BLOEDBAD ONDER
DE BRAZILIAANSE
INDIANENSTAMMEN
Arx„r
rss
Een indianendorp in het onmetelijke Braziliaanse oerwoud. Koken, slapen, het gebeurt alle-
il in de open lucht. De huisvrouw behoeft zich niet bezorgd te maken over vlekken op haar
öe Krenakore-indianen. Ontdekt door de gebroeders Vilasboas. En spoedig door anderen. Met
en boog bereiken zij weinig tegen de Westerse „beschaving-brengers".
Enkele maanden geleden brak de veer bij de gebroeders Claudio en Orlando Vilasboas.
Na dertig jaren van amper leven in het bloedende hart van Brazilië, vol liefde en mede
dogen voor de oorspronkelijke bevolking, lieten Claudia en Orlando de Indianen over aan
hun zekere lot. „We legden dit werk neer in de overtuiging, dat we elke keer als we con
tact maken met een andere stam bijdragen aan de vernietiging van wat puur is in de
mensen". Misschien was de laatste vriendschap van de twee inspiratie voor hun wereld-
opschrikkende besluit: na zo veel jaren hadden de gebroeders Vilasboas eindelijk con
tact gekregen met de legendarische Krenakore-indianen. Een volk van grote mannen en
vrouwen, een legende, een uitzondering in het genadeloos uitgemoorde Brazilië. Mis
schien, dat zij, de broers, niet als boodschap wilden fungeren voor wat na een ontdek
king" altijd ging gebeuren; uitroeiing!
Claudio en Orlando Vilasboas van
het Xingu-reservaat diep wegge
stopt in de broeierige poel Brazilië,
weten als weinig anderen, dat het
leven van de tientallen stammen
amper te rekken is. Wie zich ook
maar eniger mate verdiept in de
zich voortslepende geschiedenis van
het walmend-rijke, oh zo arme.
Brazilië, hoeft zich niet te verbazen
over het boek „Bloedbad der India
nen" (Le Massacre des Indiens")
van de Franse journalist Lucien
Bodard. Dat in vele landen als een
vloed over de toonbanken gaat,
vooral omdat er een piek in de be
langstelling voor indianen bestaat.
Biet ligt erg voor de hand vergelij
kingen te trekken tussen de golf
van literatuur en lectuur over de
Noordamerikaanse indianen en het
Bloedbad in Brazilië waarin onder
anderen de gebroeders Vilasboas
vertellers zijn.
Laat ik volstaan met te zeggen, dat
wie van Wounded Knee, Black Elk
en al die andere boeken misselijk
wordt van al het onrecht, bij het
lezen van verhalen over de Zuid-
amerikaanse indianen moet kotsen.
Het is onvoorstelbaar.
Wat er in deze tijd met medeweten,
in het volle bewustzijn van de ge
hele wereld gebeurt in Brazilië, is
onvoorstelbaar.
En ik weet, dat ik platgereden pa
den bewandel, als ik zeg dat er pa
ralellen zijn te vinden tussen de
genocide van de Joden en de volke
ren-moord op de Braziliaanse oor-
spronkelijken. In beide gevallen
stompt de verontwaardiging, het af
grijzen en de aangedaanheid af
door de immense aantallen, de
grondigheid, waarmee het gebeurde
en gebeurt en het ongeloof, waar
mee de wereld deze waanzin tege-
moettrad en treedt.
Vaak dringt de lijdensweg van èèn
familie, van èèn stam dieper in het
geheugen, dan het lot van een heel
volk.
Hoogmoedig
Naast de handtekeningenacties, de
kille cultuur- en godsdienstversprei-
ders van Noordamerikaanse bodem,
naast de protesten tegen vliegtuig
leveranties aan Brazilië (onidat zij
zouden worden gebruikt tegen de
indianen) en de onderzoekingen van
journalisten en bijvoorbeeld Rode
Kruis, staat de hoogmoedige afwij
zendheid van Brazilië het "interne
probleem" en de keiharde leugen.
April '70, de Braziliaanse minister
van Binnenlandse zaken, generaal
Cavalcanti naar aanleiding van een
Rode Kruis-onderzoek: „Dit onder
zoek zal de laatste twijfel over de
lasterlijke beschuldigingen van mas
sale slachtingen onder de Brazi
liaanse Indianen voorgoed doen
verdwijnen".
In dezelfde maand werd een ander
nieuws wereldomspannend: voor het
eerst in de geschiedenis van het
grootste land in Zuid-Amerika wer
den vijf mensen aangehouden op
verdenking van moord op negen le
den van de Atroari-stam. Strafrech
terlijk optreden tegen Indianen-do-
ders!.
