Er lopen in ons land nogal wat moordenaars op vrije voeten ZATERDAG 6 OKTOB] Basje Bloemena gewikkeld in tafelkleed - Aan de hand van die cijfers - moeizaam bijeetigescraapt, mis schien niet honderd procent volle dig, maar toch een indicatie - ga Je dan al snel denken dat het de poli tie de laatste tijd aardig uit de hand loopt. Je voelt je niet hele maal lekker bij de gedachte dat er in dik drie en een half Jaar al bij na evenveel moordenaars (23 om 28). de benen hebben kunnen ne men als in vijfentwintig Jaar daar- Oorzaken daarvan liggen ogen schijnlijk voor de hand. Toenemen de criminaliteit bijvoorbeeld, het steeds grotere raffinement van de misdadiger, overbelasting voor het politiepersoneel, dat bij wijze van spreken met de wallen onder de ogen van de ene moordzaak naar de andere rent. Een heel gevaarlijke redenering, waarschuwt de recherche echter te recht. Ten eerste is nog helemaal niet bewezen dat het aantal onop geloste moorden onrustbarend stijgt. Daarvoor zou Je de periode van '45 tot '70 moeten vergelijken met een gelijk aantal Jaren, het tijdvak '70 tot '95 dus, en dan zou best eens Door Daan Overhoff kunnen blilken dat de moordenaars van Basje Bloemena, Cora Mantel, TJ ailing TJalkens en het echtpaar Tschin - om er maar eens een paar te nemen - allang achter de tra lies zitten. Ten tweede verzekeren insi ders, heeft nog niemand met cijfers kunnen aantonen dat er de laatste tijd inderdaad meer wordt gemoord dan roeger. „Een moord moet nog steeds worden onderscheiden van andere misdrijven", vindt commis saris A. H. W. W. van der Vegt. chef van de centrale recherche in Den Haag, „vermogensdelicten bij voorbeeld nemen sterk toe, maar een moord gaat de meeste mensen gelukkig nog steeds te ver". Ten derde valt het met die overbe lasting van' de politieman wel mee. „Een moord krijgt de aandacht, die ervoor nodig is", stelt commissaris Van der Vegt, „de mensen laten er ander werk gewoon voor liggen. Daarvoor is het misdrijf te ernstig". Commissaris J. A. Blaauw, hoofd van de Rotterdamse recherche dienst, is dat niet helemaal met zijn collega eens. „Er is een econo mische factor", zegt hij, „die de pe riode, waarin Je een bepaald aantal mensen aan een moordzaak kunt laten werken, limiteert. Dat zou het oplossen van die moord kunnen be lemmeren". Oorzaken van een ogenschijnlijk dalend oplossingspercentage zijn heel moeilijk te geven, vindt de re cherche. „Daarvoor zou Je het op sporingsonderzoek van elke moord moeten analyseren", redeneert com missaris Blaauw, „pas daarna kan misschien zeggen: kijk, da&r heeft het in die zaak en daar heeft het in die aan gelegen". Integratie Toch wijst commissaris Van der Vegt voorzichtig in de richting van de Europese integratie. „Door het wijd openstellen van de grenzen", ervaart hij. „heb Je steeds minder zicht op de vele buitenlanders, waaronder internationale misadi- gers, die ons land aandoen. Vaak komen ze alleen maar even om een Hondje Er lopen er in Nederland nogal wat rond, moordenaars op vrije voeten: Helemaal precies is dat niet na te gaan, omdat vooralsnog onopgeloste moorden vreemd genoeg nergens cen traal worden geadministreerd, maar zeker is in ieder geval dat vanaf 1970 tot vandaag drieëntwintig mensen een gewelddadige dood vonden zonder dat de politie erin slaagde de daders te grijpen. Drieëntwintig onopgeloste moorden in nog geen vier jaar. En dan te bedenken dat de politie in de vijfentwintig jaar daarvoor, dus van 1945 tot 1970, naar alle waarschijnlijkheid de boeien maar zesendertig keer niet kon sluiten. Acht moor den in die periode mogen bovendien als dubieus worden aan gemerkt. Zo vielen vier slachtoffers in de illegale naweeën van de oorlog en Hans van Z. mag, al kon dat niet worden bewezen, zeer waarschijnlijk voor nog eens vier moorden aansprakelijk worden gesteld. misdrijf te plegen. Dat is geen dis criminatie van de buitenlanders, maar gewoon het gevolg van de toenemende vermenging van de be volking". Veel