Natuurgebied zal gehandhaafd blijver PROVINCIE MAAKT STREEKPLAN 'PLASSENGEBIED' Oppassen met recreatie Woon- en werkfunctie wordt zeer beperkt DINSDAG 13 JUNI fy) DEN HAAG Overeenkomstig de natuurlijke mogelijkheden van het gebied zullen niet-stedelijke milieus (met een hoge mate van differentiatie) in stand worden gehou den en geschapen voor het „Plassengebied". Dat is de hoofddoelstelling van de provincie Zuid-Holland voor het grote gebied, dat wordt begrensd door de strandwal van War mond, de provinciegrenzen met Noord-Holland en Utrecht en de Oude Rijn. Het gebied is vooral van agrarisch en recreatief belangdoel is dat ook zo te houden. Voortvloeiende uit deze hoofddoelstellingen komt het volgende naar voren: het waarborgen, verbeteren en verrijken van de biosfeer 9 het bieden: van ruimte voor verschillende vormen van recreatie in de openlucht en 6 het scheppen van gunstige omstandigheden voor een moderne agrarische bedrijfs voering, eventueel nadat reconstructie in gebieden van voldoende omvang heeft plaatsgevonden. Het streekplan „Plassengebied" streeft het tot stand komen van een ruimtelijke zone ring na, waarbij de belangen van de openluchtrecreatie, de landschaps- en natuurbe scherming en het agrarisch bedrijf worden behartigd. Hierbij wordt gedacht aan meer voudig gebruik van bepaalde ruimten, terwijl overgangszones onmisbaar worden ge noemd voor het ruimtelijk functioneren van het geheel. Verwezenlijking van de doelstel lingen vraagt om een ombuiging van een aantal ontwikkelingen, welke zich in het streekplangebied voordoen. Hierbij zal de nadruk moeten liggen op het scheppen van alternatieven buiten het gebied. Met name noemt het provinciaal bestuur de verstede lijking, welke zich op grote schaal in het gebied voordoet. Het tegengaan hiervan ver eist het scheppen van hoogwaardige woon- en leefomstandigheden in de stedelijke ker nen. De bevolking van het gebied zal tot 1 980 met gemiddeld één procent per jaar kunnen toenemen (buiten een aantal woonkernen). Voor mensen van buiten het gebied zal er geen ruimte zijn om zich blijvend te vestigen is het oordeel van de opstellers van dit streekplan. DEN HAAG Er bestaat een sterke recreatieve druk op het „Plassengebied". Vooral komt die van de omringende stedelijke gebieden. Dit heeft tot gevolg, dat de capaciteit van de bestaande voorzieningen vrijwel is bereikt of wordt overschreden. In 1 980 zullen volgens de behoefteraming op een gemid delde zondag in het seizoen ongeveer 55.000 recreanten het plangebied bezoeken, welk aantal als volgt kan worden verdeeld: vakantiegangers-watersporters 12.000, week einde-recreanten 23.000 en dagrecreanten 20.000. Dit heeft tot gevolg dat er veel mogelijkheden bij zullen moe ten komen, in totaal ongeveer 1.700 hectare. DEN HAAG Het 'Plassenpe- i naar een afronding van de bestaan- op een iets hoger percent-ape dan het biedkreeg een zeer beperkte de tuinbouwconcentraties. Men ver- toelaatbare percentage voor de be- 'woon- en werkfunctie toegekend. j wacht, een daling van het aantal vas- j volkingsgrcei Een groei van gemid- Alle kernen in het plangebied te arbeidskrachten in de agrarische I deld anderhalf procent per jaar is hebben een bescheiden taak ten j sector met ongeveer één procent per j hierbij als reëel aan te merken. aanzien van het onderbrengen jaar. j Over de woningbouw merkt het van werkgelegenheid en het op- r,rote voorzichtigheid is gebo- plan op. dat het van belang is. dat toegangen "moeten wórden onderge- nemen van bevolkingsgroei. Aan dM1 waar ^et betreft uitbreiding of I een afwisselend woonmilieu wordt 1 het ontwikkelen van een verzor- i vestiging van industrieën. 