Iedereen moet nu Ieren voor het ivonen meer uit te geven" „Ik weet niet waar de hobby ophoudt en het vak begint" rrico 05 Ds. A. J. Kret, Leids wethouder voor stadsontwikkeling en verkeer RUUD PAAUW - ^O'uMBER 1970 KERSTBIJLAGE LEIDSCH DAGBLAD PAGINA 9 - Verstik je het leven niet op die manier. Wie iets nieuws be gint, moet een zeker risico aan vaarden. Met de technieken die we ter beschikking hebbenmoe ten nieuwe wegen worden inge slagen. Kret: „Christenen zijn niet zo gauw technocraten. Christenen zijn eerder bang geweest voor de techniek dan anderen, die er rustig zijn ingestapt en nu met steun van iederéén de vraagstukken, die die techniek weer heeft voortgebracht, moeten gaan op lossen. Als je sterk progressief denkt dan vind je voor elk probleem een oplossing en je stapt op die oplossing toe. Dat elke oplossing een nieuw probleem schept dat is dan voor het komende geslacht. Men heeft de nei ging te weinig op de lange termijn te denken. Een voorbeeld: zo'n nuttig instrument als de sociale wetgeving is als oplossing de schepper geweest van een nieuw probleem, namelijk de persoonlijke verantwoordelijkheid. Want feit is nu: als je leven van de wieg tot het graf is verzekerd dan ben je gemakkelijk ziek en je blijft lang ziek en je produktievermogen en je bereidheid om in de samenleving iets met zelfopoffering te doen, ne men, zullen we maar zeggen, niet toe". Kat op spek Nou, nou gaat u nu niet uit van de slechtste elementen in de maatschappijElke samenleving heeft haar profiteurs. Om hen gaat het helemaal niet bij een dergelijke regeling Kret (praat luider)„Nee, het heeft niets te maken met slecht of niet slecht. Het is de kat op het spek bin den. Ander voorbeeld: als ik tegen mijn zoon zeg dat het zijn verant woordelijkheid is dat hy op zijn stu die en toekomst let al wordt de studiemogelijkheid dan betaald dan zal hij binnen dat raam er zelf voor moeten zorgen dat hij overgaat. Maar als ik nu ook nog tegen hem zeg dat zijn overgang bij voorbaat gedekt is dan voert hij niets meer uit. Dat ligt dan niet aan mijn zoon, maar aan de collectieve gedachte die opkomt. Het gaat om langzaam voortschrijdende, mentale volksbe-nvloeding. Onbedoel hoor. Die beïnvloeding ligt op hetzelf de terrein als bijv. in de sfeer van de bewapening, de gedachte over oorlog en vrede en de inmiddels al weer ver ouderde opvattingen over de wijze waarop je mensen stedebouwkundig kunt behandeleri. Men zoekt het in de sfeer van de voorzieningen en nu blijkt dat die voorzieningen weer nieuwe zaken oproepen". Zwijgt, smeert brood. Gaat dan weer verder: „Daar zit het nou in dat je niet al tijd mee kan doen met die totale ver nieuwingsbewegingen. Dat wil niet zeggen dat je niets zielsblij kunt zijn met nieuw te bedenken vormen. Voor leefmilieu en recreatie. Voor met vreugde je beroep kunnen doen. Dat de mens gewoon kan zijn in deze we reld. Maar dat is voor een christen nog altijd maar een klein element van de uiteindelijke totale bevrijding. Ik zal helemaal meedoen met aller lei dingen die men progressief pleegt te noemen, maar ik ben en blijf iemand die relatief denkt. Wat we met elkaar kunnen doen, moet niet 1 volheid tot ontplooiing zullen komen dan wordt het een feest van teleur stelling en benauwenis. Dit is ook de I week van de meeste zelfmoorden. I Iedere dokter is gewapend tegen de kerstdagen en Oud en Nieuw. Alles I staat dan in het teken van de gezel ligheid in de huiselijke kring. De een zaamheid van de alleenstaande te dan onvoorstelbaar". Wat vindt u van de wapen stilstanden die altijd zo fraai met in het licht worden gezet van: dege nen die er niet aan meedoen zijn de belagers van de mensheid en die er voor zijn zijn de redders. De kerk heeft veel te lang dat apodictische gehad van: zo is het. Ook in de katholieke geschiedenis trof je de stelling aan: God kan je vader niet zijn als de kerk je moeder niet is. Dat zijn dingen die stammen uit de tweede eeuw. Daar zijn we van af En nu vind