ARL) SCHENK: IJS GEBROKEN Soms kom je wel in een tweestrijd Uw slijter deelname- formulier -iü™ le baan en populariteit op de straat Handtekeningen geven: een verplichting voor een sportheld. .Maar ik leen mij niet overal voor ik ben geen clown" lij (27) geniet van zijn successen op Regelmatig pleegt Ard Schenk (27) af te zakken naar vat dan tegenwoordig ,,een bruin café" heet, aan een Am- terdamse gracht of daaromtrent; hij pakt er vlotweg een lilsje, discussieert over Ajax (met mede-supporters) en ge- iiet dan van die doorgaans lik-op-stuk-praat,,Ik voel me n de stad bij die gelegenheden als een vis in het water". Zo maar een stukje^ Schenk- ig is dat: de stad in en je ont mannen, en Leen Pfrommer heeft eens gezegd', „sómmigen ma- n er bezwaar tegen, dat hij zich véél ontspant en, net als op het ij eigenlijk, zo tot het einde kan oorgaan. Ik vind dat het moet unnen. Het beeld dat veel men en zich van zo'n monnik-achtige opsportman hébben gevormd is als, op bepaalde punten. Hij kan wk geweldig kermis vieren in het Hoordhollamdse, bijvoorbeeld, en lan wü er wél een pilsje in, om het maar eens zachtjes te zeggen. Vou, hij mag van mij. Hijzelf is :erantwoordelijk voor zijn gedra gingen. En hij hoeft, of hij nou ie „held Schenk" is of niet, zijn gedragspatroon niet aan te pas- ien aan wat anderen van zo'n tportman verwachten" Woorden, die Ard Schenk volledig onderschrijft. En daarom kun je 'm ook wel eens over het Scheven ingse (levers Deynootplein zien wandelen, tijdstip zo blijkt dan de rolgende dag dat omkijkende en vijzende passanten „toch eigenlijk aiet hadden verwacht". Ard Schenk dus heb ik aan hen weinig of geen boodschap". Dat is dan wel veranderd. De Noordhollander van toen is de Am sterdamse student van nu geworden, met een merkwaardige aantrek kingskracht voor een groep mensen, die veel groter is dan het sportpu bliek alleen. Schenk heeft een voor velen aansprekende attitude: opval lend uiterlijk en precies die lichte terughoudendheid in woord en ge baar. die naar „bescheiden" zweemt, dat toch niet helemaal is. maar toch ook het woord „hautain" ver weg laat. Is dat een houding? Schenk: „Nee. ik doe precies zoals ik ben. Ik ben me er veel meer van bewust dan vroeger, dat ik toch een beetje pu- blieksmens ben geworden, dat er ongedachte verplichtingen kleven aan het sportheld ?ijn. Ja, dat is toch wel een feit. dat ik heb moe ten erkennen en waaraan ik heb moeten toegeven. Maar ik heb miir. houding er niet naar bepaald. Jf kimt hoogstens zeggen, dat ik ii die eerste jaren van schaatssucces- sen mezelf niet helemaal was, te genover de buitenwereld dan. En nu ben ik dat wel. Wie me var vroeger kent. wie van ons lever toen, in de Wieringerwaard, weet die zal dat moeten erkennen: dat be^ld van die stugge, norse, boerst jongen, dat was ik niet. Ze hebben het een beetje van me gemaakt er ik heb er zelf aan meegewerkt. Df Ard Schenk van nu. dat ben ik". Voor Ard Schenk is het schaatsseizoen geëindigd. In het zeer hoge noorden be twistte hij de laatste ritten van een onvoorstelbaar goed geslaagd seizoen. En nog ver der is hij door zijn prestaties geklommen in populariteit. Ard Schenk is een „nationale figuur" geworden, een sport man aan wie vrijwel een heel volk zijn hart heeft verpand. Waarom? Door die schaats- prestaties alleen? Dat lijkt niet helemaal zo te zijn. Zijn uiterlijk, de manier waarop hij door het leven gaat het zijn zaken die aan die im mense populariteit bijdra gen. En in het bijzonder het vrouwelijk volksdeel koestert érg veel sympathie voor Ard Schenk. Schenk weet dat. De sport man die „kwam" met de op druk: „nors en stug", de man die een hekel leek ie hebben aan zijn publiek, heeft