Mr. Geertsema heeft zin GEEN CHAOS NA WEGVALLEN VAN LOONREM Het magische getal van Nixon is relatief NIET OVERAL MAG KAMPEER WAGEN STAAN ZATERDAG 17 JUU 1971 LUD9CH DAGBLAD Mr. Willem Jacob Geertsema is sinds twaalf dagen minister van Binnenlandse Zaken. Geertse ma (52) drukt daarmee de voet sporen van zijn overgrootvader. „Ik heb niet het voorrecht ge had hem te kennen, hoewel hij vreselijk oud is geworden (ruim negentig)", zegt de nieuwe mi nister. „Mijn overgrootvader is lid ge- weest van de Tweede en de Eerste Kamer, was commissaris van de Koningin en minister van Binnenlandse Zaken. Het burgemeesterschap heeft hij niet gemist. Op een bepaalde manier heeft hij wel bijgedra gen aan mijn vorming. Hij was een coryfee in de familie. Er is veel over hem gesproken. Ik ben beheerder van het archief dat hij heeft nagelaten. Er za ten meer familieleden van mij in de politiek. Het is één van de dingen die mij heeft aange zet een bestuurlijke carrière te volgen. Ik heb er wel vertrou wen in dat bepaalde dingen er felijk zijn". „U weet toch dat mijn overgroot vader precies op dezelfde datum als ik tot minister werd be ëdigd? Datwas op 6 juli. De ka binetsformatie heeft een jaar tekort geduurd, want het was 99 jaar geleden". De nieuwe Geertsema, vorig jaar nog burgemeester van Wasse naar en bij de jongste verkie zingen lijsttrekker van de WD, filosofeert over het minister schap en de zaken waar hij mee te maken krijgt. DEN HAAG In het torentje aan de Haagse Hofvijver huist een nieuwe heer. Mr. W. J. Geertsema, opperknots van de Wassenaarse carnavalsvereniging, bestuurt Binnenlandse ïood Zaken. In het torenkamertje is niets veranderd. Er hangt alleen ilii een minder scherpe sigarenlucht nu de dikke sigaren van Beer- zijn vervangen door bruine rokertjes van zuiniger af meting. En er is aan de muur een portret bij gehangen. Van n^Geertsema's overgrootvader, die honderd jaar geleden dit iur zelfde departement aanvoerde. Geertsema praat zachter dan wij dJran hem gewend zijn. Gaat geen rakele vraag uit de weg en heeft in geeliet gesprek niets van de regent die Het was al een jaar geleden tkend dat u minister van Bin- lenlandse Zaken zou worden. Het ijkt allemaal zo vanzelfsprekend e gaan met u. Hoe komt dat? „Het valt tot dusver mee. Ik ieb het voordeel dat ik mij vrij met deze materie heb bezig ge- Ihou-^uden. Twee burgemeesterschap- twee raadslidmaatschappen, lid >e „n de Tweede Kamer sinds 1959 dster daarin altijd lid geweest van de d! aste Commissie voor Binnenlandse aken. ach met de meeste proble- t Ei ïen ben ik wel in aanraking ge- h!ï«St". 3ring «Plezierig vind ik dat Je Je aan dacht aan één ding kunt geven. voorheen waren het er drie: burge- vaiieester, kamerlidmaatschap, en ie erenigingsleven. Maar het is duide- l djiijk hard werken in het begin. Ze Heimeten er op het departement wel litge- v-en aan wennen, dat er 's avonds ranjicht brandt in het torentje". ,Ik vroeg me wel eens af, als ie- diteijfereen zo goed weet wat het met pij zou worden, of het dan wel ge- ealiseerd zou worden. Het loopt erin lan vaak nog wel eens anders. Ik ijvemeb een zeker fatalisme over me, a ie wel hoe de dingen uitpakken. Je irü fordt wel eens gedreven in een be laaide richting zonder dat daar een 'an rije keuze aan te pas komt. Als d<pet zo moet, dan moet het maar. zou geen lid van dit kabi- ïet geworden zijn als ik niet een lortefeuille had kunnen krijgen die mijn belangstellingssfeer ligt. zekere mate van deskundigheid find ik nodig, Binnenlandse Zaken misschien Justitie, daarmee loudt het voor mij wel op". U bent gehecht aan Engeland, ook aa,n de aanspreektitel excel lentie? ,Nee, voor mij hoeft dat he emaal niet. Meneer de minister Hinkt ook onaangenaam. Burge meester vind ik een zinvolle n rp; V Door Frans de Lugt spreektitel, evenals dokter of nota ris. Ik begrijp niet wat de moeilijk heden zijn om het woord