oievaars hebben nu een eigen dorp
de stille Alblasserwaard
obelprijs voor vreedzame revolutionair
il m beeld dat bijna verdwenen is
14 AUGUSTUS 1971
LEIDSCH DAGBLAD
PAGINA 17
milie mee: zijn vrouw Margaret uit
de stad Mexico, zijn zuster Charlot
te en haar man Leonard van de
boerderij bij Cresco, zijn zuster
Palma en haar man Virgill uit Cedar
Falls in Iowa en zijn zoon Bill en
diens vrouw Barbara uit Phoenix in
Arizona. Allen gingen naar Noorwe
gen, uit welk land Borlaugs groot
ouders waren geëmigreerd. Daar
ontving Borlaug, die als jongen le
raar in de natuurkunde en atletiek-
trainer aan een middelbare school
had willen worden, uit de handen
van Koning Olav de gouden me
daille en de cheque ter waarde
van 78.400 Amerikaanse dollars met
alle eerbewijzen die erbij hoorden.
Norman Ernst Borlaug werd geëerd
als de leider van een groep land
huishoudkundigen die in jaren van
langzaam, geduldig kruisen de
hoogwaardige tarwesoorten hadden
gekweekt, welke thans miljoenen
mensen in andere landen voeden,
die anders misschien zouden ver
hongeren.
„Wij hebben de vredesprijs niet
toegekend aan de geleerde, dr. Bor
laug", zei een lid van het Nobelco-
mité tijdens de plechtigheid tot
hem, „maar aan de mens, dr. Bor
laug, van wie de geleerde slechts
een goed geïntegreerd onderdeel
vormt
„Gij hefcjt de strijd tegen de honger
tot uw levenstaak gemaakt, tot uw
hartstochtelijk gevolgde roeping,
waaraan gij uw verstand, het ver
stand van een eerste klasse geleer
de, uw handen, de handen van een
boer uit Iowa en uw ontvankelijke,
ruime, warmvoelende hart hebt ge
wijd".
De „Groene revolutie van Borlaug",
die waarschijnlijk binnen korte tijd
van invloed zal zijn op meer men
sen dan welke andere technologi
sche verandering in de geschiedenis
I ook, betekent dat Borlaug een be
langrijker bijdrage tot het overwin
nen van de honger in de wereld
heeft geleverd dan wie in de wereld
ook, zegt een deskundige.
Zijn tarwe en de nieuwe hybridi
sche soorten hoogwaardige rijst, die
vervolgens door anderen werden ge
kweekt, zijn begonnen grote gebie
den in de wereld te veranderen. In
sommige is hoop getreden in de
plaats van wanhoop en belooft poli
tieke chaos plaats te maken voor
stabiliteit.
De resultaten zijn spectaculair ge
weest. In de vijf jaar sinds de za
den van Borlaugs nieuwe tarwe van
zijn proefstations in de omgeving
van Obregon en de stad Mexico
zijn begonnen naar het buitenland
te gaan in die tijd is zijn jaar
lijkse tarweproduktie van 12 mil
joen ton per jaar toegenomen tot
21 miljoen. West-Pakistan is van
een invoerland van tarwe en rijst
geworden tot een uitvoerland. De
Philippijnen, die een miljoen ton
rijst per jaar plachten te importe
ren, kunnen thans zichzelf bedrui
pen en zullen binnenkort kunnen
exporteren.
In verschillende mate heeft de
„groene revolutie" ook invloed ge
had in Turkije. Maleisië, Birma, In
donesië, Afghanistan, Kenya, Tune
sië, Marokko, Algerije, Libië, Brazi
lië en Paraguay. De verbreiding is
snel geweest, nergens zo snel als
Borlaug zou willen, maar Azië bijv.
is van slechts 80 hectaren, bezaaid
met de nieuwe graanprodukten, ge
komen op 16 miljoen ha.
Meestal ging Borlaug mee op reis.
Opleidend, onderrichtend, redene
rend, met de vuist op het bureau
slaande, pleitend, dreigend, vleiend
en vaak op de tenen trappend van
lieden, die alleen door zijn meest
tactvolle werkgeefster, de Rockefel-
lerstichting. konden worden gekal
meerd. Hij praatte met grote en
kleine boeren, plaatselijke weten
schapsmensen. bureaucraten, minis
ters. premiers.