nu met die populariteit leren le ven. En de manier waarop hij dat doet blijkt voor de massa zéér acceptabel. Toch heeft Ard Schenk zich wel degelijk een stuk „privacy" aangeme ten. Dat blijkt ook uit bij gaand interview, opgebouwd uit stukken van vele en lange gesprekken die onze speciale verslaggever Fred Racks onder andere tijdens een toernee door Australië met hem had. Schenk blijft onder veel dingen vooral erg nuchter. En hij kan mild lachen, als een ochtendblad hem een verbintenis met Monika Pflug toeschrijft. Zo goed als hij glimlachend er voor uit komt dat hij „erg gezond is", maar verder weinig inlichtin gen verstrekt, wanneer hem wordt gevraagd wat hij ei genlijk doet met de status van „begeerlijk vrijgezel Die zaken houdt Ard Schenk maar liever voor zichzelf. Omdat hij zichzelf wil zijn, ondanks al die po pulariteit. Dat lukt, blijkens de bij gaande tekst, allemaal heel aardig. Kleine kring Het (tweede) moment van de triomf: in de krans mét de kam pioensbeker, steunend op coach leen Pfrommer. heeft het er niet moeilijk meee, noch met het feit, dat hij wordt herkend, noch met het tijdstip waarop dat gebeurt: „Vroeger keerde ik me van het publiek af, min of meer. Dat was in de tijd van de .stugge" nor se Noordhollander". Ik moet toen niet zo beredeneerd als ik het eg hebben gedacht: ik doe aan hardrijden op de schaats en daar mogen de mensen allemaal naar komen kijken, maar ik moet het op het ijs doen en niet die Wat wel „gemakkelijk gedragen in net openbaar" betekent, maar niet tot een exbroverte figuur heeft ge leid. Geen man. toch. die zich „geeft", geen man voor de „open hartige interviews", geen gemakke lijk versterkte statements over de structuur van de maatschappij, het bestaansrecht van Bangla Desj, het verwerpelijke bestaan van het esta- oilisment en nog reeksen van zulke zaken waarover men doorgaans gaarne een „nationale figuur" tot een oordeel, dan wel een uitspraak wil verleiden. Heeft Ard Schenk daarover dan geen mening? Natuurlijk wel maar „die hoeft niet te worden gepubli ceerd. In kleine kring, in discussies, wil ik die best ventileren. Maar dan alleen als een bijdrage aan die discussies. Ik kan óm, ik kan mijn standpunt wijzigen als argumenten van ande ren overtuigend genoeg zijn. Ik wil me ook niet in een vakje la ten duwen. Wie zegt: Ard Schenk' is een moderne Jongen, die heeft ge lijk alls hij doelt op mijn uiterlijk, of op mijn voorkeur voor bepaalde soorten popmuziek, of op mijn aan vallen op ouderwetse stellingen, die in de sport leven, zoals bijvoorbeeld de amateurbepalingen, of de rech ten en plichten van bestuursleden en officials. Maar daarin onder scheid ik mij niet van veel anderen en dat hoeft ook niet. Een gedegen oordeel kim je pas geven, als Je veel hebt gezien en meegemaakt. En dat dan gedurende langere tijd. Natuurlijk voel Je in een aantal si tuaties, die je krijgt voorgeschoteld, aan. dat er iets fout zit. Natuurlijk weet Je, dat er misstanden zijn en ik zal de laatste zijn, die daar met Samen met Monika Pflug. Een kroniekschrijver verbindt er onmiddellijk een romance aan. Schenk kan daar best om lachen: „laat ze maar. ze moeten wat te schrijven hébben een wijde boog omheen wil lopen. Maar ik wil mezelf toch wel het recht geven om in die dingen een soort terughoudendheid te betrach ten: Ja. dat klinkt misschien voor sommigen wat „ouderwets", dat be kende: je kunt er pas wat over zeg gen als Je oordeel goed gefundeerd is Toch is dat ten opzichte van een aantal zaken in het dagelijks leven wel zo. Ik voel aan, dat ik juist door mijn gerichtheid aan de ene kant de studie, aan de andere kant het schaatsen van veel din gen nog veel moet horen, lezen