Dit Indonesië wil geen democratie als die van ons Relatie schuld en gevolg in verkeerswet DOLLAR DWARRELT MAAR IS NOG NIET GEVALLEN Onze man bij Soeharto: mr. Scheltema 5 SATERDAG 14 AUGUSTUS 1971 LEIDSCH DAGBLAD PAGINA 7 per Jaar vallen er 3000 doden Nederlandse verkeer. Auto- nbilisten die bij aanrijdingen stoffers veroorzaken, wor- geacht een delict te begaan, artikel 36 van de wegen- rkeerswet stelt hierop 'n ma- iiumstraf van 'n Jaar gevan- nisstraf. Maar ondanks het pte dodental, heeft de materie D het veroorzaken van ver ongelukken tot nu toe oit 'n zeer grote aandacht ge- oor onze ledewerkster gr zijn wel stemmen opge- an om de maximumstraf te rhpgen. Maar, zoals de laat- tijd wordt aangetoond in 'n ndamentele juridische discus- biedt dat slechts 'n sohijn- issing voor het probleem. Pe strafzaak tegen de Haar- ose rechter R. heeft artikel 36 genverkeerswet in 't zoeklicht ilaatst. Hem werd hoogst roe- oos rijden verweten (gladde Bden, glad wegdek). Ten ge- daarvan zou een jon ge bromfietser om 't leven zijn gekomen. Maar de uitspraak van t gerechtshof dat de rech ter veroordeelde, werd in hoog ste instantie door de Hoge Raad vernietigd. Men motiveerde de ze beslissing o.a. met de woor den dat „uit de bewijsmiddelen niet bleek, dat er sprake was van een ernstige wijze van on voorzichtig rijden". Deze woorden sluiten aan op eerdere uitspraken, waaruit „kenners" een fundamentele koerswijziging proeven. (Het Ibijft altijd 'n beetje koffiedik kijken) Voor deze wijziging was het voor officieren van Justitie be trekkelijk eenvoudig om 'n ver oordeling te krijgen op grond van artikel 36 wegenverkeers wet. De schuld werd namelijk afgeleid uit het gevolg .De offi cier stelde simpel gezegd gij, dader hebt hoogst roekeloos gereden door een inhaalma- noeuvre te beginnen. En daar door is er 'n dodelijk slachtof fer gevallen. Uit 't gevolg werd de schuld, in de zin van verwijt baarheid, afgeleid. De dader kon wel schulduitsluitingsgronden proberen te vinden, maar 't viel hem vaak moeilijk die te bewij zen. De nieuwe arresten - waar bij officieren van justitie steeds de kous op de kop kregen geven aanleiding om te ver onderstellen dat de Hoge Raad niet langer genoegen neemt met het gevolg alleen. Het openbaar ministerie moet bij tijfel de oorzaken aangeven en be wijzen. Dat zou een aanzienlij ke verzwaring van de taak van het openbaar ministerie beteke nen. Aan de hand van de Jurispru dentie heeft 't openbaar minis terie haar taktiek aangepast. Niet langer werden de zware woorden als „hoogst roekeloos" en „grove schuld" gehanteerd in de tenlastelegging, maai- het zwakkere „in min of meerdere mate onachtzaam rijden". Zou de Hoge Raad deze lichte vorm van schuld voldoende achten, dan is de bewijsrechtelijke taak van 't O.M. weer verlicht. Maar de vraag naai- de oorzaken door de Hoge Raad blijft bestaan. Achter dit Juridisch woorden spel - waar dikke boeken over vol geschreven zijn gaat een theoretisch debat schuil. In 1966 promoveerde mr. A. A. G. Peters op 'n onderwerp getiteld „Opzet en shculd in het straf recht". In 'n zeer fundamenteel betoog komt Peters tot de con clusie dat er geen redelijke ar gumenten zijn om het gevolg van 'n gedraging strafbaar te stellen. Wel kan de gedraging zelf met sancties worden be dreigd, maar dan moet die ge draging wel duidelijk omschre ven zijn. Bij artikel 36 wegenverkeers wet vindt strafbaarstelling van het gevolg- de dood of vermin king van het slachtoffer plaats. Om te bepalen wanneer 'n straf zinvol kan zijn, betoogt Peters moeten wij kijken wat de doel einden van 'n straf zijn. Vergel ding zonder meer het pure wraak idee wordt in onze cul tuur als doelstelling verworpen. Belangrijkste doelstellingen zijn de speciale preventie (de beïn vloeding van de dader) en ge nerale preventie: de afschrik wekkende werking van de straf (bedreiging)Bij strafbaarstel ling van het gevolg kan er van preventie (voorkomen) geen sprake zijn. Niemand heeft immers dat ge volg gewild? 