Bevolking daalt
na Keerpunt '86
machteloos"
"Ondanks de
democratie
is kiezer
in feite
Prof. Lipschits wil partijwezen bestuderen
Heeft u al
een NS-gezinskaart?
Aderen Moeder
betalen-de kinderen
gratis mee!
Socioloog contra CBS-prognose
In het Jaar 2000 zal het aan
tal inwoners van Nederland
waarschijnlijk gelijk zijn aan of
lager dan het huidige aantal van
13.5 miljoen.
Tot deze conclusie komt dr. A.
Weiland van het Sociologisch
Instituut van de Leidse universi
teit in het hierna volgende ar
tikel, op grond van een andere
berekeningswijze dan tot nu toe
door het CBS werd, gevolgd. Hij
heeft daarbij rekening gehouden
met een aantal factoren, die
vooral in de komende Jaren een
dalend effect op de bevol
kingsgroei zullen gaan uitoefe-
GRONINGEN Eén dezer dagen zal
de beslissing moeten vallen over de
subsidie-aanvraag van professor dr.
I. Lipschits. Door die subsidie zal
hij in staat moeten worden gesteld
de ontwikkeling van het Nederlands
partijwezen sedert 1945 te bestude
ren. Een gebied, dat zeker wat de
geschiedschrijving betreft, nog vol
komen braak ligt.
Lipschits, die in Groningen hoogle
raar is in de contemporaine ge
schiedenis, zegt over dit onderwerp,
dat hij met een klein team wil
gaan uitdiepen: „Gegevens van en
over politieke partijen zijn in veel
gevallen wel beschikbaar, maar ver
spreid over talloze personen en in
stellingen. We staan aan het begin
van een nieuwe ontwikkeling binnen
het partijwezen en het zou erg goed
zijn om daar het meest recente
verleden by te betrekken".
Een van de punten die hem in
hoge mate daarbij interesseert, is
de democratie binnen de partijen.
Vragen als: „Wat heeft de kiezer
nou eigenlijk te vertellen? Hoe wor
den de kandidaatlijsten voor ae
Tweede Kamer samengesteld en
vooral wie heeft daar de laatste
en beslissende stem in?" Kortom,
waar liggen binnen de partijen de
machtscentra?
Ondanks onze hele democratie is de
kiezer in feite machteloos.
„Circa 7 miljoen Nederlanders mo
gen naar de stembus. Ze krijgen
dan een lijst met 500 namen voor
geschoteld die voorgedrukt is, ter
wijl er in feite ongeveer 5 miljoen
kiezers in de Kamer zitting mogen
hebben. Iemand of iets moet die 500
namen hebben geselecteerd. Dat
vindt plaats zonder inspraak. En nu
kunnen de politieke partijen wel
zeggen, wordt dan lid, want dan
krijg Je wél inspraak, maar wat
stelt dat medezeggenschap vóór? in
1965 heb ik de zes grootste politieke
partijen doorgeOicht op dit punt.
Nu, er bestaan prachtige systemen
voor, zoals bijvoorbeeld bij de ARP.
Wél staat er dan in de statuten dat
in gevallen van bijzonder belang
mag worden afgeweken van de ge
kozen lijstvolgorde. Het geldt overi
gens voor alle zes de partijen. Er
werkt er geen één democratisch.
Verder zitten ze nog vastgebakken
bij de samenstelling van de lijsten
aan de bekwaamheid en de regio's".
Professor Lipschits vindt overigens
dat er veel te veel experts in de
Tweede Kamer zitten. Hetzelfde be
zwaar heeft hij tegen vakministers.
„Ambtenaren mogen expert zijn. De
politicus moet de alternatieven van
de expert krijgen. Een té grote des
kundigheid op één bepaald gebied,
kan leiden tot vakblindheid. Het
overwegingselement bij een beslis
sing wordt hierdoor weggenomen.
Het is Jammer dat er in de Tweede
Kamer zo veel experts en zo weinig
generalisten zitten", vindt hij. „Ge
neralisten zijn van alle markten
thuis en zijn beter in staat om een
aantal sub-belangen tegen elkaar af
te wegen om tot de best mogelijke
beslissing te komen. Het algemeen
belang bestaat namelijk niet. De
expert klampt zich echter vast aan
een sub-belang. Een generalist moet
erboven staan. Zijn eindbeslissing
hóeft niet louter rationeel te zijn;
er mogen gerust emoties aan te pas
komen. Tenslotte is politiek een
kunst".
