Mr. Geertsema heeft zin
GEEN CHAOS
NA WEGVALLEN
VAN LOONREM
Het magische getal van Nixon is relatief
NIET OVERAL
MAG KAMPEER
WAGEN STAAN
ZATERDAG 17 JUU 1971
LUD9CH DAGBLAD
Mr. Willem Jacob Geertsema is
sinds twaalf dagen minister van
Binnenlandse Zaken. Geertse
ma (52) drukt daarmee de voet
sporen van zijn overgrootvader.
„Ik heb niet het voorrecht ge
had hem te kennen, hoewel hij
vreselijk oud is geworden (ruim
negentig)", zegt de nieuwe mi
nister.
„Mijn overgrootvader is lid ge-
weest van de Tweede en de
Eerste Kamer, was commissaris
van de Koningin en minister
van Binnenlandse Zaken. Het
burgemeesterschap heeft hij
niet gemist. Op een bepaalde
manier heeft hij wel bijgedra
gen aan mijn vorming. Hij was
een coryfee in de familie. Er is
veel over hem gesproken. Ik
ben beheerder van het archief
dat hij heeft nagelaten. Er za
ten meer familieleden van mij
in de politiek. Het is één van
de dingen die mij heeft aange
zet een bestuurlijke carrière te
volgen. Ik heb er wel vertrou
wen in dat bepaalde dingen er
felijk zijn".
„U weet toch dat mijn overgroot
vader precies op dezelfde datum
als ik tot minister werd be
ëdigd? Datwas op 6 juli. De ka
binetsformatie heeft een jaar
tekort geduurd, want het was
99 jaar geleden".
De nieuwe Geertsema, vorig jaar
nog burgemeester van Wasse
naar en bij de jongste verkie
zingen lijsttrekker van de WD,
filosofeert over het minister
schap en de zaken waar hij
mee te maken krijgt.
DEN HAAG In het torentje aan de Haagse Hofvijver
huist een nieuwe heer. Mr. W. J. Geertsema, opperknots van
de Wassenaarse carnavalsvereniging, bestuurt Binnenlandse
ïood Zaken. In het torenkamertje is niets veranderd. Er hangt alleen
ilii een minder scherpe sigarenlucht nu de dikke sigaren van Beer-
zijn vervangen door bruine rokertjes van zuiniger af
meting. En er is aan de muur een portret bij gehangen. Van
n^Geertsema's overgrootvader, die honderd jaar geleden dit
iur zelfde departement aanvoerde.
Geertsema praat zachter dan wij
dJran hem gewend zijn. Gaat geen
rakele vraag uit de weg en heeft in
geeliet gesprek niets van de regent die
Het was al een jaar geleden
tkend dat u minister van Bin-
lenlandse Zaken zou worden. Het
ijkt allemaal zo vanzelfsprekend
e gaan met u. Hoe komt dat?
„Het valt tot dusver mee. Ik
ieb het voordeel dat ik mij vrij
met deze materie heb bezig ge-
Ihou-^uden. Twee burgemeesterschap-
twee raadslidmaatschappen, lid
>e „n de Tweede Kamer sinds 1959
dster daarin altijd lid geweest van de
d! aste Commissie voor Binnenlandse
aken. ach met de meeste proble-
t Ei ïen ben ik wel in aanraking ge-
h!ï«St".
3ring «Plezierig vind ik dat Je Je aan
dacht aan één ding kunt geven.
voorheen waren het er drie: burge-
vaiieester, kamerlidmaatschap, en
ie erenigingsleven. Maar het is duide-
l djiijk hard werken in het begin. Ze
Heimeten er op het departement wel
litge- v-en aan wennen, dat er 's avonds
ranjicht brandt in het torentje".
