HISTOKRANT DE GESCHIEDENIS ALS AKTUALITEIT „Ook topmensen moeten denken voor ze doei NAPOLEON VERSLAGEN Als je wat wil bereiken met de muziek meelopen ,DE MENSEN BEREIKEN. .AL 40.000 ABONNEES. MAANDAG 9 OK ïrlnp I') juni IHJ5 DE GESCHIEDENIS ALS AKTUALITEIT een uitgave van knippenbergs uitgeverij veiscliijnt 30 x per jaar redaktie: R. van Eyck/E. de Winter wetenschappelijk begeleidme Or. M. J. H. Post Dr. D. Kohnstamm Qpm n r.s_FraJisc troepen bij Waterloo gestuit Het gebied ten zuiden van Waterloo, tussen de Blüchcr. Mont St Jcan, het kasteel van Mougoümont en Enkele r de hofstede I-a Haye Sainte, is giiteren, zohdag 18 juni 1815, liet toneel geweest van een beslis sende veldslag tussen de legers van Keizer Napo leon cn maarschalk Ncy en de troepen van de Hertog van Wellington en de Pruisische generaal staf de vlucht genoi ■tegenactie de achter ons de deze laatste hachelijke aanval liggende dagen is gisteren dan einde- lijk de volledig- ineenstorting, van Napoleons rijk gekomen. Terwijl de troepen van Reille" de aanval richtten op tie rechtervleugel iiddag'he- Half twaalf gi gon dc bloedige strijd met een aanval van de Franse infanterie van Generaal Reille op het kas teel van Hougoumqnt. Om half negen 's avonds was het pleit beslecht cn had de Keizer met zijn dc zijde der Verbnn a voor nieuwe ramp behoed -* duidelijke voorstelling 'c nuJt.cn: in ieder geval zouden -er jaren ran strijd gevolgd zijn. c La Hjyc S iinic. Kngelsc er. .daar niel. de f ranwir j/y*tn j>lji Theo Knippenberg Patty Knippenberg UTRECHT Het is Theo en Patty Knippenberg (25 en 22) om „communicatie" te doen. Ze willen informatie en cultuur overdragen, doorgeven. En ze slagen daar nu al enkele jaren zeer behoorlijk in. Hun uitgeverij draait bij kans over zijn toeren. Het Utrechtse echtpaar waar schijnlijk de jongste uitgeverijdirectie van Nederland is gelukkig. Dezer dagen verschenen bij Uit geverij Knippenberg de eerste vijf afleveringen van de 'Histokrant'. Dat is een blad, waarin de wereld geschiedenis journalistiek beschre ven wordt, alsof de feiten gisteren hebben plaatsgevonden. 'De begrafe nis van Pharao Toet Anch Amon', zo luidt de openingskop van de eer ste krant. Het voorpagina-artikel begint met: .Gisteren heeft de bijzetting plaats gevonden van het stoffelijk omhul sel van onze zo Jong gestorven Pha rao Toet Anch Amon, in zijn graf buiten Thebe. De dag daarop had het volk af scheid van zijn beminde Pharao, die de oude Goden in hun rechten herstelde, kunnen nemen tijdens de lange tocht van de begrafenisstoet door de stad. Velen zullen daarbij met ons, de mysterieuze sfeer rond de dood van deze Jonge Pharao hebben aangevoeld....' De geschiedenis als aktualiteit aldus duiden Theo en Patty Knip penberg hun Histokrant aan. Hij richt zich voornamelijk op de mid delbare school. Gedurende drie Jaar, waarin steeds dertig afleveringen van de krant, zullen zij het ge schiedenisleerprogramma van de school begeleiden. De belangstelling van de geschiede nisleerkrachten is zeer groot: na met een proef krant je (Napoleon bij Waterloo verslagen) de markt te hebben afgetast, durven Theo en Patty Knippenberg met een oplage Door Aad Wagenaar van 20.000 ex. te starten. Ze streven echter naar 40 tot 50.000 abonne menten. De Histokrant kan ook door particulieren worden betrok ken. De Histokrant is bepaald niet het eerste opvallende initiatief van het jonge echtpaar. Aan de geschiede niskrant ging een reeks even aan dacht trekkende publikaties vooraf: acht series overdrukken van histori sche kranten onder meer. Theo en Patty Knippenberg leerden elkaar vier jaar geleden kennen op de Utrechtse School voor de