't Slachtoffer niet, maar ook de dader niet. Hij kon ook niet door 'n strafberei- ging „afgeschrikt" worden, want hij kon geen belangen af wegen. Ook stelt Peters dat al leen bepaald duidelijk omschre ven gedrag strafbaar gesteld kan worden. Men kan wel ie mand verwijten te hard gere den te hebben, niet voldoende te hebben voorgesorteerd etc. maai- 'n vage norm als „roeke loos rijden" heeft geen enkele zin. De grens wanneer gerecht vaardigde risico's worden geno men en wanneer niet. is niet te trekken. In het dagelijks le ven nemen wij voortdurend ri sico's. We klimmen op 'n wankel trapje, of prutsen met 'n half stukke centrifuge. Voortdurend vindt er een zekere afweging plaats. In het verkeer gebeurt dit natuurlijk helemaal. De taxatie van 'n inhaalmanoeuvre kan op enkele seconden fout zijn en daardoor fataal. Daar door? Of waren er andere oor zaken, van buiten af? Een de fect aan de motor, de toestand van het wegdek, 'n overvliegen de vogel. De Hoge Raad wil dit als deze analyse van de Jongste Juris prudentie tenminste Juist is nader uitgediept zien. Het zo maar aannemen van roekeloos- rijden doordat 'n slachtoffer is gemaakt, zou dus onvoldoende zijn. De Procureur-generaal bij de Hoge Raad der Nederlan den mr. E. G. Langemeijer heeft al eerder op een aantal maat schappelijke sohadelijke neven effecten gewezen die verbonden zijn aan het straffen van deze „artikel 36 Wv W-ers". De grens van het gerechtvaar digd risico is dubieus, aldus mr. Langemeijer. 't Is onrechtvaar dig om iemand te straffen, die men niets te verwijten heeft, alleen om anderen af te schrik ken. Wèl kan men de dader een verkeersovertreding verwijten, bijvoorbeeld de fouteninhaalma noeuvre, maar het gevolg moet hier buiten blijven. Voorts stelt hij dat het beoogde effect het afschrikken van de andere mensen niet wordt bereikt om dat de straf de indruk kan ver sterken dat de veroordeelde aan ondeugden lijdt, waar wij zelf vrij van zijn. De veroordeelden krijgen daar door een functie als „zwart schaap" die niet alleen voor hen zelf onplezierig is, maar waar door bovendien de rest van de mensen zich „schoon gewassen" acht. Als men bedenkt dat *n Ameri kaans onderzoek heeft uitge wezen dat op elke drie kilome ter de gemiddelde automobilist één verkeersovertreding begaat, dan is het een betrekkelijk toe val of er bij of na die overtre ding slachtoffers vallen niet. Hierbij kan men ook denken aan 't rijden door 'n oranje - rood stoplicht overschrijden maximumsnelheid snijden. (Van onze correspondent) )JAKARTA „Wat bij mijn aankomst in akarta opviel is het hemelsbreed verschil le betrekkingen tussen Indonesië en Ne- ,n het woord mr. Hugo Schelte- eerste ambassadeur van Neder - in Djakarta in een vraagge- ek vol uiterst behoedzame ant- irden. Zijn tijd wordt op het nblik grotendeels in beslag geno- met de voorbereiding van het linklijk bezoek, dat door velen „historisch" wordt aangemerkt als een bekroning van de nieuwe houding. derland van vijftien jaar geleden en nu. Sinds de oplossing van een aantal vraagstukken in 1963-1964 is er sprake van een zich voort zettende opgaande lijn". Ambonezen „Ondanks deze bekroning is er nog een aantal belangrijke problemen. Een daarvan is het Ambonezen- vraagstuk". „Ja, de Ambonezen. Ik geloof, dat die kwestie Nederland meer proble men geeft dan Indonesië. Ik zou niet willen zeggen dat het onoplos baar is. Wel is het een moeilijk en langdurig vraagstuk met veel aspec ten. die zowel Nederland als Indo nesië aangaan. Het vraagstuk wordt in Indonesië overigens niet be schouwd als een donkere wolk, die een verdere uitbouw van de betrek kingen in de weg staat". Gevang* ;ene „Ik geloof ook dat het militaire ka rakter van de regering-Soeharto en het feit, dat zij nog zo'n 70.000 po litieke gevangenen, van wie maar een klein deel berecht is, vasthoudt, voor veel Nederlanders een onover brugbare kloof vormt voor volledige vriendschapsbanden met Indonesië. Hoe ziet u dat?" „Ik begrijp heel goed, dat in Neder land de kwestie