'Stad en Landschap' adviseert
bouw van Flora in Oegstgeest
Beste plaats voor Rijnsburgse veiling langs rijksweg 44
Tussen Postbrug
en het
Oegstgeester Kanaal
DINSDAG 4 DECEMBER 1973
STREEK
PAGINA -
WÊ
Flora"-voorzitter Piet van
De huidige gebouwen van de veiling "Flora".
Door
Cees Combee
VOORHOUT/ROTTERDAM/RIJNSBURG/OEGSTGEEST
Wanneer het plan tot het bouwen van een nieuwe veiling voor
de Rijnsburgse bloemenveilingvereniging "Flora" in de toe
komst toch een feit wordt en de visie van "Stad en Landschap",
uitgebracht op verzoek van het gemeentebestuur van Voor
hout, wordt overgenomen, zal Oegstgeest deze veiling binnen
zijn grenzen krijgen. Op het terrein westelijk van rijksweg 44
tussen de Postbrug en het Oegstgeester Kanaal.
tussen Rijnsburg en Voorhout, liggen
deze gronden in hoofdzaak binnen
de gemeente Oegstgeest. Op deze on
geveer 25 hectare zou eventueel een
begin kunnen worden gemaakt met
de bouw met later zonodig een ge
ringe uitbreiding op het gebied van
Voorhout.
De door „Stad en Landschap" aan
gedragen landschappelijke argumen
ten zullen sterk aan waarde gaan
verliezen als de Kroon mocht beslui
ten de Rijnsburgse gronden binnen
het bestemmingsplan „Klooster-
schuur" voor de glastuinbouw vrij
geven. Dit houdt op de duur toch
vanzelf een soortgelijke beslissing
voor het Voorhoute landelijk gebied
in, waardoor het open weideland
schap in deze streek, hoezeer men
dat ook mag betreuren, grotendeels
gaat verdwijnen.
Aansluitingen
„Stad en Landschap" beveelt, wan
neer „Flora" alsnog het genomen
besluit tot verplaatsing van de vei
ling en overgaan ttot nieuwbouw
handhaaft, het terrein langs rijksweg
44 van harte aan, omdat dit gezien
de ligging de meeste mogelijkheden
biedt. Er zijn thans reeds aanslui
tingen op rijksweg 44 vlak bij dit
gebied. Slechts verbeteren van de
Parallelweg en de verbinding met
de Vinkenweg is nodig.
Wellicht is op den duur een ge
heel nieuwe weg, parallel aan het
tracé van de geprojecteerde secun
daire weg 6, die op het knooppunt
daarvan met de Voorhouterweg aan
sluit. aan te bevelen. Of deze weg er
komt is beslist nog niet zeker. Voor
lopig de eerste Jaren niet. Daarom
heeft „Stad en Landschap" het on
verantwoord geacht de nieuwe vesti
gingsplaats door deze weg te laten
bepalen. Met andere woorden, het
oorspronkelijk door het veilingbe-
stuur uitgekozen terrein aan de
Voorhouterweg is als toekomstige
vestigingsplaats komen te vervallen.
Daarom meent „Stad en Land
schap", dat voor de toekomst, wan
neer slechts de aansluiting op rijks
weg 44 in het zuiden van Sassenheim
zou overblijven, ongeveer twee-en-
een-halve kilometer naar het noor
den moet worden gereden om dit
punt te bereiken. Mede door de aan
wezigheid van de Sikkensfabrieken
kan echter worden verwacht, dat een
royale en gemakkelijke aansluiting
op dit punt tot stand komt. Indien
deze aansluiting inderdaad „gemak
kelijk" wordt, is de extra-afstand
van twee-en-een-halve kilometer te
overkomen. Mocht de secundaire weg
6 er in de toekomst uiteindelijk toch
komen, althans het oostelijk deel tot
het toekomstige kruispunt met rijks
weg 44, dan ontstaat bovendien wel
licht de mogelijkheid om op zeer
korte afstand ook daarop aan te slui
ten.
Landschappelijk schoon
De planologen van „Stad en Land
schap" wijzen erop, dat bij alle on
derzochte gebieden landschappelijke
bezwaren blijven bestaan. Daaraan
is, indien gewenst, slechts ten dele
tegemoet te komen door inplanting.
