*j)ollarprijs voor oud op de tocht RECLAMEMENSEN BLIJVEN ONS LASTIG VALLEN e ontkomen niet aan dwang Eerste Kamer behandelt de begroting in nieuwe stijl DAG 11 DECEMBER 1971 EXTRA PAGINA 7 vraagde aanbiedingen, die ons I worden toegestuurd, blijven Ujron van ergernis. Lezers mel- tfaar voortdurende staaltjes van, ftoch zo langzamerhand de 1 doen rijzen of het niet hóóg Lordt om via wetgeving iets te Ttegen het misbruik maken van lans naam en adres voor re- •doeleinden. Vanwege de last voor die ander van komt. ast. waarvan de reclame-ver- de bezwaren luchtig weg- Waartegen hij protesten ei- k maar kinderachtig vindt. t Bakker feze krant is al enkele keren r het recept gegeven tot tegen- Krijgt u ongevraagd aan u ■erde reclame-aanbiedingen Ij bus, retourneer ze dan aan de ijler. Doe dit, door ze in een enveloppe te stoppen en i het adres van de reclame- te zetten. Zodat deze zelf lit voor de kosten. (Want zou men er „retour afzender" op zetten, dan brengt de PTT ze gratis terug, d.w.z. op kosten van de gemeente schap die voor de PTT betaalt) Ik zou dit recept nog eens van har te willen aanbevelen. Het moet na tuurlijk wel zinnig worden gehan teerd aanbieders van automaten als u net een nieuwe auto hebt, drukkers van kaartjes als u gaat trouwen, enz. kunnen wel een reëel aanbod hebben, waarvan zij in principe kunnen aannemen dat u er wel eens in geïntresseerd zou kun nen zijn. Lastige reclame Maar goed, het recept werkt tegen de werkelijke lastige reclame nog niet altijd afdoende. Dat hebben wij een vorige keer al ervaren met de meldingen van enkele „gelukki gen", die een ongevraagde aanbie ding hadden ontvangen van de uit gever van „Het Beste". Zij stuurden de rele heisa terug, maar kwamen toch als klant in de boeken te staan. Op onze melding heeft „Het Beste" hen nu van die last verlost. Wij hebben begrip getoond voor het feit dat er bij „Het Beste" in de hele papierwinkel ook wel eens iets mis kan gaan. Minder begrip hebben wij voor een zinsnede in de brief waarmee „Het Beste" deze lezers nu laat weten dat hun abonnement is geschrapt. Deze passage: „Vermoedelijk hebt u onze aanbieding onder eigen couvert aan ons ingezonden zonder de tekst van ons aanbod te lezen. Had u dat wel gedaan, dan zou u gezien heb ben, dat u door een coupon te ver wijderen te kennen had kunnen ge ven dat u niet geïnteresseerd was in een abonnement op „Het Beste". Misverstand Jammer dat u niet direct na ont vangst contact met ons hebt opge nomen. Dan was het misverstand di rect de wereld uit geweest". Nu moet men bij „Het Beste" toch wel gaan oppassen. Dit is er aan de hand: De uitgever van „Het Beste" overstroomt Nederland met persoon lijk gerichte reclame. Hij veroor zaakt daarmee last. De ontvangers van zijn post hebben geen zakelijk belang bij zijn reclame en behoeven dus ook die last niet te accepteren Of ze zijn zending nu met één blik als ongewenst herkennen, of pas na uitvoerige lezing, met de „werkin structies" van „Het Beste" hebben zij geen zier te maken. Het is niet Jammer, dat zij geen contact hebben opgenomen na ont vangst van een abusievelijk toege stuurd maandblad. Hun is niet te verwijten dat zij de tekst van het reclame-aanbod niet goed hebben gelezen. Zij willen geen privé-gea- dresseerde dingen in hun bus krij gen die hun niet zinnen. Van die rommel willen zij af en daarmee basta! Slordigheden Als het zo nog niet duidelijk mocht zijn, kunnen wij nog wel meer ver tellen over de slordigheden van „Het Beste". Zoals dit geval: Lezers ontvingen in de post een aanbieding gericht aan heel iemand anders, een meneer Van Doorn. Nu weten zij heel toevallig dat de voor-vorige bewoner van hun huis Van Doorn heette. Zij zetten op de zending dat meneer Van Doorn al Jaren niet meer op him adres woont, stoppen alles in een envelop pe en sturen de boel naar Het