>TER VAN 8ETHLEHEM KOMEET OF SUPERNOVA? Jupiter heeft dubbel magnetisch veld Huidige kalender gRDAG 22 DECEMBER 1973 De enige plaats in de Bijbel, waar over de ster van Bethle hem wordt gesproken is in het evangelie van Matthaeus. Daar staat het volgende te lezen. 'Toen nu Jezus geboren was te Bethlehem in Judéa, in de dagen van koning Herodes, zie, wijzen uit het Oosten kwamen te Jeruzalem, en vroegen: Waar is de koning der Joden, die geboren is? Want wij heb ben zijn ster in het Oosten ge zien en wij zijn gekomen om Hem hulde te bewijzen. Toen koning Herodes hiervan hoorde ontstelde hij en geheel Jeruza lem met hem. En hij liet al de overpriesters en schriftgeleer den van het volk vergaderen en trachtte van hen te verne men, waar de Christus geboren zou worden. Zij zeiden tot hem: te Bethlehem in Judéa, want aldus staat geschreven door den profeet: En gij, Beth lehem, land van Juda, zijt geenszins de minste onder de leiders van Juda, want uit u zal een leidsman voortkomen, die mijn volk Israël weiden zal. Toen riep Herodes de wijzen in het geheim en deed bij hen nauwkeurig navraag naar den tijd, dat de ster geschenen had. En hij liet hen naar Bethlehem gaan, en zeide: Gaat en doet nauwkeurig onderzoek naar dat kind; en zodra gij het vindt, bericht het mij, opdat ook ik hem hulde ga bewijzen. Zij hoorden den koning en reisden weg; en zie, de ster, die zij hadden gezien in het Oos ten, ging hun voor, totdat zij kwam en stond boven de plaats waar het kind was. Toen zij de ster zagen, verheugden zij zich met zeer grote vreugde. En zij gingen het huis binnen en za gen het kind met Maria, zijn moeder, en zij vielen neder en bewezen hem hulde." £jn geen oude kronieken, die maken van het verschijn- istreeks het begin van onze ling, zoals dat in de bijbel vemeld. Die bijbelse vermel- iedt overigens ook nauwelijks inknopingspunt zoals U uit de uit het evangelie van Mat- de enige plaats waar de bij- de ster spreekt, kunt lezen, st geven wij elders, kan dus een komeet geweest Cat pleit daarvoor? Niet de ■keningen, waarop de ster met reldige staart staat afgebeeld, eeldingen dateren namelijk de tijd van de geboorte van maar van vele honderdeD later. Vermoedelijk zijn die op oude prenten ontsproten fantasie van de maker. Op rbest maar bijzonder onwaar- Ik zouden zij kunnen berus- mondelinge overleveringen it een staartster. Want de bij- ïnif vermeldt niets over een waaruit men zou kunnen op dat het een komeet is ge- mm recente foto van de komeet Kohoutek, gemaakt door McDonald Observatorium in West Texas. De staart had y i een lengte van ongeveer acht miljoen kilometer. Enkele en later bleek de staart bij een verdere nadering tot de tot twaalf miljoen kilometer te zijn uitgegroeid. Men ...Macht dat deze staart omstreeks 28 december, wanneer de |l" ieet de kortste afstand tot de zon zal hebben, tot vele tallen miljoenen kilometer verlengd zal zijn. De kortste and tot de zon zal ongeveer 21 miljoen kilometer bedra- N' Wanneer de komeet zich weer iets verder van de zon ij cl er d heeft, zal begin januari het hemelverschijnsel het 1s£ zijn waar te nemen met het blote oog, in de eerste tijd 'ct na zonsonderganglater ook. maar minder imposant, op de avond. I 1. uitspraken in de bijbel moeten in overdrachtelijke zin en geïnterpreteerd en niet letterlijk worden genomen, luidelijk voorbeeld daarvan is, dat de wereld beslist [letterlijk in zeven dagen is geschapen. Natuurweten- lijk is vastgesteld, dat alleen al de vorming van ons :stelsel en dus ook de aarde heel wat meer tijd heeft I ft men ook de „ster van Bethlehem" niet als een bo- tuurlijk verschijnsel te interpreteren maar als een nor- kosmisch verschijnsel. Wat voor soort verschijnsel lan is geweest zullen wij waarschijnlijk nooit met ze- ïid weten, maar er zijn twee voor de hand liggende mo- ihedeneen komeet of een supernova. [aat hierbij uiteraard om een zuiver academische vraag, f p geen antwoord mogelijk is dat op steekhoudende en rust. Niettemin is het aardig, zich eens in het vraag- te verdiepen, nu andermaal omstreeks Kerstmis een w oedelijk zeer opzienbarend hemelverschijnsel te be leren zal vallen, de komeet van