ik notabene precies dat zelfde gebiedende terug in het rode boekje voor scholieren. In een andere gedaante. En <?mdat ik drommels goed weet waartoe dat soort opstel lingen kan leiden, zeg ik altijd: kalm nou even Bekering Zegt met diepe overtuiging: „Wij zien de oplossing voor de problemen in deze maatschappij niet komen via een systeem. Wij geloven ook in een nieuwe wereld, maar van een ander karakter, namelijk met een andere mens. Dat is radicaal verschillend. Daar zit het element van de bekering tussen. We geloven pas in een ge herstructureerde maatschappij op ba sis van een geherstructureerde mens Einde van het eerste deel van dit gesprek. Voor het vervolg kom ik twee dagen later terug. Op een zeer matineus uur. Ik overval de heer Kret nu bij zijn ontbijt. Hij geeft te ken nen, manoeuvrerend met thee en be schuiten. dat dat helemaal niet erg is. We gaan goedgemutst verder. De Merenwijk valt planolo gisch onder u. Wat ervan op pa pier staat, doet wel wat verwach ten, maar wat komt er in werke lijkheid van terecht? Leiden- zuidwest is een teleurstelling ge worden, de Mors is om te huilen. Wordt de Merenwijk een nieuwe steenmassa of wordt het een leefbare wijk? Kret: „Ik hoop het, maar we moe ten zo realistisch zijn om eikaars verwachtingen niet te hoog op te schroeven. Leiden zal onder enorme druk van Den Haag te staan om als arme stad niet super de luxe te bou wen. En voor die druk heeft Den Haag een aantal zakelijke en begrij pelijke argumenten. We bouwen in Leiden op hardstikke dure grond. De grote vechtpartij op het ogenblik is: halen we de curve-prijs. F.n die wordt natuurlijk mede bepaald door de si tuering van de woonblokken in een heel anders opgezette wijk. Want het eerste deel van de Merennwijk ziet er, laat ik maar een meisjesterm gebrui ken, heel schattig uit. Maar op het departement slaan ze de handen in de lucht en zeggen: moet je dat zien, dat is nou een wijk met woningwet woningen, geen wonder dat de huur zo hoog is. Hoe dan ook. we zullen blijven vechten dat het een heerlijke tuinstad wordt". Keuze Kret over de afschuwelijke keuze waarvoor gemeentes in het roesten staan bij de bouw van woningen en het aanleggen van een nieuwe wijk: „Het Is 1) óf de generatie na ons belasten met een niet opgeheven wo ningnood en wèl vrijetijdsbesteding e.d„ maar met een scherpe differentie tussen de (geschoolde) arbeider, die het betalen kan en de ander die het niet betalen kan. Het gaat nu niet meer om rijk of arm, of hoog of laag, of hoe die oude tegenstellingen ook heetten, maar om wie het wel en niet betalen kan De een woont dan in de tuinstad en de ander in de krotten. 2) óf je kist voor mindere huizen, mindere buurten, meer woonbuurten en een goei gooi doen naar de oplos sing van het woningvraagstuk. Om in het westen all er bei te halen, dat is een heksentour. De fout zit in het feit dat we allemaal denken in het westen te moeten wonen. Voor zover de Merenwijk een com promis moet worden, is het een com promis tussen stedebouwkundige, ex perimentele foefjes toepassen of die eventueel maar laten om de huren niet al te hoog te maken. Maar niet op het gebied van een beetje minder leefbaar maken, desnoods nog een rijtje woningen er tussendoor en zo". Dwingen Zegt er diep in zijn hart blij mee te zijn dat jonge mensen leren voor woonruimte meer geld uit te geven, bevolking is niet meer in staat daar naar toe te werken. Want hun beste dingspatroon, met opgroeiende kinde ren. ligt nu eenmaal vast. Mensen tussen de 35 en 45 jaar moeten met maatregelen van bovenaf gedwongen worden voor de huisvesting een groter bedrag te spenderen. Ik vind het daarom erg jammer dat de huurbe lasting niet is doorgegaan. Schut heeft alles geprobeerd om de men sen die wat meer uit kunnen geven, ook wat meer te laten betalen. Nu probeert hij het weer met de huur- liberalisatie. Die man heeft steeds de „Een voornaam deel van de Leidse politieke wind tegen, maar hij heeft een fiks aantal goede