Beste. Maar wat gebeurt er sindsdien? Zij krijgen het maandblad „Het Beste" thuis. Op naam van Meneer Van Doorn. En rekeningen. Op naam van meneer Van Doorn. En beta lingsherinneringen. Ze wordt er dol van. Laten we het nu maar zonder om wegen op deze plaats tegen de uit gever van „Het Beste" zeggen: Uw lastigvallerij, gecombineerd met uw slordigheden, gaat ons te ver. Wij willen niet door u aan het werk worden gezet om door u veroor zaakte last te voorkomen. Wij heb ben niet om uw op onze naam ge stelde reclame gevraagd, en als het zó moet gaan zouden wij er verder graag van verschoond blijven. Andere acties Dat geldt ook voor andere verkoop- acties met een soortgelijke opzet. Zoals die met de prentbriefkaarten van Removos, die elk Jaar aan een deel van het publiek worden ver zonden. Met daarbij de uitleg dat de ontwerpen zijn geschilderd door, meestal buitenlandse, gehandicapte kunstenaars. En of we het geld maar willen overmaken of ze an ders terugsturen. Nu krijg Je van de Removos geen rekening als Je geen van beiden doet. maar het blijft opdringerig. En het verplicht mensen, die het Removos-ver haal helemaal serieus nemen, naar de post de lopen om ze terug te stu ren, als zij de kaarten niet houden. Waarschuwingen tegen vier soorten oplichters waarmee het publiek de laatste tijd tot zijn schade te ma ken krijgt: Mannen die langs de deuren tuingrond verkochten, zetten een bejaarde dame circa duizend gul den af. Ze haalden het zelf uit de kast, toen er niet vlug genoeg werd betaald. Hele woonwijken worden de laatste tijd weer afgestroopt door verkopers van kledingcoupons voor kostuums. Ze verkopen ze voor 400 500 gulden, na in half-Duits ver telde leugens over een show waar zij de stoffen niet van mee terug kunnen nemen naar Zwitserland, waar zij zeggen te wonen. Het eni ge dat waar is, is dit: aan die stof fen hebt u niets. Antennebureaus geven garantie op de geplaatste antenne, maar stu ren soms onder een heel andere naam een reparateur, als er iets aan mis is. En presenteren zodoen de toch een gepeperde rekening. Zo gaat dat bij sommige bureaus. Maar hoe weet Je van tevoren welke dat zijn? Liever maar even informeren naar de ervaringen van buren en kennissen met de diverse adressen. Van wat er op het dak gebeurt, kun Je meestal weinig controleren. Klacht van twee lezers: wij betaal den een Jaar geleden voor de repa ratie van onze schoorsteen, met vijf Jaar garantie, maar het werk is „door een abuis" nog steeds niet ge daan. Het woord „garantie" dient vaak als lokkertje. de oudheid is goud de graadme ter geweest voor de uitwisseling van goederen en ten. Ook al wordt het niet meer, als voorheen, her en der gestuurd om betalingen te Ihten, toch is het nog altijd de maatstaf in het internationale verkeer. ^^ferwjjl niemand eraan zou te manipuleren met de twee graadmeters, die het onder- «•grkeer beheersen, de meter en ■SB), wordt er sinds mensenheu- "jeprobeerd om de betaling»- jjkheden van het goud uit te Op het ogenblik is het l^^kken om de prijs van het leer in volle gang, want elk kt de koopkracht van zijn ptholde kan de gouden kete- t dulden. 1 Elasticiteit 3"* rzet tegen een grotere elasti- an de goudprijs ging voor- 1 uit van Washington, waai ■■Itieke redenen en de vrees ■9b verlies aan vertrouwen in tot dusver weerstand is j aan de aandrang van an- om de dollarprijs voor 1 te verhogen. De valutaspe- rukken nu echter zc al aan de gouden ketenen dat 1 kwestie van buigen of bre- hebben de ministers van en de gouverneurs van tale banken van de tien in- inden samen met vertegen- ers van het Internationale |re Fonds zonder resultaat LH r esteund door de invoering hdelsbelemmeringen, de an- jden te dwingen hun wissel- De moeilijkheid is dat bij de instel ling van het Monetaire Fonds ervan werd uitgegaan dat alle lan den ook in de toekomst