excellentie af te schaffen. Dat zal ik toch eens aan Biesheuvel vragen. Minister vind ik de mooiste aanspreektitel, maar meneer vind ik ook best". Hoe is het om minister te zijn? U heeft eens gezegd: „Een politi cus dient precies te zeggen wat hij persoonlijk denkt". Kan dat voor een minister? Geertsema moet toegeven dat dit voor een minister niet altijd moge lijk is. „Maar Je moet er wel zo veel mogelijk naar streven. Soms kan het verstandig zijn even Je ge dachten voor Je te houden, als Je bepaalde groepen van belangheb benden eerst nog moet inlichten, r ik hou van openheid. Ik vind het wel zinvol dat het kabinet naar buiten altijd één standpunt in neemt. Als dat niet zo was, zou de bevolking het niet begrijpen". Aan welke eisen moet een mi nister van Binnenlandse Zaken voldoen? G.: „Ik geloof niet aan andere ei sen dan welke minister ook. Een flinke dosis gezond verstand, een redelijke mate van werkkracht, liefst inzicht in de politieke verhou dingen en organisatiekwaliteiten. Het ministersambt is niet zo uit zonderlijk dat daar hoogst uitzon derlijke krachten voor nodig zijn om het te bekleden". Onlang zei u dat u geen vij anden heeft. Denkt u dat zo te kunnen houden? „Ik hoop het van ganser harte, moet ik zeggen. Het is gevaarlijk om een voorspelling te doen. Tegen standers ken ik wel, maar ik zou het bijzonder triest vinden als ik er door dit ambt vijanden aan over hield". Uw voorganger is wel eens be dreigd en heeft drie maanden een persoonlijke bewaking gehad. „Ja. maar er is nooit een aanslag op hem gepleegd. Na die affaire in Wassenaar (aanslag door Ambone zen op de Indonesische ambassa deur - red.) heeft zijn huis een nacht vol gezeten met tot de tan den gewapende agenten. Dat was een loos alarm waarvan de bron snel kon worden acnterhaald. Ik heb geen enkele aanwijziging dat ik aan die affaire vijanden heb over gehouden in de kring van de Am bonezen. Met de heer Manusama heb ik een prettig gesprek gevoerd". Wat gaat u allemaal doen? „Wetgeving zie ik als de aller voornaamste taak. Er ligt een enor- hoop te wachten. Mijn voorgan ger heeft een hoop voorbereidend erk gedaan. Een nieuwe Grondwet tot stand brengen in eerste lezing, Gemeentewet, herschrijven, Kieswet herzien, een nieuwe Politiewet, de Gewestwet. Die politiewet bij voor beeld, die moet beslist in vier Jaar klaar zijn". Waarom staat de Gewestwet niet in het regeerakkoord? Geertsema: „Dat het een vrije zaak gelaten is, komt door de gehe le andere opvattingen die in de ARP leven over de manier waarop de gemeenten gewesten moeten gaan vormen. Het betekent dat ik niet het onaanvaardbaar uitspreek als de AR een meerderheid voor haar opvatting zou krijgen dat ge westen van het begin af aan moe ten worden opgelegd". Het spreidingsbeleid. „Daat zal bepaald veel aan moe ten worden gedaan. Met kracht zal ik zoeken naar mogelijkheden om rijksdiensten te verplaatsen naar andere delen van het land. Eén van de redenen voor de inflatie is de overspannen arbeidsmarkt in het westen van het land. Daar komt bij dat het enorm moeilijk is voor al lerlei werkzaamheden hier mensen te vinden". „Het. hart van de departementen blijft dacht ik voorshands wel in Den Haag kloppen. Ook uit een oogpunt van efficiency. Dat wil niet zeggen dat onderdelen met minder dagelijkse kontakten niet verplaatst zouden kunnen worden. Het zou anders komen te liggen als men een heel nieuwe regeringsstad zou willen en zoals in andere landen wel is gebeurd. Maar ik geloof niet dat daarvoor in ons land aanleiding is". ,Ik ben er van overtuigd dat aan de spreiding meer moet gebeuren dan tot nu toe het geval is. Ik ge loof bepaald dat er mogelijkheden liggen. Overigens moet ik geen opti mistische verwachtingen wekken, want als de regering morgen een besluit neemt, dan heb je zulke vangrijke zaken niet zo maar bin nen vier Jaar uitgevoerd. Over de consequenties voor het