pogingen ge daan om de mensen te leren voor het wonen meer uit te geven. Het lukt niet". Kret spreekt vervolgens met grote geestdrift over de plannen die hij koestert voor de Leidse binnenstadI Hij zegt daar uren over te kunnen uitweiden. „Ik weet niet waar de hob- j by eindigt en het vak begint". Ook de opmerking dat enthousiasme iets is wat je in een doodarme stad als Lei den langzaam maar zeker wordt af - genomen, kan het vuur niet blussen. Bang voor teleurstellingen is hij niet. j „Ik stel me realistisch op. En relati verend. Ik ben ook best bereid in een politiek gevecht veren te laten. Als je dat niet kunt moet je niet in de poli tiek gaan". Als u morgen de kans kreeg I het Witte-Singelplan van de uni- j versiteit te laten annuleren, wat zou u dan doen? „Een wat irreële vraag. Die kans heb ik zomaar niet. omdat het een in alle openheid officieel door de Raad aanvaard plan is. Ten tweede was ik een der vóórstemmers en heb ik het een uitdaging voor Leiden ge noemd. Ten derde geloof ik dat een dergelijke stok tussen de benen van de universiteit, door Leiden zelf nog het meest als pijnlijk ervaren zou worden. De universiteit vindt name lijk altijd en overal wel een andere vestiging, maar Leiden zelf kan een vertrek uit de binnenstad onmogelijk verwerken. Aal het Witte-Singel-plan zit onverbrekelijk de bestemming van een menigte binnenstadsgebouwen vast. We beseffen weieens te weinig wat een vertrek van de RU uit de Leidse binnenstad (of uit Leiden) in houdt". Kestmis Met een dominee moet ook beslist even over Kerstmis gesproken wor den. Kret over de benauwenis die velen in die dagen voelen: „Kerstmis is het feest van de vrede op aarde. En daar zie je in de praktijk maar zo bitter weinig van. Het wordt ook het feest van de wereldvernieuwing ge noemd. En die is er niet. Als je dat niet kunt relativeren door rekening te houden met het feit dat je met mensen te maken hebt en dat dit soort dingen op aarde niet In hun Kerstmis worden gesloten „We laten de oorlog met Kerstmis stoppen, want we beseffen dan even: dit kan niet. In deze dagen komt aan het licht wat nóóit zou mogen. Dat geldt voor meer dingen dan de oorlog. Alle mogelijke zaken die eigenlijk niet kunnen, maar die we door het Jaar heen niet meer merken, omdat we ons er immuun voor hebben gemaakt, daarvan zeggen we met Kerstmis: dat mag niet. En daarmee leveren we het bewijs dat het nóóit kan. Met Kerstmis komen de onhoudbare za ken op een rijtje te staan. Dan wordt op zijn scherpst duidelijk dat alvorens wij de structuur van de maatschappij kunnen veranderen, de menselijke structuur moet veranderen. De hoofd fouten liggen niet in de dingen, maar in onszelf." ADVERTENTIE kazige kerstdagen niet vergeten» FritotUn LEIDEN Een van de weinige wethouders, die in september ij de stemming het vertrouwen van vrijwel de gehele Leidse lad kreeg, was ds. A. J. Kret (42), lid van de Anti-Revolu- onaire Partij. Voor een periode van vier jaar heeft hij de ortefeuille voor o.a. stadsontwikkeling en verkeer op zak ekregen op dit moment waarschijnlijk de belangrijkste die I is. Van zijn creativiteit, soepelheid en veerkracht zal de amende jaren zéér veel worren gevraagd. A. J. Kretdie in 1961 in Leiden raar in de godsdienstvakken tfd (daarvoor was hij hervormd A edikant in Krimpen aan de 'ifeJc) ziet er op het eerste gezicht als een succesvol manager In een fabriek in keurige huis- ven: zware, donkere bril, ge dirigeerd pak met streepje en bijpassende documententas. I> n zakelijke en politieke slag- ardigheid wordt door niemand twijfel getrokken. Voor de ver dingen ging hij een openbaar bat aan met de geslepen PSP- Amptmeyereen man die door len in de Leidse raad zeer 3 rdt gevreesd. Kret sleepte arin een verdienstelijke remise het vuur. Worst 2 Het is geen eenvoudige zaak om I thouder Kret in de roezemoezerige 'eembermaand enkele uren van zijn Isontwikkelende activiteiten af te uden. Hij zegt al geruime tijd elf irkuren per dag te