Vindt hij niet dat de Nederlander
doorgaans bar weinig belangstelling
heeft voor de politiek?
„Ja, wat wil Je. De politieke verga
deringen zijn stomvervelend en tot
1966 is praktisch alles gedaan om
de burger bulten het politieke spel
te houden. De belangstelling zal nu
moeten worden gekweekt en ddér
voordelig uit met NS
dat de vakbeweging voor de eerste
keer daardoor gedwongen werd
politiek partij te kiezen. Zij
moest zich wel uitspreken tegen de
VVD. Maar de toename van de po
larisatie ligt primair in het wegsmel
ten van de confessionele party -
en, die tot 1967 met hun absolute
meerderheid in de Kamer de pola
risatie permanent hebben versluierd.
De confessionele partijen hebben
een verwarrende invloed gehad op
de economische gebondenheid en de
economische vrijheid. Zo moet de
ARP bijvoorbeeld nu kiezen tussen
Biesheuvel en Aantjes. Zolang zij
de Kamermeerderheid hadden, hiel
den ze de vrije keus met wie ze
wilden regeren. Nu hebben ze het
echter niet meer te bepalen. In fei
te hebben de confessionele partijen
geen functie meer. Toen ze ontston
den waren er belangen te beharti
gen; de achtergebleven positie van
de katholieken in Limburg en het
protestants-christelijk onderwijs.
Toen hadden ze een taak, maar nu
niet meer. Toch heeft de PvdA in
1946 volkomen vergeefs getracht een
wig binnen de confessionele partijen
te drijven met hun poging door-
braakparty te zyn, waarby de ver
binding geloof en politiek werd ont
kend. Men was er nog niet rijp
voor. Pas de laatste tien Jaar werd
het een succes".
Professor Lipschits gelooft niet dat
de confessionele partijen geheel zul
len verdwijnen.
De meest ideale werksituatie voor
de Kamerleden vindt hij de wijze
waarop de Amerikaanse afgevaar
digden werken. Ieder heeft daar de
beschikking over een team van
minstens tien deskundigen zodat
een Kamerlid niet wordt gedwongen
om in min of meerdere mate expert
te zijn.
„In feite is het hier een viciei1
cirkel die nodig doorbroken m
worden. In de Kamer is het
experts gegroeid om op te kun]
boksen tegen de ambtenaren. H
is in feite de situatie ontstaan
een parlementariër voortdure
achter de feiten aanloopt,
hem zelfs de tijd ontbreeks i
stukken te lezen. Zo komt men
ook toe om bij stemmingen het
vies van de partij expert dan n
te volgen. Ik mis teveel de mens
die alles gehoord hebbende
achterover gaan zitten en een o(
deel vellen vanuit hun visie
maatschappijbeeld. En dat mag
emotioneel zijn. De wetenscl
heeft vaak gelijk, maar politiek
geen wetenschap; het is een kun*
Als voorbeelden geeft hij:
schien hebben wij op zeker
wetenschappelijk gezien x-proc
werkloosheid nodig om de econoi
te steunen. Een staatsman ra
dan toch ook overwegen wat
geestelijke gevolgen zijn van
werkloosheid en of het wel vera t
woord is ten opzichte
sen. Misschien zouden we op rat
nele gronden veel meer wegen m(
ten hebben, maar emotioneel blil
de verdediging van het behoud 1
het natuurschoon".
Over ministers zegt hij. „Ik ben
gen vakministers; al geef ik onri j
dellijk toe dat je op sommige
partementen over enige erva
moet beschikken. Bijvoorbeeld
justitie .Als minister heb je men 1
nodig die tegen hun ambtenaren
kunnen. Men moet niet verge
dat hij als lid van de minister^
over alle problematiek mee besl1
Laten de secretarissen-genei
maar expert zijn. De bew
moet zelfstandig een eindconcli
kunnen trekken".
Toch dik het overwegen waard.
Zo'n kaart kost maar f 50.-.
Daar krijgt u een héél jaar voordeel
voor. Plus één dag gratis reizen voor
't gezin.
Haal de folder aan 't loket.
het particulier initiatief.
De liberaal zal nu eerst overtuigd
moeten worden van het nut van
overheidsingrijpen op een bepaald
gebied; terwijl de socialist niets te
gen persoonlijk initiatief heeft mits
het de gemeenschap maar niet
raakt".