Kohoutek. Wetenschap en technologie door P. Bok weest. In ieder geval hebben de ar tiesten uit de Middeleeuwen hun vrijheid royaal de vrije loop gela ten, wanneer men ziet dat de staart veelal in de meest onmogelijke rich tingen is getekend, terwijl die staart altijd van de zon af gericht is. Niettemin, het kan een komeet ge weest zijh. Nu is het echte met ko meten zo, dat zij elliptische banen om de zon beschrijven. Die banen kunnen zo langgerekt zijn, dat zij slechts eens in de hon deden of zelfs vele duizenden Jaren in de buurt van de zon komen en pas daardoor vanaf de aarde zicht baar worden. Wij kennen echter slechts een betrekkelijk gering aan tal kometen, die zo korte periodes hebben, dat zij al enkele malen zijn waargenomen en geregistreerd. In totaal zijn er tot het Jaar 1500 slechts 44 „eerste verschijningen" van een planeet bekend, en van 1500 tot 1950 waren het er 498. aan hot begin van onze Jaartelling mogelijk heeft gemaakt. De befaam de komeet van Halley komt er wel dicht bij. Deze verscheen voor het laatst in 1910 en heeft een periode van 76 Jaar. Wanneer deze omloop tijd door de eeuwen heen dezelfde is gebleven, zou het verschijnsel ook in het Jaar 10 te zien zijn geweest, 25 omwentelingen voor de verschijning in 1910. Hoewel dat niet precies klopt, is Halley als kandidaat voor de ster van Bethlehem niet definitief uitge schakeld. In de eerste plaats is het zeer wel mogelijk dat de baan van de ko meet in de loop der eeuwen ooit on der invloed van de aantrekkings kracht van de grote planeten bij 'n toevallige passage op betrekkelijk korte afstand is gewijzigd, zodat ook de periode niet altijd 76 Jaar geweest hoeft te zijn. Bovendien is die periode ook thans niet precies 76 Jaar, wat over een tijd van 25 omlopen om de zon ook weer heel wat scheelt. In de tweede plaats moet in aan merking worden genomen, dat onze Jaartelling wel eens niet helemaal in orde zou kunnen zijn. Pas lange tijd na de geboorte van Christus werd dit moment, en dan nog slechts in een deel van de wereld, als begin van een nieuwe Jaartel ling gekozen. In vroeger tijden, toen niet alles zo nadrukkelijk en nauw keurig geboekstaafd werd, kan men zich bij de bepaling van het begin van de Jaartelling best enige jaartjes vergist hebben. Een beetje slordig is het in ieder geval toegegaan, want 1 Januari is volgens de kalender zes dagen na de geboorte van Christus. Er zijn zelfs historici geweest, die op allerlei gronden tot de conclusie zijn gekomen, dat men zich bij het vaststellen van het begin van de Jaartelling zeven Jaren zou hebben vergist. Daar komt nog bij, dat men in de loop der eeuwen nogal geschar reld heeft met de kalender, waar door ook de Jaartelling wat in het on gerede kan zijn geraakt. Wij kennen thans de Gregoriaan se kalender, die vrij aardig klopt met een „echt" Jaar, maar dat is in het verleden lang niet altijd het geval De komeet Halley, die misschien geïdentificeerd kan worden met de ster van Bethlehem, werd het eerst historisch verantwoord afgebeeld op het beroemde "tapijt van Bayeux" dat dateert uit de elfde eeuw en waarvan hier een fragment wordt afgebeeld met de komeet boven in het cen trum. De komeet en zijn periode werden voor het eerst wetenschappelijk beschreven door Halley 16561742), een Engelse astronoom naar wie het hemellichaam werd genoemd. Door "terugreke ning" heeft men vastgesteld, dat de komeet op dit tapijt de komeet van Halley geweest moet pijn. Bovendien waren de kalenders eer tijds van land tot land en van gods dienst tot godsdienst verschil lend. Ook daarom staat het helemaal niet vast, dat er inderdaad dezer da gen 1973 of 1974 Jaren zijn verlopen sinds de verschijning van de ster van Bethelhem. Twee aantallen Jaren? Ja, twee mogelijkheden. Want wij weten ook miet, waar men van uit gegaan is toen men aan de chris telijke Jaarteling begon. Heeft men het Jaar 1 laten ingaan toen Jezus één Jaar oud werd, of heeft men zjn eerste levensjaar, dus van ge boorte tot eerste verjaadag het Jaar 1 genoemd? Dat laatste zou het meest logische zjn, en dan zijn er 1973 Jaren verlopen. Maar het kunnen er dus ook 1974 zijn geweest, wanneer men de