'Stuwende' - - Bij het tot stand brengen van re- I creatievoorzieningen dient rekening I te worden gehouden met een aantal I eisen uit hoofde van de bescher- ming van milieu-technische en land schappelijke belangen. Daarnaast zijn er natuurlijk ook andere doel- stellingen en uitgangspunten. De voorzieningen voor de dagre- j creatie dienen zo dicht mogelijk bij het gebied van herkomst van de re creanten te worden gesitueerd en dienen voorts zoveel mogelijk aan te j sluiten bij de stedelijke ontspan- j niingsruimte. Een overwegend deel j zal tot stand moeten worden ge bracht als een aaneengesloten com plex met een zonering in gebieden voor intensieve, minder intensieve en extensieve vormen van recreatie, j De onderdelen met intensieve vor men zullen zoveel mogelijk bij de I Samenstelling Pieter Taf fijn Foto's Wim Dijkman gingsapparaat van grotere om vang in één of meer kernen van het gebied bestaat geen behoefte, zeggen de provinciale plannen makers. Aan de randen van het plangebied zijn alle voorzienin gen te vinden in de daar aanwe zige kernen. Het gebied bevatte op 1 januari van dit jaar ongeveer 45.000 inwoners. Dit aantal zal tot 1980 met gemid deld ongeveer één procent per jaar kunnen toenemen. Dat betekent dus. dat er op 1 januari van dat jaar on geveer 48.600 mensen mogen wonen. S inwoLrs van het gebied zullen bh™ aan den Rijn verdient over bedrijven, die snel groter worden en veel werknemers vereisen, dienen te worden geweerd. Concentratie van bestaande bedrijven op daartoe aan te wijzen bedrijfsterreinen moet worden bevorderd. Deze terreinen mogen alleen komen bij die kernen, die een taak hebben ten aanzien van de bevolkingsgroei. Voor de conserven-industrie van Ter Aar geldt, dat een blijvende ves tiging van deze uitbreidende bedrijfs- tak in deze gemeente niet de meest wenselijke is. Het overplaatsen van deze industrie naar bijvoorbeeld Al- r Het streekplan 'Piassen- gebied' omvat 'n groot, dun bevolkt gebied. Op de kaart rechtsboven is duidelijk te zien, dat het gebied vooral van groot belang is voor de woonkernen Leiden en Al phen aan den Rijn, terwijl het ook voor het verdere 'achterland' grote recreatieve waarde heeft. Hierboven de conservenindustrie in Ter Aarwaarover de plannen makers niet blij kunnen zijn. Overplaatsing van deze zich uitbreidende bedrijfstak naar b.v. Alphen aan den Rijn zou men toejuichen. Rechtsonder tenslotte de vaarverbinding tussen Noordeinder en Zuid- einderplassen in Nieuiokoop. De provincie merkt hierover op. dat deze gebrekkige ver binding een ongunstige fac tor is voor de watersport. moeten wonen in een beperkt aantal weging. kernen, in de overige kernen mag het toekomstige ontwikkeling van inwonertal niet toenemen. Hierbij de werkgeiegenheid in de dien- wordt aangesloten op de bestaande j stensector hangt ten nauwste samen verzorgingssituatie in het plangebied, met de verwezenlijking van de plan- waaruit een functioneel kernenpa- doelstellingenenerzijds de bevol- troon wordt afgeleid. Deze gegevens ^tngsgroei en anderzijds de open- resulteren in het aanwijzen van de ]UChtrecreatie. Gezien de zeer be- volgende kernen met een taak ten SChejden omvang van de toelaatbare aanzien van het opnemen van bevol- I bevolkingsgroei behoeft ten aanzien kingsgroei: Ter Aar, Leimuiden, van de verzorgende diensten geen nagestreefd, zowel in woontechnisch Nieuwkoop. Nieuwveen. Roelof- i ,-ekenjng te worden gehouden met een j opzicht als in sociale opbouw. Voor- arendsveen' Oude Wetering, War- versterkte groei ten opzichte van de waarden hierbij zijn aan de ene mond en Woubrugge. In deze ker- achterliggende jaren. i kant het beperkt blijven van de Met betrekking tot de stuwende bouwhoogte en aan de andere kant diensten dient te worden gerekend I het vermijden van complexgewijze 1 met de vestiging van een omvangrijk 1 woningbouw in de kleinste kernen, verzorgingstehuis voor bejaarden in Het programma is natuurlijk afge- Warmond en een uitbreiding van de stemd op de geringe geplande groei I capaciteit van de verzorgingstehuizen van de bevolking. In de „Plassen- nen kan worden uitgegaan van een groei van de in woningen gehuis- veste bevolking met ongeveer ander- i half procent per jaar. W erkgelegenheid voor geestelijk gehandicapten Nieuwveen. Overigens gaat het streekplan er van uit dat vestiging van stuwende diensten in het plan gebied dient te worden geweerd. Bij zondere waakzaamheid is met name vereiste ten aanzien van de vestiging van zogenaamde „superstores" en toonzalen, die, veel publiek aantrek ken. Gelet op de noodzaak in het plan gebied een groot aantal recreatieve De provincie vindt het van belang, voorzieningen onder te brengen dient dat het tot ontwikkeling brengen I te worden gerekend nwt een ver van nieuwe tuinbouwprojecten in het sterke groei van de recreatieve dien- Dlangebied nog slechts in