Jour nalistiek. Ze studeerden daar niet met het oogmerk journalist te wor den. Patty: ,Ik wilde een zo breed mogelijke studie bedrijven' .Theo „Ik zocht naar communicatieleer". Langer dan zo'n anderhalf jaar zijn ze niet op de school geweest, want ze hadden het inmiddels te druk met andere dingen. Ze waren bezig aan hun eerste uitgave. Theo: ,In 1969 hadden we hier in Utrecht de Motion Weeks; dat is een manifestatie waarbij de kunst op straat gebracht wordt en een voorproefje wordt gegeven van wat het seizoen op cultureel gebied zal brengen. Patty en ik ontdekten toen opeens dat één cultuurvorm vergeten was: de litteratuur. Toen hebben we gezegd: dat zullen wij dan voor onze rekening nemen". We hebben een aantal auteurs opge beld om te vragen of ze bereid wa ren voor een zeer goedkoop boekje een brokje van hun werk af te staan. Nou, de meesten vonden het wel een sympathieke onderneming. Mulish, Campert, Buddingh, Louis- Paul Boon, Hermans.... in totaal kregen we tien schrijvers zo ver". „We hebben toen tien mini-pockets samengeteld en voor 35 cent op straat gebracht Ze vlogen weg; we hebben er 110.000 van moeten laten drukken'. De boekhandel moest met 27 pro cent handelskorting genoegen ne men (normaal 40%) en sputterde tegen. Maar ze moesten door de knieën toen bleek dat het Knippen berg-boekje in de straathandel een bestseller was. Ook boekhandels ver buiten Utrecht moesten het in hun assortiment opnemen. ,Dat was een geweldig succes voor ons als je bedenkt dat de boekhan del redeneert in termen van: één kubieke decimeter boek kost ons zo veel gulden winkelruimte', zegt Theo Knippenberg voldaan. Theo en Patty gingen door. Littera tuur moet voor iedereen betaalbaar zijn zeiden ze. Dus gingen ze over tot het vervaardigen van het zoge naamde .bulboek'. Een wegwerpboek Het is een bundel krantepapier op half dagbladformaat, dat een com plete roman bevat. Prijs: ƒ1,50 Scholen konden zich voor 5,- op tien titels abonneren. Tot dusver kwamen bulboeken van Jef Ge- raerts, Heere Heeresma, Cees Bud dingh', Louis-Paul Boon en een bundeling van Nederlandse collum- nisten uit. ,We beginnen met een oplage van 25.000, maar we hebben nu al meer dan 40.000 abonnees', meldt Patty trots, ,we gaan nu door met vijf ti tels per jaar'. Ondertussen had het actieve echt paar Knippenberg zich gestort op de herdruk van historische kranten. Op alweer, half dagbladformaat brachten zij de kranten terug, die feiten meldden waar de wereld des tijds even van stil stond. De eerste serie van vier kranten betroffen oorlogen: Frans-Duit se oorlog (1870) en de 2e Wereld oorlog (1914), de Troelstra-revolu tiepoging (1918) en de 2e Wereld oorlog (1940). Daarna kwam de serie „Rampen" met o.a. de ondergang van de Ti tanic (1912) en de wervelstorm bij Borculo (1925). Toen volgden de series Neder- landsch-Indië (met de aankomst van de Pelikaan in Batavia 1933), .Europese Vorstenhuizen' (met de dood van koningin Astrid van België-1935). Theo: .Uit de res pons, die we krijgen blijkt dat dit feit ook in Nederland als het meest schokkende van deze eeuw is erva ren. „Olympische Spelen" (met .Vier keer goud voor Fanny Blan- kers-Koen-1948), een serie over drukken van het dagblad De Stan daard en tenslotte .Crisistijd', zijnde 32 krantepagina's uit de crisisjaren .Met die historische kranten zouden we ons hele leven wel kunnen doorgaan, zoveel interessants ligt er nog in de krantenkelders", zegt Theo. De Histokrant vraagt op het mo ment meer aandacht. Hoe het be gon: .Mensen, die onze herdrukken kenden, belden wel eens op met de vraag of we de krant, die een ge beurtenis uit zestien-zoveel be- sohreef niet eens konden herdruk ken', vertelt Patty. .We moesten toen antwoorden; sorry, maar toen waren er nog geen kranten. En toen kregen we opeens het idee: als ze er niet zijn, laten we ze dan als nog maken!'