Alswenudeman 10 stuivers doen thuis bij Katwijkse mamma DICHTEN - VERHALEN - GEDICHTEN - VERHALENGEDICHTEN. VERHALEL HEL Naluurneuren VREDE GEEN MORGEN Actie voor Lodewijk- carillon Gastarbeiders! Geen hypotheek... ['aar was ik! f AFORISMEN LEIDEN Kort na Leidens ontzet een poging ondernemen om uw aandacht te richten op een onderwerp dat algemeen niet zo erg feestelijk aanslaat, is een hachelijke onderneming. Toch meen ik hopelijk met toestemming en instemming van mijn beide LD- collega's Kees Verhoef en Ron Harms een lans te kunnen bre ken voor het behoud van een stedelijk muziekinstrument dat met ondergang wordt bedreigd. De Engelse musicoloog Burney heeft twee eeuwen geleden al over Nederland gezegd, dat Je in dit land twee soor ten muziek kon beluisteren: die van klokkenspelen én van ducaten! U bent gewaarschuwd Vrolijk ■Hl mm Nee zeg nu niet „wat heb ik daarmee te maken", want dan gaan we de onder gang tegemoet. En juist wanneer het waar ia dat we over dertig jaar geen le venskansen meer hebben, moeten we dacht ik zo van die laatste jaren nog iets geweldigs gaan maken. Ook wanneer die voorspelling è.1 te negatief zou zijn. hebben we reden genoeg om de toekomst vrolijk tegemoet te gaan. En juist voor de vrolijkheid van een stad als Leiden kom ik uw hulp inroepen. Al sinds eeuwen heeft Leiden een mu zikale voorslag van de tijdsuren. Tot in de zestiende eeuw waren het de stede lijke trompetters, die hun teken bliezen voordat de uurklok de verstrijkende tijd sloeg. Toen het algemeen gebruik op kwam om de voorslag op vier klokjes aan te geven (per slot van rekening be tekent carillon niets anders dan „vier klokken"), deed ook de Sleutelstad niet onder. [JK We zijn het er vrij- aal over eens dat we de ttsjndse arbeiders in onze zoge- iwelvaartsstaat niet kunnen Ze doen meestal het werk Hoeder lander's met afgewend n voorbijgaan. Maar als het vesting gaat onze grote öse tragedie dan zouden gastarbeiders eigenlijk za'li lucht moeten oplossen, tornt onze houding ongeveer sent protest van veertig Inwo- Hazerswoude tegen de huisves- 'n aantal buitenlandse arbeids- een pand aan de Dorps- Jie' rukt ons en de buitenlanders i pynlijk op de problematiek die xband leeft. De Hazerswoude- raken over „sterk verminderde iid" en zouden liever zien dat danders op „eigen territorium" «huisvest. Keurige, gewatteer- hoor. In wat manmoediger Ne- ze maken er een smeerboel van aoeten ze maar ergens anders maar. zonder verdere verzorging, neer- planten in een huis, dat moet wel tot zeer smoezelige toestanden leiden. Mevrouw A. A. den Dulk-Lievens, ex- ploitante van het Katwijkse hotel Stella Maris, verleent sinds 1969 via contrac ten met Wernink en de Grofsmede rij onderdak aan buitenlandse arbeiders Turken in dit geval. Daarvoor heeft zij naast het hotel nog de beschikking over enkele zogenaamde bedrijfspanden. Bij deze laatste gaat zij als volgt te werk: „Ik probeer bij de Turken in zo'n huis steeds een Turks echtpaar te plaatsen. Daarbij moet Je van een paar voorwaarden uitgaan. De man van het echtpaar moet streng ge lovig zijn. Dat houdt namelijk ook in dat hij niet drinkt en niet gokt. Die man, zo is mijn ervaring, dwingt door zijn levenswijze het respect af van de andere in het huis wonende Tur ken. Daardoor wordt het leven daar or delijk en netjes. De vrouw loopt de boel na en zorgt dat het er draaglijk blijft uitzien". Dolle Mina