Zoeklicht op Rossolimo
Kruiswoordraadsel
Blunderen onder psychische druk
Schoonheidsprijs voor briljant spel
ichaakrubriek
!>amrubriek
ridgerubriek
z *-
Klein Klanw-tje
atari*A"' 1971
AGBLAD
De bekende grootmeester Nicholas Rossolimo (geb. 1910 in
oskou), is een van de virtuozen die op het bord steevast
rgt voor een soort Bengaals vuurwerk. Hoewel zijn toernooi-
sultaten vaak onbestendig waren blijft hij op zijn 61-jarige
ftijd toch nog een groot struikelblok voor de opponenten
e de jeugd mee hebben! Hij woont thans in New York, voor-
.en in Griekenland en Frankrijk. Opvallend is dat hij van
roep taxi-chauffeur is en leraar in de judosport
Cen aantal Jaren geleden deed het
>eltje de ronde dat hij zo bijgelo-
was, dat hij bij elk toernooi een
ntal pullovers meenam. Wanneer
een partij verloor, trok hij een
dere aan, maar vermeed zoveel
igelijk dezelfde kleur.
neemt Rossolimo op de koop toe!
20. Db6xe6. 21. e5xf6 d5xe4. 22.
f6xe7 De6xe7, 23. Ddl-b3* Kg8-h8,
24. Lcl-e3
Stelling na 24. Lcl-e3
abc d e
lij heeft vele malen deelgenomen
n de Hoogoventoernooien en is
voor onze landgenoten geen on-
tende. Door zijn innemende per-
mlijkheid was hij in Beverwijk een
iag geziene gast. Zijn lievelings-
i-iant in de Siciliaan is 1. e4 c5 2.
3 d6 3. Lb5+ enz. (Zie partij no. 2).
[n de nu volgende twee partijen
n we hem met deze loperzet zege-
rend uit de strijd komen.
iVit: Lothar Schmid
Ewart: N. Rossolimo
SPAANS
e2-e4 e7-e5, 2. Pgl-f3 Pb8-c6, 3
L-b5 a7-a6, 4. Lb5-a4 Pg8-f6, 5.
i Lf8-e7.
De Open-variant iPe4ieen stok-
ardje van Euwe en Tarrasch, ziet
:n tegenwoordig zelden op het bord
•schijnen. De reden ligt waar-
ïijnlijk in het feit dat de zet te
ïerp is en wit de kans geeft tot
i gunstige actie op de centrale
Dverigens is deze materie zeer be-
ikkelijk. De Open-variant heeft
bewezen zeer flexibel te zijn!
6. Tfl-el b7-b5, 7. La4-b3 0-0, 8. c2-
c3 d7-d6, 9. h2-h3 a6-a5
Een interessant idee. Wanneer wit
met h2-h3 een tempo verliest kan
a6-a5 de balans in evenwicht bren
gen. De zet komt uit Russische
schaakkringen
10 d2-d4 e5xd4, 11. Pf3xd4
Uit vrees voor 11. cd4: a4, 12. Lc2
Pb4 enz. Belangwekkend is dat zwart
op 11. cd4: met 11. d5kan voort
zetten. (Nieuwste theorie!)
1 1Pc6xd4, 12. c3xd4 Lc8-b7. 13
Lb3-c2 c7-c5, 14. a2-a4 b5-b4, 15.
Pbl-d2
Een andere variant: 15. e5 de5: 16.
de5Dd5! 17. Dd5: Pd5: 18. Le4
Tfd8 met gelijke kansen.
15.c5xd4, 16 Pd2-b3 d6-d5!
Nu laat Rossolimo zien dat hij niet
voor niets de titel „grootmeester"
17. e4-e5 Pf6-e4. 18. Pb3xd4 f7-f6!?
Wie komt nou op zo'n idee! Het
blijkt echter zeer effectief te zijn.
ondanks de zet 19. Pe6. Het wordt
nu echt vuurwerk
19. Pd4-e6 Dd8-b6! 20. Lc2xe4
U ziet wat er volgt op 20. Pf8: enz.