verder komen de praktijkmen sen niet in het waarom van een onopgeloste moord. Daarvoor spelen in het spoor naar de dader begrip pen als „geluk" en „de gouden tip" een te grote rol. Een feit blijft ech ter dat sinds 1970 zeker drieëntwin tig moordenaars vrij rondlopen. Geen prettig idee. Of zoals zomaar een adjudant in Tilburg het zegt: „Je hebt er goed de smoor in dat je de maatschappij niet altijd tegen dergelijke figuren kunt bescher- Nederland kan inderdaad niet ge noeg de pest hebben in de gruwelij ke opsomming, die hieronder volgt: 5 februari 1970. Rinie Wielhese, een 12-jarig meisje uit het Gelderse Gaanderen, fietst door een gure winteravond naar haar huis aan de rand van een uitloper van de Slan- genburgse bossen. Nog diezelfde avond wordt zij bijna voor de voor deur gevonden, aangerand en ge wurgd. Twee verdachten worden aangehou den. Beiden bekennen aanvankelijk, maar de één moet na vijf maanden, de ander na een jaar als onschuldig worden vrijgelaten. Twee en een half jaar later wordt op vrijwel de zelfde plek een 12-jarig meisje uit Doetinchem op klaarlichte dag ver kracht. De dader weet opnieuw te ontkomen. De zaak heeft nog ieders aandacht, maar er werken geen mensen meer speciaal aan deze moord. 6 mei 1970, In de vroege morgen wordt in de Amsterdamse Gulden- handsteeg een man gevonden, ba dend in het bloed. Een serie mes steken heeft hij niet overleefd. Hij heeft geen papieren bij zich, waar door zijn identiteit moeilijk is vast te stellen. Vermoedelijk een beroof de Marokkaan of Tunesiër, naar schatting 40 jaar oud. De vier re chercheurs van de Amsterdamse re cherche informatiedienst springen graag in op nieuwe tips. 19 juli 1970. Als een hondje ze nuwachtig keffend tegen de voor deur van het huis van zijn bazin opspringt, wordt binnen de 75-jarige weduwe H. IJsselstein-Van der Vel de uit Leeuwarden gevonden. Zij ligt op de vloer van de woonkamer, en elektriciteitssnoer om de hals, een diep gat in haar voorhoofd. Ver moord. De weduwe, die bijaia nooit bezoek kreeg, stond bekend als een zonder ling met een klein kapitaaltje. Enig aanknopingspunt: de zwaar vervuil de gordijnen in het huis zijn ver vangen door nieuwe. „Het moet er eer beetje netjes uitzien, want ik krijg bezoek", moet zij de buren kort voor haar dood hebben toever trouwd. De Leeuwardense politie blijft attent, maar er wordt niet dagelijks meer naar de onbekende gast uitgekeken. 22 december 1970. Woedende ta xichauffeurs blokkeren tot twee keer toe het verkeer op de Rotterdamse Coolsingel uit rouwbeklag en protest tegen de dood van hun collega J. Dijkman (54). Kappie, zoals de bij zijn vrienden geliefde oude rot in het vak wordt genoemd, wordt rond drie uur 's morgens met ingeslagen schedel gevonden in zijn wagen op rfMi de Mathenesserdijk. Rond kwart over twee heeft hij nog contact met de centrale, daarna zwijgt Kappie voorgoed. Het motief voor de moord blijft een raadsel, want Dijksman heeft zijn geld nog bij zich. Arrestaties lopen op niets uit. Niemand bij de Rotter damse recherche houdt zich nog speciaal met de moord op de taxi chauffeur bezig. Tips worden van zelfsprekend nagetrokken. 1 Januari 1971. De 36-jarige Amerikaanse sergeant James Loc- kett Hosea loopt in de vroege mor gen met een collega en twee prosti- tuées door het centrum van Am sterdam. Een kogel van een onbe kende schutter doorboort plotseling zijn halsslagader. Zijn metgezellen hebben alleen een schot gehoord niets gezien. De groep ernstige delichten van de Am sterdamse politie gelooft in een on geluk met een van grote afstand afgevuurde, verdwaalde kogel. De recherche informatiedienst blijft paraat. 