van de politieke ge vangenen als een ernstige zaak wordt beschouwd. Ook voor Indone sië is het dat. De Indonesiërs pro beren het op te lossen, maar het is niet zo vreselijk makkelijk. Ze erkennen het, ik noem als voor beeld het onderhoud dat president Suharto in Nederland heeft gehad met beide kamercommissies. Hij heeft toen erkend dat dit probleem zijn repercussies in de rest van de wereld kan hebben en doet zijn best daarvoor een oplossing te vin den „Dat is een veelgehoord antwoord. Maar ziet u nu dat zo'n oplossing werkelijk wordt na-gestreefd?" „Ja, ik zie het wel. Aan de hand van de cijfers die ik bezit, kan ik vaststellen dat de afgelopen paar jaar, en dan spreek ik nog niet eens van de jaren vóór mijn komst, vele duizenden zijn vrijgelaten." „Maar er worden de laatste tijd weer tientallen gearresteerd." „Ja, dat ben ik wel met U eens. Elke regering heeft natuurlijk het recht zijn eigen zaken te regelen en daar zijn wij het dikwijls niet mee eens in 'Nederland. WIJ doen ook Mohammed Hatta: controle wel eens dingen Nederland, waar Communisme „Dat zal vast wel, ja, maar wat ik zeggen wilde is dat er volgens mij nauwelijks aanwijzingen zijn dat er inderdaad wat gedaan wordt aan deze kwestie". „Het gaat misschien langzaam, maar misschien toch onzichtbaarder dan wij het weten. U moet niet vergeten dat Indonesië op het gebied van het communisme een zeer duidelijke en zeer vaststaande politiek heeft Nu kan men twisten over de mid delen waarmee dat wordt tedaan maar ja, Indonesië heeft nu een maal tot, ik zou haast zeggen, ja tot drie keer toe vastgesteld dat men geen communistisch land wil hebben, en daar zijn zekere conse quenties aan verbonden". Democratie „Het begrip „democratisch land" is geloof ik net zo gevarieerd als het aantal landen ter wereld. Ik weet niet waar ter wereld zich de perfec te democratie bevindt, maar mis schien weet iemand anders dat. Ik geloof niet dat Indonesië een demo cratie is zoals wij die in West-Eu ropa kennen. Ik geloof ook niet dat Indonesië een dergelijke democratie nastreeft. Ik ben er ook helemaal niet van overtuigd dat dat voor In donesië de beste vorm zou zijn. Ik vind aan de andere kant wel, dat het Indonesië van dit moment vergeleken met het vorige regime, eindelijk eens het grote probleem van de eigen ontwikkeling aanpakt. En dat zeg ik niet alleen uit eigen ervaring of op eigen gezag of om het Nederlandse beleid goed te pra ten. Dat zeg ik ook op gezag van internationale organen zoals de We reldbank en het Internationale Mo netaire Fonds die hier zitten met vaste missies die precies kijken hoe alles gaat. „De recente verkiezingen. U weet dat de Sekber (een door de rege ring gesteunde groepering)» geen tweederde meerderheid zou hebben gehaal d als de president niet nog eens 100 leden zelf had mogen aan wijzen. Hoe democratisch vindt u dat?" „Het is de bedoeling om het huidige regime en daarmee dus het vijfja renplan zeker te stellen. En de er varing die dit regime ontleent aan een vroegere periode, waar het naar him overtuiging goed is gegaan met Indonesië, heeft ze gebracht tot deze nieuwe vorm, die men wat mij betreft en democratische meng vorm kan noemen." Plannen „Het vijfjarenplan, waar u het net over had is nog maar het begin. Zoals u weet ligt er een 25-jaren plan op tafel. Voor zover u daar kennis van genomen heeft lijkt u dat plan erg ambitieus of wel rea listisch?" „De eerste ervaringen die we nu hebben met ruim twee jaar vijf-ja- renplan zijn zodanig dat èn de in ternationale organen hier èn de do nor-landen, die zoals u weet twee maal per jaar in Nederland bijeen komen, tot de conclusie zijn geko men dat de zaak op gang komt". „Vindt u de manier waarop Neder land ontwikkelingshulp verleent juist? „Het Is moeilijk om daar een pre cies antwoord op te geven. Ik har- haal dat wij er met onze neus bo venop zitten, dat het Indonesische planbureau er met zijn neus boven op zit, en dat internationale insti tuten er met hun neus bovenop zit ten. Ik zeg