erk van politie wordt laag gewaardeerd' 1RTCONFLICT DE SPITS WEINIG HELDEN IN HET EERSTE BEZETTINGSJAAR Het kopen van een eigen nuis. Weetudatu bij de Amro Bank een hypotheek kunt krijgen? amro bank otestmars van 3000 agenten ""*fpAG 24 OKTOBER 1972 BINNENLAND PAGINA T 'JAAG Oom agent ging i idag in de fout en nog jk ook. Waar hij normaal arsen beteugelt, ontpop- ch nu zélf, ervaren bui- lier, als een luidruchtig i rant. Voor een betere sa- want de politieman, de lagere rangen, vindt maar heel minnetjes taald in verhouding tot is zioaardere taak, de ge- boeiende persoonlijke ri- tnaar heeft het geweten, ie drieduizend man, rijks- entepolitie, marcheerde na okomst in het Congresge- Iberaden naar het Binnen- sirene, dagelijks de schrik burgerman, omlijstten nu aangeboden aan de vaste ïmercommissie voor Bin- Zaken: een wezenlijke sa- tering voor de hele Neder- olitie, meer geld speciaal jonge agenten en wacht- alsnog een functioneel n het Kabinet en de er de honorering, npakket, dat de leden van de Kamer maar goed in moesten knopen voor zij de begroting van Binnen ben behandelen. >e Politiebond, samen- e Centrale van Poli- iisaties (CPO), organiseer- omgekeerde" demonstratie, Jaar miskenning door de opnieuw aan het licht >ngen. nhoekje waren ze het in de af- Prins Willem Alexanderzaal Congresgebouw allemaal id over eens: de politie- de agent of wachtmees- a salariëring al Jaren in «mhoekje. Nauwelijks meer het zakje, maar wel een paardere taak, een steeds ter baan. lood van hoofdagent Mole- de bezetting van de wo- de Indonesische ambassa- Wassenaar op 30 augustus CPO al aan op bete- ;heidsmaatregelen voor de >tenaar en een onderzoek ictiewaardering. de politieman is er a vergelijking met ber alleen maar zwaarder •lijker op geworden", rie- Ivoerders van de drie bon- woord op ten over rdinator tenhuizen - Minister Van Veen utwoord op vragen van a-lid Weijers over het out- de coördinator van de ran drie academische in Amsterdam, Leiden Dr. ir. T. P. Tromp heeft, antwoord van de minister, verzoek ontslag genomen daarvoor voerde hij aan igsverschil over de vraag coördinatie bij de nieuw- drie ziekenhuizen zich zou itstrekken. De minister val ieke ziekenhuizen bouwen injnlijk zai dat ook wel ge- irdinator Tromp verdedig- itting van de besturen in Utrecht, die een op hun id geënt ziekenhuis willen den gistermiddag uit, „terrorisme, misdrijven met politieke achter grond, bomaanslagen, gewapende overvallen, vliegtuigkapingen en bombrieven, het zijn allemaal zaken waar wij in de zestiger jaren nog niet of nauwelijks mee te maken hadden". De vijfhonderd gulden ineens, die de ministers van Binnenlands Za ken en Justitie de politieman voor 1970 toeschoven, werd geaccepteerd, maar te min bevonden. De hoop op meer steeg echter toen een langdurig onderzoek door de Directie Formatiezaken van het mi nisterie van Binnenlandse Zaken „een objectieve waardering door buitenstaanders", klonk het in het Congresgebouw de politie begin 1972 in het gelijk stelde: een aan zienlijke taakverzwaring. Minister Geertsema, Binnenlandse Zaken, dikte de verwachtingen nog aan toen hij tijdens het onderzoek, bij de behandeling van de begroting voor 1972, liet weten een voorlopige financiële regeling voor de politie niet nodig te achten, omdat het on derzoek tot hele duidelijke conclu sies zou leiden. Frustratie Een zuiver budgettaire benadering door de ministers van Binnenlandse Zaken en Justitie tijdens het over leg met de CPO op 4 oktober dit jaar frustreerde echter het politie