5 maart 1971. Aan de bar in ho tel „The silver dollar" in Amster dams warme buurt krijgt de 24-ja- rige Haagse Tine de Roos 's avonds een klap op haar kaak. Zij raakt bewusteloos en daarna wordt haar schedel met een barkruk ingeslagen. Tine, volgens de politie beslist geen prostituée, is met haar moordenaar alleen in het hotel. Twee Amerika nen zien haar het laatst, pratend met een jongeman met lang, zwart haar. De recherche informatiedienst wacht op nieuwe aanwijzingen. Diamantair 14 april 1971. In zijn flat in Am sterdams Buitenveldert wordt de 64-jarige diamantair Jacob Barber overhoop geschoten, terwijl zijn vrouw in de keuken bezig is. Twee buitenlanders, een jongeman en een vrouw, vluchten met een kwartmil joen aan juwelen en sieraden. Mevrouw Barber, vastgebonden, kan de buren pas veel later met geklop op de verwarmingsbuis alarmeren. Compositietekeningen leveren geen sporen op, alleen het vermoeden dat de vrouw ook wel een verklede man zou kunnen zijn geweest. De Am sterdamse recherche informatie dienst wil graag weer aan de slag. Cora Mantel verkracht en daarna gewurgd 21 juni 1971. De aantrekkelijke 15-jarige Cora Mantel uit Uithoorn gaat 's avonds dansen in Amster dam. Omstreeks half elf lift zij te rug naar Uithoorn waar zij de vol gende dag naakt in een sloot langs een zogeheten vrijerslaantje wordt gevonden. Verkracht en daarna ge wurgd. De man, die een paar weken na de moord in een anoniem telefoontje vertelt, dat hij Cora een lift heeft gegeven, wordt niet gevonden. Een adjudant van de districtsrecherche is nog dagelijks met de zaak Man tel bezig. 15000 gulden beloning voor de juiste tip. 8 juli 1971. Een schipper uit Bu- del vist uit het kanaal van Wessem naar Nederweert het lijk van de 18-jarige Thijs Probst uit Tegelen. Het lichaam is geboeid aan handen en voeten, om de hals hangt een ongeveer 27 kilo zware steen. De stamgasten uit een bar in Bel- feld, waar Thijs het laatst is gezien, kennen de man, waarmee hij na een wederzijds pilsje vertrekt, niet. De ouder Probst krijgen later een anoniem telefoontje, waarin het macabere gegorgel van iemand, die verdrinkt wordt nagebootst. De dis tricts-recherche rijkspolitie Roer mond werkt aan de zaak als er werk is. Ka naalm o orde naar Na de moord op Thijs Probst wordt een serie zogeheten kanaal- moorden uit de archieven opgediept. Enig verband tussen de moorden wordt nooit bewezen, maar ook nooit het tegendeel. Zo intrigeren nog: 2 februari 1971. Bij Elsloo in Zuid-Limburg wordt in het Julia- na-kanaal het lijk van een ernstig verminkte man gevonden. Hij is totnpgtoe niet geïndentificeerd. 19 april 1971. In het water van hetzelfde kanaal, maar nu onder Echt, drijft het lijk van Wilfried Bennett (15) uit het Westduitse grensplaatsje Bingelen. Zijn handen zijn op zijn rug gebonden. In hetzelfde jaar wordt de Belgi sche politie geconfronteerdmet het levenloze lichaam van de Pool Ri chard Apiecionek (18), opgevist uit het Albertkanaal bij Diepenbeek, en een dode man in zwembroek, nog niet geïdentificeerd, drijvend in de Zuidwillemsvaart bij Rothem. De districtsrecherche Roermond ge looft daarnaast niet in de geweld dadige dood van de 18-jarige Leo Voesten uit het Noordlimburgse Broekhuizenvorst, die op 30 augus tus 1971 uit de Maas wordt gevist. Hij is na een feestje met zijn mo tor hard tegen een paal gereden en aan de hand daarvan wordt zijn ernstig hoofdletsel uitgelegd. Terug naar de misdaden buiten de „kanaalsfeer": 4 augustus 1971. De blonde Basje Bloémena (8) uit Amsterdam wil met een vriendje gaan spelen. Hij zal zich alleen moeten amuseren, want het jochie is met zijn ouders op vakantie. Basje komt niet meer thuis. Twee dagen later wordt zijn lijkje, gewikkeld in een tafelkleed, gevonden onder een heg van en recreatiepark in Wilnis. Hij is ge wurgd nadat de moordenaar zich aan het baasje heeft vergrepen. Twee anonieme „spijtbrieven" leiden niet naar de dader. Een kopie van het kleed hangt nog steeds in vrij wel alle postkantoren, politiebu reaus en gemeentehuizen in Neder land. De groothandelaar in de stof is achterhaald, de opkoper nooit. Eén man van de districtsrecherche rijkspolitie De Bilt werkt nog dage lijks aan de zaak Bloemena. Hij wil het liefst dat hij om assistentie moet vragen. 