en ondervinden voor ik er iets zinnigs over kan zeggen. Dat is geen kwestie, dat ik geen „idealist" of hoe Je dat nomen wilt zou zijn, want er zijn wel degelijk zaken, die mij buiten het schaatsenrijden bezig houden „Mijn plaats in de maatschappij" om het maar eens met een Groot Woord te zeggen is daarbij wel de gelijk centraal, omdat ik Juist wel besef, dat het van veel meer belang is hoe ik er over tien jaar voor sta, dan hoe ik een volgend seizoen een wereldrecord te pakken moet zien te krijgen. Ik kan het met die dingen wel eens moeilijk hebben. Mijn fysiothera- peutische studie heeft me voor een paar problemen gesteld, die niet gemakkelijk op te lossen zijn juist omdat ik een bekende schaat senrijder ben, juist omdat ik een beetje van het publiek ben gewor den. Daaruit zo je profijt kunnen trekken onder het motto dat al zo vaak is gebruikt: als zovelen plezier van Je hebben gehad, dan moet dat publiek voor „later" ook eens iets terug kunnen doen. Vanuit dat standpunt geredeneerd zou het voor mij redelijk gemakke lijk moeten zijn om na mijn laatste examen op de populaire toer te gaan, dat wffl zeggen: mijn naam te gebruiken voor het opbouwen van een drukke praktijk. Het zou wel aanslaan, denk ik: Ard Schenk voor massage, of zoiets. Maar dat is de bedoeling van mijn studie niet geweest. En de beroeps ethiek komt daarmee in het gedrang op een manier, die ik voorlopig nog onaanvaardbaar vind. Vooral tijdens de praktijkperiode in mijn studie ben ik diep doordringen geraakt van het feit, dat er wel degelijk iets van een roeping achter mijn toekomstige vak zit. De therapie, het meehelpen te genezen, dat heeft me in die periode gegrepen. Wat voor de mensen kunnen doen... En dan het fascinerende, dat je als sportheld ook wel meemaakt, de pa rallel, die Je dan kunt trekken: wildvreemde mensen storten hun hart uit in brieven, roepen je hulp in voor allerlei zaken omdat je Ard Schenk bent, en aan de andere kant de patiënten, die op Je tafel ook beginnen te praten, met hun problemen komen, blij zijn dat ze er over kunnen praten en Jou daar voor uitkiezen, niet omdat Je Ard Schenk bent, maar gewoon iemand, die zich met hen bezig houdtJe leert, dat zo veel mensen zo erg eenzaam kunnen, wel moeten zijn en Je leert relativeren, beseffen, dat er veel om je heen is... al klinkt dat nou weer erg afgezaagd". Het probleem van de man, die veel binnen zijn bereik heeft, die met zijn populariteit zou kunnen exerce ren („laatst was er een controle op '.utopapieren, ik had ze thuis laten iggen, die vrouwelijke agent zei: iou. geef maar een handtekening /oor m*n zusje en voortaan de boel vel bij je steken"...), maar die aan ie andere kant niet in het minst loor de studie geleerd heeft naast het imago van de sportheld :e kunnen lopen. „Ik geloof, dat mijn houding daardoor voor het rootste gedeelte wordt bepaald. Neg altijd kan ik verbaasd zijn over iet feit, dat populariteit zoveel in- noudt le komt voor de gekste dingen te 9taan. Een bekend voorbeeld: men- ;an belden mij op om tegen vergoe- iing het bruiloftsfeest van hun iochter te komen opluisteren. Ge- voon. ails ik er maar was... En aan le andere kant de zo langzamer hand gegroeide wetenschap, dat je >ok wel een beetje kunt spelen met ie populariteit. Toch. het overwel- iigt me allemaal nog wel een beet je, vandaar die schijn van verlegen heid. En omdat ik mezelf nooit he lemaal prijs wil geven, omdat ik veet. dat ik niet alleen maar de -chaatsenrijder Ard Schenk ben. laarom is er toch ook wel dat af standelijke. 