komt
inderdaad, stelt zijn voorwaarden
Hij is geen nazi. Hij verzet zich te
gen enigerlei uitzending gericht te
gen het koninklijk huis, eist vrijheic1
van godsdienst en wenst geen anti-
joodse campagne in het bedrijf. Du
bois krijgt deze garanties van Goe
de waagen. Naïef? Misschien wel. In
elk geval komt zelfs J. B. Broeksz.
die eerder bij de VARA geweigerd
heeft met Rost samen te werken, de
rijen van de Nederlandsche Omroep
versterken. Zij het slechts voor één
opname onder geruis. Tenslotte werd
opname nummer drie, een stapel met
gelatine bedekte platen, in de NCRV-
kluis gezet met een bakje water. Ge
latine smelt weg bij vocht. Op de dag
van de arbeid bleek de stapel platen
een dikke zwarte pannekoek gewor-
len.
Soms werden pistolen gestolen uit
Je garderobe van de studio's als de
heren van de Wehrmacht zich muzi-
caal lieten verpozen. Ook werd de op
leiding van NSB-technici door een
aantal anti's grootscheeps gesabo
teerd. Een KRO-technicus, Michel
Janssen, die het opnemen van aller
lei nazistisch materiaal niet door de
geestelijke strot kon krijgen, vroeg
overplaatsing aan naar de onder-
houds- en meetdienst. Hij was één
van de weinigen.
Afvloeiing
Het is temeer kenmerkend omdat de
Nederlandsche Omroep er een unie
ke afvloeiingsregeling op nahield die
ook in de Jaren zeventig nog als ge
nereus wordt ervaren. De merkwaar
dige opvolger van ir. Dubois als lei
der van de omroep, NSB-er ir. W. A.
Herweijer, speelt daarin een verras
sende rol. Verkijk zegt dat hij geen
verrader was en geen slecht karakter
had. Dat andere mensen er een an
dere mening op konden nahouden
speelde verbazend genoeg
hoe de programma's overkwamen.
Journalist Leo Hanekroot en de mu
sicologen Wouter Paap en Leo Rie
mens (de laatste vaak in NSB-uni-
form aan het toestel geklonken) ga
ven hun bijdrage aan een opti
maal functioneren van het program-
na van de nieuwe orde.
Publicist H. A. A. R. Knap die in
zijn latere jaren zo goed heeft ge
leerd hoe het moet, schrijft klank
beelden over de zonnewende, de
Ramblers speelden op de propagan-
dazender, gericht op Engeland; voor
de arrangementen tekent de latere
leraar Engels Pi Scheffer. En voor
zover het materiaal op de plaat
wordt gezet zijn er de diamanten
snijkoppen, gemaakt door Salomon
Asscher. Er zijn geen betere. Hij
moet dan ook bepaald blijven, is
het verzoek aan Aus der Fünten van
de Jüdische Auswanderungstelle: "bis
zur Einarbeitung einer geeigneten
arischen Fachkraft".
Hallo Hilversum, blaft daar niet een
mexicaanse hond?
ADVERTENTIE
wat wijder historisch kader. Hij doet
dat in zijn boek te weinig, naar mijn
smaak. In dit geval wijst Verkijk
echter terecht op de soms ronduit
genante wijze waarop de notabelen
van die tijd rondom de nieuwe
machtshebbers heendartelen. Oud op
het perron en een paar maanden la
ter mr. Trip, president-directeur van
de Nederlandsche Bank achter de
microfoon in Amsterdam, waar hij
hiep-hiep-hoera de eerste actie voor
de Winterhulp afsluit. De Winterhulp
bedoelde de samengebundelde goe
dertierenheid van de Nederlandse
volkskracht te zijn, de gelijkgescha
kelde charitas, die menige anti uit
die Jaren tot het steels uitgesproken
rijmpje inspireerde: "Geen knoop van
mijn gulp voor de Winterhulp". Mr.
Trip dacht er anders over. Wie zegt
er dan wat van het idool Guus Weit
zel die zijn benen uit zijn achterdeel
liep om er een goed stukje radio van
te maken?
VARA
Een taaiexegeet is ook nodig om de
rede naar waarde te schatten die
VARA-voorzitter Arend de Vries uit
sprak om uit te leggen waarom de
sociaal-democraten doorgingen met
uitzenden ondanks het binnentrekken
van NSB-pottekiJkers (Rost van
Tonningen!) VARA-secretaris Arie
Pleysler had de tekst zo geschreven
maand. Dan vallen hem de schellen
van de ogen. Dubois heeft er een
paar maanden langer voor nodig,
maar krast dan ook op. Verkijk
maakt zich er kwaad over dat na de
oorlog zich vele omroep bonzen (ook
Broeksz) met enorme hypocrisie op
Dubois hebben geworpen; zelfs wordt
Dubois's handelwijze parallel gezien
met het beheren van Joods kapitaal.
Toch komt het gedrag van Dubois zo
veel Jaren later flinker over dan dat
van de huidige programmacommis
saris van de NOS, mr. Wagenaar, die
in die Jaren zijn beste beentje voor
zette bij de reportagedienst van de
nazi-omroep met zijn glorieuze luis-
terberichten over de opbouw van het
nieuwe Europa. Wagenaar houdt nu
tegenover Verkijk een volstrekt
cryptisch betoog voor het geval alles
nog eens zou gebeuren; "Gooi de boel
plat, maar alleen in het geval van "n
ideologische dictatuur, niet bij een
uitsluitend militaire dictatuur".
Verzet
Er was verzet. Bij een live-toe-
spraak van Nation aal-socialist Ger-
rit Zwertbroek (oud-VARA-secreta-
ris) verstopte de technicus twee wek
kers die om de vijf minuten afgin
gen. Bij Musserts meirede in 1941 lie
ten technici de glasplaten uit hun
handen vallen. Daarna, bij terug
komst van do Leider, zat de tweede
enige rol in zijn personeelsbeleid. Die
afvloeiingsregeling is er e
beeld van. Wie zijn gewetensbezwa
ren tegen werken aan de nieuwe or
de kon hard maken kreeg 5 Jaar 70
procent van zijn salaris, daarna nog
eens 5 Jaar 60 procent en vervolgens
onbeperkt 50 prooent. Bovendien
mocht men bijverdienen. Ook onder
duikers zijn tot aan de bevrijding uit
betaald.
Verkijk komt hier niet uit. Er be
stond een brochure waarin de rege
ling uit de doeken werd gedaan
maar een man als Wagenaar zegt
niets van het bestaan af te weten.
Herwe\jer had het simpelweg niet ao
moeilijk met de mensen van de Ne
derlandsche Omroep. Directe con
frontatie was meestal ook wel te ver
mijden. De zaak bleef wel lopen. Ook
zonder Max Blokzijl, Keuvel en Kles-
sebes of de abjecte anti-semiet Jac
ques van Tol (hij zou na de oorlog
nog Jaren voor Snip en Snap schrij
ven).
Aan animo om voor de omroep tt
werken was geen gebrek. Er waren
goed betaalde baantjes als luister
post, waarbij men moest rapporteren,