ernstige te korten aan dollars te kampen zou den houden. De Marshallhulp, de oorlog in Korea, de omvangrijke economische en militaire hulp en als klap op de vuurpijl de oorlog in Vietnam hebben de positie van de dollar in het internationale beta lingsverkeer echter dusdanig onder mijnd dat er in plaats van een te kort een overschot aan dollars is ontstaan. Toen nog aan tekorten werd ge dacht is de dollar in de plaats van het goud gesteld bij de afwikkeling van de onderlinge betalingen De voor de oorlog door president Roose velt willekeurig vastgestelde prijs van het goud op basis van 35 dollar voor een troy ounce (El gram) kreeg daardoor de status als de me ter voor de maten en het kilo voor gewichten. Dollars kunnen er echter naar believen worden bijgemaakt en het goud heeft naast zijn functie als verrekeningseenheid ook een handelswaarde, omdat het gebruikt wordt voor allerlei industriële doel einden en voor sieraden. Dollarprijs Hieruit valt af te leiden dat het op den duur niet mogelijk is de prijs van het edelmetaal voor monetaire doeleinden te handhaven op basis van een betaalmiddel dat geen constante koopkracht vertegenwoor digt. De strijd tussen de financiële deskundigen gaat er nu om of de dollarprijs moet worden gewijzigd of dat de andere betaalmiddelen in waarde zullen worden aangepast aan de in koopkracht verminderen de dollar. Het overleg in Rome heeft gelegen heid gegeven om kennis te nemen van eikaars standpunten, maar het overleg strandde op de vele politie ke klippen. Vandaar dat op ander niveau de knoop moet worden door gehakt. President Pompidou en Kanselier Brandt zouden in het af gelopen weekeinde in Parijs in principe tot een gemeenschappelijk standpunt hebben besloten. Zo gauw mogelijk moet er weer een stelsel van vaste wisselkoersen worden in gevoerd, maar dan op andere dol larbasis dan voorheen. Koopkracht Omdat de Amerikanen er zelf toe hebben meegewerkt dat de koop kracht van hun munt achteruit ging, moeten zij meebetalen aan het gelag. Daarom wordt verlangd dat de dollarprijs voor het goud wordt verhoogd, dus de graadmeter van het betalingsverkeer wordt uit gerekt. De andere landen zouden dan hun goudprijs wat verlagen om het koopkrachtverschil tussen de dollar en hun munt weg te nemen. Het zou natuurlijk ook mogelijk zijn geweest om alle munten op te waarderen ten opzichte van de dol lar, maar dat zou een grote strop hebben betekend voor de landen, die over een flinke goudschat be schikken. De Nederlandsche Bank heeft voor een waarde van zes mil jard achterhonderd miljoen gulden opgeslagen. Een opwaardering van de gulden met één procent dus een verlaging van de goudprijs, zou de waarde van al dat goud meteen met acht en zestig miljoen doen verminderen. Daarboven zou dan nog het verlies komen van het dol- larbezit. Begrijpelijkerwijs voelt men niets voor een dergelijk boek verlies, dat door de Schatkist moet worden gedragen. Met. de andere landen is het net zo gesteld. Vandaar de aandrang op Washington om de dollarprijs op tt- trekken, dan behoeven de andere landen niet zoveel toe te leggen op de aanpassing van de wisselkoersen. Het is nu een kwestie van mar chanderen op politiek niveau, waar bij Europa en Japan het moeten opnemen tegen de zoveel sterker staande Verenigde Staten, die de valuta-aanpassing tevens benutten om allerlei grieven op handelsgebied uit de weg te ruimen. De EEG zal tegemoet dienen t.e komen aan het verlangen van Washington om meer armslag voor de import van land- bouwprodukten in Europa en al wat er zoal meer op het gebied van de handelsbetrekkingen te koop is. Van Japan wordt verlangd dat de uitvoer van industrieprodukten naar de Verenigde Staten wordt beteu geld. Het zijn vrome wensen, die alleen in vervulling kunnen gaan als zij kunnen worden afgedwongen. Daar is het in eerste