De enige goede Indiaan is een dode Indiaan' ndianen zitten u op plee van Mamma Foe" \)k in ons bloedeigen Koninkrijk der Nederlanden doet het gezegde opgang Indianen kwijnen in Suriname weg in doffe wanhoop ySDAG 24 OKTOBER 1973 let tragische lot van de Indianen behoort de laatste tijd tot favoriete onderwerpen van onze, zo internationaal gerichte, erlandse actievoering. De met uitroeiing bedreigde Brazi- nse Indianen worden in Nederland door meer dan een ac- :oep vertegenwoordigd; de leeswoede over de ondergang de Noordamerikaanse Indianen zorgt ten progressieve 10 voor menig goedgevuld boekenplankje; de Wounded je-rel verwekte in de polders een medeleven, dat zelfs op jachtvelden van de hit-makers doorklonk; musicerende In- Jen uit Chili en Peru vullen ettelijk avondje in dienst van •^nemende Indianen-bezorgdheid in deze dagen van be en verbroedering is het zo langzamerhand tijd om er op rijzen dat helaas ook in het Koninkrijk der Nederlanden de bevolkingsgroep der Indianen met ondergang wordt :eigd- hen heeft men de vereerders ;e Wounded Knee-heroiek en landen van de geweerschoten Brazilië klinken nog niet ge- De doodsstrijd van de India- j het oerwoud van het eigen irijk voltrekt zich zonder ge zonder medeleven. In Brazi- irden geweren op de oorspron- bewoners gericht, in Surina- leen maar onverschilligheid: ra-ven daaraan duurt alleen inger en valt alleen wat min- het oog. 5 tenhemelschreiend dat de den in Den Haag en Para- al drie eeuwen lang de Su- nse Indianen aan hun lot overgelaten: wel werden zij ogen zich steeds verder terug ekken in de ontoegankelijke, t-htbare en ziekte-verwekkende iden. De zelfbewuste Indianen Nederlandse stam weigerden !anke overheersers als slaaf te Als dank is nog steeds een irfig en onmenselijk bestaan deel. in Suriname doet het gezegde „De enige goede Indiaan is bde Indiaan". Zo bericht ons Paramaribo de onlangs opge- stichting KANO eindelijk Igen Indianen-organisatie die zijn stem verheft en die een schreeuw om hulp slaakt: de bedoe ling is dat Nederland de wanhoops kreet hoort. KANO heeft een verslag over de stille ondergang van de rode rijks genoten op papier gezet en het aangrijpende document naar het land van de Wounded Knee-bewe- gingen en de Brazilië-groepen ge stuurd. Hier is het in 50.000 exem plaren als brochure verschenen en dient het als een treurig spandoekje voor een aktie van de Rotterdamse Stichting Rekreatie Centra's voor Surinamers: het zal niemand verba zen dat de financiële resultaten tot nu toe gering zijn. Wat KANO wil is het ontwikkelen van een aantal projekten in de so ciaal-economische sfeer. Deze moe ten in de 30 Indianendorpen het afgrijselijke levenspeil ombuigen naar een niveau, waarvoor men zich in het Koninkrijk der Nederand niet de ogen uit het hoofd behoeft te schamen. De projekten moeten tevens zo begeesterend kunnen wer ken dat er een eind kan worden gemaakt aan de doffe wanhoop die de 10.300 Indianen wel moeten vervul len: behalve een enkele regerings ambtenaar aanschouwt immers nie mand hun ondergang dan zijzelf. Laten we enige malen citeren uil Surinaamse Indiaan geen Indiaan het ooggetuigeverslag dat Nederland is, laat staan een mens. enkele maanden geleden al bereikte „Aan de rand van een sociaal-eco- en waaromtrent ene soort stilte van nomische afgrond beseft dit restant het graf is gaan heersen: alsof een van een groot en fier volk dat het ..Gedreven en opgejaagd