In Pakistan werd hij tegengehouden
door een aarzelende wetenschaps
man in regeringsdienst, die bang
was dat het nieuwe zaad kon mis
lukken wat hem zijn baan kon kos
ten. Borlaug ging naar de president
en de hindernis werd weggenomen.
Zijn „collegezaal" in noordelijk
Mexico biedt een heel merkwaardig
schouwspel. In het oosten ziet men
de bruine bulten van de bergen van
de Sierra Madce en de Mesquits,
cactussen en het zand van de half-
woestijn. Op de voorgrond de
vruchtbare goed bevloeide korenvel
den. Met zijn honkbalpet op,
Spaans en Engels sprekend met
sporen van een Noors accent, is
Borlaug omringd door jeugdige bui
tenlandse studenten in overalls en
met strooien hoeden op, die met
aandacht luisteren naar een een
voudige, niet-doctrinaire man uit
Iowa, wiens evangelie luidt: „Voed
sel is het morele recht van allen,
die in deze wereld geboren worden".
De opbrengst van voedsel te vergro
ten is zijn doel, waardoor meer
mensen gevoed kunnen worden.
Borlaug leeft eenvoudig. In de stad
Mexico huist hij in een kleine wo
ning met zijn vrouw en in Obregon,
waar hij verscheidene maanden per
jaar doorbrengt, in een slonzig, lek
kend motel. Obregon heeft een
straat naar hem genoemd en de
boeren daar zijn rijk geworden door
zijn tarwe en wonen in dure blok
huizen
Borlaug kan dat volstrekt niets
schelen. Hij kent zijn eigen salaris
Door het aanleren en toepassen van
de wetenschappelijke en technologi
sche bekwaamheden van de 20ste
eeuw voor het welzijn van de mens
heid in de gehele wereld, zal de
mens misschien de profetieën van
Jesaja bewaarheid zien worden
„En de woestijn zal zich verblijden
en bloeien als een roos"En „de
uitgedroogde grond zal een poel
worden en het dorstige land veran
deren in springbronnen".
AAAAAAAAAAAAAAAAAAAAJ
M In de strijd tegen de hon-►
ger heeft dr. Norman Bor-
2laug de „groene revolutie"
M ontketend door het kiuekenF
van een tarwesoort met hoge
voedingswaarde. waarvoor
-4 hem de Nobelprijs voor de£
:neaekend. Maar de*.
.4 voormalige boer uit Iowa is
;cm oordeel dat de strijd nog
gewonnen moet wordeti.
2
'▼▼▼▼▼▼▼▼▼▼▼▼▼TTTTTTT
niet en blijft chèques uitschrijven
„tot ze niet meer gehonoreerd wor
den".
Intens en onophoudelijk zoekt hij
naar nieuwere, sterkere tarweplan-
ten, want „moeder natuur schenkt
met grote tegenzin en als men zich
overgeeft aan zelfvoldoening en be
gint te pronken zoals een pauw zal
zij u om de oren slaan met een
nieuwe ziekte".
Op een reis naar India hoopt hij
premier Indira Ghandi ervan te
overtuigen, dat wat in India met
tarwe is gedaan, ook kan worden
gedaan met rijst, mais en sorghum-
gierst.
Hij weet dat zijn eigen werk en de
„groene revolutie" de toeneming van
de bevolking hebben bevorderd,
maar vraagt hij: „Beheerst men de
toeneming van de bevolking door
mensen te laten verhongeren?"
De kleine Aziatische boer zo betoogt
hij, die met de nieuwe granen be
gint, kan zich veroorloven zijn os
sen te vervangen door eenvoudige
dorsmachines en tractors en zijn
kinderen beter te laten onderwijzen. Borlaug (links) in gesprek
„In ontwikkeling berust de enige \met president Nixon (midden) en
hoop van de wereld de omvang van landbouwminister Clifford Har~
de bevolking te beheersen". din.
ievaars moeten blijven. De ooievaars, waarom? Daar
ne watmaar ik zou zeggen: gewoon, omdat alles wat
jijven moet. En er verdween al zoveel moois, dat weet
rt zijn nu de ooievaars,
provincie als Friesland.
weidse, zwart-bonte
waren voor de oorlog '36
iren van 56 nesten met
jen. Maar vorig jaar
vogelvrienden in Lux-
de zielige verrichtingen
ïige ooievaarswijfje dat
ar overwintering was te-
Op het nest stond ze
jevan aan niet bestaande
laatste stuiptrekkingen
ise eiberbestand.