moet het dan wel? Als er raardbaar pand is om buiten- rbeiders in te huisvesten (wat woonellende al een geweldige is hoe zorg Je dan dat het Ijk peil blijft? Want een stuk ïannen uit een vreemd land zó Levert het feit dat een vrouw bij zo veel mannen in huis is weer geen andere moeilijkheden op? „Dat is ook iets waar op je van tevoren moet letten. De wouw Smoezelig moet niefcs uitlokken. K moet degelijk s zijn. Dan gaat er niet gauw wat mis". Ik kan me voorstellen dat Dolle Mina bij het horen van deze regeling niet staat te springen van geestdrift. Maar weet iemand in de huidige situatie iets beters? Eén van de grootste problemen waar mee Turkse arbeiders te kampen heb ben als ze hun land verlaten, is vol gens mevrouw Den Duik het wegval len van de familieband. „Ik heb begre pen dat die in Turkije zeer hecht is". Vader en moeder behouden zeer lang een dominerende positie over hun kinde ren. Ook als die zelf al getrouwd zijn. Hier valt die greep of die steun hele maal weg. Dat geeft moeilijkheden. Dat merk je. Ze zoeken dan weer iets om tegen te leunen. Hier fungeer ik zo'n beetje als steun- blok. Ik ben vader, moeder, broer en zuster tegelijk, heb ik wel eens het ge voel. Ze noemen me ook .mamma". O. in het begin hebben ze daar wel moei te mee gehad, hoor. Ze zochten dan wel steun, maar dat een wildvreemde vrouw htm zei wat ze in sommige zaken moes ten doen, nou dat zinde hen aanvanke lijk helemaal niet. Allah Maar op den duur zeiden ze: mamma werkt hard, mamma mag wel de baas zijn. Af en toe proberen ze wel eens wat door te drijven. Dan hoor je: mamma. Allah vindt dit en Allah vindt dat. Maar dan zeg ik meestal: nee, hoor, Allah zegt me juist dat dat niet kan. Het zijn naar ons gevoel wat naïeve mensen, maar daarom kun je ook veel met ze bereiken. Natuurlijk, er zijn min der aardige en minder nette bij dan je zou willen. Maar als Je vijftig willekeu rige Nederlandse mannen in een vreemd land in een hotel zet, dan zou het ook niet allemaal zo mooi zijn". Mevrouw Den Duik over heimwee„Die is er zo nu en dan. Dan hoor Je steeds dezelfde muziek draaien, huilen. Dan LEIDEN De gedichten blijven bin nen stromen voor deze Altona-pagina. Gelukkig maar. Eén ding: gezien de sta pel poëzie kan het wel even duren voor uw (Jouw) bijdrage wordt geplaatst. Maar wanhoop niet. .All together now" is nog steeds een pagina waarop iedereen kan schrij ven. Kunstminnaar Jan Doove grijpt die mogelijkheid aan om actie te voeren voor het carillon van de Lodewijkskerk, dat aan restauratie toe is. En onze eigen redacteur Ruud- Paauw is in de pen geklommen om te schrijven over „La mama" uit Katwijk en haar Turken: mevrouw Den Duik van Stella Maris. Zodoende kende de stad een klokken spel ver vóór het stadsbeleg. Maar bij de Stadhuisbrand in 1573 verdween dit trotse stadsbezit helaas. De, woelige tij den die toen volgden, vroegen andere dan muzikale maatregelen. Maar wan neer de tijdsomstandigheden verbeter den. voelde men de noodzaak van op- vrolijking van de maalstroom van de tijd des te meer. „Orgelpijp" Daarom schafte de stad weer een ca rillon aan. waarvoor Heynrick van Nuyst uit Hasselt de speeltrommel goot. De organist van de Pieterskerk Gerryt Heinrickszoon «met de edele bijnaam „Orgelpijp") kreeg daarna mede de op dracht om ..zowel het heele als het hal ve uyn te versteecken, daaerop stellende een psalm of liedeken, naer de eysch des