personeel zou ik natuurlijk eerst overleg ple gen met de bonden van ambtena- Minister Geertsema zegt enkele verplaatsingen met grote mogelijk heden in het hoofd te hebben, maar wil nu niet prijs geven welke dat zijn. Er moet nog over worden gesproken. G.: „Men moet niet direkt spre ken over een beleid dat anders zal zijn. We zitten in een andere fase. Ik zei al, dat mijn voorganger veel voorbereidend werk heeft gedaan. Dat moet nu tot uitvoering worden gebracht". Wat vindt u van nevenfuncties voor politieke ambtsdragers? „Van Kamerleden moeten die vol gens mij niet geheim zijn. Ministers en staatssecretarissen behoren naar mijn mening geen nevenfuncties te hebben. In het vorige kabinet had den ze die ook niet. Een uitzonde ring zou ik willen maken voor bij voorbeeld kerkelijke functies". „Commissarissen van de Koningin en burgemeesters moeten naar mijn opvatting primair zelf bepalen wat wel en niet kunnen doen met nevenfuncties. Een aantal dingen vind ik ongewenst, bij voorbeeld een burgemeester die commissaris is van een plaatselijk bedrijf. Dan kan er zelfs een situatie komen waarin ik zeg dat het de verkeerde kant uit gaat. Zoiets kan een rol spelen bij een herbenoeming. Ook vind ik dat burgemeesters en commissarissen de Koningin niet geheimzinnig behoren te doen over wat ze aan nevenfuncties hebben. Het ligt niet op mijn weg om grote lijsten te pu bliceren". De financiële positie van de lage- overheden en problemen rondom de databank wil Geertsema aan zijn staatssecretaris toeschuiven. Hij zegt daar nu liever niets het gras niet weg te maaien. Overheidspersoneel neemt de nieuwe minister wel zelf voor zijn rekening, in tegenstelling tot zijn voorganger. Hij wijst er op dat de stabilisatie van het bestand over heidspersoneel een maatregel is, die 1972 achter de rug is. Bij de personeelsformatie 1972 moeten dan ook bepaalde knelpunten uit de we reld geholpen. Hoe hard bent u in het per soonlijke vlakmet burgemees tersproblemen bijvoorbeeld? dienst voeten „Ik kan me heel wel indenken dat op een gegeven moment het be lang van een gemeente zwaarder weegt dan het persoonlijk belang van een burgemeester. Ik heb dan ook het idee dat ten aanzien van herbenoemingen het belang gemeenten iets meer in het geding moet worden gebracht dan tot nu toe het geval is geweest. Als u dat hard wil noemen. Inspraak bij benoemingen. G: „Ik voel voor institutionalise ren van de inspraak van gemeente raden ten aanzien van de kwalitei ten die aan een burgemeester moe ten worden toegekend. Ik krijg de indruk dat er nog al wat verschil bestaat bij de commissarissen van de Koningin over de inspraakproce dure. Het is niet de bedoeling dat de commissie bij de Raad aankomt met een lijstje namen". „Als ik zie wat er over burgemees tersbenoemingen allemaal op mijn bureau komt, krijg ik overigens wel de indruk dat elke gemeente een schaap met vijf poten wil en die zijn in Nederland dun gezaaid. Van welke partij een burgemeester is, vind ik niet primair van belang. Je moet de sollicitaties bekijken en de beste man uitzoeken. Al is het na tuurlijk niet verstandig bijvoorbeeld christelijk-gereformeerde kandi daat te benoemen in een gemeente die voor 99 procent katholiek is". Minister Geertsema, die van plan is auna te blijven bezoeken, en al leen de actieve sportbeoefening cricket) iets gaat verminderen, zal ia beëindiging van zijn minister schap graag weer in de Tweede Kamer terugkeren. Hij hoopt dat zyn ambtsperiode lang genoeg zal duren om verbeteringen te kunnen aanbrengen in de problemen van de politiekorpsen. „Je kunt twee wegen volgen. De korpsen uitbreiden, maar dat gaat niet zo eenvoudig. Je kan ook zeg- er worden door de politie heel wat taken verricht die door anderen kunnen worden gedaan". „In Wassenaar heb ik destijds heel rigoureus de rol van de politie ver minderd bij recepties van anderen dan ambasadeurs. Daar deed