door een onvatbare wanhoop en de algemene malaise in hun dorp ontvluchten de indainen de realiteit en bedrinken zij zich op feesten, die dagenlang kunnen duren. De kinderen zwerven van mesthoop tot mesthoop, in de hoop iets eetbaars te vinden". ..De moderne verkeerstechnieken en de communicatie ten spijt komt de dokter anno 1973 vaak slechts één keer per maand voor enkele uren od bezoek. Van nazorg van deskun digen of nieuw consult kan geen sprake zijn. Ernstig ziek worden anders dan op „doktersdag" bete kent dan ook in veel gevallen erg veel pijn lijden of zelfs doodgaan". „Geïsoleerd leven zij in dorpen die totaal onleefbaar zijn, zonder enig sanitair, medische verzorging etc. Als stemvee hadden ze tot nu toe weinig waarde, immers de Indiaan bestond wettelijk niet, er is geen bevolkingsregister van deze verachte en gediscrimineerde groep". Nederland wil zijn eigen indianen nog steeds niet kennen. Maar sedert kort kunnen we onszelf weer op de borst slaan: in Amsterdam heeft mevrouw Wil van Rijnberk de Stichting Werkgroep Indianen Suri name opgericht. Prof. J. W. van Hulst en dr. J. Pott. directeur van het Volkenkundig Museum in Lei den. hebben in het stichtingsbestuur plaatsgenomen: eindelijk een spon tane, eigen Nederlandse actie ten behoeve van onze indianen het is bijna te mooi om waar te zijn. We kunnen aan dit heerlijke nieuws nog toevoegen dat mevrouw Van Rijnberk het actie- en inzame- lingswerk geheel alleen verricht. Een hele ochtend spraken we met haar over de Indianen in Suriname en de Nederlanders in Nederland: twee werelden die heel even bij el- in gelatenheid moet afwachten op geboorte of al kort daarna zijn ge- kaar kwamen in ee°^!"e het einde, een einde dat tevens een gestorven, ziet men in de dorpen damff huiskamer 1 bevrijding zal zijn uit een leven naakt rondslenteren, een grote buik leenstaande en allee van ziekte en honger". meetorsend als teken van ondervoe- vrouw het uitschetterde van woede. .Kinderen, die niet bij de ding". Zij was 74 Jaar oud. gesprek met mevrouw Van Rijnsberk liep aanvankelijk geheel uit de hand. De be- e actievoerdster was een smaakvol geklede en onberispelijk opgemaakte vrouw die durend met grote kracht op het eigenlijke gespreksonderwerp moest worden ge- I. Het eerste half uur kon men informeren wat men wilde, alle antwoorden gingen ren in ellenlange uitwijdingen waaraan geen Indiaan te pas kwam. Wort over de doopsgezinde kerk, de stimulerende werking van het creatieve den- in bed, de organisatie van invaliden-reisjes, de gezelligheid van hotelterrassen, de V, het geestdodende effect van koffiepraatjes, Friesland, God, de voetbalclub jen, suikerzakjes, geheimzinnige zieken en haar ex-echtgenoot die Brugman heette: - !at ik praatte als Brugman. Maar ik ben gescheiden, want. Van Rijnsberk, riepen i bezoek raakt geheel van Waar blijven de Indianen?", gesproken", knikte onze gast- nu dan: in 1969 had ik moeting met mijnheer Hey- i het departement van land- uit Parama/rio. Die vertelde »1 die wantoestanden. Ik ik ben nu 70 jaar, ik heb a om de rest van mijn leven oude oma te slijten, ik ga ünheer Heyde terug, talderen zijn nog steeds boos voor die reis mijn spaarcen- aangesproken. Maar wat it er toe. Jongen, ik ben pas *en toen ik 60 was en ik als ijzeres werd afgekeurd. Mijn Iteitspercentage was 80. Alle- eiuwen. Ik werk me nu maf klhdianen. Verdorie daar! Ik ineens tijd meer om te Ik ben