Hij voorspelt dat de polarisatie
voorlopig alleen nog maar sterker
zal worden. „De tegenstellingen zyn
door Wiegel echter zo aangescherpt
Het Centraal Bureau voor de Statistiek geeft jaarlijks prognoses over het te ver
wachten aantal Nederlanders in het befaamde jaar 2000. Als basis voor die voorspel
lingen neemt het CBS o.a. de netto-bevolkingstoename van het afgelopen jaar: het ver
schil tussen sterfte en geboorte, ook wel genoemd het geboorte-overschot.
Deze werkwijze heeft geleid tot voorspellingen, die achteraf steeds te hoog bleken.
Jarenlang zijn bestuurders tot op het hoogste regeringsniveau bij hun beleidsvoorberei
ding m.b.t. woningbouw, wegenaanleg etc. uitgegaan van de CBS-prognose 1965, die
een bevolking van 20 miljoen aangaf voor 2000. In 1969 werd dit cijfer gecorrigeerd
tot 18 miljoen, in 1971 tot 17,1 miljoen en onlangs, in mei 1973, berichtte onze na
tionale bevolkingswaarzegger dat over 27 jaar niet meer dan 15 a 15,5 miljoen mensen
in ons land zullen leven.
Wat is de oorzaak van zulke grote
en herhaalde vergissingen? Voorspel
len is altijd een hachelijke zaak.
waarbij fouten onvermijdelijk zijn.
Maar de orde van grootte der ge
maakte fouten doet de vraag rijzen,
of niet een beter systeem van voor
spellen kan worden gevonden.
Ik dacht van wel.
Inplaats van de cijfers van de laat
ste twee Jaren te extrapoleren, kan
men mi. beter de trendontwikkeling
op lange termijn analyseren en die
naar de toekomst doortrekken.
Wat ik wil doen is simpel gezegd
de reeks geboorten-per-duizend van
20. 19, 18, 17NIET voort te zetten
met: 17, 17, 17 zoals het CBS
doet maar met: 16, 15, 14 enz.
wordt niet alleen door wisselende
economische situaties bepaald, maar
vooral door factoren, die op zeer lan
ge termijn werken, zoals sociologisch
psychologische, religieuze en tradi
tionele. Bij het geven van een voor
spelling dient men daarom een lan
gere periode als uitgangspunt te kie
zen, van tenminste tien Jaren.
Emigratie en immigratie blijven
buiten beschouwing; de tabel gaat
over de netto-bevoltoingsgroei door
geboorte en sterfte.
Deze netto-groei bedroeg in:
1964 157.477, 1965 147,190, 1966 139.095,
1976 138.886, 1968 132.123, 1969 13.973,
1970 129.293, 1971 116.937. 1972 100.856,
1973 88.800.
Het laatste cijfer is een schatting
gebaseerd op de ontwikkeling in de
eerste maanden van dit Jaar. Wan
neer de gemiddelde daling van de
jaarlijkse groei. n.l. 6768 (rekent U
maar na) wordt voortgezet in de ko
mende jaren, groeit de bevolking tot
en met 1985 met in totaal 538.690 per
sonen. In 1986 is de groei nog slechts
minimaal nl. 930 (keerpunt *86) en
het jaar daarop daalt de bevolking
met 5836. In 1988 met 12.604, in 1989
met 19.372 enz.
Het hoogtepunt van de bevolking
ligt volgens deze berekening in 1988.
Het aantal Nederlanders zal dan be
dragen: 13.379.052 plus 88 800 plus
doen de politieke partijen ontstel
lend weinig aan. Ik geloof dat de
NOS dan nog het meeste doet met
haar programma's „Den Haag
Vandaag" en „Interpellatie"; plus
natuurlijk de directe uitzending van
Kamerdebatten".
Professor Lipschits weigert te pra
ten over linkse en rechtse partijen
„myn studenten mogen dat ook
niet". „Er is teveel grijs tussen
ontstaan en de polen zijn naar el
kaar toegegroeid", zegt hij.
Toelichtend: „Het vroege liberalisme
van de 19de eeuw ging uit van het
bestaan van het algemeen belang.
Er moest niet van buiten af worden
ingegrepen in de economische situa
tie. Daar tegenover kwam Marx
met zijn eis van het volledige over
heidsingrijpen. Nü wijst geen enkele
liberaal nog elke vorm van over
heidsingrijpen af en geen Marxist
ontkent nog volledig het belang van
538.690 is ruim 14 millioen. Daarna
daalt de bevolking totdat omstreeks
1999 het aantal inwoners 13.470.000
zal bedragen. Dat is ongeveer het
huidige aantal.