Toch is later gebleken dat alles niet
geheel duidelijk is. Zie b.v. 20. Pf8:
Df2t 21 KhlPg3+ 22. Kh2 d4. 23.
Dd2! Pflt 24. Tfl: Dfl: 25. Ld3! enz.
Maar dergelijke beslommeringen
solimo zijn lievelingszet. In feite
kwam deze zet het eerst voor in de
stampartij Henneberger-Flohr. Zü-
rich 1934 Flohr vervolgde met 3
Dc7 4. Lc6: dc6: 5. d3 Pf6 enz. Stoltz
speelde tegen Nimzowitsch: 3 g6 1
4. c3 Lg7 5. 0-0 Db6 enz. In beide
gevallen met gelijk spel) 3.g7-g6
4. 0-0 Lf8-g7 5. c2-c3 e7-e6 6. d2-d4 j
c5xd4 7. c3xd4 Db8-b6 8 Pbl-a3! j
Pc6xd4 (Beter d5> 9. Pa3-c4! Pd4x
f3t 10. Ddlxf3 Db6-c7 11. Lcl-14
e6-e5 12. Pc4xe5 (Ook sterk is 12 1
Tfdl12. Lg7xe5 13 Tal-cl
Dc7-b8 14. Tclxc8t.' Db8xc8 15. Lf4x
e5 f7-f6 16. Le5xf6 Pg8xf6 17. Df3xf6 I
Th8-f8 18. Df6-e5T Ke8-d8 19. De5- j
g5f Kd8-e8 20. Tfl-cl Dc8-d8 21 1
Dg5-e5t Dd8-e7 22. Lb5xd7T| (Daar I
komt Rossolimo!) Ke8-f7 23. Ld7-e6t I
Kf7-e8 24. Tcl-c7 en zwart gaf- het
op.
Slotstelling
Wanneer men deze stelling even
„wiskundig" bekijkt komt men tot
de slotsom dat er niet meer dan 1
remise inzit. Raadsheren van onge
lijke kleur en bijna symmetrische j
pionnenstructuur. Rossolimo bekijkt I
de zaak anders
24Ta8-a6! 25. Tal-cl Ta6-g6. I
26. Tcl-c5
Niet mogelijk is 26. Lc5 wegens
26.... e3ü en wint.
26De7-h4, 27. Kgl-h2 Tg6x
g2tü 28. Kh2xg2 Tf8xf2tU
Wit geeft het op. Later is geble- j
ken dat 26. Tc5 de grootste fout is
geweest. Juist was 26. Dc2!
Wit: N. Rossolimo
Zwart: A. O'Kelly
SICILIAANS
Zwart kan het mat niet ontgaan.
Een levendige party met een leer
zaam slot.
BISHOP
I AANSLUITING op de rubriek
n vorige week laat ik hieronder
Lge fragmenten volgen, die zich
urdeden tijdens de wedstrijd Gro-
ïgenRDG. Deze ontmoeting ein
s-de in een 713 overwinning voor
Hagenaars, een enigszins geflat-
crde uitslag, hoewel de zege op
h zeker verdiend was. Hoe Krijn
et het stoute stukje uithaalde
uwe de Jong te verslaan (veel
ïoorde opmerking bij de voorbe-
•eking van deze wedstrijd: „Als ik
tar niet tegen Douwe de Jong
n te spelen!") heeft u vorige
ek reeds kunnen zien.