,Ik vroeg me wel eens af, als ie-
diteijfereen zo goed weet wat het met
pij zou worden, of het dan wel ge-
ealiseerd zou worden. Het loopt
erin lan vaak nog wel eens anders. Ik
ijvemeb een zeker fatalisme over me,
a ie wel hoe de dingen uitpakken. Je
irü fordt wel eens gedreven in een be
laaide richting zonder dat daar een
'an rije keuze aan te pas komt. Als
d<pet zo moet, dan moet het maar.
zou geen lid van dit kabi-
ïet geworden zijn als ik niet een
lortefeuille had kunnen krijgen die
mijn belangstellingssfeer ligt.
zekere mate van deskundigheid
find ik nodig, Binnenlandse Zaken
misschien Justitie, daarmee
loudt het voor mij wel op".
U bent gehecht aan Engeland,
ook aa,n de aanspreektitel excel
lentie?
,Nee, voor mij hoeft dat he
emaal niet. Meneer de minister
Hinkt ook onaangenaam. Burge
meester vind ik een zinvolle
n rp; V
Door
Frans de Lugt
spreektitel, evenals dokter of nota
ris. Ik begrijp niet wat de moeilijk
heden zijn om het woord excellentie
af te schaffen. Dat zal ik toch eens
aan Biesheuvel vragen. Minister
vind ik de mooiste aanspreektitel,
maar meneer vind ik ook best".
Hoe is het om minister te zijn?
U heeft eens gezegd: „Een politi
cus dient precies te zeggen wat hij
persoonlijk denkt". Kan dat voor
een minister?
Geertsema moet toegeven dat dit
voor een minister niet altijd moge
lijk is. „Maar Je moet er wel zo
veel mogelijk naar streven. Soms
kan het verstandig zijn even Je ge
dachten voor Je te houden, als Je
bepaalde groepen van belangheb
benden eerst nog moet inlichten,
r ik hou van openheid. Ik vind
het wel zinvol dat het kabinet naar
buiten altijd één standpunt in
neemt. Als dat niet zo was, zou de
bevolking het niet begrijpen".
Aan welke eisen moet een mi
nister van Binnenlandse Zaken
voldoen?
G.: „Ik geloof niet aan andere ei
sen dan welke minister ook. Een
flinke dosis gezond verstand, een
redelijke mate van werkkracht,
liefst inzicht in de politieke verhou
dingen en organisatiekwaliteiten.
Het ministersambt is niet zo uit
zonderlijk dat daar hoogst uitzon
derlijke krachten voor nodig zijn
om het te bekleden".
Onlang zei u dat u geen vij
anden heeft. Denkt u dat zo te
kunnen houden?
„Ik hoop het van ganser harte,
moet ik zeggen. Het is gevaarlijk
om een voorspelling te doen. Tegen
standers ken ik wel, maar ik zou
het bijzonder triest vinden als ik er
door dit ambt vijanden aan over
hield".
Uw voorganger is wel eens be
dreigd en heeft drie maanden een
persoonlijke bewaking gehad.
„Ja. maar er is nooit een aanslag
op hem gepleegd. Na die affaire in
Wassenaar (aanslag door Ambone
zen op de Indonesische ambassa
deur - red.) heeft zijn huis een
nacht vol gezeten met tot de tan
den gewapende agenten. Dat was
een loos alarm waarvan de bron
snel kon worden acnterhaald. Ik
heb geen enkele aanwijziging dat ik
aan die affaire vijanden heb over
gehouden in de kring van de Am
bonezen. Met de heer Manusama
heb ik een prettig gesprek gevoerd".
Wat gaat u allemaal doen?
„Wetgeving zie ik als de aller
voornaamste taak. Er ligt een enor-
hoop te wachten. Mijn voorgan
ger heeft een hoop voorbereidend
erk gedaan. Een nieuwe Grondwet
tot stand brengen in eerste lezing,
Gemeentewet, herschrijven, Kieswet
herzien, een nieuwe Politiewet, de
Gewestwet. Die politiewet bij voor
beeld, die moet beslist in vier Jaar
klaar zijn".
Waarom staat de Gewestwet
niet in het regeerakkoord?