instantie om begonnen bij het rukken aan de gouden teugels. Uiteindelijk is elk land erbij gebaat dat zo spoedig mogelijk tot het stelsel van de vaste wisselkoersen wordt teruggekeerd. De handel kan zich dan in rustige banen ontwikke len. De narigheid is evenwel dat de oorzaak van de bestaande moeilijk heden niet wordt weggenomen. De tekorten op de Amerikaanse beta lingsbalans behoren niet op korte termijn tot het verleden. Evenmin komt er een einde aan de uiteenlo pende spanningen op monetair ge bied, ook al lijkt er nu meer eenheid te kunnen komen in de standpunten van de voornaamste Europese lan den. na het overleg van Pompidou en Brandt. nenten en producenten beschuldigen elkaar om strijd uiling. De producenten voelen zich onschuldig, omdat [goedkoop mogelijk maken wat de mensen willen. De tenten voelen zich onschuldig, omdat zij geen flauw ebben van wat zij kopen. De overheid, die er in zekere |senin zit, kan niet zo gek veel doen zonder in te grijpen nijheid van een ene of de andere partij en zulke in- l volgen pas als het al te laat is. Ziedaar, in enkele L het aardige vraagstukje dat moet worden opgelost als Inderen nog kinderen hebben in een wereld, die be- Bar is. ssing is niet te zien, ook als mogelijkheden zijn, r eerst een mentaliteitsver- I zou moeten komen, die pet wil brengen. Ik lees nu irschuwingen tegen plastic- igen, maar ik heb het nog jbracht bij het boodschap- I spullen te laten overpakken permarkt. Ik zou wel eens {ten, welke querulant dat wél juwens, waarom zou ik als |nte op straffe van ongemak i wegwerp-verpakkingen te zetten in grote grijze dividueel gedrag de ginnen. Of we moeten bereid zijn te ervaren, dat de regering krasse maatregelen neemt, die in zeer veel gevallen ondervonden zullen worden als zeer hinderlijk. Deze maatregelen gaan in tegen economische belangen. Dat is de reden waarom een rege ring ze niet gemakkelijk neemt. Zo als geen enkele regering bijvoor beeld het roken verbiedt of de ver koop van sterke drank onmogelijk maakt. Voorlichting helpt niet Aanvan kelijk dacht ik, dat voorlichting wel zou helpen. Als iedereen zou weten, hoe gevaarlijk zijn gedrag is voor de omgeving en daarmee voor de toe komst. dan zijn verreweg de meeste mensen wel bereid hun gedrag te veranderen. Dat lijkt te optimistisch. We weten al zoveel omtrent gevaar lijke gedragingen, maar dat leidt blijkbaar niet vanzelf tot an'* -e gedragingen. Het moet dus wel lang duren, want het veranderen van een mentali teit kost ministens een generatie. Zo'n verandering is trouwens zelf onderworpen aan voorwaarden, die er honderden voorbeelden. van elke consument baalt de gevolgen voor de 'peenschap, maar elke con- 'ipart is er nog niet aan toe e oude tijden" terug te wil lek en handigheid zijn ver ben, die Je niet zomaar in- I ongemak en tijdverlies. Ilen de algemene ellende de 'Rn het individueel gedrag, hen verandering van het in- niet eenvoudig zijn te vervullen: al lereerst eenstemmigheid over de aard en omvang van het euvel en daarna een wetenschappelijk verant woord inzicht in de methode van be strijding. Aan beide ontbreekt het nog, met als gevolg, dat de menta liteitsverandering veel langer duurt. Hier kan de overheid natuurlijk wel het een en ander doen zonder dat zij meteen in conflict komt met particuliere belangen. Maar er is weinig van te merken, dat het al zover is. We zijn in ons land mis schien al veel bewuster met deze dingen bezig dan in een aantal andere Europese landen. Toch is on ze voorsprong op dit terrein niet zo indrukwekkend, dat men er spoedi ge resultaten van mag verwachten. Wie moet beginnen? Wie moet beginnen? Er wordt in dit verband steeds vaker gezegd dat wij moeten versoberen om het Vraagstuk de baas te kunnen. We moeten anders leven en daarbij wijst men dan op vroeger, toen im mers allerlei ingewikkelde