Holstvoogd. ex.-jeugdkampioen
i Nederland, maar bekender als
jn mede-presentator van de Te-
cursus dammen, heeft zich ja-
llang in verband met zijn studie
>nomie slechts in zeer beperkte
,te met het damspel kunnen be-
Ihouden. Maar sinds zijn verhui-
5 van Zaandam naar Rijswijk is
meer tijd vrijgekomen en daar
>fiteert niet alleen hijzelf, maar
RDG van. Tegen Huissen, VAD
Excelsior zorgde hij in stijlvolle
rtijen voor twee punten, terwijl
m tegen Papendrecht slechts door
moment van onnauwkeurigheid
volle buit ontging. Toch blijft
de vraag of men het plotselinge
falen, het vergooien van de winst
na vier uur spelen bijvoorbeeld,
moet zien als een incidentele onvol
komenheid (zoals communisten de
door hun gebagatelliseerde^ misstan
den in een marxistische maatschap
pij op een miljoen doden en/of
gevangenen kijkt men niet af
doen met de bewering dat deze ver
schijnselen weliswaar betreurens
waard, doch noodzakelijk en van
voorbijgaande aard zijn) dan wel als
een karakteristieke eigenaardigheid
van een overigens begaafd speler. De
tijd zal het leren. Feit is in ieder
geval dat Holstvoogd. bij wie het in
het verleden nogal vaak aan de af-
1 2 3 4 5
werking van zijn in de regel goed
opgezette partijen schortte, zijn
handioap nog niet geheel heeft
overwonnen. Daarvan getuigt on
derstaand fragment. In de stelling
van diagram I heeft Holstvoogd
met zwart nauwelijks moeilijker
spel dan Harm Wiersma. Aangewe
zen is 11—17 en 6x17. Op 45—50
volgt dan 13—18 40—34 18--23. ter
wijl 3228 zijn bezwaren heeft
vanwege 21—27 en 17—21. Het par
tijverloop luidde echter: 1.11—17
2.22x11 16x7? In feite een blunder.
3.45—40 13—18 4.32—28! Erg simpel
4.... 18—23 5.48—43 23x32 6.38x16
en zwart gaf op.
1 2 3 4 5
S
O
s s s
O
s SS
S SS
s 9
s
s s s
9
9 9
S
j*
-
Mogelijk is het natuurlijk ook dat
I Holstvoogds blunder veroorzaakt is
door de psychische druk, waaronder
I niet-grootmeesters staan, wanneer
zij het tegen grootmeesters moeten
I opnemen. Daar had mijn tegenstan
der, Willy Heeringa, kennelijk ook
last van.
In de geladen stelling van het
j tweede diagram werd' gespeeld1.
I 3—8! Hoewel 1722 en 7—11 nog
geen acute dreiging vormt, moet wit
i er toch wel rekening mee houden,
j 2.27—21. Op 27—22 etc. was ik van
plan te vervolgen met 8—13 44—39
13—18 43—38 15—20! 30—25 17—22
etc. met uitstekende kansen. 2
24—29. Dreigt 17—22 en 29—33.
3.30—25 15—20 4.44—39 20—24. De
witte stelling staat onder enorme
druk, maar met 45—40 is nog wel
stand te houden: 18—22 faalt dan
nl. op 40—34. IS—11. 32x21. 43—39.
38x7 en 21x3. Na 4540 is zwarts
beste variant 8—13 39—34 7—11
16x7 12x21 21x12 18x7. maar via
35—30, 28—22 en 43—39 verkrijgt
wit dan toch redelijke remisekan
sen. Gelukkig zou het zover niet
komen: 5.3934? Een afschuwelijke
blunder. 5.... 29x40 6.35x44 17—22!
7 28x17 24—30 8.25x34 23—29 9
34x23 19x50 en wit gaf op.
Ti SIJBRANDS
Onlangs werden weer vier wedstrijden ge speeld door de
mis der meesterklasse van de Ned. Bridgebond. In de match
ssen de Rotterdamse Bridgekring en Culemborg (24), had
het genoegen op de noordplaats te kunnen zien hoe Arie van
lusden als zuid in het onderstaande spel vijf klaver wist te
nnen.
te 85
AB654
O H 2
8765
B 10 6 3 N teHV)92
9 7 3 W O ^HV8
A V 8 r, O B 10 9 5 4 3
4É> A 7 4
C? 10 2
O 76
A H V 10 9 3
ord gever, niemand kwetsbaar.