apparaat. „Zevén miljoen gulden en niet meer", lieten de ministers we ten, „we hebben geen wisselgeld". „Geen redelijke basis voor overleg", \irurg ernstig beschuldigd Het hartconflict in Binnen-ziekenhuis de spits gedreven. De het stafbesfeuur van specialisten in het zieken- vrouwenarts Van Wijk, hartchirurg dr. D. J. van ir ervan beschuldigd dat er zijn bij zijn operaties, heeft gisteravond meege- hartoperaties te hervatten, hder inschakeling Schaar. Daarmee Slaat de rapport Veldkamp en het in minister Stuyt in de De reactie van dr. Van der Schaar vanmorgen"Een afschuwelijke zaak. Altijd heeft men gezegd dat Juist op mijn werk niets was aan te merken, maar dat samenwerking met mij onmogelijk is. En nu gooien ze het over deze boeg. Iedereen mag mijn mortaliteitsdj - fers zien. Werken in het Binnenzie- kenhuis zie ik niet meer zitten". De Hartpatiëntenvereniging vreest dat de patiënten in Eindhoven nu het slachtoffer worden van een pres- tigestrijd. De vereniging heeft het volste vertrouwen in dr. Van der Schaar. brieste de politiemacht in het Con gresgebouw, „het Kabinet erkent de uit het onderzoek voortgekomen taakverzwaring, maar weigert een redelijke salarisverhoging. Juist de jonge collega's grotendeels ingedeeld bij de mobiele eenheden, gaan er niet of nauwelijks op vooruit. Bo vendien geen terugwerkende kracht of afzonderlijke voorzieningen voor en '72, jaren waarin het salaris- au ook al niet is opgetrokken". Vandaar de indrukwekkende colon ne over de volle breedte van de weg naar het Binnenhof. De motie liet niets aan duidelijkheid te wensen over. „Worden de regeringsvoorstel len toch gehandhaafd", bromde oom agent, „dan zou dat wel eens heel negatief kunnen werken op het klimaat bij de Nederlandse politie". Het woord is aan de Tweede Ka- ADVERTENTIE Bij het kopen van een eigen huis komen ingewikkelde dingen kijken. Vragen rijzen, zoals: Kan ik hypotheek krijgen? Hoeveel procent van de koopsom? Welk bedrag kost dat dan per maand aan rente en aflossing? Wat is het verschil tussen k.k. en v.o.n.? Wat zijn de fiscale mee- en tegenvallers? Wat is erfpachtscanon? Weet u dat allemaal? En weet u dat er bij alle kantoren van de Amsterdam-Rotterdam Bank een handig vraagbaakje klaarligt over allerhande problemen bij het kopen van een huis? Het heet: „Het kopen van een eigen huis" en u krijgt het gratis mee. Even langslopen dus. Vandaag is deel vier 1 dr. L. de Jongs' levenswerk over de geschiedenis van Nederland in oor logstijd in de boekhandel verschenen. Eigenlijk kan men beter van twee delen spreken, wan de bijna duizend pagina's zijn over twee banden ver deeld. De periode die De Jong behandelt beslaat de periode van mei 1940 tot maart 1941. Het is het tijdperk, waar in de Nederlandse samenleving, de amtenarentop en de persmedia voor op, werden „gelijkgeschakeld". Met stijgende verbijstering leest men, hoe zonder noemenswaardig protest het merendeel van de secretarissen-gene raal, die bij het vertrek van de mi nisters van het kabinet-De Geer naar Londen de leiding over de de partementen hadden gekregen, zich naar de nieuwe orde schikten. De voorbereiding op een eventuele bezet ting van het koninkrijk was in de laatste jaren dertig zo schamel ge weest dat zelfs de enveloppe met aanwijzingen die men van regerings zijde naar de lagere bestuursorganen (gemeenten, waterschappen) had ge stuurd veelal verdwaald in een bu reaulade was blijven steken. Ter ge meentesecretarie van Amsterdam waren deze papieren zelfs compleet WINKELMAN Eén van de weinige r de