Geertsema: „Dat het een vrije
zaak gelaten is, komt door de gehe
le andere opvattingen die in de
ARP leven over de manier waarop
de gemeenten gewesten moeten
gaan vormen. Het betekent dat ik
niet het onaanvaardbaar uitspreek
als de AR een meerderheid voor
haar opvatting zou krijgen dat ge
westen van het begin af aan moe
ten worden opgelegd".
Het spreidingsbeleid.
„Daat zal bepaald veel aan moe
ten worden gedaan. Met kracht zal
ik zoeken naar mogelijkheden om
rijksdiensten te verplaatsen naar
andere delen van het land. Eén van
de redenen voor de inflatie is de
overspannen arbeidsmarkt in het
westen van het land. Daar komt bij
dat het enorm moeilijk is voor al
lerlei werkzaamheden hier mensen
te vinden".
„Het. hart van de departementen
blijft dacht ik voorshands wel in
Den Haag kloppen. Ook uit een
oogpunt van efficiency. Dat wil niet
zeggen dat onderdelen met minder
dagelijkse kontakten niet verplaatst
zouden kunnen worden. Het zou
anders komen te liggen als men een
heel nieuwe regeringsstad zou willen
en zoals in andere landen wel
is gebeurd. Maar ik geloof niet dat
daarvoor in ons land aanleiding is".
,Ik ben er van overtuigd dat aan
de spreiding meer moet gebeuren
dan tot nu toe het geval is. Ik ge
loof bepaald dat er mogelijkheden
liggen. Overigens moet ik geen opti
mistische verwachtingen wekken,
want als de regering morgen een
besluit neemt, dan heb je zulke
vangrijke zaken niet zo maar bin
nen vier Jaar uitgevoerd. Over de
consequenties voor het personeel
zou ik natuurlijk eerst overleg ple
gen met de bonden van ambtena-
Minister Geertsema zegt enkele
verplaatsingen met grote mogelijk
heden in het hoofd te hebben,
maar wil nu niet prijs geven welke
dat zijn. Er moet nog over worden
gesproken.
G.: „Men moet niet direkt spre
ken over een beleid dat anders zal
zijn. We zitten in een andere fase.
Ik zei al, dat mijn voorganger veel
voorbereidend werk heeft gedaan.
Dat moet nu tot uitvoering worden
gebracht".
Wat vindt u van nevenfuncties
voor politieke ambtsdragers?
„Van Kamerleden moeten die vol
gens mij niet geheim zijn. Ministers
en staatssecretarissen behoren naar
mijn mening geen nevenfuncties te
hebben. In het vorige kabinet had
den ze die ook niet. Een uitzonde
ring zou ik willen maken voor bij
voorbeeld kerkelijke functies".
„Commissarissen van de Koningin
en burgemeesters moeten naar mijn
opvatting primair zelf bepalen wat
wel en niet kunnen doen met
nevenfuncties. Een aantal dingen
vind ik ongewenst, bij voorbeeld een
burgemeester die commissaris is van
een plaatselijk bedrijf. Dan kan er
zelfs een situatie komen waarin ik
zeg dat het de verkeerde kant uit
gaat. Zoiets kan een rol spelen bij
een herbenoeming. Ook vind ik dat
burgemeesters en commissarissen
de Koningin niet geheimzinnig
behoren te doen over wat ze aan
nevenfuncties hebben. Het ligt niet
op mijn weg om grote lijsten te pu
bliceren".
De financiële positie van de lage-
overheden en problemen rondom
de databank wil Geertsema aan
zijn staatssecretaris toeschuiven. Hij
zegt daar nu liever niets
het gras niet
weg te maaien.
Overheidspersoneel neemt de
nieuwe minister wel zelf voor zijn
rekening, in tegenstelling tot zijn
voorganger. Hij wijst er op dat de
stabilisatie van het bestand over
heidspersoneel een maatregel is, die
1972 achter de rug is. Bij de
personeelsformatie 1972 moeten dan
ook bepaalde knelpunten uit de we
reld geholpen.