hebben: „Ik tet niet hoe lang dat nog zo door at". i. Maar Kret is een man van goede T ,1e, zoals van een dominee ver- icht mag worden. Daarom offert hij or het eerste deel van dit gesprek Ti li middagpauze op. De strijd grijpt lats bij hem thuis; mee aan de ïoh zitten Krets echtgenote en zijn ïgste dochter (6). Terwijl Kret zorgvuldig met plakjes irst manipuleert, vuur ik maar vast vraagje op hem af. Van politiserende generaals rwacht men altijd het slechte, politiserende dominees altijd t goede. Het laatste lijkt mij, lijk gezegd, minstens zo ver- lend als het eerste. Kret: „Ik weet niet of die indeling st is. Ik heb sterk de indruk dat litiserende dominees onder een an- soort verdenking staan. In de eer plaats onder de verdenking van rk verzuilend optreden, hetzij naar ene. hetzij naar de andere kant. lor 2over men het goede van domi- es in de politiek verwacht, geloof ik men denkt dat het zachte eitjes n Zo van: ze zijn zo bewogen over samenleving dat ze nooit politiek tabel kunnen zijn. Want politiek is een luchtje en een dominee 19* zich daar niet in begeven. Doet dat wel dan komt hij in allerlei terecht en kan hij zich niet armaken in zijn roeping. Misschien men zelfs wel eens de gedachte eft dat een dpminee die in de po- gaat, nooit helemaal dominee is Beest. En van een generaal in de ilitiek verwacht men juist dat hij en top generaal zal zijn. zakelijk opgesteld. U hebt geen moment het Evangelie erbij be trokken. Maar eerder die avond vervulde u een spreekbeurt voor de ARP afd. Oegstgeest. Toen hebt u alle Evangelische stok paarden bereden die er maar te vinden warenKan dat nu maar zo? Kret (donker door de bril kijkend): „Die tegenstelling is mij veel te zwart-wit, maar ik begrijp dat ze zo over kwam. Ik heb continu dezelfde instelling: vanuit een Evangelische visie zicht proberen te hebben op de samenleving. Maar ik maak wel dui delijk onderscheid tussen de kringen waarin ik op een bepaald moment verkeer. Wanneer ik mij bevind tus sen mensen die met mij van mening zijn dat politiek eigenlijk Evangeli sche politiek is, althans voortvloeit uit je geloofsvisie, dan wil ik daar met die mensen voluit over praten. Kom ik buiten die kring, bij mensen waar die Evangelische visie wordt afgewe zen, dan vind ik niet dat een politicus tegelijkertijd een soort zendeling be hoeft te zijn om te laten zien hoe waardevol het Evangelie wel is voor de politiek. Dat is op dat moment ook niet aan de orde. Aak de orde is het confronteren van een standpunt dat van' de ene achtergrond uitgaat, zo als bijv. het Evangelie, met een standpunt dat op iets anders berust. Amptmeyer heeft in dat bewuste de bat evenmin Marx voortdurend ge citeerd. Toch weet ik dat hij bij zijn opstelling van Marxistische idealen uitgaat. Zo ga ik van de Evangelische visie uit. Dat is in zo'n debat duide lijk, al blijft het ongenoemd. Roert in zijn koffie en zegt dan: „Het is niet zo dat ik in eigen krin getje vroom doe en daarbuiten zake lijk. Ik vind het weerzinwekkend om een ideologisch propagandist te zijn". T ekstenarsenaal Hoe ervaart u het als niet- christelijke politici uit de Bijbel citeren. In 't Veld heeft het tij dens de erfpacht nota nogal eens gedaan. Kret: „Ik zelf heb het afgeleerd om zo maar citaten uit de Bijbel te pak-4 Ontwikkeling Het feit dat u zich van die edikant en functie heeft terug- Itrokkenhoudt dat een zekere if and nemen tot het ambt in? iet meer die roeping er in zien ie u er eens in gezien heeft? „Nee, nee. Het is het gevolg van n langdurige ontwikkeling. Ik kreeg mijn eerste gemeente al direct te aken met alle zorgen rond de dijk- ihoging. Ik kwam namelijk in Krim- tn aan de Lek een paar maanden na watersnoodramp van 1953, toen les nog in de oude toestand was, clusief de haast waarmee alle voor- ningen moesten worden getroffen, kwam daar voor allerlei toestan-1 n te staan: welke huizen onteige- n ze, wat breken ze af, hoe ver- j aatsen ze een deel van de bevolking it waren eigenlijk