geloof ik niets sensatio neels als ik opmerk dat er in dit land corruptie bestaat. U weet dat de re gering daar zelf een commissie voor heeft ingesteld, een commissie, waarvan oud-vice-president Hatta voorzitter is. Eén van de meest in het oogspringende oorzaken van curruptie is de geweldige onderbeta ling van ambtenaren. Hun salaris is in de afgelopen 12 maanden geloof ik met 100% verhoogd, en dan kom je nog op een bedrag waar iemand op het niveau waarin hij zit niet van kan rondkomen. Die is dus derhalve gedwongen om langs andere weg inkomsten te zoe ken. Dit probleem wordt erkend, en één van de oplossingen waar men nu mee bezig is, is om geselecteerde groepen van ambtenaren op gevoeli ge plaatsen een aanzienlijke verho ging van inkomsten te geven". Berooide Nederlanders „Ik wil nog even doorgaan op die verschillende vormen van ontwikke lingshulp. Als wij die grote schuld die Indonesië ons tot het jaar 2003 moet afbetalen en die voornamelijk is ontstaan omdat Nederlandse be drijven die in de Sukarno-periode werden genationaliseerd, schadever goeding eisen, Indonesië nou eens kwijtscholden, zouden we dan op die manier Indonesië ook geen hulp verlenen? Bovendien lossen we dan iets van onze ereschuld af na ruim drie eeuwen kolonialisme, waarbij we vooral in de 18e en de 19e eeuw dit land aardig hebben leegge haald". „Het bedrag waar u op duidt is in 1966 na onderhandelingen vastge steld op 600 miljoen gulden. De af betaling gaat op zachte voorwaar den. Van Indonesische zijde heb ik persoonlijk nooit gemerkt dat men daar af wil. Ik meen dat onze erva ring is dat de afbetaling op die schuld ook regelmatig plaats vin den. Ik geloof niet dat het punt van het verre verleden, dat u nu aanhaalt daar een rol bij speelt. Als u mij dus vraagt zou het goed zijn om die schuld kwijt te schel den dan kan ik dat alleen maar plaatsen in de huidige financiële si tuatie van Indonesië, waar men zit met oude schulden uit de Soekar- no-tijd, en u weet daar wordt in toenemende mate met de credietge- vende landen regelingen getroffen voor uitstellen van afbetaling of af betaling onder gemakkelijker voor waarden. Dat zelfde geldt overigens voor le ningen die nu aan Indonesië wor den gegeven. Nee, er is geen onmid dellijke aanleiding, om die overeen komst van 1966 te anuleren. Daar is nog een ander punt. U moet niet vergeten dat aan de ontvangende kant van die 600 miljoen gulden, daar zitten niet alleen grote maat schappijen, maar daar zitten ook hele kleine Nederlanders die hier have en goed zijn kwijtgeraakt en berooid in Nederland zijn terugge komen. Die mensen gaan in de compensatieregeling vóór." hulp heeft dan spreekt men meestal over ontwikkelingssamenwerking. landse bedrijven die hier investeren en „joint ventures" aangaan profi teren van die mogelijkheden. Op welke manier heeft Nederland nog meer baat bij deze samenwerking?" „Ja. Het woord „profiteren" zou ik niet willen gebruiken. Ik geloof niet dat wij profiteren van de situatie hier. Integendeel, de hulp die wij leveren aan Indonesië is bedoeld om dat land op gang te helpen en op te bouwen. We doen dat volgens het systeem dat Indonesië zelf heeft gekozen. Dat is het systeem van buitenlandse hulp en aanmoedigen van buitenlandse investeringen. Dat is een Indonesisch regeringsbeleid. Dan kun Je wel zeggen, daar profi teren we van, maar dat begrip pro fiteren moeten we dan ook wel dubbel zien, want over het alge- Soeharto: anti-communist. meen zijn die investeringen zo dat daarin Nederlandse en Indonesische daarin Nederlandse en Indonesische partners in bepaalde verhouding deelnemen. Ook op cultureel terrein is er een opvallende heel sterk toe nemende samenwerking. Ook hier zou ik niet graag het woord „profi teren" willen gebruiken. Wat ik eigenlijk zou willen zeggen is dat onze culturele activiteiten in beginsel zijn gericht op de Indone sische vraag. Dat geldt met name door de door ons verzorgde en ge stimuleerde curcussen in de Neder landse taal. We doen echt niet aan