Hoe hard bent u in het per
soonlijke vlakmet burgemees
tersproblemen bijvoorbeeld?
dienst voeten
„Ik kan me heel wel indenken
dat op een gegeven moment het be
lang van een gemeente zwaarder
weegt dan het persoonlijk belang
van een burgemeester. Ik heb dan
ook het idee dat ten aanzien van
herbenoemingen het belang
gemeenten iets meer in het geding
moet worden gebracht dan tot nu
toe het geval is geweest. Als u dat
hard wil noemen.
Inspraak bij benoemingen.
G: „Ik voel voor institutionalise
ren van de inspraak van gemeente
raden ten aanzien van de kwalitei
ten die aan een burgemeester moe
ten worden toegekend. Ik krijg de
indruk dat er nog al wat verschil
bestaat bij de commissarissen van
de Koningin over de inspraakproce
dure. Het is niet de bedoeling dat
de commissie bij de Raad aankomt
met een lijstje namen".
„Als ik zie wat er over burgemees
tersbenoemingen allemaal op mijn
bureau komt, krijg ik overigens wel
de indruk dat elke gemeente een
schaap met vijf poten wil en die
zijn in Nederland dun gezaaid. Van
welke partij een burgemeester is,
vind ik niet primair van belang. Je
moet de sollicitaties bekijken en de
beste man uitzoeken. Al is het na
tuurlijk niet verstandig bijvoorbeeld
christelijk-gereformeerde kandi
daat te benoemen in een gemeente
die voor 99 procent katholiek is".
Minister Geertsema, die van plan is
auna te blijven bezoeken, en al
leen de actieve sportbeoefening
cricket) iets gaat verminderen, zal
ia beëindiging van zijn minister
schap graag weer in de Tweede
Kamer terugkeren. Hij hoopt dat
zyn ambtsperiode lang genoeg zal
duren om verbeteringen te kunnen
aanbrengen in de problemen van
de politiekorpsen.
„Je kunt twee wegen volgen. De
korpsen uitbreiden, maar dat gaat
niet zo eenvoudig. Je kan ook zeg-
er worden door de politie heel
wat taken verricht die door anderen
kunnen worden gedaan".
„In Wassenaar heb ik destijds heel
rigoureus de rol van de politie ver
minderd bij recepties van anderen
dan ambasadeurs. Daar deed de po
litie als parkeerwacht dienst. Als je
niet drie agenten had, nou dan
mankeerdeer wat aan je status. Zo
zün er talloze dingen, waar veel
- uit te halen valt dan iedereen
denkt"
lieuwe bewindsman van Binnen
landse Zaken heeft er duidelijk zin
Wat zijn de directe gevolgen van
de komende intrekking van de
loonmaatregel voor de werknemers?
Bij de beantwoording van die
vraag moet onderscheid worden ge
maakt tussen drie groepen werkne
mers: 1. de werknemers, die vallen
Dit houdt dus ook in dat de eerste
groep werknemers, die de loonmati
ging al hebben doorgemaakt en
voor wie een nieuw contract tot
stand is gekomen, in feite niets zul
len merken van de intrekking van
de loonmaatregel. Dat geldt dus bij
ging al is afgelopen, 2. de werkne
mers met contracten, waarvoor nu
de loonmaatregel van kracht is of
de loonmaatregel aanstaande is, en
3. de werknemers, vallend onder
contracten, die nog niet door de
ook de werknemers die in de derde
categorie vallen (contracten die nog
niet zijn getroffen door de loon
maatregel, zoals de cao voor de
groot-metaal), zullen niets merken
loonmatiging zijn getroffen.
De loonmaatregel trad in de loop
van december in werking en trof
direct een reeks cao's, die per 1 Ja
nuari vernieuwd moesten worden.