Een keuze zonder ernstige land
schappelijke bezwaren is er echter
niet. Ten aanzien van de overgeble
ven bezwaren, die men eventueel
toch nog zal willen laten gelden, zal
men dienen te beseffen, dat de on-
„Stad en Landschap" heeft ver
schillende gebieden in de directe om
geving van Rijnsburg bekeken en de
voor- en nadelen daarvan tegen el
kaar afgewogen. Unaniem is de keus
gevallen op het als gebied C aange
duide terrein, gelegen aan de Paral
lelweg langs rijksweg 44. Belangrijk
wordt genoemd, dat dit gebied zowel
thans als in de toekomst een goede
aansluiting op deze rijksweg waar
borgt. Planologisch kan dit gebied
als een uitbreiding worden be
schouwd van het binnenkort sterk te
vergroten nijverheidsgebied, waarop
thans Sikkens is gevestigd. Het kan
zegen de planologen, landschappelijk
in één visuele lün op dezelfde wijze
worden ingeplant als met het fa
brieksterrein van Sikkens zou die
nen te gebeuren.
Als een belangrijk voordeel wordt
genoemd, dat de grond voor de bouw
van de veiling niet voor de tuinbouw
in gebruik is en daardoor in prin
cipe gemakkelijk is te verkrijgen.
Voorts is een oppervlakte van onge
veer 5 hectare met de kans op enige
expansie in de richting Voorhout
zonder moeite te verwezenlijken. Er
zijn bovendien gemakkelijke en te
verbeteren verbindingen met Rijns
burg. De kosten van het verbeteren
van deze verbindingen en de paral
lelweg worden thans geraamd op on-
gever f 1,5 miljoen exclusief grond
aankopen en dergelijke. Voor een
verre toekomst is bovendien een ver
binding te maken met het eventuele
knooppunt Voorhouterweg-Secudai-
reweg 6.
Er is voor dit veilingterrein behal
ve aan het bestaande industrieter
rein (op Sassenheims grondgebied)
een planologische aansluiting aan de
militaire terreinen (aan de andere
zijde van de rijksweg) en de bebouw
de en kassengebieden van Oegstgeest
en Rijnsburg.
Gunstig gelegen
In bijna alle gevallen, zo conclu
deert „Stad en Landschap", dus een
gunstig gelegen terrein, behoudens
de landschappelijke aanslag op de
open ruimte tussen Rijnsburg en
Voorhout. Gezien vanuit het open
gebied in het westen en noordwesten
kan door een langgerekte ligging
langs de rijksweg 44 en door inplan
ting de landschappelijke schade ech
ter aanmerkelijk worden beperkt. Te
vens kan daardoor de thans reeds
aanwezige landschappelijke schade
van Sikkens, welke speervormig het
open gebied binnenprikt, Juist enigs
zins worden beperkt. Gezien vanaf
rijksweg 44 valt de landschappelijke
schade door de lage ligging en de
nabijheid van militaire terreinen en
van Sikkens mee. Pas nabij het
Oegst geesterkanaal ontstaat, wan
neer men van het noorden, dus uit
de richting Amsterdam komt, een
fraai gezicht op de polder Kamp
huizen.
In tegenstelling tot de grond waar
op „Flora" aanvankelijk het oog had,
namelijk langs de Voorhouterweg
aangename gevolgen van de destijds
door de overheid genomen beslissing
inzake het huidige veilingterrein in
Rijnsburg nu eenmaal moeten wor
den aanvaard. Juist door het open
houden van de mogelijkheden is de
keuze van „Stad en Landschap" ge
vallen op het gebied langs rijksweg
44 voor het verplaatsen van de vei
ling .Flora".
By de studie hebben de samenstel
lers van het rapport „Verplaatsing
veiling Flora" verschillende gebieden
onderzocht. Onder andere ,,'t Heen"
in Katwijk; het gebied rondom
„Kloosterschuur", ten oosten van de
Jan Zwaneubrug, waarvan een klein
gedeelte ligt binnen de Noordwijkse
grenzen en voor het overige binnen
de gemeente Rijnsburg; het gebied
„Trappenberg" tussen de Noordwijk
se vaart in het westen en de Voor-
houtseweg in het oosten; het wig
vormige areaal tussen de weg naar
Noordwijk-Binnen in het westen en
het tracé van secundaire weg 1 in
het oosten; het terrein ten zuiden
van „De Klei", geheel op Noordwijks
grondgebied gelegen, en het driehoe
kige gebied „Rijnoever" ten westen
van de grote weg naar Noordwijk-
Binnen, ten noorden van de Kat-
wijkse bebouwing aan de noordzijde
van het Uitwateringskanaal en ten
zuidoosten van de weg, waaraan de
Mr. Dr. Willem van den Bergh-
Stichting met daarnaast de Estec is
gelegen.