tyts. te weten, d'eene acht daeghen 't geheele uyr, d'ander acht daegen het halve uyr". Dat wil dus zeggen: per veertien da gen klonk er een ander voorspel bij de hele en halve uren én de melodie van het kwartier was nog niet aan de orde. Op dit punt aangekomen, zitten we al met een grote moeilijkheid in onze da gen: waarom worden de voorslagen van het huidige carillonspel niet vaker ver steld dan te doen gebruikelijk is? Ik weet wel dat dit een vreselijk karwei is, maar maanden lang eenzelfde melodie aanhoren, is een vreselijke ervaring. Te meer wanneer dit melodieën zijn als het Menuet van Beethoven, dat helemaal geen geschikte compositie is voor een klokkenspel. Wanneer er dan inderdaad zo klassiek gedaan moet worden, zou Je Je kunnen afvragen waarom dan composities voor een klokvoorslag of een speeldoos van toonkunstenaars als Hèndel of Mozart niet aan de orde kunnen komen. Maar eerlijk gezegd echte carillonmu- ziek schuilt nog in werkelijke volkslied- bewerkingen of hele bundels 'soms ech te Leidsei melodieën, die op het lijf van een klokkenspel geschreven zijn. Maar dat is in dit betoog eigenlijk een zijweg. Wanneer in 1594 het torentje dat oorspronkelijk voor de Raampoort was bedoeld, op het dak van de tegen woordige Lodewijkskerk aan het Steen- schuur wordt gezet, bestaat er geen en kele belemmering meer om de kracht van de lakennijverheid niet extra te be nadrukken door ook dvkr een klein klokkenspel aan te laten brengen, waar bij de zestien klokjes ieder de naam krij gen van een handwerksman uit de la kenindustrie. De duurzaamheid van dit kleine ca rillon is niet zo groot gebleken. Want al vóór het midden van de achttiende eeuw was de klokspijs gesmolten en de toren stom geworden. Zoals U nog wel zult weten, werd een aantal Jaren geleden de klokkentraditie hersteld. Maar wanneer we niet als een bok op de haverkist gaan zitten, wordt het torentje veel te snel wéér stom, want de verdergaande milieuverontreini ging. waar onze welvaartsstaat zo dui delijk mee te kampen heeft, is er de re den van, dat een restauratie in veel hoger tempo aan de orde komt dan men tot nu toe voor gebruikelijk hield. Nu dacht ik, dat de aanwezigheid van een groot en een klein klokkenspel in de stad meer uitgebuit zou kunnen wor den dan tegenwoordig aan de orde is. Wanneer we met gezamenlkije inspanning de f 8500 op tafel brengen, die nu worden gevraagd, kan na de restauratie door Eysbouts in Asten een samenspel mogelijk worden tussen de twee stadsmuziekinstrumenten, waar moeder Stadhuis bijvoorbeeld de hele en halve uurslagen voor haar rekening zou kunnen nemen en de oude Saaihal de kwartieren. Traditie Ook daardoor zou een oude traditie in ere zijn hersteld. En tradities zijn in Ne derland immers heilige koeien, die Je moet koesteren? Kom nu niet aanzetten met de op merking, dat het kleine voorslag niet duidelijk genoeg te horen zou zijn. In de Meren wijk of op de Warm onderweg hoor Je het Stadhuis ook niet. Merkt U s.v.p. ook niet op, dat het klokkenspel van de Lode wijk een louter katholieke aangele genheid zou zijn, want dat kan geen mens staande houden. Het praatgrage torentje heeft al eens van zichzelf gezegd: „schoon ik op Leydens vrije grond door de eeuwen heen als toren stond, als een der schoonste die de stad ooit binnen hare muren had", maar dat ooit het uurwerk werd aangetast, zodat de wijzer stil bleef staan. Wan