dingen van tegenwoordig niet bestonden, zonder dat de mensen merkbare schade aan hun ziel opdeden. Een dergelijke oproep zal wel het eerst gericht zijn tot de grootste groep van consumenten en dat is per de finitie de groep met de lagere lonen. Er hoort nogal wat moed toe zul ke mensen te vragen te versoberen. Zij hebben nog maar een Jaar of wat eeuwen van gedwongen verso bering afgesloten. Waarom zouden Juist zij zich geroepen voelen tot al lerlei hinderlijke beperkingen, een voudig op grond van de overweging, dat zij naar getal gemeten zo'n be langrijke groep vormen? Je kunt de arbeidersvrouwen moeilijk verzoe ken een eeuw terug te gaan en al lerlei extra moeite te doen om de toekomst een beetje te redden. Ze kijken dan even naar de an deren. die zoveel dingen al zoveel eerder konden en die daarom ook al zoveel eerder zijn begonnen met een flinke vervuiling van de omge ving. Waarom zouden de lagere in komens ook hier weer moeten voor op lopen? Niemand onder hen, die er over denkt dat vrijwillig te doen. En daarmee wordt het mentaliteits probleem meteen een groot en moei lijk politiek vraagstuk. Geen oplossingen Geen politieke oplossingen Ik heb er gisteren de programma's van de belangrijkste politieke partijen nog eens op nagekeken. Zij bevatten wel opmerkingen over de noodzaak tot milieubeheer, maar geen van heeft oplossingen aan de hand ge daan voor de vraag hoe men macht moet vormen voor ingrepen tegen de wil van de kiezers in. Allemaal gaan ze ervan uit, dat de kiezers bereid zijn oplossingen te aanvaarden, die hun eigen gemak verminderen en dat is eigenlijk wel een mooi trekje, want er blijkt uit, dat de politici het volk zeer hoog hebben. Geen van de partijen geeft aan op welke, al was het maar glo bale. manier de overheid de macht verzamelen kan tot dwang, omdat zij de vrijheid van consumptie en van produktie hoog aanslaan. Daarover bestaan gevaarlijke mis verstanden. Het is onjuist te be weren, dat de behoeften in een volk gemeten kunnen worden aan de verkoopcijfers van de producenten. Dat zou alleen zo zijn als het volk wist wat het kon kopen, maar daar weet het volk te weinig van. Er zijn niet zoveel wasmiddelen omdat zoveel mensen vragen naar zoveel verschillende wasmiddelen. Er is zo veel vraag naar verschillende was middelen. omdat de fabrikanten be weren dat zij zo verschillend zijn en toegerust met allerlei nog niet eer der vertoonde kwaliteiten. Idem met bijv. de margarine, waarbij moet worden aangetekend, dat eerst het halve volk met pukkels rond moet lopen voor bekend wordt, dat die margarine voor het grootste deel uit één fabriek komt. Zolang de verlakkerij doorgaat zolang blijft de werkelijke vraag on geschikt als maatstaf voor de wer kelijk levende behoeften en daar mee vervalt dan tevens het argu ment. dat er tegen die waargeno men behoeften niets mag worden ondernomen vanwege de heilige vrijheid van consumptie. Conclusie Conclusie Hoe men het draait of keert, er is geen andere oplossing dan dwang van boven af, zowel op de consumenten als op de producen ten. Die dwang moet leiden tot een samenstel van maatregelen: sterke beperking van industire-procédés, door nauwkeurige controle op wat er aan vervuiling gebeurt; drasti sche beperking van het recht tot de vrije reclame door een veel stringen ter controle op de leugen; opneming in het onderwijspakket van een re delijke hoeveelheid gezondheidsleer, en warenkennis; een hele reeks van strafmaatregelen tegen de ^lividue- le vervulling, met als sancties hoge boetes en eventueel nog ergere din gen. Kortom: het is in het bestek van zo'n paar regels niet op te sommen, maar het zijn stuk voor stuk beper kende maatregelen, die we beter nu kunnen ondergaan dan later, als zij onvermijdelijk zijn, dus toch komen en lang niet meer zoveel effect heb ben als op het ogenblik. De Eerste