Door
Wibo Burgers
Daaronder vielen ongeveer 650.000
werknemers. Voor contracten, die op
een later tijdstip aan vernieuwing
toe waren, gold eenzelfde vaste ma
tigingsperiode (met loonsverhogin
gen van drie procent aan het begin
van die periode plus verwerking van
de vierhonderd gulden in de sala
risschalen en één procent na drie
van het wegvallen van de rem op
de lonen.
Dan resteert nog de betrekkelijk
kleine categorie van werknemers,
die juist aan de loonmatiging zijn
begonnen of er vlak voorstaan. In
die gevallen «uilen werkgevers en
vakbonden moeten onderhandelen
variabele termijn (van de inwer
kingtreding van de loonmaatregel
tot de afloopdatum van het oude
contract). In die variabele termijn
konden overeengekomen prijsaan
passingen normaal doorgang vinden,
maar de mogelijkheid om loonsver
hogingen buiten de cao om (toesla
gen, periodieken) te geven was be
perkt.
dig gedacht kan worden aan enige
terugwerkende kracht.
Nu de vakbeweging niet van plan
is reeds afgesloten contracten an
dermaal in discussie te brengen
lijkt het erop dat het wegvallen
van de loonrem weinig moeilijkhe
den zal opleveren, behalve dan wel
licht enkele kwesties in het tech-
nisch-Juridische vlak. Wél zal men
kabinet-Biesheuvel kiezen voor in
trekking van de loonmaatregel met
terugwerkende kracht tot 1 Januari
van dit Jaar. Deze methode is mede
sprake kan zijn van onbillijkheden:
de een heeft de loonmatiging on
dergaan, de ander heeft er niets
van gemerkt. Dat is een onvermij
mogelijk doordat de vakbeweging
nadrukkelijk heeft verklaard af te
zullen zien van wijzigingen in reeds
afgesloten contracten.
delijk effect van een weinig geluk
kige loonmaatregel, die eigenlijk al
leen maar problemen heeft opgeroe
pen.
al in goed vertrouwen een stukje
grond om daar hun rollend vakantie-
onderkomen neer te zetten. Niet
minder vaak vinden zij een gastvrije
standplaats bij een boerderij.
of meer caravans neer te zetten in
het landelijk gebied van een ge
meente, zó dat zjj zichtbaar zijn van
een publiek toegankelijke plaats.
Zelfs al staat men daarbij op eigen
grond!
Vrije Recreatie, maar ook de soms
te zonnig voorgestelde mededelingen
in advertenties en op tentoonstellin
gen wekken de indruk, dat men met
7ijn caravan nog tamelijk vry is om
te gaan en vooral staan.
En dat, zo waarschuwt het pro
vinciale bestuur, is bepaald niet het
De heer B. C. Jongkind in Ameide
had een ontheffing gevraagd voor
een tiental caravans op zijn land,
maar GS wezen zijn verzoek af: de
wagens zijn daar naar hun mening
storend zichtbaar van Lek en Lek
dijk, en enige maskering door groen
was niet voorhanden.
Er bestaat een "verordening be
scherming landschap Zuid-Holland"
die heel wat beperkingen stelt. En
het is de provincie de laatste tijd
weer gebleken dat heel wat cara
vangebruikers het bestaan van die
verordening niet kennen.
Later komen dan de moeilijkhe
den, zo laat het bureau voorlichting
een aantal caravans op dit terrein
toegelaten. GS hebben hem toen me
dio Juni per brief gelast deze illegaal
op zijn terrein staande caravans bin
nen veertien dagen te verwijderen.
Gevolg: een vervelende, later ook
door GS betreurde „overval" door
een flink legertje politiemannen in de
vroege ochtend, waarbij 3 gezinnen
werd aangezegd het terrein te verla
van de provincie weten. Conflicten,
die er soms toe leiden dat caravans
onder politietoezicht van een terrein
worden weggesleept.