Ongehoord!
Lucien Bodard heeft in zijn „Bloed
bad der Indianen" nog eens het
verhaal gedaan van de Cintas Lar-
gas. Het restant, pover en uitgeput,
was nauwelijks een afspiegeling van
de trotse stam van kannibalen-krij
gers in de Mato Crosse. Dat restant
leefde in betrekkelijke vrede totdat
men lei vond, een dure en zeldzame
houtsoort.
Geteisterd
De Cintas Largas nabij de Juruena-
rivier waren toen al geteisterd door
de duivelse uithalen van onder an
deren Fransico de Britto, hoofdop
zichter van een rubbermaatschappij.
Met pistool en tweemeter lange
zweep doodde hij ontelbare India
nen. Maar het was niet genoeg. Een
van zijn mannen Chico Luis zou
het karwei afmaken.
Eerst verscheen boven de Cintas
Largas-nederzetting een Cessna-
vliegtuigje. De Indianen stonden op
een kluit. Het jaarlijkse Quarup-
feest werd gevierd. Uit de Cessna
vielen suikerklontjes, brokjes gerust
stelling. Toen de Italiaans-Japanse
piloot ten tweede male boven de in
dianen cirkelde stond het einde
Een foto, die in diverse Braziliaanse kranten is gepubliceerd,
toont wat er met een indianenvrouw gebeurde, die in handen
van beroeps indianenjagers gevallen was. Opgehangen aan
haar voeten en met een bijl doormidden gehakt. Dit is waar
schijnlijk een montage-foto, gemaakt voor propaganda-doel-
einden.
vast. Het regende staven dynamiet
en in een monsterlijke vlam doofde
de toekomst van een stam.
Bijna.
Er waren toch nog overlevenden.
Buit voor Chico Luis. Hij trok met
een troep van uitgelezen beroeps
moordenaars het donkere land in.
Zestig dagen lang dreven deze kil
lers de onteerde „stam" voor zich
uit. Totdat ze twintig volkomen uit
geputte Cintas Largas hadden om
singeld. Vrouwen, kinderen, man
nen: verkrachting, moord.
Later in de middag ruimden de
chicanadores een tweede groep op.
Wellust en dood. De vrouwen bleven
het langst leven. De mannen wer
den vóór de verkrachtingen afge
maakt.
„Medelijden"
Een van de moordenaars toonde
zoiets als medelijden hij schoot een
vrouw door het hoofd, die tijdens
het verkrachten werd gewurgd.
Op zoek naar nog meer restanten
van de stam trof de wilde bende
een oude vrouw aan in het oer
woud.
De woede trof haar, ze werd aan
haar voeten opgehangen en in
tweëen gekapt.
Een van de chacinadores maakte
een foto, die in vele kranten kwam
te staan. De financier van de beest
achtige Jacht, een zekere Junquei-
ra, weigerde Chico en zijn volgelin
gen te betalen voor de uitroeiing.
De foto had de gewenste stilte
doorbroken.
Want wat al eeuwenlang gaande is
in Brazilië wordt met stilte omge
ven.
Door
Thom Olink
zich weer over de steden. De india
nen waren al verdwenen.
Het rijke Brazilië, altijd weer vond
men in een op haar bodem rijkdom
en rechtvaardiging voor het neers
laan van de echte bewoners.
Uranium, diamant, hout. rubber,
land, veel land, goud, altijd wel
iets.
Er zijn nu goed-georganiseerde
Amerikaanse maatschappijen, die
zonder inmenging de taak van de
woeste zwervers, de grootgrondbezit
ters, de corrupte ambtenaren, de
dolgedraaide zendelingen en wezen
loze namaak-antropologen hebben
overgenomen. Ze zorgen ervoor dat
in Brazilië, Bolivia, Equador, en Pa-
raquay Indianen niet lastig zijn. Op
het moment, dat de geigertellers of
inventaristen zich roeren, tekent
zich het einde af van stammen.
Altijd is er wel iets.
Soms maar een weg. Tussen 1950 en
1968 stierven 30.000 Pacaas Novas,
tot er 400 over waren.
Vanwege de weg, die de toenmalige
president Kubitschek zich wenste.
De strafexpeditie, die op 16 juni
1948 uit het platvloerse Porto Velho
vertrok, om het bestaan van de Bo-
cas Negras door te strepen. De Bo-
cas Negras, luttele decennia oud
voor de buitenwereld, kannibalen,
zoals zoveel stammen, uit geloof.