neer wij samen dat nü kunnen voorko men. „wél, wat getuigen eist men meer van wonderbare ommekeer?" In ieder geval blijft dan bewaarheid: „Aen Saayhals Steenschuurs Rode To ren staan wij in het best; dankt God daar voren". Zodat de dank van de stad én de desbetreffende muzikaal geïnte- reseerden erg groot zal zijn. Doe er alstublieft nu iets aan; iedere bijdrage op giro 382.87 van pastor A. Saers is een bouwsteen extra en met el kaar moet dat relatief niet hoge bedrag van ruim f 8000 toch opgebracht kun nen worden? Of niet soms? Laten we de man tien stuivers doen zeg ik: die muziek gaat uit ,Je laat Je niet meeslepen, want dan wordt het steeds erger. Maar er zijn altijd wel een paar vrienden die de helpende hand bie den. Dan drinken ze een stevig borretje en de volgende dag is het over". Mevrouw Den Duik over Turken en Nederlandse meisjes: „Er is niets aan de hand, als de meisjes zich maar ge- wDon, rustig gedragen. Mijn dochter komt geregeld in het hotel en zij heeft nooit ook maar de geringste moeilijkhe den gehad. Maar als meisjes met ze gaan spelen, met die en gene gaan flirten, dan is het bonje en niet zo zuinig ook. Dat grijpt veel dieper in dan bij de gemid delde Nederlandse man". Hoe zit het nu eigenlijk met het te ruggaan van de Turkse arbeiders? Me vrouw Den Duik: „Dat nemen ze zich allemaal wel voor. De bedoeling is mees tal dat ze sparen voor landbouwgereed schap of voor iets anders dat ze willen kopen. Maar hoe langer ze hier blijven, des te moeilijker hebben ze het om weer te wennen aan het leven thuis. Ze zijn de nauwe familieband ontwend, ze missen hun vrijheid, ze kunnen hun draai niet meer vinden. Je ziet ze dan ook nogal eens terugkeren naar Nederland. In het algemeen kun Je zeggen dat als een Turk hier meer dan vijf jaar werkt, hij vrijwel zeker niet meer definitief naar zijn land zal gaan. Hij zal wel geld naar huis blijven sturen, want die plicht komen ze nauwgezet na. Doen ze het niet. dan zouden ze nooit hun dorp meer inkomen". RUUD PAAUW. KATWIJK Onlangs dreigde mevrouw Den Duik uit Katwijk wai huisvesting van buitenlandse ar- oeiders betrof, in grote moeilijkhe den te raken. Zij had een pand gekocht aan de Sluisweg en daar voor een borgsom gestort, in de verwachting dat zij weldra de hand op hypotheken zou kunnen leggen voor de verdere financiering. „Tot voor kort ging ik daarvoor naar de Raiffeisenbank in Katwijk en daar waren nooit moeilijkheden. Maar de Raiffeisenbank zit voor dit Jaar aan het plafond met zijn le ningen. Ik moest dus naar een an dere hypotheeknemer uitzien. Ik heb iedereen geschreven of gebeld die daarvoor in aanmerking kwam. Maar als ik maar liet door schemeren dat er gastarbeiders in zouden komen, dan werd gezegd„O nee, daar nemen we geen hypo theek op". In het begin was ik er woest over tk vroeg toch geen aalmoes. Maar later werd ik er moedeloos van". Mevrouw Den Duik zat ook daar om zo moeilijk, omdat Wernink op basis van haar toezegging al nieu we Turkse arbeiders had aangewor ven. „Tenslotte lukte het me, een dag vocfr ik naar de notaris moest, ?en hypotheek te krijgen. Ik moet zeggen dat ik me anders geen raad had geweten". Mevrouw Den Duik vindt het maar een vreemde gang van zaken. „We zeggen allemaal dat ook die mensen recht op goe de huisvesting hebben, maar hoe kan dat nou als Je dan voor een pand niet eens hypotheek kimt krijgen?" i het grijzen van de morgen, rtmpelig woord, weerklinkt «van de bergen l ümt het ruisen van de zee. tijken haar na onnoemelijke angst, doze stroom tien breekt los. tde stemmen wen beschimpen gloed verteert «resten verschraalde droom «Uen papier waaien, *f«rd d or de wind. van de tijd wordt verafgood, 'machinale maatschappij. 