cultureel imperialisme". Het is duidelijk dat het de afgelopen week weer toans is toegegaan op de valu- parkten, waarbij de dollar als blad in de wind ronddwarrelde. Ie situatie werd verergerd, toen It een door een subcommissie van Amerikaanse Senaat gepubliceerd 'pport bleek, dat de dollar overge- terdeerd is ten opzichte van de Mere valuta's. Omgekeerd zou ook kunnen worden dat aan de Were valuta's te weinig waarde ördt toegekend ten opzichte van e dollar. I® commissie deed de aanbeveling dollar maar te devalueren. Het ito nogal wat naief gesteld, wiant op het moment waarop de Ameri kaanse autoriteiten de goudprijs (verhogen, dat wil zeggen de dollar devalueren, komt het hele interna tionale valutasysteem op losse schroeven te staan. Het pond ster ling zal trachten in het schuitje van de dollar mee te varen. Frankrijk zou op de wip zitten, maar tegelijkertijd trachten zoveel mogelijk dollars uit de deviezenpot om te wisselen in goud. Gulden en mark zouden elkaar op enige af stand volgen. De basis van de sleu telvaluta, de dollar zou echter zijn weggenomen. Alle munten zouden gaan zweven en iederen weet dat lang niet alles bestand is tegen het rondtollen in de zweefmolen. Verandering van de goudprijs zou evenwel het vraagstuk van de dollar niet uit toe wereld helpen, omdat het gat in de Amerikaanse beta lingsbalans blijft bestaan. Boven dien hebben de valutaspeculanten dan de smaak te pakken gekregen, zodat zij telkens weer op andere fronten zullen aanvallen om nu eens de ene valuta en dan weer de andere tot koerswijziging te dwin gen. De dollars waarmee we in Europa opgescheept zijn als gevolg van de tekorten op de Amerikaanse beta lingsbalans van de afgelopen Jaren kunnen we alleen kwijt raken als de Amerikaanse banken en/of de regering weer bereid zouden zijn langlopende dollarleningen in Euro pa op te nemen bij de diverse sta ten. Zij zouden de Schatkist moeten openen om de benodigde dollars bij de centrale banken te kopen. Dan verdwijnen èn de dollars èn het geld dat in omloop werd gebracht toen de dollars met scheppen in huls werden gegooid. Zo eenvoudig liggen de zaken ech ter niet, want de meeste landen zullen niet bereid zijn om dergelijke leningen te verstrekken als zij niet zeker weten er door de tijd goud voor terug te ontvangen. Waar zou den de Amerikanen in de toekomst goud moeten halen? Er wordt nu al niet genoeg geproduceerd om te voorzien in de vraag van de indu strie, die steeds meer goud nodig heeft voor allerlei doeleinden. Hierdoor zal zeker een verdere stij ging van de goudprijs in de vrije handel ontstaan. Degenen, die daar op gokken, kunnen echter een buil vallen door de enorme kosten, die met het aanhouden van een goud voorraad verbonden zijn, zoals assu rantie, renteverlies en bewaarloon. Voor het bankwezen is de overvloed aan dollars wel een voordelige zaak geweest, want zij hebben enorme affaires kunnen doen op de Euro- dollarmarkt. De Algemene Bank Nederland heeft er haar balansto taal in het eerste halfjaar niet zo sterk door zien zwellen als de Am- ro-Bank, maar dat komt door een faseverschil. Verleden Jaar liep de ABN met de Eurodollars harder van stapel. Bij de Amrobank scheelt het wel ƒ870 min, maar hierbij dient ook in aanmerking te worden genomen dat de bank meer normaal handelskre diet aan eerste rangs buitenlandse bedrijven heeft verstrekt dan voor heen. Dit neemt niet weg dat bijna 30% van het totale bedrijf betrek king had op Eurodollartransacties- Tegenover de bij buitenlandse fi nanciële instellingen opgenomen Eurodollars staat een stijging van de post deposito's op termijn. Het verschil tussen de rente, welke op de termijndeposito's wordt vergoed en de rente, welke bij het uitlenen van de Eurodollars wordt verkregen, maakt de winst uit. Doorgaans is de rentemarge uiterst klein, zodat het allemaal alleen maar lonend is als het om heel grote bedragen gaat. B. DE SMAALEN, Financiële kroniek

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1971 | | pagina 7