De expeditie voerde alles met zich
mee. van tommy-guns, tot vitami
ne-tabletten, van verkenningsvlieg
tuigen en enkele Bocas Negras. die
grieperig en verkouden waren. Deze
gevangenen spaarden de kogels uit.
Griep
Het verstrekken van suiker met ar
senicum, het verstrekken van be
smette kleding en dekens, het inen
ten met pokken kon niet worden
gehoord. Het geratel van de mi
trailleurs, het ontploffen van bom
men. het loeiende geweld van na
palm evenmin. Het oerwoud, de af
stand. en het stilzwijgen verstikte
de schreeuw van honderdduizenden
Indianen.
De Caxarabis, Macuraps, Apiacas.
Ramas-ramas. Urumis de Toras zijn
slechts luttele namen op de lange
lijst van geheel verdwenen stam
men.
Aan de oevers van de Rio das Mor-
tes oh naam wordt op dit
moment nog gedood, gemoord.
Misschien dat het op grote schaal
is begonnen, toen de wereld om ca-
huchu begon te vragen. Rubber.
Toen al waren er kustgebieden ont
daan van de Indianen, en met de
krankzinnige rijkdom en diepste ar
moede, het ontstaan van een leger
serinqueiros (rubbertappers) moes
ten meer, steeds meer indianen wij
ken.
De serinqueiros, halfbloeden, de bij
na- Indianen, de wrede zoekers
naar cahuchuc, het hout dat huilde.
Verantwoordelijk voor een bloedbad
zonder einde; de beulen van Ama
zonia.
Nauwelijks
Het is nauwelijks te becijferen hoe
veel Indianen, en halfbloeden stier
ven, In duizenden niet te tellen.
Miljonairs, biljonairs; de wereld van
uitersten. Ze stortte in, de VS ont
dekte het kunstmatig rubber. Be-
lem, Manaos, het oerwoud stulpte
Vrijwel de complete i
zenden mannen en 1
bouwers, kwam in
griep. Binnen hun fri
gen de lijken over e
den vluchten ziek
uit. Mitrailleurs
werk. Men schat, dal
ettelijke duizenden
bleven op deze aarde
Natuurlijk is het ver)
bloedige verdiepingen
berichten over goe
heel lang hebben m
leen doorgehad wat
werd en wordt
ook hun stem verh
De naam, die ooi
„Bloedbad der IndiE
voorkomt is die var
don.
Deze half-bloed ine
maarschalk, die gr
zijn land, de Mato 1
de. Die zei: „Geen
wordt gedood. Of er i
pijlen wordt geschote
niet toe. Wij doden n
De ontdekkingsreizige
van een Brazilië, da
woonde en onder invloed van Au-
guste Comte tijden van verlichting
doormaakte.
Die in 1958 tussen de Indianen
stierf, de SPI oprichtte. Service de
la Protection des Indiens. Een insti
tuut, dat als zo vele andere uitein
delijk in de klauwen van corruptie
terechtkwam en zich in de laatste
tientallen jaren tegen de Indianen
keerde. Ondanks alle goedwillend
heid. die begon bij de grote geest
Rondon.
Hebzucht
Er zijn de priesters, de missionaris
sen en zendelingen. Ook zij hielpen
mee, al was het vaak niet uit
kwaadwilligheid dat de bevolking
moest bukken.
Pacificering.
Verlies van identiteit. Ongelukkige
mensen. De Amerikaanse „zendelin
gen", „airconditioned nightmares"
voor de Indianen. Herauten van een
westerse beschaving, die niets be
greep van de mens, die thuishoorde
in het onafzienbare Brazilië.
Misschien zijn er nog 80 tot 100.000
Indianen, die in hun zwaar ge
schonden element leven. Er zijn nog
stammen zoals de legendarische
Krenakore's, die tot nu toe geslaagd
zijn in hun vlucht voor de hebberi
ge beschaving. Want hebzucht is al
tijd het motief geweest.
Darci Ribeiro, de vooraanstaande
kenner van de Braziliaanse
stammen, heeft een verschrikkelijke
profetie geuit. Op grond van de ge
gevens uit de laatste vijftig Jaar.
verwacht hy dat de laatste Indiaan
over tien Jaar zal zijn verdwenen.
Waarmee de Jacht zal zijn gesloten.
Een gigantisch groot land. Ontvolkt.
Brazilia staat dan nog overeind. Als
een krankzinnig symbool.
Onder meer:
„Bloedbad der Indianen" van Lu
cien Bodard. Uitgeverij Hollandia,
Baarn, Geb. 22,50 gulden en berich
ten van Norman Lewis.