Iets dergelijks is kort geleden
nog in Ameide gebeurd.
ten. Nu is bepaald dat zij er nog tot
26 Juli mogen blijven.
De provincie hanteert bij haar be
leid het uitgangspunt, dat het kam
peren zoveel mogelijk moet worden
beperkt tot daartoe bij bestemmings
De genoemde verordening bepaalt,
dat het zonder ontheffing van gede-
plan aan te wijzen terreinen. Alleen
dan kan voldaan worden aan milieu
hygiënische eisen, die straks ook
wettelijk vereist zullen zijn bij het
in werking treden van een Wet Hy-
Economisten zijn soms net als de
sterrewichelaars uit de oudheid, die
verleden, heden en toekomst tracht
ten te doorvorsen aan de hand van
magische cijferreeksen en cirkels
rond de sterrenbeelden. Vooral de
Amerikanen gaan er nogal prat op
dat zij de economische ontwikkeling
aan de hand van talloze statistie
ken feilloos kunnen voorspellen. Na
de oorlog hebben echter ook in
Europa heel wat geleerden getracht
een blik in de economische toe
komst te werpen. Doorgaans is het
maar goed dat de mensen nogal
vergpetachtig zijn, want als de
meeste prognoses na verloop van
zouden worden gecontroleerd of
rij verwezenlijkt zijn, dan zouden
•at flaters aan het licht ko
men. Vandaar dat een economisch
dat volgens vooraf opgestelde
Plannen wordt geleid met alle daar
aan klevende fouten, alleen maar
geforceerd kan worden doorgezet.
De Amerikanen hebben weliswaar
geen planeconomie, maar zij houden
toch wel van een schema op te
stellen dat zo goed en zo kwaad
Financiële
Kroniek
mogelijk tot uitvoering moet worden
gebracht. Daarbij wordt dan niet
altijd gelet op de gevolgen daarvan
voor de bewoners van andere lan
den. wier economie in sterke mate
afhankelijk is van dat van het rijk
ste land ter wereld. Vandaar dat in
vele landen van West-Europa, maar
ook in Zuid-Amerika en in Azië.
met argusogen wordt gevolgd hoe
de conjunctuur in de Verenigde
Staten zich ontwikkelt.
Daarom wordt ook met spanning
uitgezien naar de mogelijkheid of
de voorspelling van president Nixon
dat het bruto nationaal produkt dit
jaar de grens van 1 komma 1 zal
bereiken, in vervulling gaat. Met 1
komma 1 wordt dan het magische
cijfer van een biljoen dollar bereikt.
Eerlijk gezegd hebben we een mil
joen altijd al een respectabel be
drag gevonden, vooral als dat in
dollars werd uitgedrukt, maar zo
langzamerhand zijn we eraan ge
wend geraakt om in de economie
met miljarden te werken. Dat is
duizendmaal een miljoen.
In het land van de onbegrensde
mogelijkheden is het echter al zover
gekomen dat men aan een miljard
al niet meer genoeg heeft, zodat er
nog drie nullen tegenaan worden
gegooid, zodat er met biljoenen kan
worden gerekend. Nu moet men wel
goed weten wat een biljoen eigen
lijk betekent, want alleen astrono
men plachten zich met dergelijke
grootheden bezig te houden.
Het is zoveel geld dat per minuut
duizend dollar over de balk had
kunnen worden gegooid sinds het
begin van de Jaartelling om tot een
biljoen te komen, of dat een Tour
de France rijder 25 miljoen maal
rond de aardbol had moeten fietsen
om een biljoen kilometer bij elkaar
te trappen. Zelfs Eddy Merckx en
Joop Zoetemelk zouden het erbij
afleggen.
Maar goed, president Nixon is aan
het begin van het jaar op gezag
van zijn economische deskundige
met de boodschap gekomen dat het
bruto nationaal produkt dit jaar
het peil van 1,1 biljoen zou halen.
Nidt dat het voor de gewone man
veel uitmaakt of het een paar mil
joen meer of minder zal zijn, maar
voor de wereldeconomie telt elk
miljoentje mee. De Verenigde Sta
ten maken in economisch opzicht
de dienst uit, ook al omdat het te
kort op de betalingsbalans elke in
flatie-impuls laat doorwerken op
andere landen.
