'Nieuwe cijfers
over hartziekten
zijn alarmerend'
Sr
in 1
Mijn voor
ouders
werkten en
woonden op
„Het Steen"
Minister Stuvt op Leids congres:
rs
LEIDEN „De nieuwste cijfers over de ontwikkeling van coronaire hartziekten in
ons land zijn alarmerend". Deze noodkreet heeft minister Stuyt vanmorgen geslaakt bij
de opening van het congres: „Wie krijgt een hartinfarct", dat vandaag in Leiden werd
gehouden.
De minister gaf de volgende cijfers: bij mannen boven de veertig jaar sterft bijna 30%
aan een hartinfarct, bij vrouwen boven de zestig jaar bijna een kwart. Dat betekent, dat
jaarlijks 15.000 mannen en 10.000 vrouwen aan een aandoening van de kransslagaderen
van het hart overlijden. Tussen de veertig en zestig jaar sterven zes keer zoveel mannen
als vrouwen aan een hartinfarct, wat betekent dat jaarlijks drieduizend betrekkelijk jon
ge gezinnen vaderloos achterblijven. Bijna tweederde van de sterfte aan hartinfarct
heeft buiten het ziekenhuis plaats, nog vóór een specialistische behandeling kon worden
toegepast".
8 en
eg 66,
IRONTEN Ergens midden
eindeloze poldervlakte van
..lijk Flevoland ligt de
ivohof", een recreatieproject
de gemeente Dronten, waar
jaar ongeveer 1 miljoen
ien komen. Gisteren werd
de expositie geopend die
ïn tlflndstaddagen" heet. Ook de
rt&jise vlag wapperde daar in
Flevohof. „De grote drie",
museum voor Oudheden, het
irmuseum en het museum
Volkenkunde hebben er op
jÉodiging van de Flevohof een
ingericht met waardevolle
itvoorwerpen die zolang uit
donkere beslotenheid van de
u zijn gehaald.
zowel in letterlijk
in figuurlijke zin. De di
van de VW in Leiden
„Wij vinden het fijn,
Leiden eindelijk eens naar
a treedt. De buitenwereld
weten dat we ook wel wat
iers hebben dan academici en
universiteit. Er komen jaar-
1 miljoen mensen naar de
enlrohof. Het is dus een uitste
lde'gelegenheid om deze men-
bekend te maken met wat
kn zoal te bieden heeft." De
tn van de musea hebben
dagen keihard ook
Jachts moeten werken om
üiltijd klaar te zijn met de in-
nja ïting van de stand. Het resul-
l is een foto-collage van Lei
met onder meer een drie bij
i meter grote luchtfoto, een
che-prikbord met o.a. de af-
1 expositie „Van
mstof tot oersteen" van de
die binnenkort op
Leidato te zien zal zijn. Ver
drie vitrines met de kunst-
V werpen uit de verschillende
sea, zoals een mummie van
i kat en een Romeinse helm.
1 werden er dia's getoond
1 M 80 dia's continu van mu-
instukken.
Ie expositie werd geopend
M. de Niet Gzn, voor-
xmiddAer van de Eerste Kamer. Mr.
het ftfNiet heeft eertijds het initia-
dat tot de tot-
ilsindkoming van Flevohof heeft
kid. Hij zei in zijn openings
onder meer het jammer te
ïn dat er nog niet gedacht
aan een ruimte waarin het
leven van de plattelander
ipedfrdt verklaard. Juist in ver
met het hoge a antal stede-
hfcen onder de bezoekers van
ïohof, die weinig begrijpen
m op het platte-
it aanbevelings-
ird zijn.