Voorts gebieden in de Rijnsburgse
polder „Kamphulzen"; een gebied
langs de noordrand aan de Elsgees-
terweg en van het tracé van secun
daire weg 6 gelegen, in het westen
begrensd door de Voorhouterweg en
in het oosten door de gemeentegrens
van Oegstgeest; het terrein langs
rijksweg 44. waarop de uiteindelijke
keus is gevallen; een terrein langs
de Haarlemmer Trekvaart in de pol
der JSlsgeest" en een terrein in de
"Stad en Landschap" heeft
een studie gemaakt over de plaats
waar het best de nieuwe veiling
"Flora" gebouwd kan worden. Op
deze kaart staan de onderzochte
gebieden I tot en met V en A tot
en met G aangegeven.
„Roodemolenpolder", in de hoek van
de spoorlijn en de oude Rijksstraat
weg, grenzend aan het industrieter
rein van Sikkens en voorts terreinen
in de „Klinkenberger polder" in Sas
senheim en in de polder "Morsebel"
>n Oestgeesfc.
Moeilijke
beslissing
De Rijnsburgse bloemenveilii i
"Flora" komt niet in Voorho
en ook niet in een andere bop
lenstreekgemeente Dat
tenminste worden aangenomen
als het advies van "Stad
Landschap" wordt opgevolg
Dit bureau, dat in opdracht vs
het gemeentebestuur van Voo
hout een gedegen studie maa j|
te van mogelijke vestiging^
plaatsen, is uiteindelijk tot
conclusie gekomen, dat ee
perceel van 25 hectare groi
langs rijksweg 44, tussen a
Postbrug en het Oegstgeeste r
Kanaal, zuidelijk van de Si t
kensfabrieken, het meest geschi j
is voor dit doel. In het bijzoi
der wat de aan- en afvoerw g
gen betreft.
In het gebied rond Rijnsburg zi >j
talrijke mogelijkheden onde
zocht. Ook in Katwijk s
Heen en noordelijk van Rijng
oever hoewel dit tot nu to
steeds door het gemeenteb j,
stuur werd tegengesproken. V n
waren er evenwel reeds lai a
van op de hoogte, dat Katwi
bepaald niet onwelwilleni c
stond tegenover vestiging va
"Flora" binnen zijn territo!<
Dat gaat nu niet door. 1'
"Flora" zal nu eerst moeten bekijr
ken of het door "Stad en Lam ft
schap" voorgestelde perce 1
grond voldoet aan de eisen, d i
men er aan stelt en daarna zu ie
len de onderhandelingen m|r<
het gemeentebestuur
Oegstgeest en de grondeigenfc
ren moeteri beginnen. Daar ki e
nog een hele tijd mee heeiw
gaan, want men moet de prq
cedure eigenlijk van voren
aan beginnen. Het impliceei
tevens, dat "Flora" voorlop r
nog niet weg is uit Rijnsbui
waar de veiling nu bijna zest
jaar is gevestigd.
Een belangrijk woord zal o<k
meespelen de onzekere ecnom
sche toestand, waarin ons lai
zich momenteel bevindt en d c
nog erger dreigt te geraken a
gevolg van de olieboycot. H(r
zal het in de toekomst met h a
kweken van bloemen gaan a
er minder brandstof beschlk
baar komt en men er belangd
hogere bedragen voor zal mo'1
ten neertellen? Hoe dat
een even belangrijke factor
misschien nog wel belangrijk 1
zal het met de afzet
bloemen naar het buitenlai
gaan als men nu reeds hooi.
dat het bijzonder moeilijk
over de oost-grens brandstp
voor de vrachtauto's van
Duitslandrijders te krijgen?
