'Sportdokteren' nog hobby STEEDS MEER WERK VOOR DE SPORTARTS Dick Dalhuisen 6 ETERMEER De sportge- tunde ontwikkelt zich steeds een vak apart, als een jakend terrein. Een specia- i dat in Nederland nog erg 'genoemd kan worden. Een jfajdige tak van wetenschap ""vele boeiende aspecten, ze- foor jonge medici. Sinds een houden John Wesseling en Dalhuisen, twee jonge art- iit Zoetermeer zich er serieus bezig, hoewel zij het "sport- Oteren" in hoofdzaak nog be ien als een hobby naast hun ne huisartsenpraktijk, at een sportartsenpraktijk volgens John Wesseling, „op {ogenblik nog geen haalbare is". Vorig jaar, na de Olympi- pelen in München hebben zich naast elkaar gevestigd orlopig in een van de mo- flats van nieuw-Zoetermeer. gezamenlijke apparatuur voor ortgeneeskunde en met Ed van bekend o.m. door zijn Feyenoord, als sportfysio- >eut Zij vestigen zich als en besloten tegelijkertijd jortspreekuur te openen op de dagavond, vlak achter het reekeinde. hebben het niet willen uitstel- oals bijvoorbeeld dokter Kriek isterdam, die vier jaar op sub- heeft gewacht. Wij vonden jk dat de sport daar niet sou zijn gediend" verduidelijkt Kienhuis Het sportmedich centrum «termeer bleek meteen al in take behoefte te voorzien. Vele lubs uit de omtrek stuurden eden naar het spreekuur en al meldden zich ook topsporters itermeer met hun klachten en 1. „Het is net een sneeuwbal" Dalhuizen. „We laten het ipig maar op ons afkomen. We n een evenwicht te vinden, de huisartsenpraktijk en de eneeskunde en we voelen nu n het ander aanvult". delen perk van beide artsen op het aedische vlak bestaat in saak uit drie delen: blessures 6 eerste plaats)begeleiding en gen. Blessures ontstaan het door „contactsport" (botsin- verder door foutieve training rerkeerde techniek (tenniselle- door gebruik van verkeerd door terreinomstandighe- lo geven tartanbanen specifie- essures, of de overgang van harde grond, enemende verruwing is duide- rug te vinden in het stijgende blessures. „Niet alleen in het letbal" vinden beide sportart- *maar ook bij de amateurs, bij basketbal, zaalhandbal die andere contactsporten, beenblessures: enkel, knie as), lies en achillespezen. En sdanks het feit, dat er veel dat wil zeggen door ,Er heerst nogal eens Hrschil van mening betreffen- niscusoperaties. Onze ervaring goede nazorg erg be- Wij kennen specialisten einig of niets aan de nabe- 'ng doen. Wij weten maar sportbeoefenaren waarbij de 'eer niet helemaal goed is ge- r Van Breukelen is dan 3 uur bezig met (des- Hl Maarten Sikking en nu weer unus Israël". „Sportbeoefena- nu eenmaal een andere 'ring, een andere aanpak dan Ne patiënten", is Wesselings er- „Een enkeltje kun Je ook n met een zwachtelt je en naar sportlieden hebben haast ten weer zo gauw mogelijk fit hn wordt dus de fysiothera- ngeschakeld, die er een actie- handeling van maakt. Een 5 die met een blessure loopt voorts een achterstand i en conditie op en daarom hij er weer zo spoedig mo- bij zijn. Waarbij we niet over td moeten zien dat het in een sport-fysiothera- 'h wel iets beter is dan een therapeut". pinatie b keuringen betref t is Dalhui mening, dat er aan een |Jke coördinatie nog wel wat „Er is geen centrale de gegevens. De be- I van de fietsproeven is niet |]kbaar. Is er sprake van een sub-maximum be- «t-Duitsland is dat", aldus „klassewerk. Maar een zij hun bevindingen i Jaar of twee later prijsge- Itot Duitsland is ook Amerika op het sportgeneeskundige Alles wordt daar geconcen Het meten van de long junctie (foto links). Op de foto rechts de fietser g ometer. In beide geval- len is hockey-international Wouter Leefers het proefkonijn treerd in Sportscholen en sportuni- versiteiten, hetgeen hier nog on denkbaar is". ,Daar is men weliswaar in de eer ste plaats uit op prestaties fokken, maar", vindt Dalhuisen, „dat willen ze hier uiteindelijk toch ook? Onze hockeyploeg heeft er toch ook alles aan gedaan de conditie zo hoog mogelijk op te voeren" Waarbij kan worden opgemerkt, dat de Oosbduit- sers geen hockeyploeg in het we- reldtoernooi hadden, zodat een ver gelijk op dat vlak niet mogelijk was. „In die landen is de specialisa tie wel al veel verder doorgevoerd" weet Wesseling. „Zo van: Jij hebt de bouw van een sprinter en hij kunt beter gaan basketballen. Een man als Ard Schenk bijvoorbeeld heeft eigenlijk niet het ideale fi guur voor een schaatsenrijder". Een sportkeuring-sec bepaalt zich ertoe uit te vinden of iemand die aan sport wil gaan doen een be hoorlijke belasting kan doorstaan, waarbij dan