ntoonfjle bedoeling van de expo-
„Randstaddagen" is de
vlarls,roners van de stad bijvoor-
snijwai ild die van de Randstad
Ceyk ir het platteland te halen en
idaar te laten genieten van
onbedorven platteland,
tevohof is een nog jong
jaar recreatiecentrum,
is te zien aan de prille,
-Jichtige beplanting. Het is
==s tertijd opgericht met de be-
ling de bewoners van de ste
als gast te ontvangen op het
lEIDB" strekte platteland, waar nog
Hoende frisse lucht en ruimte
hen daar zowel recreatief
'educatief bezig te houden,
beld® Wandelen in Flevohof is een
uiterste in de andere
JHea. Van een ruimte waarin
CLm^^ beeldende wijze wordt uitge-
i hoe en waarom en wanneer
10-2160 ii aardappel is, naar een
®te waar tientallen zeugen,
"■gebonden in te kleine hok-
leeggezogen werden door
71 roze biggetjes, begeleid
a k teksten als: „Dit is zeug
ine. zy schonk op 21-2 het
aan 15 biggen",
de foto (van Jan Holvast)
de heren v. d. Straaten
«nkunde), van Mastrigt
tadheden) en Van Eijk (Leger-
lseum) en rechts de Leidse
"'-directeur Dekker in ge-
fek met de eerst-kamervoor-
,ter De Niet. Ze staan vóór de
öne met Leidse kunstschat-
urgera
Muidei
y voor
De 80-jarige Amsterdammer C. D. J. Biekart heeft
bijzondere herinneringen aan het Gravensteen in Lei
dien, Zijn grootvader van moederszijde was directeur van
deze gevangenis en zijn familie heeft er gewoond en ge
werkt. Hij denkt er aan met piëteit en liefde voor zijn
voorgeslacht. Uit bronnen van de universiteit het Gra
vensteen is nu instituut van de academie haalde hij
de geschiedenis van het pittoreske gebouw, die hij aan
vulde met familieherinneringen. Een gedeelte hiervan
leest u in onderstaand verhaal.
DE KUYPER EXPORT'
KLINKKLARE
JONGE JENEVER
met KWALITEITS
CERTIFICAAT
TIF lfFITQ
VAN DE FIJNPROEVER
Omstreeks het jaar 1000 stichtte
Dirk de Derde, Graaf van Hol'land,
Den Burcht te Leiden. Temidden
van een uitgestrekt moerasland
vormde Den Burcht een zeer sterk
steunpunt. Men neemt aan dat het
Gravensteen enige tijd na dit stra
tegische bolwerk is gebouwd. In
die tijd sprak men nog niet van
Gravensteen omdat het gebouw oor
spronkelijk van 'hout was opgetrok
ken, het was een versterkte hoeve,
die omgeven was door een gracht
en een omheining van palen. Het
vormde de hoofdresidentie van de
graven, die er liever verbleven dan
in de nabijgelegen grote, kille
Burcht. Met name heeft graaf Flo-
ris II zeer veel dn deze hoeve ver
bleven. Tegen het einde van de
twaalfde eeuw werd het bouwsel
tijdens twisten tussen de Kenne-
mers en de graven van Holland
verwoest. Daarna werd het ge
bouw geheel uit steen opgetrokken
en werd "Het Steen" genoemd. Wil
lem II en Floris V zouden er zijn
geboren en gedoopt in de Pieters
kerk (toen nog een kapel)
"Het Steen" ook wel Graven
hof genoemd was niet alleen de
residentie van de graaf, doch te
vens de gevangenis waar gijzelaars
werden vastgehouden. In later Ja
ren werden er ook misdadigers in
opgeborgen. De vonnissen van de
veroordeelden, als het halsmisdaden
betrof, werden ten uitvoer gelegd op
het "Scoonverdriet", ook wel het
"Groene Zoodje" genoemd, een gras
veldje op de binnenplaats. Van
hier leidde een brug naar 's Graven
Orijthof. Dit Crijthof was een om
heinde ruimte en behoorde ook tot
Het Steen, waar geschillen door
tweekamp werden beslist.
Leiden begon zijn belangrijkheid
als hoofdresidentie te verliezen toen
in 1266 het grafelijk hof naar de
nieuw gebouwde zetel "Die Haghe"
werd overgeplaatst. Tot het einde
van de 14de eeuw bleef Graven
steen echter als dependance van
het hof ingebruik. In de loop van
de 15de eeuw gaat men het gebouw
verwaarlozen. Philips de Goede (1396
—1467) heeft het gebouw, nadat
Leiden stadsrechten had verkregen,
geschonken aan de stad onder voor
waarde, dat Gravensteen als stede
lijke gevangenis zou dienen en de
baljuw van Rijnland er zijn mis
dadigers mocht onderbrengen. Als
stedelijke gevangenis heeft het ge
bouw in zijn oorspronkelijke vorm
meer dan een eeuw dienst gedaan.