andere redenering volgde. Met al die onzekerheden wordt 't best mogelijk, dat de komeet van Halley indertijd de ster van Bethe- lem is geweest, maar voor hetzelf de geld kan het een andere geweest zijn, bv. een die wij sindsdien niet meer gezien hbben, en waarvan de periode dus onbekend is. Er is zoals in het begin gezegd nog een andere mogelijkheid: de ster van Bethlehem was een supernova. Sommige sterren bereiken in him ontwikkeling een stadum, waarin zij in een gigantische explosie „ster ven". Niet helemaal, want van som mige blijft een raadselachtig res tant over, dat ineenschrompelt tot neutronenster en later tot „zwart gat". Over zwarte gaten hebben wij de laatste tijd herhaaldelijk geschre ven. Wij hoeven dat nu niet weer te doen, want het gaat thans niet om dat restant maar om die explo- BiJ die explosie slingert een ster vrijwel al haar materie met ontzag wekkende snelheden de kosmische ruimte in, snelheden van tiendui zenden kilometers per sec. Daarbij komt een enorme hoeveelheid stra ling vrij, ook als licht, indien zo'n su pernova optreedt in het zichtbare, niet door stofwolken verduisterde deel van ons sterrenstelsel, het Melk wegstelsel, wordt de ster zo helder dat zij zelfs overdag als een zeer hel der lichtpunt te zien is. Des nachts overstraalt zij de gehele sterrenhe mel. In één enkele seconde straalt een supernova evenveel energie uit als de zon in een reeks van jaren. Haar helderheid neemt in een of twee dagen vele miljoenen of meer dan een miljard maal toe. Zo sterk is de straling ook, dat su pernovae kunnen worden waargeno men in ver verwijderde sterrenstel sels. op miljoenen lichtjaren afstand, omdat hun straling dan plotseling die van de andere miljarden sterren van dat stelsel letterlijk in de scha duw stelt. Meestal duurt dit vuurwerk maar kort, een paar dagen. Dan rest nog een flauw waarneembare honderden Jaren lang expanderende nevel, be staande uit het weggeworpen ma teriaal. Een van die uitdijende nevels, de Krabnevel, is de rest van ster explosie in het sterrenbeeld de Stier in 1054. Men heeft in oude Chinese kronieken aantekeningen over die sterexplosie gevonden en precies op de plaats waarvan sprake was bevind zich de Krabnevel met een klein res tant-sterretje in het middelpunt. De snelheden waarmee de nevel zich nog steeds uitbreidt, en die vrij nauwkeurig gemeten kan worden, klopt precies met een begin van uit dijen in 1054. Het is zeer wel denkbaar, dat de ster van Bethlehem een dergelijk he melverschijnsel is geweest. Restan ten van een dergelijke explosie bijna twintig eeuwen geleden zijn niet ge vonden, maar men heeft zich nog onvoldoende verdiept in snelheden van uitdijende nevels om met zeker heid te kunnen zeggen, dat geen van de bekende nevels van deze aard bijna twintig eeuwen geleden ont staan moet zijn. Bovendien is het helemaal de vraag, of bv. de Krab nevel, die pas ruim negen eeuwen oud is, over elf eeuwen nog duidelijk waarnaambaar zal zijn. Een andere verklaring van de ster van Bethlehem, komeet of superno va, is niet goed denkbaar, behalve natuurlijk wanneer het een eenma lig, niet natuurlijk maar bovenna tuurlijk verschijnsel zou zijn ge weest, en de keus tussen die twee „natuurlijke" verklaringen is niet mogelijk. Er ontbreken teveel gege vens. Er is geen enkel argument, dat voor een van de antwoorden pleit. Onze huidige kalender is de Gregoriaanse, die gebaseerd is op het tropische Jaar. Dat wil zeggen dat één volledige omloop van de aarde om de zon als één Jaar wordt geteld. Deze omloop, duurt 365.2422 dagen. In wezen ligt de zaak iets gecompliceerder, maar daar zullen we ons nu maar niet in verdiepen. Voor het gemak is men bij de kalender-indeling uitgegaan van een Jaar van 365.2425 dagen. Het verschil tussen uitgangs punt en werkelijkheid is zo ge ring, dat pas m de verre toe komst op een of andere marnier 'n kleine correctie moet worden aangebracht. Op grond van dat uitgangspunt telt elk Jaar in principe 365 dagen. Eens in de vier jaar echter is er een schrik keljaar, dwz. dat februari met één dag wordt verlengd. Dan zou het echter ook al spoedig niet meer kloppen, dus is er nog sen vaste correctie