zeer be- ten. Hieruit volgt, dat de groei van gaat er van uit, dat in de penode perkte mate mogelijk zal zijn. In de het aantal arbeidsplaatsen in de tot 1980 ongeveer 1.265 woningen in eerste plaats moet worden gestreeld dienstensector kan worden geschat I voor sanering of renovatie. In de laatste tien jaar heeft zich een daling van het aantal arbeids krachten in de akkerbouw en vee houderij voltrokken, welke ten dele werd opgevangen door een groei er van in de tuinbouw. Het plan gaat uit van een versterkte vermindering van het aantel landbouw- en vee teeltbedrijven, hetgeen een verdere daling van de werkgelegenheid in de ze bedrijfstakken met zich mee zal brengen. bracht. De verblijfsaccommodatie dient zo veel mogelijk tot stand te worden gebracht in complexen van grote j omvang, aansluitend aan bestaande 1 kernen. Daarnaast is het gewenst de overgangszones tussen het veen-wei- degebied en de droogmakerijen, te weten de zone Hocgmade-Leimuiden en de zone langs het Aarkanaal, in aantrekkelijkheid te laten winnen I door het onderbrengen van ver- j blijfsrecreatie. Een uitbreiding van verblijfsrecreatie langs de oevers van I de Kromme Mijdrecht moet onge wenst worden geacht. Gestreefd zal moeten worden naar een sanering van de oevers die door woonarken In beslag worden genomen. WATERSPORT Gestreefd zal moeten worden naar een verstoting" van de opnamecapa- j "citeit van de watersportgebieden, hetgeen kan worden bereikt door: uitbreiding van het waterareaal; vergroting van de bruikbare oeverlengte; verbetering van de afzonderlijke verbindingen tussen de afzonderlij ke gebieden en vergroting van het aantal lig- en aanlegplaatsen. De uitbreiding van het waterareaal I zal moeten plaatsvinden in aanslui ting aan de bestaande meren en plassen en zal voorts zoveel moge lijk moeten worden tot stand ge bracht in combinatie met zandwin- beperkt blijven, zal de Braassemer- meer van relatief grotere betekenis worden voor de kleinere boottypen en zullen de te creëren watersport gebieden hoofdzakelijk bestemd wor den voor de kleine en middelgrote watersport. De voorzieningen voor de dagrecrea tie zullen zoveel mogelijk per fiets of openbaar vervoer bereikbaar nice- ten zijn. hetgeen mede de aanleiding vormt om deze voorzieningen zo dicht mogelijk bij de wooncentra te projecteren. Voor de bereikbaarheid is daarnaast het hoofdwegennet en het net van andere belangrijke we gen van belang. Voorkomen moet echter worden, dat de grote bevolkingscentra via het wegennet rechtstreeks worden verbonden met gedeelten van het plangebied met een grote natuurwe tenschappelijke waarde. Vergroting van het waterareaal is op twee manieren te verwezenlijken polders onder water laten lopen of land weggraven voor zandwinning. Zandwinning lijkt een goede oplos sing, omdat er nog jaren lang zand nodig is in Zuid-Holland voor stads en dorpsuitbreiding en de aanleg van wegen. Het wateroppervlak zal in de ko mende acht jaar met ongeveer 800 hectare moeten worden uitgebreid. In eerste instantie zou dit moeten worden bereikt tussen de Leidse ag glomeratie en het Kaaggebied. De Zwanburgerpolder, de polder Water loos. de Zweilandpolder en de pol der Boterhuis zullen bij voorkeur moeten worden bestemd voor ver groting van het waterareaal. Zand winning is ter plaatste technisch mo gelijk, wel dient rekening te worden gehouden met de aanwezigheid van zout grondwater op ongeveer der tig meter diepte. Daarnaast komen voor vergraving of inundatie in aanmerking de Hem- meerpolder, de Doespolder, de Voor- hofsche polder en de Vlietpolder (gedeeltelijk), alle gelegen ten zuid westen van de Wijde Aa. Er van uit gaande, dat ongeveer de helft van de oppervlakte in water kan worden omgezet, zou het wateroppervlak op deze manier met ongeveer vijf honderd hectare kunnen worden uit gebreid. Nieuwkoopse plassengebied af te lei den. De bestaande vaarverbindingen schieten om verschillende redenen, tekort. Als gevolg van het beperkte aantal, de geringe afmetingen, het grote aantal vaste bruggen en de functie van een aantal vaarwegen vo'or de beroepsvaart, worden de vaarmogelijkheden sterk belem merd. De behoefte aan redelijk goe de vaarverbindingen vloeit voort uit d'e noodzaak om de bestaande capaciteit beter te