Na de 16de eeuw moest men tot ver
groting overgaan. Onder een groot
deel van de Leidse bevolking heers
te toen een ontzettende armoede
met als gevolg toeneming der mis
dadigheid en als gevolg hiervan was
het Gravensteen geregeld vol. Ook
geestdrijvers werden "ter correctie"
opgesloten en getuchtigd, waarbij
martelingen aan de orde van de
dag waren.
Na het beleg en ontzet in 1574
brak voor Leiden een tijd van be
trekkelijke rust aan. De opvattin
gen over toepassing van het straf
recht werden wat milder: gevamge-
nisarbeid werd ingevoerd.
In de tweede helft van de 17 de
eeuw moest wederom tot uitbreiding
van het tuchthuis worden overge
gaan. In de loop van de tijd werden
de Vierschaar en Schepenkamer er
nog bijgebouwd.
Opgehangen
Tot ver in de 19de eeuw heeft
Gravensteen dienst gedaan als ge
vangenis en werd er recht gespro
ken. In 1853 werd hier een zekere
Janus van der. Blom, die een meis
je in de omgeving van Hoogmade
had vermoord, tot de strop veroor
deeld en op het Groene Zoodje op
gehangen.
Sinds het. eind van de vorige eeuw
heeft het Gravesnteen voor allerlei
doeleinden dienst gedaan; in 1914
1918 deed het dienst als soldatenge
vangenis.
In december 1955 werd het com
plexgebouwen na een zeer grondige
restauratie als Juridisch studiecen
trum toegevoegd aan de universi
teit.
De minister gaf ook nog aan, hoe
veel de coronaire hartziekten de eco
nomie kosten. Jaarlijks gaat, aan
ziektekosten, werkverzuim en ar-
beidsverlies. bijna één miljard ver
loren (een cijfer uit 1970, dat zal nu
nog ongeveer anderhalf keer zohoog
zijn)
"De wetenschap," aldus minister
Stuyt," heeft nog geen antwoord
kunnen geven op de vraag of de
ziekte tijdig te signaleren is, zodat
nog steeds het gevaar bestaat dat
een hartinfarct zich voordoet als een
donderslag bij heldere hemel. In de
eerste uren na de hartaanval sterft
een derde deel van de getroffenen.
De eerste ervaringen met bijzonde
re ambulances als "hartrenwagens"
om de patiënten op deskundige en
snelle wijze naar het ziekenhuis te
brengen, zijn helaas niet bemoedi
gend Ook de hartchirurgie is nog niet
in een stadium waar zij algemeen
toepassing kan vinden. Zij is voor dit
gebied nog in ontwikkeling en kan
slechts in sommige acute gevallen
met enige kans op succes worden
aangewend."
De minister had alleen goede er
varingen opgemerkt met de hartbe-
wakingseenheden, zoals die op het
ogenblik in de meeste grote Neder
landse ziekenhuizen zijn ingericht.
Deze eenheden kunnen het aantal
sterftegevallen binnen het ziekenhuis
halveren. Hij noemde de hoge ver-
pleegkosten in dergelijke afdelin
gen dan ook zeker gerechtvaardigd.
Maar de minister was van mening
dat er veel meer aandacht moet wor
den besteed aan de preventie en be
strijding van deze ziekte. Dat bete
kent, dat er moet worden gelet op
leefgewoonten die het gevaar van
hartziekten doen toenemen; rookge
woontes hoog cholesterol gehalte
hoge bloeddruk „vetzucht en suiker
ziekte. "een samen gaan van een
aantal van deze risico-factoren ver
hoogt de kans op een wel of niet do
delijk hartinfarct. Behalve allerlei
overheidsactiviteiten om de kansen
op een hartinfarct te beperken zul
len ook de mensen zelf moeten mee
werken. Ze kunnen dat doen door
hun leefgewoonten te veranderen,
zeker wanneer het gaat om roken,
overmatige en te vette voeding en te
minister Stuyt.