uiteraard onderscheid dient te worden gemaakt naar ge slacht, Jong of oud, de soort van sport en of het bijvoorbeeld een sprinter of een lange afstandloper betreft. Daarnaast kan men onder scheiden: recreatiesport en de trim mers, de wedstrijdsport sport. Trimmen „Dat trimmen bijvoorbeeld is ook al weer een apart facet van de sport geneeskunde geworden", vindt Wes seling. „Er zijn mensen die jaren niets aan sport hebben gedaan en dan ineens als razenden tekeer gaan. Die vragen natuurlijk om on gelukken. Ze mogen eerst wel eens aan hun dokter vragen of sport voor hen verantwoord is. Een ander aspect van de keuring: iemand die bijvoorbeeld een infectieziekte als angina heeft gehad zal de eerste tijd nog geen zware inspanning mogen verrichten. En dan 't r<>ui. Het staat wel vast dat het slechi is. Voor een voetballer bijvoorbeeld zullen een of twee sigaretjes weinig uitmaken, maar voor een zwemmer kan het misschien net dat honder- ste van een seconde schelen". Ook voor de sportmedische begelei ding, bij training en wedstrijden wordt 'n steeds grotere plaats inge ruimd. „Je moet de sportman eerst leren kennen en zi'J moeten vertrouwen krijgen in Jou. Zo verdomden wiel renners het in 't verleden", weet de top- Wesseling, te douchen na een wedstrijd, zij wilden zich alleen maar met eau de cologne afwassen. Ik kwam er toen achter, dat ze dat van Peter Post hadden geleerd. Die deed dat ook nooit en hij was toch een groot wielrenner. Van dat dou chen gingen de bloedvaten maar open staan. Een fabeltje natuurlijk, net zoals dat spuiten in de wielren nerij: Je m oet een spurt hebben, anders kan Je niet rijden. Wat er dan gespoten wordt weten ze niet, maar die spuit moeten ze hebben. Het kost tijd ze tot andere gedach ten te brengen, om het vertrouwen te winnen. Je hoeft nog niet eens bij de wedstrijden zelf te zijn, die voorbereidingstijd is veel belangri-J ker". Dalhuisen: „Zo hebben we dit voorjaar de daviscupploeg gehad voor de uitwedstrijd tegen Israel. We hebben alles met ze doorgepraat wat ze konden verwachten .Wat ze moesten gebruiken bij grote warm te, wat ze wel en niet mochten eten. Dat ze met water moesten op passen, dus ook geen ijsklontjes ge bruiken, want dan heb je weer on gekookt water. Dan hoef Je zo'n reis niet eens zelf mee te maken, want bij een blessure kan dok ter wel helpen." Een zeer bedenkelijke vorm van be geleiding, die kortgeleden tijdens de wereldkampioenschappen zwemmen vele pennen in beweging heeft ge bracht, betreft de anabole steroïden Waarbij als gevolg van hormoonin spuitingen geforceerde groei en spierontwikkeling ontstaat. Dalhuisen: „In de atletiek wordt dat al zo'n Jaar of acht gebruikt. En het zal hier en daar in Neder land ook wel zo zijn, al hoop ik niet in die frequentie zoals in Ame rika en Oost-Duitsland". Achter Wesseling: „De voorzitter van de techniohe commissie van de KNAU, Grewer heeft destijds gezegd, dat het in Nederland ook maar eens moest worden gebruikt en waarom de sportgeneeskunde hier zo achter liep. Je begrijpt, sportlieden gaan zich afvragen: waarom krijg ik die spullen niet. Ik heb toen nog eens een gesprek gehad met de heren van de KNAU die me voor hun medische commissie hadden ge vraagd. Daarbij kwam naar voren dat een trainer voor kogelstoten en discuswerpen gezegd had: gebruiken Jullie geen steroïden? Maar dan kom je nooit meer ergens. En als Je dan wijst op de schadelijke wer king, dan zeggen ze: zijn daar be wijzen van? Of ze geloven het ge woon niet. Dalhuisen: „Sportlieden zijn wat dat betreft gewoon blind. En of ze met die sport nu veel geld verdienen of niet, maakt niets uit. Die sport is een stuk van him le ven geworden; zij willen of kunnen die konsequentie niet overzien. Pas als de situatie dreigend wordit, zoals bijvoorbeeld bij Nico Rijnders of kortgeleden Tor Fuglsöt hoewel dat niets met steroïden te maken had Ja, dan stoppen ze wel. Steroïden Medisch gezien is het interessant dat die steroïden al zo lang worden gebruikt in Amerika door grote groepen sportbeoefenaars, zodat er de laatste twee jaar nogal wat arti kelen over zijn verschenen. In be kende internationale medische tijd schriften, zoals de JAMA, de Lan cet, en het American Medical Jour nal, stond, dat bij gebruik van ana bole steroïden meer leverkanker voorkomt en in een hoeveelheid die niet kinderachtig meer is. Vast staat ook, dat de groei uiteindelijk worden geremd, men er kleiner door John Wesseling blijft en dat mannen die het lang gebruiken impotent kunnen worden. Iedere