Koord past oost één ruiten
mid c'rie klaver west drie rui
ten noord drie SA oost vier
ri'-.ten zuid en west pasten
Joord vijf klaver allen pasten,
gen vijf klaver was west bang
met ruiten te starten, vrezende
een ruitens"ag bij noord hoog te
maken Die analyse was goed,
maar de uitkomst een beetje te
[lassiefwest startte met klaver
twee. Zuid haalde drie ronden
troef, speelde harten tien na en
meed- oost won met hartenheer.
Oost vervolgde in slag 5 met
choppen-heer. door zuid gewon-
it-n met schoppenaas. In slag 6
ten voor noords hartenaas
huid liep niet in de val opnieuw
te snijden) en nogmaals harten,
die zuid met klaver negen in-
troefde.
De spelleider kon zich niet veroor
loven ruiten te spelen, daar OW
anders ruitenaas, hartenvrouw en
een schoppenslag zouden hebben
kunnen scoren. Dus werd in slag
8 klaver drie nagespeeld, waar
door de tafel (noord) met klaver
acht aan slag kwam. Noord kon
nu twee vrije hartens maken
bij de laatste harten was de posi
tie:
schoppen opruimt, wordt schop
pen acht getroefd in zuid en
ruiten nagespeeld. Daar dat dus
OW niet hielp, besloot west rui
tenvrouw weg te doen. Echter had
Van Heusden de situatie precies
Juist beoordeeld: hij liet nu uit
noord ruiten twee spelen, wests
ruitenaas moest vallen en de elf
slagen waren binnen. Fraai!
B 10
i •?-
O AV
i 4»
te V 9
V>"
O B10
•¥•-
te 1
<?-
<>76
A 10
Kiaver troef, noord aan slag: hoe
maken NZ nog drie slagen?
j Noord speelde de vrije harten zes
en zuid deed schoppen zeven weg.
i Wat moet west doen? Als hij
ADVERTENTIE
f auto-inzittenden
brand
glas
inbraak m
ongevallen UED
rechtsbijstand
stórm ZEKE
wettelijke aansprakelijkheid voor
particulieren
ziekte Klllll
ziektekosten
om zéker te zijn
RijamcMd-vtrztkanfigea of gBTTSa]
«wend u rechtstreeks tot
n.r. \*rsek*>ringsmaa( schappij
\Vffrav>mll|kw»l 88 r'dam-3 tel. 010-368844^/
OPLOSSING VORIGE PUZZEL
J
A
K
N
ic k
E
f?
G
E
E
P
U
O
N
'i
E
L
A
M
O
O
C
D
é]E
E
p
K
O
L
E
N
B
O
ÈL
01
e
B-
u
¥T
sis
E
1
N
'<i
it
O
k
Is?
N
E
T
A
E
D
E
O
K
O
P
Y
Jn
E
E
P
S
L
A
A'N
J
e
L
"i'fy
E
D
P
j\
I?
O
N
O
e
DIA
N
s
s
C
W
A
A
'&i
u
"\Q
T
B
V
H
K
5
N.
:;A
A
A
K
mbt\
A
O
G
A
O
1
N
E
V
E
de
"A
O
N
V
1
B
l
Q
N
O
P
M
A
A
K
O
B
NI
Vv
1
O
E
A
E
J
E
mc
A
p
T
A
L
NI
Het kryptogram van vorige week
heeft vele puzzelaars aan het werk
gezet en met succes. Heel wat goede
oplossingen kwamen binnen. Er is
heel wat gepiekerd, schreef ons een
puzzelaarster; fout, of goed. het
gaf ons veel pret. Wel. haar
oplossing was goed, maar Jam
mer voor haar viel ze niet in de prij
zen. Deze gingen deze week naar:
Eerste prijs van f 10 mevr. J. C. ten
Haar-Colla, Maredijk 135, Leiden,
tweede prijs van f 7,50 mevrouw M.
Verhoef, Hazenboschlaan 39 Oegst-
geest, prijs van f5 voor de heer J.