:lijk gezien was 1939 een
316 nesten met 823 uit
ingen. Elke Nederlander
lertrouwd met het beeld
itig vliegende uiver, de
poten stijf naar achter-
Ie nek zo ver mogelijk
dat bijna verdwenen is.
drie jaren kwamen in
ind negentien ooievaars,
iroeden en ze brachten
evelijk tot 29, 25 en 31
jaartjes. Ondanks die
ie opleving ligt het ge
nital jongen steeds ver
cijfer van meer dan
in voor de oorlog,
eigenlijk niet zoveel toe
de belangrijkste oorzaak
ite dreigende uitsterven
end getal aan mensen?
Industrialisering
Bestri j dingsmidde-
lanningsleidingen? Het
Of simpelweg dat alles
jns land nog een paar
'eden waar de tijd een
^.staan. De Alblas-
pljvoorbeeld, een land-
een decor waarin de
et houten juk over zijn
og net een plaatsje kan
lom die Alblasserwaard
ooievaars zich nog Qen
Vandaar dat juist hier
wordt gedaan om de
jan te overtuigen dat
og wel degelijk wat te
de Nederlandse Vereni-
iescherming van Vogels
id tot de inrichting van
rsdorp, diep in het pol-
chter het Lekdorpje
;rs. Op een winderige
twee jaar geleden, be
traden vijftien in Hongarije gevan
gen ooievaars voor het eerst van
hun Jonge leven de drassige, Hol
landse grond. Binnen de omraste
ring van het bijna vijf hectare gro
te terrein leven nu 35 ooievaars.
Een paar ervan zijn afkomstig uit
Rusland, de meeste andere uit het
ooievaarrijke Oost-Europa.
Zuidhollands commissaris van de Ko-
hollands commissaris van de Ko
ningin, mr. J. Klaasesz, heeft eind
juni het ooievaarsdorp officiëel voor
het publiek geopend.
Vogelbescherming heeft het in
Groot-Ammers wel getroffen. Eerst
kon er van de gemeente voor een
schappelijke prijs een stuk grond
worden gekocht, toen bood de
plaatselijke dierenarts aan als vete
rinair adviseur op te treden, daarna
schonk de plaatselijke aannemer
een directiekeet, die nu tot ont
vangstgebouwtje is getransformeerd
en vervolgens meldde zich Aad
Smits, een knaap die „altijd al met
vogels bezig is geweest".
Aad Smits was eerst bakker, werkte
daarna in een verffabriek en dreig
de zijn carrière flink mis te lopen.
Maar nu is hij dan beheerder van
ooievaarsdorp Het Liesveld, ge
noemd naar een baronie met kas
teel die eeuwenlang aan het huis
Oranje-Nassau heeft toebehoord.
Van het kasteel is aan de voet van
de Lekdijk nog een stuk ruïne over
van wat eens vermoedelijk de paar-
destal van het slot was en koningin
Juliana is nog steeds baronesse van
Liesveld.
Van Aad Smits wordt verwacht dat
hij de ooievaars tot broeden brengt,
maar of dat gemakkelijk is? „Om
t;e beginnen", zegt hij. „heb ik van
af nu nooit meer een vrije dag, in
de zomermaanden ga ik met vrouw
en kind zelfs hier op het terrein in
een houten woning wonen en wat
de vogels betreft: die moeten een
zo ruim mogelijke partnerkeus heb
ben. Een heleboel vogels zijn nog
niet eens geslachtsrijp, dat zijn ze
pas met vier jaar. Verder zijn we
er nu wel zeker van dat de meeste
ooievaars hier in het dorp vrouw
tjes zijn".
Die geslachtsbepaling is een moei
lijke zaak. Zolang er geen paarvor
ming is, kun je alleen maar gissen.
In het algemeen hebben de manne
tjes een wat forse ondersnavel,
maar het is heel goed mogelijk dat
het vrouwtje uit het ene paar meer
snavel heeft dan het mannetje uit
een ander paar.
Twee paar ooievaars, waarvan vol
gend voorjaar daden worden ver
wacht, leven nu in een grote kooi
in afzondering. Het zijn vier vogels
CIUDAD. OBREGON MEXICO
(AP) Op de avond in de herfst
van het vorige jaar, waarop hij
naar Cresco in Iowa terugkeerde
om zijn ouders te bezoeken, hield
de politie hem aan in de hoofd
straat. Zij vond dat de kentekens
op zijn gehuurde auto er op de een
of andere manier verdacht uitzagen.