de po litie als parkeerwacht dienst. Als je niet drie agenten had, nou dan mankeerdeer wat aan je status. Zo zün er talloze dingen, waar veel - uit te halen valt dan iedereen denkt" lieuwe bewindsman van Binnen landse Zaken heeft er duidelijk zin Wat zijn de directe gevolgen van de komende intrekking van de loonmaatregel voor de werknemers? Bij de beantwoording van die vraag moet onderscheid worden ge maakt tussen drie groepen werkne mers: 1. de werknemers, die vallen Dit houdt dus ook in dat de eerste groep werknemers, die de loonmati ging al hebben doorgemaakt en voor wie een nieuw contract tot stand is gekomen, in feite niets zul len merken van de intrekking van de loonmaatregel. Dat geldt dus bij ging al is afgelopen, 2. de werkne mers met contracten, waarvoor nu de loonmaatregel van kracht is of de loonmaatregel aanstaande is, en 3. de werknemers, vallend onder contracten, die nog niet door de ook de werknemers die in de derde categorie vallen (contracten die nog niet zijn getroffen door de loon maatregel, zoals de cao voor de groot-metaal), zullen niets merken loonmatiging zijn getroffen. De loonmaatregel trad in de loop van december in werking en trof direct een reeks cao's, die per 1 Ja nuari vernieuwd moesten worden. Door Wibo Burgers Daaronder vielen ongeveer 650.000 werknemers. Voor contracten, die op een later tijdstip aan vernieuwing toe waren, gold eenzelfde vaste ma tigingsperiode (met loonsverhogin gen van drie procent aan het begin van die periode plus verwerking van de vierhonderd gulden in de sala risschalen en één procent na drie van het wegvallen van de rem op de lonen. Dan resteert nog de betrekkelijk kleine categorie van werknemers, die juist aan de loonmatiging zijn begonnen of er vlak voorstaan. In die gevallen «uilen werkgevers en vakbonden moeten onderhandelen variabele termijn (van de inwer kingtreding van de loonmaatregel tot de afloopdatum van het oude contract). In die variabele termijn konden overeengekomen prijsaan passingen normaal doorgang vinden, maar de mogelijkheid om loonsver hogingen buiten de cao om (toesla gen, periodieken) te geven was be perkt. dig gedacht kan worden aan enige terugwerkende kracht. Nu de vakbeweging niet van plan is reeds afgesloten contracten an dermaal in discussie te brengen lijkt het erop dat het wegvallen van de loonrem weinig moeilijkhe den zal opleveren, behalve dan wel licht enkele kwesties in het tech- nisch-Juridische vlak. Wél zal men kabinet-Biesheuvel kiezen voor in trekking van de loonmaatregel met terugwerkende kracht tot 1 Januari van dit Jaar. Deze methode is mede sprake kan zijn van onbillijkheden: de een heeft de loonmatiging on dergaan, de ander heeft er niets van gemerkt. Dat is een onvermij mogelijk doordat de vakbeweging nadrukkelijk heeft verklaard af te zullen zien van wijzigingen in reeds afgesloten contracten. delijk effect van een weinig geluk kige loonmaatregel, die eigenlijk al leen maar problemen heeft opgeroe pen. al in goed vertrouwen een stukje grond om daar hun rollend vakantie- onderkomen neer te zetten. Niet minder vaak vinden zij een gastvrije standplaats bij een boerderij. of meer caravans neer te zetten in het landelijk gebied van een ge meente, zó dat zjj zichtbaar zijn van een publiek toegankelijke plaats. Zelfs al staat men daarbij op eigen grond! Vrije Recreatie, maar ook de soms te zonnig voorgestelde mededelingen in advertenties en op tentoonstellin gen wekken de indruk, dat men met 7ijn caravan nog tamelijk vry is om te gaan en vooral staan. En dat, zo waarschuwt het pro vinciale bestuur, is bepaald niet het De heer B. C. Jongkind in Ameide had een ontheffing gevraagd voor een tiental caravans op zijn land, maar GS wezen zijn verzoek af: de wagens zijn daar naar hun mening storend zichtbaar van Lek en Lek dijk, en enige maskering door groen was niet voorhanden. Er bestaat een "verordening