aangebracht. Alle schrikkeljaren (waarvan de Jaartallen deelbaar zijn door vier) op een vol eeuwtal dat niet door 400 deelbaar is ver vallen als schrikkeljaar. Zijn ze wel deelbaar door 400 dan wor den ze als schrikkeljaar gehand haafd. Op grond daarvan was 1900 geen schrikkeljaar maar zal 2000 dit wel zijn. Deze kalenderindeling werd ingevoerd door paus Gregorius XIII in 1582. Maar lang niet de hele wereld ging er mee ak koord. Wel Holland en Zeeland in datzelfde Jaar. Drente volgde pas in 1701. Engeland en Noord- Amerika legden zich erbij neer in 1752, Duitsland volgde in 1776, Zweden pas in 1823 en in Rusland vond men het in 1918 tijd worden. Ondertussen ble ven in die en vele andere lan den geheel andere kalenderinde lingen van kracht en daardoor liep ook de Jaartelling hier en daar grondig uit de hand. In vele landen gold voordien de Juliaanse kalenderindeleing, Stammend uit de tijd van Julius Caesar omstreeks de geboorte van Christus Er zijn vele volken, die er ook nu nog een eigen kalender- en Jaarrekening op na houden. Volgens de Joodse tijdrekening b.v. leven wij nu in de 58ste eeuw in plaats van de 20ste. Dit alles heeft het bijzonder moeilijk gemaakt, om nauwkeu rig vast te stellen hoeveel Jaar geleden de ster van Bethlehem verscheen en daardoor ook met welk astronomisch achterhaal baar hemelverschijnsel deze ster te identificeren zou zijn. De grootste planeet van ons zon nestelsel, Jupiter, heeft zoals be kend onlangs een vluchtig bezoek gehad van de Amerikaanse onbe mande ruimtesonde Pionier-10. Hoe wel het nog veel te vroeg is om definitieve gevolgtrekkingen te ma ken uit de stroom van gegevens, die meetapparatuur en camera's van de Pionier naar de aarde hebben ge zonden, zijn de astronomen en astro- fysici enthousiast over de resultaten van deze eerste missie naar een van de reuzenplaneten. Zij hebben in ieder geval voor maanden, zo niet Jaren studiemateriaal verkregen en 't ziet er naar uit, dat dit materiaal belangrijke vraagstukken, omtrent Jupiter dichter tot 'n oplossing zal brengen. Bovendien verwacht men aanvullend materiaal van de vol gende pionier langs Jupiter, die in april J.l. werd gelanceerd. De Pio- nier-10, vertrok ruim een Jaar eer der van Kaap Kennedy voor een vlucht van meer dan een miljard kilometer in circa twee Jaar. Voordat de Pionier-10 op 4 decem ber J.l. om 03.25 uur onze tijd het dichtst langs Jupiter vloog op een afstand van 131.000 kilometer, wa ren reeds enkele opzienbarende meetresultaten verkregen. Daaruit is ondermeer komen vast te staan, dat Jupiter twee afzonderlijke magne tische velden heeft. Tot dusver heeft men alleen en kele magnetische velden geconsta teerd om hemellichamen in het zon nestelsel, zoals ook de aarde slechts één veld heeft. Het buitenste veld reikt tot ongeveer zesmiljoen kilome ter van de planeet. De veldsterkte is ongeveer vijf maal zo groot als die van het aardmagnetisch veld, en sterker dan dat van de zon. Daar door zijn er ook meer stralingsorgelds om Jupiter dan om de aarde. De aarde kent de Van Allen-stralings- gordels. Dit is slechts een van de voorlo pige resultaten van de metingen door Pionier-10. Voorts is aan het licht gekomen dat de Jupitermaan Io met een doorsnee van ongeveer 3800 kilo meter, dwz. iets meer dan die van onze maan, waarschijnlijk een al thans ijle atmosfeer heeft. Dit heeft men kunnen afleiden uit de signa len, die de Pionier naar de aarde zond vlak voordat de sonde achter deze maan langs trok gedurende 91 seconden kort na de dichtste nade ring van Jupiter. Voorts zijn uitstekende opnamen gemaakt van de befaamde „rode vlek" op het zuidelijk halfrond van Jupiter. Men heeft deze gegevens echter nog niet kunnen interprete ren. Dit zijn slechts enkele voorlopige conclusies. Bijgaande foto's zijn en kele van de vele honderden die de Pionier naar de aarde heeft gezon den. Links is. doordat 'n blauw fil- werd gebruikt, de befaamde rode vlek duidelijk zichbaar. Rechts niet, door dat deze foto door een rood filter werd genomen. In de reeds bekende banden zijn langs de equator wolken velden waarneembaar.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1973 | | pagina 15