lid van Willem III, len...." Banen alsteblieft, riepen we. fce staatsburgeres die vecht tee in het Koninkrijk met Willigheid omringde en met Hg bedreigde, bevolkings- Wod, hartelijk lachend, excu- „Moet Je suiker in Je kof fen. ben doopsgezind en houd ik van suiker. Je weet 81 van die hagepreken van 8imonsz. Nou hij preekte op taoppot. Toen is hij er inge- eö toen hebben ze hem afge- WJp Je, die doopsgezinden. to Van Rijnsberk!! hier ben ik weer hoor. De hè. Nou. ik heb daar vier ta het binnenland met Hey- Igezworven. Afgebeuld voelde Ik kon niet tegen de hitte, Heten vonden mijn bloed zo 'Ja en toen werd ik ook ere- en moeder van het India- P Matta, Mamma Foe Matta tojn Indianen me noemen". I onderscheidingen wegen in Door Ary Jassies exotische allure op tegen de eretitel die onze, inderdaad als de vrouw van Brugman orerende, gastvrouw- we diep in het oerwoud van Suri name kreeg. Men was daar opgeto gen van dankbaarheid dat eindelijk iemand uit Nederland het dorp kwam binnenstappen - nu eeais tiiet met een bevelschrift, maar met een hart zo groot als de wereld zelf. Pas Missie De moeder van Matta was onder tussen weer afgedwaald. „Ik ben te gen de missie omdat wij in naam van Christus zoveel kwaad hebben bedreven. Ze moesten hier in Ne derland evangelisatie gaan bedrijven dan kon ik weer rustig met mijn tas over straat lopen". We leidden haar terug naar het kleine dorp aan de oerwoudrivier. „Gelijk heb je. Nou dan, ze hebben daar de meest democratische be- stuurvorm ter wereld. Allemaal in een grote kring en iedereen mag zeggen wat hij wil. Ik had allang gezien dat een dokter daar hele maal niet bestaat. Ik heb toen in die kring voorgesteld: jongens, wat we hier nodig hebben is een EHBO- cursus. Dat is aangenomen. Tóen ik terug was in Holland hoorde ik dat het in uitvoering was en dat ik tot moeder van het dorp was be noemd". Het 74-Jarige lid van Willem III keek ons verontschuldigend aan: men vernam nu hoe het Indianen dorp dankzij zijn unieke bezoekster een toilet ten deel was gevallen. „Het kerkje was beeldig", brieste mevrouw Van Rijnsberk, "maar het toilet was afgrijselijk. Alleen een vierkant gat. En een walm! Niet mooi meer. Razend Toen ben ik razend geworden, ra zend op die hele evangelisatie-toe stand. Zieltjes winnen en verder is er niets: geen winkel, geen dokter, geen verlichting geen goed onder wijs, niets. Alleen maar 'n gat in de grond. Toen' ik terug was in Hol land bleek een plee 50 Surinaamse guldens te kosten. Toen heb ik ge zegd: goed, dan betaal ik die plee. Mijn plee staat er nu. Ik heb ook geschreven: Jongens gebruik de in houd van de beerput als huisjes- mest". Zo helpt Nederland het volk der Indianen; dankzij de bescheiden begonnen inzameling van een een zame veterane van de hulpverlening staan in twee, tot dan door volk en vaderland geheel over het hoofd ge ziene, Indianen-dorpen nu ook al een bijenteelt-projekt op stapel. Ook worden er nu vruchten gekweekt. „Ze moeten werk hebben, iets ver dienen, en daardoor hun zelfrespekt terugverdienen", zo riep Mamma Foe, met een stem die klonk als een klok. „Ik heb pas voorgesteld om ze op die rotgrond, waar ze door de Nederlands naar toe ver dreven zijn, schapen en geiten te laten houden. Dan zouden ze melk en andere inkomsten hebben. Het voorstel is potverdorie nu afgewe zen: die beesten zouden zogenaamd de bast van de boom afvreten. Uit mijn vel ben ik gesprongen, slapelo