Bekooy, Hoge Morsweg 58, Leiden en
de heer J. van Weeren Valkenbur-
gerweg 38 Rijnsburg. De prijzen zul
len aan de winnaars <essen) worden
toegezonden.
Pim en Pom
Pim: Zul-len we nog eens doen
van Rood-kap-Je en de bo-ze
WOJf?
Pom: (Nog half in slaapt
Mmmm.grrr
Pim: dan was Jij Rood-kap-Je
en i k de bo-ze wolf.
Pom: (Wordt wak-ker) niks
hoor. ik moet al-tijd Rood-
kap-je zyn. Nou wil ik Jou
wel eens op-e-ten.
Pim: Nou. goed. dan een an
der spel-le-tje. Ik was de wolf
en j ij was de ze-ven geit-jes.
Pom: Niks hoor, daar word ik
veel te moe van om ze-ven
geit-jes te spe-len. (Hij gaapt
en gaat weer sla-pen
Pim: Ik zie het al. Dat wordt
weer niks. Best hoor. dan speel
ik heel al-leen van Klein
Klauw-tje. (Hij gaat in de
gro-te stoel zit-ten en trekt
een breu-ri-ge kop) Ooo.
ooo, wat is het toch vre-se-lijk
om Klein Klauw-tje te zijn.
Mijn moe-der heeft zo'n groot
nest vol Jon-ge kat-jes dat ze
ons niet al-le-maal te e-ten
kan ge-ven. Ik ge-loof dat ik
er m aar op uit ga door het
gro-te bos om e-ten te zoe-ken
voor mijn broer-tjes en zus-Jes
en me-zelf.
(Hij springt van de stoel)
Daar ga ik. Ik ben niet bang,
want ik ben Klein Klauw-tje.
(Hij kijkt on-der ta-fel) Oei.
wat is het don-ker in het
gro-te bos En hoe moe-ten
mijn va-der en mijn moe-der
me te-rug-vin-den als ik ver
dwaal? Wacht eens. Ik haal
iets uit de keu-ken van mijn
moe-der om ach-ter me te
strooi-en. Dan vin-den ze me
al-tijd te-rug. (Hij loopt naar
de keu-ken) Brood-krui-mels.
Ik moet brood-krui-mels heb
ben om te strooi-en. (Hij kijkt
rond Er is ner-gens een
brood-krui-mel-tje te zien).
Wat doe ik nou? Een Klein
Klauw-tje zon-der brood-krui
mels is niks. Dat hoort er-bij.
(Hy snuf-felt aan de pot-jes
en din-ge-tjes op de keu-ken-
plank) Wat is dit? O jak
kespe-per.hats-Joe.
(hij niest» Dat is niks. En
d i t? Wat zou daar in-zit-ten?
(Hij peu-tert met zijn bek-je
aan het dop-je van een tube»
Mmm.Dat is niet gek zeg.
lek-ker geel vet spul-le-tje.
(Hij tikt met zijn poot-je op
de tu-beHè., er springt zó
maar van zelf een klie-der-tje
uit Dat is leuk. Als ik tik.of
knijp.'hij knijpt met zijn
tand-jes in de tu-be) komt er
een klie-der-tje. Pri-ma zeg.
Veel be-ter dan brood-krui-
mel-tjes. Ha.je zult eens
zien. Ik ben een veel be-ter
Klein Klauw-tje dan die uit 't
ver-haal. (Hij gaat vlug met
de tu-be ma-yo-nai-se naar de
ka-mer te-rug).
Zie-zo. Nu gaat Klein Klauw
tje op reis. (Hij zwaait met
zijn poot-je naar de gro-te
stoel). Dag huis, dag va-der,
dag moe-der. Klein Klauw-tje
gaat nu het bos in om e-ten
voor al-le-maal te zoe-ken.
(Hij doet een paar stap-jes en
knijpt een klein klie-der-tje uit
de tu-be) Zo.hier be-gint
het bos. Hier maar weer een
klie-der-tje.