Zijn Mexicaans rijbewijs hielp ook
niet.
Hij kwam de jonge politiemannen
van zijn geboortestad verdacht voor
tot een vriend kwam aanrijden en
zei: „Goeje genade, Norm, wat doe
jij hier?".
Een maand later was Norman Bor
laug weer aan het werk in de ko
renvelden van Mexico toen hij
hoorde van de onderscheiding.
„Moet een of ander abuis zijn",
bromde hij en ging weer aan het
werk.
Zelfs toen de verslaggevers kwamen,
vond hij het het beste te wachten
op iets officieels en bleef hij wer
ken op de korenvelden tot officiële
persoonlijkheden hem naar de stad
Mexico sleepten, compleet met be-
modderde handen, bemodderde kle
ren en al. Hij onderging, nog altijd
bemodderd, twee persconferenties,
poseerde met de minister van
Landbouw en werd persoonlijk
geïnterviewd voor de televisie. Ten
slotte sloten ze de deuren, lieten de
champagnekurken knallen en lang
zaam begon de 56-jarige Borlaug
zich te realiseren dat het werkelijk
waar was: hij had de Nobelprijs
gewonnen.
Derhalve huurde hij zijn eerste
rokkostuum met witte das, wetende
dat hij er zich knap beroerd in zou
voelen. Zijn bejaarde ouders, die in
een verpleeginrichting verbleven,
konden de reis niet meemaken,
maar hij nam de rest van zijn fa
Bij de foto's
Ooievaars in Het Liesveld. Zij
moeten de Nederlandse ooievaars-
tiand voor de ondergang behoe
den foto rechts boven).
Aad Smits beheerder van
het ooievaarsdorp met een bui
zerd op zijn arm. Met een steeds
langere lijn leert hij de vogels
zelf weer hun prooidieren te grij-
"Ji foto hiernaast)
de Zwitser Max Bloesch die met
zijn succesrijke experimenten het
grote voorbeeld voor Het Liesveld is.
Twintig jaar geleden verdween in
van vijf Jaar oud, geschonken door
Zwitserland de laatste in het wild
levende ooievaar en jaren later
bracht Bloesch met veel vlijt en ge
duld gevangen vogels tot broeden.
Nu bedraagt zijn „produktie" enkele
tientallen vogels per jaar.
Bloesch maakte standvogels van
trekvogels. Dank zij vooral ook bij
voeding voelen de Zwitserse ooie
vaars niet zo erg veel meer voor
een winterreis naar het warme zui
den, waar trouwens nog veel men
sen plegen te schieten op alles wat
vilegt. Tot veertig kilometer in de
omtrek van het eerste Zwitserse
ooievaarsdorp (Altreu) worden iede
re zomer ooievaars jongen grootge
bracht.
Dit jaar werden voor het eerst na
lange tijd weer kikkers gehoord in
de Alblasserwaard, een gebied van
vrijwel onbespoten gedrag. Dat
klinkt goed. al is de kikker niet
eens het belangrijkste gerecht op
het ooievaarsmenu. Aad Smits voert
zijn vogels witvis uit de Lek en
muizen. Zelf moeten ze maar aan
voldoende grote insecten als libellen,
sprinkhanen, veenmollen en meike
vers zien te komen.
Een paar eenvoudige hutten, in de
oude Alblasserwaardse riet- en te
nenstijl, completeren het beeld van
Neerlands eerste ooievaarsdorp. Nee
toch niet. we vergeten nog wat. Er
staan ook honderden sprieterige
boompjes die nog bomen moeten
worden. Alle, meer dan veertig
soorten wilgen die ons land eens
rijk was, maar die nu door Staats
bosbeheer voor de ondergang wor
den behoed, zijn vertegenwoordigd.
Aad Smits heeft zich bovendien
ontfermd over de in beslag geno
men roofvogels "hoofdzakelijk bui
zerds en torenvalken» die met een
hondenriem om hun poot zitten te
wachten op hun beurt om van
Smits te leren hoe ze in het vrije
veld hun prooidieren moeten grij
pen. Dan pas mogen ze weer vrij
zijn.
De wilgen en de roofvogels maken
het nog eens extra duidelijk: als we
niet oppassen kunnen we binnen
kort de natuur alleen nog maar te
gen betaling aanschouwen. En het
leven kost al zoveel
Borlaug liefst met
kreeg Nobelprijs