al je reinste sa- rlngsvraagstukken. Ik ben in die oblematiek verzeild geraakt, mijns idanks, onbewust. Het vloeide recht- eeks voort uit het nauwe contact st de bevolking. Bovendien heeft de itiek mij altijd geïnteresseerd. Ik b in de Chr. Historische Jongeren- oep gezeten en in de jaren vijftig Isrd ik lid van de AR. Ik had in timpen, met zijn scheepswerven, al met de vakbeweging te doen. Zo b ik op den duur de instelling ge- egen om heel sterk te letten op de iteriële noden. Want ik heb ge- Wfrkt dat wat geestelijke noden he il, zelfs tot het schoppen tegen de fk toe, gewoon vaak voorkomt uit Heriële nood. Opvoedingsmoeilijk- zijn niet zelden het gevolg van tchte huisvesting enz. Voor mij was i dus geen omschakeling. Het is fl zo dat de dikke lijn van het pre- kantschap als hoofdberoep en het urne lijntje van het in de politiek- n steeds meer omgekeerd is gewor- n. Het is een kwestie van in de pas te zitten of daarbuiten, maar be- tó'd geen zaak van in de kerk of üten de kerk staan. Ik preek bijv. elke zondag". Debat Voor de verkiezingen bent u ,gi debat aangegaan met Ampt- *°1 er. u hebt zich toen strikt ken. Ik ben puur bang geworden om de Bijbel te gebruiken als een soort arsenaal, waar iedereen zijn teksten uit kan halen. Met behulp van een los citaat, dat je voor je eigen ge noegen dekt met het gezag van de Bijbel, kun je volstrekt tegenstrijdige dingen bewijzen. Als je namelijk het citaat als uitgangspunt gaat beschou wen. Een citaat uit de Bijbel is nog niet hetzelfde als het uitgangspunt van de Bijbel. Kerkelijk meelevende mensen hebben dat geleerd. Vroeger is daar ook in die kring veel om te doen geweest. Velen hebben zich lan ge tijd tegen het dansen gekeerd met sen niet kende. En de voorstanders zeiden jawel, want David danste voor de Ark. Op zo'n manier werd er met de mededeling dat de Bijbel het dan de Bijbel omgesprongen. Datzelfde vind ik terug in het citaat van In 't Veld: „De grond zal ook niet altoos worden verkocht". Huivering Waarom gaat er meestal een huivering door de gelederen van de christelijke partijen als er sprake is van nieuwe ideeën en theorieën? Als je de vooruitgang beziet als een voortsnellend paard, waarom hangen de chris telijke politici dan zo vaak aan de staart van dat beest? Kret geeft te kennen weinig met deze opmerking te zijn ingenomen, maar hij heeft de handicap juist in een broodje te hebben gebeten. Daar om ga ik nog even door: „Dat gold vroeger, dat geldt nu nog. Of je het over Colijn hebt of over Beernink. het maakt in dit opzicht weinig uit. Ze geven geen richting aan, ze remmen alleen maar. Kret: „Die woorden conservatief en vooruitstrevend hebben hele rare sprongen gemaakt, en worden op al lerlei manieren ondergewaardeerd en versluierd. .Houwen wat je hebt en proberen meer te krijgen", is in de eerste plaats al gegeven met ieder mens. Voor een Christen is er nog iets anders waarop hij zuinig is. Wij heb ben vele tientallen jaren van de kan sel horen roepen, op toogdagen en zo: „Bewaar het pand u toever trouwd" (lacht zachtjes). Ik hoor het ouwe heren nog zo zeggen: „Bewaar het pand u toevertrouwd". Dat is niet conserveren in de zin van inblikken, dat is conserveren in de zin van: zo verzorgen dat het niet aangetast wordt van buiten, door nog niet op juistheid getoetste ideeën. Dat is een mentaliteit die je overal terugvindt. Bij het maken van een nieuwe Bijbel vertaling, van een nieuwe psalmberij ming enz. Je vindt bij deze mensen door ook een soort angst voor het weten schappelijke, angst voor het zoontje dat thuiskomt en zegt dat Genesis één tot drie niet klopt omdat de mens van de aap afstamt. Daar zit een achtergrond achter, die soms bar ver velend is, maar die niet zonder meer een negatieve is. Je zou kunnen zeg gen: men ruilt in deze kringen niet graag ouwe schoenen in voor nieuwe, voordat men weet dat de nieuwe echt niet zullen knellen".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1970 | | pagina 31