gebruiker krijgt leverafwij kingen, want er gaan gewoonlijk cellen kapot. Het is dus een ingreep in het menselijk organisme". „Toch geloof ik", veronderstelt Dal huisen, „dat als Je dit alles een sportbeoefenaar voorhoudt, hij zeg» „M'n vriendje slikt het ook en hij wint. Ik wil het ook". Wesseling „Als medicus moet Je natuurlijk zeggen het is volkomen onverant woord" Dalhuisen: „Het is een re gelrechte vorm van doping en elke internationale bond die zichzelf een beetje respecteert zal er sterk stel ling tegen moeten nemen". De con trole op deze ingrijpende wijze van doping zal echter nog een stuk moeilijker zijn dan bij de snel wer kende middelen. Dalhuisen: „Sportartsen zullen -- internationaal gezien, want ik dacht niet dat steroïden in Nederland wordt gespoten de hand in eigen boezem moeten steken en beseffen wat zij met hun mensen aan't doen zijn. Want als die artsen nee zeg gen, dan is al veel gewonnen en dan zal het moeilijk toe te passen zijn". Wesseling: „En gebeurt dat nie*., dan zullen onze topsporters, die ste- roiden niet willen gebruiken zich tot de nationale wedstrijdsport moeten beperken, tot louter recrea tiesport of stoppen". Rijst dan nog de vraag of beoefe ning van topsport op jonge leeftijd, in de jaren van de puberteit af gezien van het gebruik van steroi- den toch niet nadelig is. Dalhui sen: „Dr. Wafelbakker heeft onder zoekingen verricht bij jongeren die hebben aangetoond dat zij. wat lon gen en hart betreft, veel kunnen hebben. Spierstelsel Wesseling: .31ijft de vraag of de banden en het spierstelsel de zware belasting al kunnen dragen. De ske- letgroei is nog niet klaar. En kun nen de gewrichten het wel aan? Daarover is nog niet zoveel bekend. Daarom zal Je Jonge kinderen zeer goed moeten begeleiden." Dalhuisen: "Vooral de follow-up ontbreekt. Als zo'n Hansje Bunscho ten over een aantal Jaren er mee stopt is de enige arts die nog naar haar omkijkt haar huisarts. Die sportmensen zou Je nog zo'n twintig Jaar moeten volgen. Dan heb Je overigens nog maar een beperkt aantal. Je zou moeten kijken of ze een soort chronische rheuma en ar trose op hun veertigste Jaar hebben, dus beschadiging van de gewrichten, of zijn ze te zwaar, te vet, waar door andere bezwaren gaan optre den. Hebben ze dan te slappe ban den en hoe is het met de botgroei gegaan? Hoe is het met de geeste lijke ontwikkeling gesteld. Hebben ze niet een soort psychisch trauma als kind opgelopen waar ze later weer klachten van krijgen? Omdat, als andere kinderen zich kunnen uitleven, zij al onder een geweldige discipline en stress leven. Maar het ligt niet op onze weg om de ouders op dergelijke mogelijkheden te wij zen". Wesseling: ,Je ziet bijvoor beeld wel dat kinderen tegen hun zin in sporten. Dan krijg Je een te rugval in de prestaties. De zwem ster Anke Rijnders is mijns inziens zo'n geval. Een reactie op al dat zwemmen, waarbij ze op zeker mo ment zag toch niet die resultaten te halen die ze had verwacht. Mis- scrien komt die animo later dan toch we lweer, maar 't zou verstan dig zijn van dergelijke ouders om overleg te plegen met de sportarts. „Topsport beoefenen is, als Je er zelf helemaal achter staat, als Je talent en fysieke mogelijkheden hebt, zeker niet omgezond", vervolgt Wesseling. „Velen raken er de nodi ge agressie door kwijt en Je wordt er fysiek en psychisch sterker door. Sportbeoefening is trouwens voor iedereen goed. Ook zelfs voor men sen die niet zo goed in elkaar zit ten. Je krijgt betere conditie, meer weerstand. Hartinfarct „Zelfs mensen die een hartinfarct hebben gehad moeten terug naar de normale inspanning, terug naar de sport, hoewel geen wedstrijdsport en de stress die daaraan verbonden is. Inspanning verbetert namelijk Je bloedvatenstelsel; er treedt een be tere bloeddoorstroming op, wat de kans op ziekte aan de hartkrans- slagader verkleint". Dalhuisen: „Je hebt een revalidatiecentrum in Kat wijk waar de belasting precies wordt gedoseerd, waar de patiënten weer op de fiets worden gezet en aan de hand van het aantal Watt dat wordt getrapt kan worden be paald wat ze weer mogen doen. In Israël moet een professor zijn die mensen met 'n hartinfarct na een week al weer een heuvel laat ne men. Tien procent komt weliswaar dan niet terug, maar die andere 90 procent blijkt zich dan toch maar weer te kunnen inspannen. Dat ts natuurlijk een erg extreem voor beeld, maar er zijn inderdaad ook voor die mensen zeker weer vele mogelijkheden".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1973 | | pagina 25