141 was jij toen zij viel, heb jij er niets tegen gedaan. *rwas ik? heb ik niets gedaan? is er smart en ellende, overal wordt gevochten, geplunderd, gemoord, aan plichten en wetten wordt niet meer gestoord, elk land wil graag op eigen benen staan, agressief valt men elkander aan brandende huizen, straten vol doden, vluchtende mensen, smartelijke noden breiden zich uit op dit aardse rijk, niemand geeft iemand een haarbreed gelijk. Overal oorlog en bloedend spel chaotische wereld, Je lijkt wel een hel verdwaalde vlucht van het verleden Gebeuren sterft een dood Ik leef tussen straks en toen Toch ben ik bang voor wat de morgen mij zal brengen Toos Kop, Steenbakkerslaan 12, Leiderdorp. [IS I Nachtgepeins JUkt 'bende, he wereld Zwijgend zit ik hier En luister naar de stilte van de nacht Starend peins ik in 't niets Even denk ik aan de Rita van Haastrecht Oosterstraat 25 Het is maar een klein heet kunstje om tot een van de geslachten te beho ren, doch een meesterwerk om „mens" te zijn. Het verschil tussen naakt en bloot is het vuurrood van uitgekookte valse schaamte. Voor de liefde is het altijd zondag, voor de sex meestal betaaldag. Marius Verhoog Sionshof 14, Leiden. Tussen de bomen en het gras in de morgen, wil ik liggen tot de avond. De natuurgeuren wil ik snuiven door mijn neus, omdat dat Je blij maakt. En de beesten en de platen van de middag bescherm ik in mijn dromen. Want zij komen als ik kom, om mijn gedachten te verlichten. Zij verlichten mijn lichaam. Elke bloem of elke vogel hebben hun onwerkelijke schoonheid. Zij beseffen het niet. Een vogel zij zingt voor degenen die het horen. Een vogel zij zingt alleen voor eenvoudige schoonheid. En ergens tussen de wereld en mij in de morgen ligt een meisje tot de avond. De natuurgeuren snuift zij langzaam door haar neus omdat dat Je blij maakt En de beesten en planten van de middag bescherm ik in mijn dromen. Want zij komt als ik daar ben om mijn gedachten te verlichten. Zij glimlacht. Albert van Duyn, Saturnusstraat 8, Sassenheim. Deze tijd spraten en werken we allemaal voor en over de Vrede maar wat is vrede? Is vredegeen oorlog of is Vrede meer? Is Vrede een mysterie een teder gevoel een sterk verlangen een geven en nemen een inzet voor elkaar? Is Vrede de zon de maanlach, de sterren is Vrede de lentewind of herfststorm Is Vrede opoffering? Is Vrede angstvrij in de kinderlach Is Vrede in Je woorden in Je daden vooral Of is Vrede alleen een gevoel? Is Vrede een eenheid is Vrede met alle geweld is Vrede liefde Gerechtigheid? Is Vrede in onze hunkering in ons eeuwig zoeken zoeken we naar VREDE Is Vrede beschermen tegen een angstig systeem van grote landen Is Vrede in de moord Is Vrede rood van kleur Is Vrede prikkeldraad Is Vrede napalm Of atoom Alsjeblieft VREDE! Marie Zaan en. Hooigracht 75, Leiden. Er is geen morgen meer de dagen vallen uiteen de gebeurtenissen vermengen zich en op één groot toneel lopen de personen met acte tassen vol beschuldigingen Ellen-Jane v. d. Hoek-Dijkstra Parkweg 19, Voorburg.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1971 | | pagina 19