(Hij kijkt om-hoog naar de
ta-fel-poot.) Wat een gro-te
boom. Daar ook maar een
klie-der-tje bij. an-ders vin
den ze me niet meer. (Hij
loopt on-der de ta-fel door en
laat o-ver-al klie-der-tjes
ach-ter) Zo.en nu moet ik
o-ver de ber-gen. (Hij klimt op
de stoel en van de stoel op de
ta-fel en dan er weer af en
dan weer om de ta-fel heen en
wéér op de ta-fel en zo maar
door. O-ver-al laat hij klie-
der-tjes ach-ter. Pom hoort
Pim trip-pe-len en wordt
wak-ker).
Pom: Wat doe Je toch? Je
maakt me wak-ker met al dat
ge-trip-pel.
Pim: Ssst. Ik ben er he-le-
maal niet. Ik ben Klein
Klauw-tje.
Pom: En waar zijn Je broer
tjes en zus-Jes dan? En de
brood-krui-mel-tjes en de vo-
gel-tjes die de brood-krui-
mel-tjes op-e-ten?
Pim: Ach, ga toch weg. Je wou
toch niet spe-len. (Hij trip-pelt
door).
Pom: (ziet de klie-der-tjes
door de he-le ka-mer en op de
ta-fel) Hè.wat zie ik daar
voor klie-der-tjes? (Hij ruikt
er aan.). Mmm.lek-ker.
lik lik.Ik ge-loof dat ik toch
maar mee speel. Ik ben de
vo-gel-tjes die de brood-krui
mels van Klein Klauw-tje op-
e-ten. Lik-ke-lik-ke-lik-ke.
Pim: Die vo-gel-tjes e-ten al
mijn brood-krui-mels op. En ik
heb zelf zo'n hon-ger. (Hij eet
van de klie-der-tjes ach-ter
zijn rug). Lik-ke lik-ke
(De vrouw komt bin-nen).
De vrouw (kwaad)Wat is
d a t? Klie-ders op de grond.
Vie-ze vet-te klie-ders. Wie
heeft dat ge-daan?
Pim: Klein Klauw-tje, vrouw.
Pom: (lik-kend) Maar de vo-
gel-tjes rui-men het wel voor
je op, vrouw.
De vrouw: Ga Je! Ga Je! (Pim
en Pom krij-gen een pets en
krui-pen on-der de kast)
Pim: He-le-maal echt, hè. Nu
is de bo-ze heks er ook nog
bij.
Pom. (zijn bek-Je lik-kend)
Mor-gen doen we weer van
Klein Klauw-tje, hè.
MIES BOUHUYS
HORIZONTAAL
1. gratie
6. tinne
9. geestkracht
10. alleen
11. voorzetsel
12. metaal
14. onderbuikskramp
17. inhoud
19. wrongel
20. sneeuwhut
22. zoogdier
23. vis
24. bepaalde dag der maand in het
oude Rome
25. stengel
27. mallejan
28. 'reptiel
30. aardsoort
32. zoete stof
35. voorzetsel
37. begrip
38. uniplanair dubbelpunt
39. vestingtoren
40. keel
41. woordinhoud
VERTICAAL
1. uitspansel
2. fuiktrechter
3. verhevenheid
4. vaalt
5. plaats in Frankrijk
6 hulpschip
7. liefdemaal
8. mythologisch wezen
13. deel van het oog
15.
drank
34. oxydatie
16.
vod
35. werktuig
17.
strekking
36. toegankelijk
18.
gewoonte
Oplossingen onder 't motto KRUIS
21.
amfibie
WOORDRAADSEL dienen voor
22.
wisselgebruik
woensdag aanstaande te 9 uur in het
26.
boom
bezit te zijn van de redactie van
28.
sinds
het Leidsch Dagblad, Witte Singel 1,
29.
opschudding
Leiden. Wij stellen vier prijzen be
30.
zoogdier
schikbaar: een van f 10, een van
31.
omwentelingslichaam
f ,50 en twee van elk f 5. Alleen
33.
bot
abonnees kunnen meedingen.