be scherming landschap Zuid-Holland" die heel wat beperkingen stelt. En het is de provincie de laatste tijd weer gebleken dat heel wat cara vangebruikers het bestaan van die verordening niet kennen. Later komen dan de moeilijkhe den, zo laat het bureau voorlichting een aantal caravans op dit terrein toegelaten. GS hebben hem toen me dio Juni per brief gelast deze illegaal op zijn terrein staande caravans bin nen veertien dagen te verwijderen. Gevolg: een vervelende, later ook door GS betreurde „overval" door een flink legertje politiemannen in de vroege ochtend, waarbij 3 gezinnen werd aangezegd het terrein te verla van de provincie weten. Conflicten, die er soms toe leiden dat caravans onder politietoezicht van een terrein worden weggesleept. Iets dergelijks is kort geleden nog in Ameide gebeurd. ten. Nu is bepaald dat zij er nog tot 26 Juli mogen blijven. De provincie hanteert bij haar be leid het uitgangspunt, dat het kam peren zoveel mogelijk moet worden beperkt tot daartoe bij bestemmings De genoemde verordening bepaalt, dat het zonder ontheffing van gede- plan aan te wijzen terreinen. Alleen dan kan voldaan worden aan milieu hygiënische eisen, die straks ook wettelijk vereist zullen zijn bij het in werking treden van een Wet Hy- Economisten zijn soms net als de sterrewichelaars uit de oudheid, die verleden, heden en toekomst tracht ten te doorvorsen aan de hand van magische cijferreeksen en cirkels rond de sterrenbeelden. Vooral de Amerikanen gaan er nogal prat op dat zij de economische ontwikkeling aan de hand van talloze statistie ken feilloos kunnen voorspellen. Na de oorlog hebben echter ook in Europa heel wat geleerden getracht een blik in de economische toe komst te werpen. Doorgaans is het maar goed dat de mensen nogal vergpetachtig zijn, want als de meeste prognoses na verloop van zouden worden gecontroleerd of rij verwezenlijkt zijn, dan zouden •at flaters aan het licht ko men. Vandaar dat een economisch dat volgens vooraf opgestelde Plannen wordt geleid met alle daar aan klevende fouten, alleen maar geforceerd kan worden doorgezet. De Amerikanen hebben weliswaar geen planeconomie, maar zij houden toch wel van een schema op te stellen dat zo goed en zo kwaad Financiële Kroniek mogelijk tot uitvoering moet worden gebracht. Daarbij wordt dan niet altijd gelet op de gevolgen daarvan voor de bewoners van andere lan den. wier economie in sterke mate afhankelijk is van dat van het rijk ste land ter wereld. Vandaar dat in vele landen van West-Europa, maar ook in Zuid-Amerika en in Azië. met argusogen wordt gevolgd hoe de conjunctuur in de Verenigde Staten zich ontwikkelt. Daarom wordt ook met spanning uitgezien naar de mogelijkheid of de voorspelling van president Nixon dat het bruto nationaal produkt dit jaar de grens van 1 komma 1 zal bereiken, in vervulling gaat. Met 1 komma 1 wordt dan het magische cijfer van een biljoen dollar bereikt. Eerlijk gezegd hebben we een mil joen altijd al een respectabel be drag gevonden, vooral als dat in dollars werd uitgedrukt, maar zo langzamerhand zijn we eraan ge wend geraakt om in de economie met miljarden te werken. Dat is duizendmaal een miljoen. In het land van de onbegrensde mogelijkheden is het echter al zover gekomen dat men aan een miljard al niet meer genoeg heeft, zodat er nog drie nullen tegenaan worden gegooid, zodat er met biljoenen kan worden gerekend. Nu moet men wel goed weten wat een biljoen eigen lijk betekent, want alleen astrono men plachten zich met dergelijke grootheden bezig te houden. Het is zoveel geld dat per minuut duizend dollar over de balk had kunnen worden gegooid sinds het begin van de Jaartelling om tot een biljoen te komen, of dat een Tour de France rijder 25 miljoen maal rond de aardbol had moeten fietsen om een biljoen kilometer bij elkaar te trappen. Zelfs Eddy Merckx en Joop Zoetemelk zouden het erbij