. Het bleek een ambitieus project. ,Het is niet zo moeilijk om door een paar journalisten een slimme streek van bijvoorbeeld Bismarck in eigen- tijdse taal, met veel kleur, te laten beschrijven, maar in ons geval moest ieder feit wetenschappelijk verantwoord zijn". „We hebben toen een team gevormd van twee wetenschapsjournalisten, een historicus en dr. Dolph Kohn stamm, die een onderwijsexpert Is. Die vier zijn zeer enthousiast aan de slag gegaan, maar ze hebben al laten weten dat het verrekt moei lijk werk is', aldus Theo Knippen berg. Net als in een echte krant bevat Histokrant ook commentaren, ach tergrondverhalen, uiteraard illustra ties, behalve het harde nieuws ook sfeerreportages, intervieuws en ge mengde berichten. Als voorbeeld van dat laatste: „Linnen wordt duurder" en „Gevecht tussen schip pers". „Concurrentiestrijd schijnt de oor zaak te zijn van de grote vechtpar tij, die zich gisteren heeft voorge daan tussen twee groepen van schippers, die de Nijl bevaren. „Sommige söholen hebben onze His tokrant op de lijst van verplichte fi studieboeken gezet", zegt io penberg trots, „dat is epi idee". Theo en Patty komen i telligent, idealistisch (,we verdienen zeer goaf? uitgeverij..."). Die comlp drie komt men niet Over hun intelligentie twee, bescheiden, niet pralm Patty: „we laten ons dole andere dingen, idealism 11 lijkheid niet verblinden, groot idealisme is dat he raakt, slechts in Jezelf dat geval zouden wat we willen: de i Te veel zakelijkheid zou weer teveel concessies dqm nen". Theo zegt: „Inderdaad; bereiken, dat willen doorgeven. En we doen P een systeem, dat ik een spreuk zag aangegev wat wilt bereiken, zul muziek mee moeten lopen£ „Ik leg die spreuk zo fanfare marcheert en hij naar links afslaat tegenover staan en na zen, lopen de muzikantje heen. Als Je nou zelf ook fare gaat lopen, voorop naar links af. gaat de Op die manier lopen fanfare mee". DEN HAAG „De meeste cursussen leiden de mens alleen op tot het toepassen van bepaalde technieken, dresseren van de mens tot het geven van antwoorden zonder dat er vragen zijn gesteld. Moet er een probleem worden opgelost dan grijpt men naar een oplossing, die men net in een boekje heeft gelezen. Er wordt niet gedacht of er misschien een betere oplossing is dan die direct voor de hand liggen". M. L. Wijvekate uit Den Haag stelt dit en het is hem een doorn in het oog. Daarom start hij in november een cursus „training denkvaardigheid". Als methodologisch adviseur geeft de heer Wijvekate al vele jaren tal van cursussen op wijd organisato risch gebied: organisatietechniek, kwaliteitscontrole, arbeidsanalyse, statistiek-toepassing. Steeds stuit hij dan op dit prakti sche probleem: „De mensen hebben een bepaalde techniek aangeleerd en zitten daardoor vast aan een aanpak, die zij niet op hun proble men kunnen toepassen: hun tech niek blijkt in de praktijk onbruik baar". Hetzelfde probleem kleeft naar oor deel van de heer Wijvekate het hele Nederlandse onderwijs aan. De leer ling leert sommetjes maken, hij leert nooit een probleem oplossen. Bij al zijn cursussen richtte de Haagse methodoloog zijn leerlingen op het denken van het probleem uit, dus niet op het denken van de techniek uit. De frusterende ervaringen, die hij daarbij steeds opdeed, inspireerden tot de idee om deze te bundelen en een cursus te beginnen uitsluitend gericht op het trainen van het den ken. Op een „brainstormbijeenkomst", waarin hij dit plan