besteden; zij is verder het rechtstreeks gevolg van het recreatiegedrag. Een groot aan tal watersporters heeft de behoefte aan het maken van rondvaarten. Reeds vele jaren is gezocht naar een tweede, dat wil zeggen noord zuid gerichte vaarverbinding tus sen de Kaag en Br aassem - Wijde Aa. De relatief meest gunstig mogelijk heid bestaat uit het verbreden en verdiepen van de route Achtergat- Stingsloot-Zuidierzij dervaart. Deze vaarroute kan een zeer goed'e ver binding vormen tussen de nieuw aan te leggen plassen ten zuiden van de Kaag en die ten zuidwesten van de Wijde Aa. Daarnaast kan de vaarroute de oostelijke begrenzing vormen van het, als onderdeel van het recreatieplan Kagerzoom gepro jecteerde, dagrecreatiegebied in de Rode Polder, oostelijk van de secun daire weg 6. zodat het water tevens een functie kan krijgen bij de in richting van dit grote groenelement. DRECHT Als tweede nieuwe vaarverbinding kan worden gedacht aan een ver binding tussen de Drecht en de Westeinder Plassen door het weste lijk deel van die Vriezekoopsche Pol der Een nieuwe vaarverbinding is wellicht mogelijk tussen het water sportgebied ten zuidwesten van de Wijde Aa met de Wijde Aa, de Hei manswetering en de Oude Rijn. De ontwikkeling van een nieuw waterareaal in de polders ten zuiden van de Wijde Aa roept ook de r selijkheid op van een verbe 1 vaarroute via de Does. In het licht van deze gesel ontwikkelingen zal h lijk zijn, dat de nieuw te ontwi[ len steunpunten en of waters) centra bij voorkeur dienei worden gesitueerd in watersportgebieden. De kernen venhuizen en Hoogmade zijn de meest aangewezen vestij plaatsen voor de gewenste ai modatie. Aanlegplaatsen zullen zowe stand moeten worden langs de oevers van de n: sen als op verschillende plal langs de vaarverbindingen. De legplaatsen zullen zoveel mo i moeten worden ingericht ian|f oevers, die specifiek voor de sport zijn bestemd. VERSTEDELIJKING Over verstedelijking van h bied' zegt het plan, dat deze mogelijk zal moeten worden leid langs de zuid-en wesi i I Voor de Leidse agglomeratie op langere termijn ruimere grei gelijkheden vereist zijn. In I oostelijke richting zal moeten I den gestreefd naar een beëin! j van de stedelijke groei. De gn hoef te van de Leidse a__ zou kunnen worden afgeleid I het bollengebied. De uitbouw I Alphen aan den Rijn d: .oorkeur plaats te vinden telijke en oostelijke richting. De stedelijke bebouwing open ruimte zullen in duidelijk derlinge wisselwerking moeten den gebracht. Voorkomen die worden dat abrupte overfl worden geschapen. Het overs milieu zou zowel bebouwing t( hoeve van woondoeleinden zondere doeleinden als st« groenvoorzieningen moeten ten. streek" is echter een duidelijke ach- Sïïï He?eJ"Var ut J** «-«J BODEGRAVEN van een vergroting van de inspan ning ten opzichte van de afgelopen tien jaar met ongeveer vijftig pro cent. Van belang is. dat niet alleen aandacht wordt besteed aan krotop ruiming maar waar mogelijk ook aan renovatie van oude woningen. Een en ander tegen de achtergrond van. de wenselijkheid het verschijnsel lintbebouwing terug te brengen. De woningvoorraad kan tot 1980 met circa 2.800 toenemen. Het streekplan dienstbaat te zijn aan 'n naar plaats en tijd logische uitbouw van recrea tieve voorzieningen. Jachthavens en bijbehorende ac commodatie dienen zoveel mogelijk te worden geconcentreerd door het vergroten van bestaande centra of Steunpunten. Deze laatste voorzienin gen zullen bij bestaande woonkernen moeten aansluiten. Voorts is het van belang dat, uit gaande van de al bestaande toestand, een functiever deling tussen de afzon- delijke watersportgebieden tot stand komt. Hierbij moet de recreatieve functie van de Nieuwkoopse plassen In de resterende behoeft zal kun nen worden voorzien door het schep pen van een watersportgebied ten noord-oosten van Bodegraven in de Noordzij derpolder. Deze aanleg kan worden gecombi neerd met zandwinning ten be hoeve van de stedelijke uitgroei van Alphen aan den Rijn, de ge deeltelijke aanleg van het zoet waterkanaal MaarsenBodegraven en een omleiding van de Oude Rijn ten behoeve van de scheepvaart. Deze aanleg biedt tevens de moge lijkheid om de recreatiedruk van het

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1972 | | pagina 4