2000 gulden beloning voor de juiste tip. Kaartavond 8 oktober 1971. Na een kaartwed- strijd van de voetbalvereniging Tel star wandelt de 41-jarige Maria Ge- rarda Schilder-Huiberts, moeder van drie kinderen, naar het pension in Velsen, waar zij sinds haar scheiding woont. In een donker steegje wordt zij aangerand en zo hard met het hoofd tegen de muur geslagen, dat ze korte tijd later overlijdt. Op de kaartavond heeft zij nog ruzie ge had met een onbekende, die ze Gerrit noemde, maar Gerrit wordt nooit gevonden. De politie in Velsen zoekt, sinds een geval van zware mishandeling kort geleden, weer hard naar de dader. 23 oktober 1971. In een grintgat bij een Jachthaven in het Limburg se Kessel ligt het met kogels door zeefde lijk van de 20-jarige Haagse onderwereldfiguur Theo (Tom) Keereweer. Anderhalve maand eer der is hij ontsnapt uit de Scheve- ningse jeugdgevangenis De Sprang waar hij in voor-arrest zat op ver denking van diefstal met geweld. Wie Keereweer heeft geëxecuteerd, en waarom wordt niet duidelijk. Wel wordt de 41-jarige Hagenaar F. J. S. gearresteerd. Hij is de avond voor de moord met Tom gesigna leerd in Den Haag en zij zijn waarschijnlijk samen naar Limburg gereden. S. moet wegens gebrek aan bewijs echter na vijf maanden voorarrest worden vrijgelaten. De districtsrecherche rijkspolite Roer mond blijft desondanks geloven dat hij de dader is. Zij gaat dan ook pas weer aan het werk als van Tom anders kan wordt legd. 15 december 1971. Er zij gen van een vechtpartij Charloise Hoofd, waarbij de ge Hendrik van Tricht de1 wordt ingehakt. De Roti politie vist hem korte tijd vensloos uit het water van we Maas. De dader blijft s; Nieuwe tips worden vanzelf: onderzoöht. G 2 februari 1972. Na vondje bij een vriendin 39-jarige gezinsverzorgster Maria Egberts uit Tilburg vrijwel onbewoond indust: aan de rand van de stad tachtige wijze gegrepi vermoord. Dr. Zeldenrust constateert herkenbaar verminkt ingeslagen schedel, gekneus den, een gebroken ar fractuur, een gescheurde een beschadigde milt. vlucht met een auto in de nacht. Twee tot drie recto puzzelen nog dagelijks. 7 februari 1972. Het blom Je Anita Posthuis (12) uit R< wordt op weg naar school en later vermoord. Pas na ken martelende onzekerhel het lichaampje van Anita in een plas bij Zestienhovi weken eerder is op die plet pocketboek, dat Anita bij gevonden. 10000 gulden juiste tip. Zenuwarts 22 juli 1972. Dochter Va belt vanuit Groningen haar een 84-jarige zenuwarts phen. Hij neemt niet op. ook niet, want hij zit, ov< bloed, levensloos in de zijn werkkamer. Vermoord puntig voorwerp. Na t„. tikel in de plaatselijke kran vier man van de Zutphe meentepolitie intensief der. 12 december 1972. De barexploitant Tjalling Tjalk verwoed gokker met grote a wordt vermoord in zijn eij blissement de Gildekelder. chaam verdwijnt in ee: wezige put en wordt pa later gevonden. Een vrij nauwkeurig van twee mannen, die het hangslot voor de put heb kocht, is bekend. Twee rech van de gemeentepolitie die aan Tjalkens nog een hebben, hopen de vermoede! ders in Amsterdamse gokfcr vinden. De moorden van dit jaar f vers in het geheugen: 29 januari 1973. Drie schieten de 37-jarige Suria H. S. Loswijk dood in Am Hij handelde in nep-hasj. 19 april 1973. Met messc in hun woning aan de Haai van Meerdervoort op gr wijze het echtpaar Tschin, met Hollandse vrouw, Eigen initiatief van de'fam tot de mishandeling van schuldige Hagenaar Jacqui Twee Haagse rechercheurs, gelijks werkend aan de wachten op de Juiste tip, gulden opbrengt. 26 juni 1973. De alleen boer Pieter Plessius (82) drecht wordt met een schedel ingeslagen. Viif man recherchegroep De Bilt houi nog dagelijks met het 24 juli 1973. Familieleden langs de Noordervaart weert het lijk van hun mo 58-jarige weduwe J. Boinbeek. Van achteren is b kogel door het hart gejaag rechercheurs van de staan elke dag weer vt sel. Drieëntwintig onongelostó den en de tijd verstrijkt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1973 | | pagina 14