introduceerde. bleek de belangstelling zeer groot te zijn. Tal van grote industrieën (AKZOM, Heineken, Honeywell, Hoogovens, Unilever, Rank Xerox) en ook de overheid (defensie) stuurden hun opleidingsdeskundigen om de mogelijkheden van zo'n denkcursus door te praten. Het leek een schot in de roos: steeds weer bleek dat als het bij deze bedrijven of instellingen ergens wrong de oorzaak was terug te voe ren naar een manco in de denk vaardigheid van de mensen in de staffuncties. Uitgebreid is er toen van gedachten gewisseld over de aanpak van een mogelijke cursus. Eensgezind kwam men tot het oordeel, dat er moest worden gezocht naar een vorm van een „éducation permanente", een training, die voortdurend wordt bij- Op die basis heeft de heer Wijve kate nu een cursus opgezet, die in totaal tien dagen gaat duren. Het zijn vijf series van twee dagen. Tussen eerste en tweede dag ligt telkens een periode van een maand. Od de eerste dag worden de cursis ten met startoefeningen in een on- M. L. Wijvekater leren denhen derwerp ingeleid. Stel als onderwerp „het geven van instructies". Waar om loopt iets niet in het bedrijf, waarom komen de instructies niet over? De cursisten gaan dat een maand in hun eigen bedrijf observeren, zoeken waar het kan schorten. Ze beschouwen een maand lang de za ken van het probleem zelf uit en niet van de geijkte techniek, die al Jaren niet tot de juiste oplossing blijkt te leiden. „Dat is de oefening en na die maand komen ze vertellen hoe het in praktijk is gelopen. De cursisten brengen zo zelf hun oefenstof mee, ze maken in feite de cursus zelf. Ik ben alleen de starter, de begeleider, die probeert een spiegel voor te houden en een beetje bij te sturen", zegt de heer Wijvekate. Hij probeert zijn methoden, die voor een deel ook oorsprong vinden in de oude Boeddhistische denk scholen. nu uit met een groep stu denten. Als het allemaal gelukt wil de heer Wijvekate zijn denkvaar- digheidstraining ook op grotere schaal in toepassing zien te krijgen. Er is belangstelling van de zijde van de universiteiten, hij wil ook het onderwijs benaderen. „Het onderwijs moet de leerlingen natuurlijk wel leren zich snel van nieuwe technieken op de hoogte te stellen. Maar die nieuwe technieken zijn na vijf Jaar al weer verouderd. Daarom moet het onderwijs ophou den met de leerling vol te pompen met technisch kunnen, waarvan hij 99 procent nooit gebruikt en dat ene overgebleven procent maar ge durende één procent van zijn le- (Foto Henk van Westering) De heer Wijvekate is ervan over tuigd, dat al die speci problemen niet optimaa lossen. „Zij geven de sp,^ leen de kans zijn techniq juiste toe te p Bij fundamenteel denkef; niet alleen om logica. Va mens langs een andere logische tot ideeën komenj „Als Je een wiskundeprc met het antwoord kan gische weg bewijzen da woord de go daar train je geen denken Wat de cursi kate beoogt is de mens ken hoe hij van het vi het antwoord moet koi dat ieder probleem me_ singen heeft moet dit inventieve procedure snel aftasten van de mo het uitschakelen van goede om tenslotte bij lossing te belanden. „Dat alles heeft naast sche ook een mentale ziet hoe Je problemen en dat in praktijk breni lerlei dingen heel dan Je gewend was Het zal dan soms moei erkennen, dat Je het daarvoor eigenlijk fout h L Een prestigeverlies tegel en anderen. Het zal ookp gemakkelijk zijn die te overtuigen dat het komst anders moet gaan. De heer Wijvekate vim moeilijkheden dan ma worden overwonnen. „Als Je dat niet zou kui71 in Je hele leven alles v 1 blijven doen als Je het d tien jaar was". ►elli li

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1972 | | pagina 18