afleggen. Maar goed, president Nixon is aan het begin van het jaar op gezag van zijn economische deskundige met de boodschap gekomen dat het bruto nationaal produkt dit jaar het peil van 1,1 biljoen zou halen. Nidt dat het voor de gewone man veel uitmaakt of het een paar mil joen meer of minder zal zijn, maar voor de wereldeconomie telt elk miljoentje mee. De Verenigde Sta ten maken in economisch opzicht de dienst uit, ook al omdat het te kort op de betalingsbalans elke in flatie-impuls laat doorwerken op andere landen. Voor een deel wordt de groei van het nationaal produkt toegeschreven aan de geldontwaarding en dat is een kwaad ding, vooral omdat de economie der Verenigde Staten niet zo van een leien dakje gaat als de autoriteiten in Washington het zich zouden Het leger werklozen blijft ontstel lend groot. Mocht daar over enige tijd nog een aanvoer van overtollig geworden militairen uit de Viet- nam-oorlog bijkomen, dan zal het heel veel pijn en moeite kosten om oplossing te krijgen voor de verrui ming van de werkgelegenheid. Volgens de economische theorie kan dat voornamelijk langs de weg van geldschepping en vermeerdering van de overheidsuitgaven. Het inpompen van geld om werkgelegenheid te be vorderen betekent weer een nieuwe stap op de weg van de inflatie en tevens een verdere vergroting van het bruto nationaal produkt. De magische cirkel van 1 komma 1 kan dan weer worden vervangen door een nog magischer geheel. Wall Street weet ook niet precies meer wat ervan te denken valt. Weliswaar heeft het koerspeil zich in de afgelopen week zodanig her steld dat de brug van 900 door de Dow Jones-index weer kon worden genomen, maar geen beleggingsspe cialist kan zeggen of het zo zal blijven. In het algemeen genomen is de beleggingslust bij het publiek niet bijster groot. Dit blijkt wel uit de betrekkelijk matige omzetcijfers, waarmee de New York Stock Ex change zich de laatste tijd tevreden moet stellen. Enerzijds zou er moed geput kun nen worden uit de eerste gegevens over de gang van zaken in het eer ste halfjaar bij de grote concerns. Naar de maatstaven, welke de Ame rikaanse beleggingsspecialisten aan leggen, zijn zij echter niet van zo danig gehalte dat zij de beurs nieuw leven kunnen inblazen. Ook in Nederland wordt met arg waan afgewacht met welke cijfers de grote concerns in de loop van augustus op hun rapport thuis zul len komen. Het is bij ons een beet je schuilevinkje spelen wat de eco nomische situatie betreft. Vanzelf sprekend staan de meningen tegen over elkaar als het gaat om verho ging van de lonen of verzwaring van de belastingen. Het is in feite kiezen of delen tussen de welvaarts- droom van de Inflatie of de reali teit van dr. Zijlstra, giëne Kampeerplaatsen. Maar ook aldus het provinciale bestuur vraagt Zuid-Holland als dichtstbevolkte provincie nu eenmaal een zorgvuldig afwegen van de pla nologische en landschappelijke ele menten bij het scheppen van kam peerplaatsen. Van de mogelijkheden om onthef fing op de bepalingen van de „ver ordening bescherming landschap" te verlenen, maken gedeputeerde staten een spaarzaam gebruik. Toch blijkt er hier in hun beleid van enige ver soepeling sprake. Op het ogenblik is althans in stu die, of en waar in Zuid-Holland toch of meer caravans bij boerderij- kunnen worden getolereerd. De mate van zichtbaarheid en van aan wezige beplanting is daarbij één van de criteria. Van provincie-kant wijst men er tenslotte op. dat op elk gemeentehuls kaart ter inzage ligt, waarop valt te zien welk deel van de gemeen te als landelijk gebied wordt aange duid. "Maar men doet er in elk ge val goed aan, voordat men zich een van aanschaft, of een stuk grond koopt om er die wagen te plaatsen, perst inlichtingen in te winnen bij het provinciehuis aan de Konings kade 1, in Den Haag, telef. 26411*'.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1971 | | pagina 7