Onzekerheden te over dus, d11
ernstig de vraag doet rijzen 1
het wel verstandig is op sl15
en sprong besluiten te neme
waarvan men niet weet of
door de economische achterui
gang Den Uyl heeft gesu
gereerd dat we met z'n alli
de broekriem stevig zuilen mo
ten aantrekken te realisen
zijn. Het "Flora "-bestuur
niet te benijden. Misschi
daarom ook, dat men tha
eerst nog op eigen terrein
uitbreiden en plannen heeft J
aankoop van nog een sfc
grond om op het huidige tei
ritoir door aanbouw de gro
voorlopig te kunnen bijhoudt
Bollenstreek wi
N.S.-stations
NOORDWIJKERHOUT
dens de vergadering van het same
wenkingsorgaan Bolenstreek, dat gij
t era vond in Noord wijkerhou t bijsei I
kwam, is door de Lissemaar Smj
gevraagd of het niet mogelijk i
gesprek aan te knopen met de N
om te komen tot het openen v
aantal spoorwegstations in de bollei
streek. Met name zou dat vain b
lang kunnen zijn voor het steels gr»
ter wordend aantal forensen dat:
in de bollenstreek vestigt. He.t dag
Üjks bestuur van het samenwerking
orgaan zal zich hierover beraden.
Een uitgebreide discussie onistoi
ook over de structuurschetsen
voor de bollenstreek worden verva
dilgd. Het dagelijks bestuur van
samenwerkingsorgaan vindt
iedere gemeente voor zich met es
structuurplan moet komen, dat dal
in he,t samenwerkingsorgaan
worden besproken. De Lisst
Smith heeft daar echter tegenov
gesteld dat het beter is eerst i
gemeenten richtlijnen te geven vo«
dait men aan het uitwerken slaat. O
daarover zal het bestuur van het S
menwerkingsorgaan zich buigen.
RIJNSBURG VOORHOUT
Er is de laatste jaren nogal wat
te doen geweest over de verplaat
sing van de Rijnsburgse bloemen
veiling „Flora" 's werelds
grootste bolbloemenveiling naar
een andere gemeente waar voor
het steeds groter wordende vei
lingbedrijf meer expansiemoge
lijkheden waren. In Rijnsburg was
daar, volgens het „Flora"bestuur
nauwelijks kans meer voor. Er
werd over uitbreiding in „Frede-
riksoord" jarenlang een fanatieke
strijd gevoerd met het Rijnsburgse
gemeentebestuur. Door het vast
gestelde bestemmingsplan „Frede-
riksoord" werd namelijk, volgens
het veillngbestuur, d enatuurlijke
ontwikkeling van de veiling voor
de toekomst onmogelijk gemaakt.
Een ongestoorde uitbreiding van
het gebouwencomplex zou, zo werd
duidelijk gesteld, van groot be
lang zijn voor de gemeente Rijns-
burg om een centrum te kunnen
blijven van de bloemencultuur in
de gehele bloembollenstreek en
de daarmee verbandhoudende
binnen- en buitenlandse handel.
Het gemeentebestuur van Rijns
burg ging, om redenen waarvoor
men eveneens wel 'n bepaald be
grip moet hebben, door met de
sinds jaren voorbereide plannen
tot leniging van de woningnood
en verklaarde de bezwaren van
„Flora" tegen het bestemmings
plan „Frederiksoord" ongegrond.
De conflictsituatie tussen het ge
meentebestuur en het bestuur van
„Flora" was daardoor ontstaan.
Er werd door „Flora" een be
zwaarschrift bij G.S. ingediend,
dat echter geen genade kon vin
den in de ogen van de provinciale
bestuurders en ook de Kroon
stelde later, in december 1970, de
veiling „Flora" in het ongelijk.
Het gevolg was. dat het „Flora"-
bestuur ging uitzien naar een an
dere vestigingsplaats, waar een
geheel nieuw veiling-complex kon
worden gebouwd. Daarvoor had
men een bedrag van f50 miljoen
begroot. Als een geschikt terrein
werd een onbebouwd stuk grond
op Voorhouts gebiea ontdekt.
Langs de Voorhouterweg in de
Elstgeesterpolder niet ver van de
Rijnsburgse gemeentegrens en
vlakbij de gesitueerde secundaire
weg 6. Daar was, zo meende men
terecht, voldoende expansiemoge
lijkheid voor de eerste tientallen
jaren. Er waren door het veiling-
bestuur individueel ook bespre
kingen gevoerd met de gemeente
besturen van Sassenheim, Oegst
geest en Voorhout en met het pro
vinciaal bestuur. Die verplaatsing
heeft in de „Fiora"-kring heel
wat tegenkanting gehad.