Heel deze voorspelling is gegrond,
op de veronderstelling, dat de
vruchtbaarheid zal blijven dalen.
Zyn doorvoor aanwy zingen? Ik
meen, dat daarvoor een zeer groot
aantal aanwijzingen zijn, waardoor
zelfs het geschatte aantal van slechts
13,5 millioen Nederlanders in het
jaar 2000 wel eens aan de hoge kant
zou kunnen zijn.
Die aanwijzingen voor een voortdu
rende blijvende daling van het ge
boortecijfer zijn in volgorde van be
langrijkheid:
1. De toenemende vrees voor over
bevolking;
2. De toenemende milieuvervuiling
ondanks alle genomen of geplande
maatregelen.
3. Steeds meer mensen gaan stilte
en rust, en natuurschoon prefereren
bóven nog meer autowegen en flat
gebouwen. En dat kan alleen als er
minder mensen komen.
4. De weerstand in bepaalde krin
gen tegen het gebruik van voorbe
hoedsmiddelen en tegen toepassing
af.
5. Steeds meer gehuwde vroueen
vervullen een betrekking: zij stellen
een baby daarom langer uit of zelfs
af.
6. Over enkele jaren komt een 100%
betrouwbaar, eenvoudig en goed
koop anti-conceptiemiddel op de
markt: het orale prostaglandin.
Niet of nog niet bedoelde zwanger
schappen zullen daardoor voorgoed
tot het verleden behoren.
7. Onderwijs en voorlichting berei
ken reeds bredere lagen van de
jeugd: Marie wordt wijzer.
8. De conclusies uit het rapport van
de Club van Rome worden steeds
meer serieus genomen, vooral nu de
energiecrisis al zichtbaar is gewor
den. De voedselerisds nadert snel.
9. De ideologen van de groei-eco-
nomle beginnen te twijfelen: direk-
teuren van Shell, van de Nederland
se Bank e.a. spreken openlijk hun
bezorgdheid uit.
10. De twyfel aan het oude gezegde
"Hoe meer zielen.wordt groter.
Velen ontdekken, dat men in een
kleine gemeenschap van 5000 men
sen even gelukkig kan zijn als in een
sbad met 500.000.
11. De sociale norm verandert. Tot
voor kort werd het in sommige krin
gen als moreel bedenkelijk ervaren,
v/anneer Jonge echtparen bewust
kinderloos wilden blijven. Tegen
woordig bewondert men deze men
sen omdat zij de overlevingskansen
voor het mensdom helpen vergroten.
Al deze factoren zullen samenwer
ken en soms elkaar nog versterken
met als gevolg de doorgaande,
scherpe daling in geboorten.
Eén factor is nog niet genoemd, nl.
de statistische waarschijnlijkheid dat
in de komende 20 jaar een enorme
milieuramp zal plaats vinden: een
mammoet-tanker op onze kust, een
ontploffing by de petrochemische in
dustrie, een kernreactor die uit de
hand loopt. De paniekreactie kan 'n
dieptepunt in het aantal geboorten
veroorzaken voor één maal. maar
ook jarenlang blijven nawerken.
De overtuiging dat het beste wat wij
voor ons nageslacht kunnen doen, is:
het drastisch te beperken, verbreidt
zich sneller dan het CBS op grond
van cijfermateriaal kan voorspellen.
Ik hoop, dat gemeentebesturen en
andere instanties hiermee rekening
gaan houden. Zo niet, dan hebben wij
over 20 jaar duizenden leegstaande
flats terwijl de bevolking
naar rust, ruimte, bossen,
naar een leefbare aarde met
ne lucht, schoon water en
angsten voor ons en onze
Bronnen: CBS-publicatie
ningen omtrent toekomstige
CBS Maandstatistiek maart
idem S. J. van Driel en C.
zen "Prostaglandines, een
hoedmiddel achteraf" in Inter
diair 3 nov. 1972; Haagse Post
tra editie "De wereld moet
jan. 1972 (uitgave Bonaventura
dam)P. Ehrlich "De
explosie" Elsevier 1971.
Statistische Berichten aug. 1972
tikel van J. Varkevisser
tie bevolking".
kir
)mi