prille dagen van de bezetting het hoofd koel hielden, bleek generaal Winkelman, die bij de vlucht van koningin en regering met het hoogste gezag in het land bekleed werd. In de beschrijving van professor De Jong komt hij naar voren als een moedig, pricipieel man, die slechts die concessies aan de overweldiger wilde doen, die bij het voor velerlei interpretatie vatbare landoorlogs recht geëist werden. Voor Winkelman betekende dat 'nauwelijks of géén concessie. Deze beroepsmilitair toon de zich bovendien meer democraat dan de meeste secretarissen-generaal die maar meteen hadden geadviseerd om de gemeenteraden en provinciale staten buiten spel te zetten. Winkel man werd snel als lastpost door de Duitsers weggewerkt. De beschrijvingen en conclusies zijn voor verschillende groeperingen uit de samenleving van die dagen nogal beschamend. Het bedrijfsleven stond min of meer te popelen om voor de Duitse oorlogsindustrie te gaan werken. De druk op Winkelman van bijvoorbeeld de Rotterdamse soheepswerven was zeer zwaar. Wil- ton-Feijenoord (met een Duitse di recteur) en de werf-Gusto haastten zich om bij de reparatie en nieuw bouw van oorlogsbodems te worden ingeschakeld. Het was aan de moed van een eenvoudige werfmeester bij Gusto te danken dat de twee eerste schepen die aan de bezetter werden afgeleverd meteen onbruikbaar wa ren omdat hij de assen van de motor met een millimeter om en bij uit balans had laten zetten. Voor Reichs- kommissar Seiss-Inquart was de soe pele wijze waarop Nederland zich liet gelijkschakelen een welkome verras sing. Zo welkom en zo onverwacht dat hij erover lyrische ontboezemin gen schreef aan zijn Führer in Ber lijn. De pers behoft zich evenmin over die vroege periode van bezet Neder-, land op de borst te slaan. Het merk waardige dat uit De Jongs studie blijkt is wel dat de veelgehoorde me ning dat De Telegraaf met name in die tijd de zwarte piet was niet lan ger te handhaven is. Bladen als „Het Volk" (socialistisch) bleken meer ge negen in de nadagen van mei '40 om de loftrompet op de Duitsers te ste ken dan hoofdredacteur Goedemans van De Telegraaf, die oorspronkelijk zelfs de krant niet meer wilde doen verschijnen. De radio, die in die dagen als bindweefsel van de natie ongeveer dezelfde rol vervulde als de televisie nu. viel nog gemakkelijker aan de bezitter ten prooi dan de dag bladen. A VRO - directeur Willem Vogt ont sloeg maar meteen, zonder dat er ook nog maar van Duitse zijde op was aangedrongen, alle negen Joodse medewerkers, onder wie Han Hollan der, de Herman Kuiphof van die dagen, zij het wat populairder. De KRO, waarop de top ook nogal dik van hazeharten was voorzien ontsloeg onmiddellijk het personeel met drie maanden salaris. „PAPEGAAI" Dit uitvallen van de radio, het ge heel ter beschikking van de propa ganda komen van het ANP „Adolfs nieuwste papegaai"), het tekortschie- wm£k. Prof. dr. L. de Jong ten van de dagbladen droegen er ra zendsnel toe bij dat het Nederlandse volk geïsoleerd raakte van de buiten wereld. Volgens De Jong droeg de eenzijdige berichtgeving ertoe bij dat na de zomer van '40 de pers gestadig aan invloed inboette. Dit vierde deel van De Jong staaat weer boordevol aan informatie, fei ten en anekdotes. Maar meer nog dan de voorgaande delen gaat het mank aan een zekere verbrokkeling; dat wordt natuurlijk bevorderd door de chronologische aanpak van de stof. Zo komen figuren of problemen regelmatig terug in 't boek en ver dwijnen dan weer. Omdat de popu laire editie (f 32.50 voor de 'twee delen) geen