Tijdens het symposium, dat in het
den, spraken verschillende mensen
over aspecten uit het onderzoek
naar coronaire hartziekten. Het pro
gramma was overigens op zich al
vol genoeg om zeer ongezond van te
worden. Tussen tien uur en half zes
werden elf lezingen gehouden, vijf
gewone discussies en een forumdis
cussie.
De lezingen handelden over onder
zoeken die zijn gedaan onder groe
pen oudere, mannelijke werknemers
in bedrijven. De onderzoeken zijn
verricht door de Commissie Opspo
ring en Preventie Ischaemische Hart
ziekten. Die heeft tot doel methoden
tot het opsporen van een verhoogd
risico van hartinfarct te ontwikke
len en toe te passen.
Uit een onderzoek naar rookge
woonten bleek, dat in Nederland der
tig procent van de twaalfjarige Jon
gens al tot de rokers mag worden
gerekend, een percentage dat bij
twintigjarigen is gestegen tot zeven
tig procent. De meisjes doen daar
niet veel voor onder. De grootste ro
kers zijn mannen tussen de twintig
en de dertig (zeventig procent) en
de vrouwen tussen twintig en 35 Jaar
«zestig procent).
Met het stijgen der Jaren daalt ook
de neiging tot roken. Over het ver
band tussen roken en hartinfarct
konden de COPIH-onderzoekers nog
geen uitsluitsel geven. Wel bleek,
dat onder twee groepen van onder
zochten: mensen met hartinfarct en
mensen zonder hartinfarct, de hart-
infarctpatienten veel hogere percen
tage sigarettenrokers telt dan de ge
zonde groep. Dat geldt tenminste
latere leeftijd is dat verschil minder
groot.
Michiel de Hondft, mijn grootva
der van moederszijde, die op 26 april
1876 directeur werd, was een be
gaafd mens en misschien kwam het
juist daardoor, dat hij twaalf am
bachten en dertien ongelukken had.
Hij had allerlei functies, ook bui
tenlands, en zijn Leidse periode was
na Utrecht zijn tweede tijd als amb
tenaar bij <de gevangenissen.
Op het Gravensteen bestond het
gezin behalve de ouders uit de oud
ste zoon, een onderwijzer, twee
dochters van even in de 20 en een
zoon van 16 jaar.
Door opeenvolgende verlovingen
"engagementen" werd het in
het nieuwe tehuis een opgewekt le
ven. Allen, met mijn grootvader aan
het hoofd, waren geëmancipeerde
mensen. Af en toe werden tot diep
in de nacht allerlei vraagstukken
van culturele en godsdienstige aard
aangesneden, doch vele bleven on
opgelost, zoals ook het geval was
geweest met andere, die in de loop
der eeuwen binnen de muren van
Gravensteen waren gesteld.
In mijn ouderlijk huis werd af
en toe met eerbied en liefde over
Gravensteen gesproken. Een oude
foto van het gebouw stond in de
"mooie kamer" op een standaard.
Voor mij als kind had het gebouw
iets mysterieus, omdat door de ve
le paaltjes op het Pietersplein de
schijn werd gewekt, dat het op die
paaltjes stond. Nog dit Jaar be-
zooht ik de bakermat van mijn be
staan. ging door de gangen, besteeg
de prachtige gemetselde wentel
trappen, de kamers en cellen, het
"scoonverdriet" met galerij.
Mijn vader verliet in 1877 zijn ge
boortestad Zwolle in verband met
zijn benoeming in Leiden aan de
zelfde school (Brouwer), waar mijn
moeder Johanna Catharina de
Hondt werkzaam was. Hun kennis
making leidde tot een verloving in
1878 en een huwelijk in 1880 van
uit het Gravensteen. Deze gebeur
tenis leidde later tot het bestaan
van de schrijver van deze regelen.