De verwezenlijking van het vei
lingcomplex binnen Voorhout
bleek niet eenvoudig te zijn. In
november 1971 berichtte het ge
meentebestuur van Voorhout het
bestuur van „Flora", dat het vei-
lingbestuur onvoldoende argumen
ten te berde had gebracht om de
gemeente Voorhout van de dwin
gende noodzaak van de vestiging
binnen Voorhout te overtuigen,
alsmede om de gemeente tot een
goede afweging van de planolo
gische belangen, zoals die van het
landschap tegenover de veiling, in
staat te stellen.
De vraag in Voorhout werd ge
steld of niet een grondiger onder
zoek in de gehele streek noodza
kelijk was om tot een juiste keuze
van vestiging te konden. Het vei-
lingbestuur berichtte in januari
1972 de gemeente Voorhout, waar
bij als programma van eisen voor
de veiling naar voren kwamen:
bereikbaarheid via wegen, vol
doende grond voor circa 25 Jaar
en juiste plaats van het produk-
tiegebied. Het in optie genomen
terrein voldeed aan al deze eisen,
waarom de veiling het verzoek
deed het bestemmingsplan daartoe
te wijzigen.
Op 15 mei 1972 besloot de Voor-
houtse raad voorlopig het be
stemmingplan „Landelijk gebied"
niet te wijzigen om een eventuele
vestiging van „Flora" mogelijk te
maken. In een met algemene
stemmen aangenomen motie werd
door de vroede vaderen onder
meer overwogen, dat een derge
lijke herziening niet te overziene
consequenties zou hebben. Aan
bevolen werd daarom eerst een
studie in streekverband door des
kundigen te doen plaatsvinden
naar de planologisch optimale
vestigingsplaats voor deze veiling.
Reeds eerder was van provinciale
zijde gesteld, dat zo'n studie nood
zakelijk werd geacht. Het ge
meenteb estuur van Voorhout
stelde zich voor dit onderzoek zo
mogelijk in het kader van het
„Overleg Bloembolienstreekge-
meenten" te doen geschieden.
Na overleg met de veiling „Flo
ra" en de betreffende ontvangen
schriftelijke bevestiging van het
bestuur van deze veiling, alsmede
na raadpleging van het Overleg
orgaan Bollenstreekgemeenten,
besloot de gemeente Voorhout
unaniem de opdracht tot studie
te verlenen aan „Stad en Land
schap", adviesbureau voor ruimte
lijke ordening en vormgeving B.V.
m Rotterdam. Dat gebeurde in
april van dit jaar. De uitvoering
zou gebeuren door dr. ir. L. J.
van Dijk van dit bureau met me
dewerking van het Consulent
schap voor de Tuinbouw in Lisse,
met name van ir. L. F. Gysbers.
Bepaald werd, dat de studie uit
sluitend aan de gemeente Voor
hout, als verantwoordelijke op
drachtgever. zou worden uitge-
oracht en daardoor onafhankelijk
zijn. Dit ondanks het feit, dat de
veiling „Flora" zich bereid had
verklaard de kosten van deze stu
die aan de gemeente Voorhout te
79 pagina's met enige kaarten ge
worden. Goed gedocumenteerd. De
samensteller en zijn medewerkers
hebben verschillende mogelijkhe
den onderzocht. We menen, dat
het een uitstekend idee is geweest
van de Voorhoutse raad niet di
rect over te gaan tot wijziging van
net bestemmingsplan "Landelijk
Gebied", maar het gemeentebe
stuur in overweging te geven
eerst een studie in streekverband
door deskundigen te laten maken.
Uit die studie is overduidelijk
gebleken, dat het door „Flora"
uitgekozen gebied toch niet het
beste was en dat bij een even
tuele verplaatsing van de veiling
het oog gerichit moet worden op
Oegstgeest, namelijk op een ter
rein gelegen langs rijksweg 44 van
de Postbrug in de richting van
het Oegstgeester Kanaal, dus zui
delijk van de Sikkens Lakfabrie
ken.