5n daarom doe ik vooral geen con- Ik verdom het om op een praalwa gen in een bloemencorso te gaan alleen om de boel op te luisteren. De dingen, die ze van Je vragen gaan vaak te ver. Ik ben geen clown en ik hoef niet van een we reldkampioenschap te leven. Maar soms kom je wel in een tweestrijd als die mensen nou zo aanhankelijk zijn, als je in staat zou zijn om beroemde „een sportheld is zo geten" een beetje te doorbreken, als je van zo'n enorm publiek iets te rug zou kunnen vragen omdat Je je voor het plezier van diezelfde men sen toch ook opofferingen hebt ge troost, zou Je dat dan niet moeten proberen? Op die momenten kan ik dan wed hard zijn keihard, als ze iets vragen: voor wat hoort wat, ei ben niet niemand, zeg ik dan. Maar ik ben nog veel vaker zwak in dingen. Er zijn nogal eens mensen, die me kunnen overreden. Dan ga ik toch en dan denk ik later: verrek, zij zijn er veel wijzer van geworden dan ik. Ik kan ook gemakkelijk af stand van die dingen doen, of dat nou een voetbalwedstrijd voor een goed doel of een huldiging, of een lezing of wat dan ook is. Studeren en schaatsen, trainen, uit gaan, het wisselt allemaal makkelijk genoeg af. het gaat zo soepel in el kaar over dat „sportheld zijn" toch Het (eerste) moment van de triomf: juichend met coach Leen Pfrommer. eigenlijk maar gewoon een bijkom stigheid is. Pas wanneer het echt die sport gaat, als ik daarin of daarover iets te zeggen krijg, dan il ik wel eens losbarsten. Dan denk ik: zet daar Je naam nou r eens achter". Grote stad Op die manier tekent Ard Schenk portret van zichzelf, dat nog niet af is, maar waarvan de lijnen toch wel op papier komen: de gretig heid waarmee hij zich in het „grote leven" heeft gestort toen schaatsen studeren samen „de grote stad" gingen betekenen. De ontwikkeling die er in zijn den ken is gekomen toen de studie dat gerichte, rationele denken is gaan eisen. Hij heeft er niet alleen de steile piek in zijn sportcarriëre aan te danken („ik bedacht dat ik die tien kilometer toch ook moest kun- overmeesteren") maar ook de ontwikkeling van zijn persoonlijk heid. Die er natuurlijk al was, maar die veel sterker is geworden. Maar nog altijd is er ook dat eer lijke stuk man, dat uit de Noord hollandse kop stamt: „de wijdsheid van Noorwegen, het sportieve leven daar. Gewoon na je werk nog een uurtje gaan skiën, of Je nou in Oslo of in dat verafgelegen gehucht aan de poolcirkel woont, waar leven met de natuur wel moet". Hij zou zich wel in willen zetten voor veel meer lichaamsbeweging in Nederland en tegelijkertijd is er die hang naar de gezellige bar, het pittige danswerk, het pilsje, de on derzoekende blik in de richting van een aantrekkelijke dame: „Nee, niet getrouwd, niet verloofd en erg voor zichtig in de keuze van een partner Maar wel avontuurdjes. En dè&rover geen tekst en uitleg, want dat is toch echt een stuk priveleven, hele maal van ml'j'. Hij kan soms losbarsten als op het ijs, wanneer de sfeer daartoe geëi gend is: „Dan is die stugge, norse boer wel heel ver weg". Maar met dezelfde inzet draaft hij 's morgens door het Amsterdamse bos: „Dan denk ik .Jekker door gaan. mezelf testen", wat nodig is, je moet je grenzen weten en aan alles zit een consequentie. Ook aan dat schaatsenrijden van mij. Ja, dokter Lap heeft al eens gezegd: hij is een rationeel denkend mens, een beetje in zichzelf gekeerd, die alle dingen onderzoekt en er dan zijn conclusies uit trekt. Dat beeld klopt geloof ik wel. En laat me nog maar een poosje verder onderzoeken". ADVERTENTIE verstrekt u graag een bij élke aankoop U hebt dan GRATIS KANS opeen jj koopbon voor de waarde van alle i DE KUYPER-merkartikelen, door U j gekocht tussen nu en eind mei 1972. Noem duidelijk het merk DE KUYPER wanneer u drank bestelt

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1972 | | pagina 27