Kamer, de seniorenverga dering in de marge van ons parle mentaire stelsel, is druk bezig haar heel eigen plaats te onderstrepen In het reeds in gang gezette parle mentaire Jaar introduceert zij een begrotingsbehandeling „nieuwe stijl". Bovendien halveert zij het aantal vergaderingen. In principe wordt er nog maar één dag per week vergaderd, nl. op dinsdag. Voorzitter mr. M. de Niet Gzn (67) Scheveninger van geboorte, als be stuurder onder meer gelouterd in een negentien Jaar durend burge meesterschap van Wageningen. heeft voor de „nieuwe stijl" geij verd. Hij legt uit, dat de Eerste Kamer ernaar streeft heel snel ach ter elkaar alle begrotingshoofdstuk ken goed te keuren om af te komen van het „geduvel van maanden uit stel." Als alles volgens plan verloopt gaat de eerste reeks hoofdstukken !1 december onder De Niets hamer door. De rest op 18 Januari rond. Op deze wijze werkt de Eerste Ka- ner eraan mee. dat de regering vrijwel het gehele Jaar met een door het parlement aanvaarde be groting kan werken. Maar de „nieuwe stijl" gaat niet zover, dat de Eerste Kamer er dan verder ook het zwijgen toe doet. De snelle afdoening van de formele vaststelling van de begrotingen doet zij op voorwaarde, dat de regering in de loop van 1972 bereid is met de Kamer te discussiëren over be leidsonderdelen. Deze week heeft minister-president Biesheuvel zich met de nieuwe werkwijze akkoord verklaard. Discussie De Niet: „Het is duidelijk, dat de Eerste Kamer zolang zij bestaat, zich het recht voorbehoudt met de afzonderlijke ministers te discussië ren over het egvoerde en het te voeren beleid." Maar is zo'n beleidsdiscussie geen mosterd na de maaltijd - de minis ter behoeft immers het afstemmen van zijn begroting niet meer te vre zen? De Niet. met enige stemverheffing, zegt: „Men moet wel een heel erge formalist zijn als men hier bezwaren tegen heeft. Laten we wel zijn, in geen vijftig Jaar heeft de Eerste Kamer een begroting afgestemd. Trouwens het blijft natuurlijk voor de leden mogelijk, ook bij de snelle afdoening, een tegenstem uit te brengen. En de beleidsdiscussie zelf kan heel goed uitmonden in een motie. Bovendien heeft de Eerste Kamer tóch al niet de bevoegdheid om een begroting op onderdelen te wijzigen." Voorzitter De Niet vindt zo'n alge mene beleidsdiscussie temeer zin hebben, omdat er vaak nieuwe fei ten op tafel zijn gekomen in de maanden die zijn verstreken sinds de Tweede Kamer de begrotingen heeft behandeld. Dat geldt bijvoor beeld voor volkshuisvesting (nieuwe woningbouwcijfers), buitenlandse zaken en sociale en economische zaken. De inperking van het aantal verga- derdagen is een andere zaak - meer een tegemoetkoming van de Kamer aan zich zelf. al zegt de voorzitter wel, dat ook de regering het pretti- Mr. M. de Niet ger vindt maar één dag per week in de Eerste Kamer te hoeven op treden. De Niet: „De leden van de Eerste Kamer zijn nu eenmaal mensen die veelal naast hun lid maatschap van het parlement een volledige, vaak heel verantwoordelij ke. maatschapDelijke functie uitoe fenen. In de Tweede Kamer zitten de echte politici - de beroepsparle mentariërs. Door maar één dag in de week de vergaderen en dan ook steeds een onderwerp helemaal af te ronden, wil de Eerste Kamer to nen. dat zij bestaat uit dat andere soort mensen". De Niet voorziet één uitzondering: voor buitenlandse zaken zal de Kamer wel op dinsdag én woensdag bijeen komen. Ons buitenland is zo groot,... Achteraf heeft de Immer wat nors kijkende, maar in wezen wel vrien delijke voorzitter, zich gerealiseerd, dat zijn Kamer op dinsdag enkele uren eerder met de openbare be raadslagingen begint, dan de Twee de Kamer Hil meent „Dat zou de aandacht voor het werk van de Eerste Kamer wel eens ten goede kunnen komen."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1971 | | pagina 7