Voor een deel wordt de groei van
het nationaal produkt toegeschreven
aan de geldontwaarding en dat is
een kwaad ding, vooral omdat de
economie der Verenigde Staten
niet zo van een leien dakje gaat als de
autoriteiten in Washington het zich
zouden
Het leger werklozen blijft ontstel
lend groot. Mocht daar over enige
tijd nog een aanvoer van overtollig
geworden militairen uit de Viet-
nam-oorlog bijkomen, dan zal het
heel veel pijn en moeite kosten om
oplossing te krijgen voor de verrui
ming van de werkgelegenheid.
Volgens de economische theorie kan
dat voornamelijk langs de weg van
geldschepping en vermeerdering van
de overheidsuitgaven. Het inpompen
van geld om werkgelegenheid te be
vorderen betekent weer een nieuwe
stap op de weg van de inflatie en
tevens een verdere vergroting van
het bruto nationaal produkt. De
magische cirkel van 1 komma 1 kan
dan weer worden vervangen door
een nog magischer geheel.
Wall Street weet ook niet precies
meer wat ervan te denken valt.
Weliswaar heeft het koerspeil zich
in de afgelopen week zodanig her
steld dat de brug van 900 door de
Dow Jones-index weer kon worden
genomen, maar geen beleggingsspe
cialist kan zeggen of het zo zal
blijven. In het algemeen genomen
is de beleggingslust bij het publiek
niet bijster groot. Dit blijkt wel uit
de betrekkelijk matige omzetcijfers,
waarmee de New York Stock Ex
change zich de laatste tijd tevreden
moet stellen.
Enerzijds zou er moed geput kun
nen worden uit de eerste gegevens
over de gang van zaken in het eer
ste halfjaar bij de grote concerns.
Naar de maatstaven, welke de Ame
rikaanse beleggingsspecialisten aan
leggen, zijn zij echter niet van zo
danig gehalte dat zij de beurs
nieuw leven kunnen inblazen.
Ook in Nederland wordt met arg
waan afgewacht met welke cijfers
de grote concerns in de loop van
augustus op hun rapport thuis zul
len komen. Het is bij ons een beet
je schuilevinkje spelen wat de eco
nomische situatie betreft. Vanzelf
sprekend staan de meningen tegen
over elkaar als het gaat om verho
ging van de lonen of verzwaring
van de belastingen. Het is in feite
kiezen of delen tussen de welvaarts-
droom van de Inflatie of de reali
teit van dr. Zijlstra,
giëne Kampeerplaatsen.
Maar ook aldus het provinciale
bestuur vraagt Zuid-Holland als
dichtstbevolkte provincie nu eenmaal
een zorgvuldig afwegen van de pla
nologische en landschappelijke ele
menten bij het scheppen van kam
peerplaatsen.
Van de mogelijkheden om onthef
fing op de bepalingen van de „ver
ordening bescherming landschap" te
verlenen, maken gedeputeerde staten
een spaarzaam gebruik. Toch blijkt
er hier in hun beleid van enige ver
soepeling sprake.
Op het ogenblik is althans in stu
die, of en waar in Zuid-Holland toch
of meer caravans bij boerderij-
kunnen worden getolereerd. De
mate van zichtbaarheid en van aan
wezige beplanting is daarbij één van
de criteria.
Van provincie-kant wijst men er
tenslotte op. dat op elk gemeentehuls
kaart ter inzage ligt, waarop
valt te zien welk deel van de gemeen
te als landelijk gebied wordt aange
duid. "Maar men doet er in elk ge
val goed aan, voordat men zich een
van aanschaft, of een stuk grond
koopt om er die wagen te plaatsen,
perst inlichtingen in te winnen bij
het provinciehuis aan de Konings
kade 1, in Den Haag, telef. 26411*'.