register bevat, is het voor de lezer die de follow-up wil naslaan uiterst moeilijk om de passages ver derop in het boek te vinden. De Jong is bovendien niet zo zeer de man van een historische conceptie, maar veel eer de kroniekschrijver verwant aan de middeleeuwse „clerc". Zo leest men veel „human touch", biografieën van de Duits-Oostenrijkse bezetters top hier op het schilderachtige af, maar men zoekt vaak tevergeefs naar de samenhang, naar de motivering van de gedragingen. De Jong hoopt in 1985 zijn werk gereed te hebben. Dat is dan dertig jaar nadat hij in 1955 zijn opdracht ontving. Van de oorspronkelijke opzet van totaal zes delen is de onderne ming nu al uitgedeid tot twaalf delen. De Jong, die gisteren zei dat met deel 4 zijn „eigenlijke werk" is begonnen, zal de delen 5, 6 en 7 be steden aan de verdere ontwikkelin gen in bezet gebied. Dat loopt dan tot de zomer van 1944. Vanaf dan loopt de geschiedenis van bezet en reeds gedeeltelijk bevrijd Nederland ver vlochten dooreen met wat de rege ring doet en laat in Londen. Dat komt in deel 9. Het 8ste deel is gewijd aan de „weggevoerden" (de Joden, dwanarbeiders, gijzelaars en politieke gevongenen). Deel 10 gaat over het laatste jaar, deel 11 over Nederlands Oo6t-Indië en het slotdeel krijgt het karakter van een epiloog, d.wa. de auteur zal de sporen volgen die van de bezettingsjaren leiden tot ver in de naoorlogse periode. De vrees is niet ongerechtvaardigd dat De Jong in zijn toekomstig werk nog veel meer door de chonologische opzet wordt gehandicapt. Zelf ziet hij de gevaren ook wel en dat wordt ge ïllustreerd door het feit dat hij de regering in Londen tot halverwege 1944 in de komende delen voorlopig buiten beschouwing laat. Hij is van mening dat „Londen" zich die eerste jaren nauwelijks heeft kunnen doen gelden in bezet Nederland. Dat was trouwens in die tijd een bewuste keuze, omdat de regering in balling schap vreesde het met inmenging in de zaken aan de andere kant van de Noordzee alleen nog maar moeilijker te maken voor de bevolking. Toen premier Gerbrandy in februari 1943 over de radio het Nederlandse volk opriep om alles na te laten waardoor Nederlanders in handen van de vij and konden vallen, was het effect vrijwel nihil. Want meer dan oppep pen van het moreel deed de radio uit Engeland eigenlijk niet Dat gaat pas veranderen in de zomer van 1944, wanneer de coördinatie van de ver zetsgroepen van de grond komt en Londen zijn invloed laat gelden. KIL De Jong legt ln gesprekken steeds opnieuw er de nadruk op dat hfj een wetenschappelijk werk schrijft en dat hij als historicus niet op emo tionele zijsporen kan wandelen. Dat zij zo, maar anderzijds is zijn „Ge schiedenis" toch ook een massa- artikel dat voor dit deel bijvoorbeeld met honderdduizend exemplaren op de markt komt. Veel lezers verwach ten de emotie, willen weten hoe het handlangers verder vergaan is. Dat mist men teveel bij De Jong. Er hangt bovendien iets kils rondom het boek. Komt dat omdat De Jong de oorlogsjaren in Londen doorbracht? Dat is voor een historicus in engere zin geen bezwaar vanzelf sprekend. De meeste historici zijn niet vleselijk getuige geweest van wat zij beschrij ven. Maar voor een verteller ligt dat anders. En hoe het zij, De Jong is een groot verteller. HAN MULDER. (Dr. L. de Jong, Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede We reldoorlog Deel 4 „Mei '40—Maart '41, 2 delen: f 32,50 Wetenschap pelijke uitgave f 93,6a

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1972 | | pagina 7