ze nachten heb ik beleefd aan die lariekoek. Ik ga nu meteen terug schrijven naar Paramaribo: domme jongens die Jullie me daar zijn, waarom houd Je die geiten dan ook niet aan een paal?" Zo bedrijft in Nederland een oude dame ontwikkelingspolitiek voor een vertrapt en vergeten volk; de op standige correspondentie aan gela ten reagerende autoriteiten als Pronk en De Gaay Fortman („de ouwe, niet Basje") wordt wekelijks uit de als een mitrailleur ratelende schrijfmachine gestampt. „Maar hoor eens even hier", zo hield me vrouw Van Rijnsberk ons luid en verontwaardigd voor, "ik vind hier in Nederland meer verloedering dan daar. Hoe hier kinderen worden verkracht en er maar op los gesto len wordt, dat is daarginder gods onmogelijk. Die mensen zijn in al hun totale armoede veel betrouw baarder en hebben een veel grotere innerlijke beschaving dan wij. We eten beter met vork en mes. Dat is het enige". Buikomvang Nadat de beschavingen van ettelijke volkeren de revue waren gepasseerd, een fotograaf op strenge toon be rispt was vanwege zijn gigantische buikomvang ("zeker garnalen in je hersens") en men vernam dat vroeger op het Zandvoortse strand enorme dronkemanstaferelen te aanschouwen waren, pakte mevrouw Van Rijnsberk met een sierlijk ge baar een lange houten fluit. Deze was haar twee Jaar geleden uit Matta achterna gezonden. Ook nu lukte het haar niet een geluid aan het instument te ontlokken. „Dat wordt te gek. Ik ga me opgeven voor de volksmuziekschool". sprak zij strijdlustig. Haar actie heeft vier maanden na het passeren van de stichtingsakte het bescheiden bedrag van 8222,20 opgebracht: Nederland is niet even gul als het om vreemde volkeren gaat. Misschien is het nog vreemder dat in Nederland een vrouw van 74 zonder hulp of bijstand haar actie moet voeren en tot tranen toe ge roerd is door elke bijdrage die bin nenkomt. Niemand uit ons zo hooggeprezen vrijwilligerslegioenen voor verdrukte en achtergestelde minderheden snelt u te hulp: hoe houdt u het vol?, vroegen we. „Volhouden?", zei me vrouw Van Rijnsberk, en de woorden kwamen ineens heel langzaam, "vol houden?? Ik ben wel eens op bed gaan liggen dat ik dacht: is het nu acht uur 's morgens of acht uur 's avonds. Het is te veel wat ik doe. Maar mijn hemel, die Indianen worden me ook zó besodemieterd. Ze zijn te zachtmoedig. Waren ze maar opstandig denk ik vaak. Dan werd er tenminste naar hen geluis terd. Als lammeren, zo gaan ze". Straalmoe Het vuurtje van de opstandigheid flakkert slechts in een klein huis kamer in Amsterdam. „Ik ben nu weer aan het brieven schrijven over het onrecht van het grondrecht in de Indianandorpen. Armen die moe ten betalen voor grond, die de hun ne is! Moe? Straalmoe ben ik. Maar ik ben de enige die het doet. Ik moet nu ook weer 50 adressen zoeken van mensen die misschien willen steunen. Die schrijf ik dan. En voor alles: ik overtuig me er he lemaal van dat elke cent goed te recht komt". Mevrouw Van Rijnsberk zweeg en zette de koppige fluit weer aan de lippen, ook nu kwam er geen ant woord. Ergens in het oerwoud van Suriname hing haar foto in de hut ten van het dorp Matta. Verder wilde het in het koninkrijk met de hulp aan de Indianen nog niet zo erg lukken. (Voor wie iets kan missen voor me vrouw Van Rijnsberk: postgiro 104100 tji.v. penningmeester W.LS., Stationstraat 17 in Amsterdam)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1973 | | pagina 11