\0 ,JE MOET ER EELT VOOR HEBBEN' BALLY Deze Pantiac Ik ben gesteld op een beetje stijl„ hEEft 't hEtemaal de houtique-SEPiE V^Pontiac tijd-juists tijd J De KVP-er S. Menken viert volgende week zijn zilveren jubileum als wethouder. Een niet alledaagse gebeurtenis in het roerige politieke wereldje. In onder staand artikel spreekt hij over zijn werk, waarvan hij zegt: de jam voor mannen NIEUWS VAN PONTIAC ER DONDERDAG 5 NOVEMBER 1970 LEIDSCH DAGBLAD PAGINA 3 Schoenen ke.i kenmerk, van Dalen Don.k.ersiceci Leid.e.n, LEIDEN De heer S. Menken (61lid van de KVP, viert volgende week zijn zilveren jubileum als Leids wethouder. Ruim 24 jaar heeft hij de portefeuille van Sociale Zaken op zak gehad, in het na een serie opmerkelijke schermutselingen gevormde nieuwe college van B. en W. heeft hij die taak verwisseld voor Openbare Werken en enkele aanverwante zaken. Een portefeuille, die hij in het vorige college voor Piena al eens waarnam. Wethouder Menken zetelt in het stadhuis in een mooie, ruime werkkamer. Aan de wand hangt o.a. een grote foto van de stadhuisbrand in de jaren twintig. Verder geen bij zondere dingen. Zijn bureau staat vrijwel in het midden van de kamer. Als ik het vertrek betreed om samen met hem iets van het werk en de lidtekens uit die afgelopen jaren te be kijken, zit hij achter dat bureau. Liniaalrecht. Die houding heeft iets uitdagends, er zit een portie hardnekkigheid in. Links-af geslagen jongeren zullen zich vermoedelijk alleen al daarom tegen hem afzetten. Wethouder Menken praat, tijdens het roeren in een kop koffie, eerst i even met hartelijkheid over zijn J oud-collega Sannes. „In een stuk in de krant over hem las ik dat hij altijd nerveus was als hij naar de f raad moest. Ik wist wel dat spreken i in het openbaar een bezoeking voor hem was. maar dat hy zich voor de raad zo zenuwachtig maakte, heb ik nooit beseft. Toch vreemd, je zit zo dicht by elkaar. Dat laatste jaar ls zwaar, bitter voor hem geweest. Trouwens ook voor Piena". Na nog enkele meldende bespiege lingen zegt hij iets over de PPR: „Nee, ik vond dat geen zinnige af splitsing van de KVP. Het ging naar mijn mening niet om grote po litieke vraagstukken. De PPR was teveel verbonden met figuren die,ja hoe zal ik dat zeggen, zich gehin derd voelden, die niet in de politiek hadden bereikt wat zy er van ver wacht hadden". Over tot de orde van de dag. door Ruud Paauw Onaardig Wethouder Drenth van Lei derdorp heeft onlangs gezegd dat je als wethouder noch als raadslid langer dan acht jaar mag aanblijven omdat het beleid ariders te lang op één manier beïnvloed wordt. Het is wat on aardig om dat iemand voor te houden die zich juist 25 jaar als zodanig heeft staande gehouden, maar wat vindt u daar van? Menken (gefronst voorhoofd) „Daar ben ik het niet mee eens. Er is tegenwoordig een hang naar een wat snellere doorstroming en die acht ik op zichzelf niet ongezond. Maar als én een raad én een partij iemand waardeert en vertrouwd, dan vind ik dat hy best langer dan acht jaar kan meedraaien. Die doorstroming is er toch wel, want er zijn heel wat raadsleden die er al veel eerder uitrollen. Je moet van iemand een bepaald soort eelt zijn voorzien om het in dit vak te kun nen uithouden". Wat heeft voor u nu het katholicisme in de politiek be tekent? Menken kruist de armen voor de borst, denkt kort na. „Je moet goed voor ogen houden dat ik iemand ben uit de vooroorlogse school. Dat betekende dat by de schooloplei ding, het vormings- en verenigings werk de katholieke maatschappij- leerbijzonder veel gedoceerd en ge propageerd werd. De werken van Schaepman, Aal- berse en Max van Poll, dat waren de grote uitgangspunten. In die leer werd je gedoetrineerd, ja onderge dompeld. Je kreeg ook allerlei din gen erbij in de cursussen die je des tijds volgde: het Marxisme met pro's en contra's en een beeld van de diverse protestants-christelijke opvattingen. Daar werd je allemaal mee vertrouwd gemaakt. Voor mij was het grote uitgangspunt en dat is het nog de katholieke maatschappij-opvatting, die volgens mij grotendeels het midden hield, nog houdt trouwens, tussen ener zijds het liberalisme, dat vooral tussen 1900 en 1930 heeft gespeeld, en anderzijds het socialisme. Dat laatste dan vooral in de zin van radicaal socialisme, zoals het byv. door een man als Sneevliet werd gepropageerd. Dat had een zodanige hang naar communisme alles wat in Rusland gebeurde werd goedgepraat dat je daar een heilige huiver voor kreeg". Gebreideld Telefoon. Menken luistert even, lacht kort en zegt: „Nee hoor, ik wordt niet zo gauw kwaad". Legt de hoorn weer op het toestel. „Kijk, ik heb alle waardering voor bepaalde dingen die in confeotie- vorm in de maatschappij worden gebracht, maar van doorslaggeven de aard zyn voor my gewoon de al gemene rechtvaardigheidsbeleidslij - nen. Ik heb aan de andere kant ook waardering, een hele grote zelfs, voor het particulier initiatief in het bedrijfsleven, in het verenigings werk. Maar als deze zaken niet ge corrigeerd worden door de normale sociale opvattingen dan ontaardt 't in ouderwets liberalisme. Daar voel ik niets voor. Dan ben ik niet thuis. Want de katholieke maatschappij opvatting is, dat met alle waarde ring voor laat ik maar zeggen het eigen vermogen, de zaak sociaal ge breideld dient te worden". En het religieuze aspect, speelt dat nog als achtergrond bij bepaalde beslissingen? y* „Ja, in die zin dat het voor je zelf, van huis uit, een rol speelt. Het komt naar boven by bepaalde principiële zaken. Om een voor beeld te noemen: ik ben er bepaald geen voorstander van om zo spon taan mee te werken met allerlei NVSH-affaires. Zoals het voor Jan Publiek en voor iedereen verkrijg baar stellen van allerlei spullen. We hebben destijds in B. enW. gespro ken over een algemene verordening, verkoop by drogisteryen enz. Ik was de enige die er tegen was'. Zwijgt even. Zegt dan: „Er zijn ook dingen die aan verandering on derhevig zijn. Ik herinner me in de periode vlak na de oorlog heftige debatten in B. en W. en de com missie over gemengd zwemmen. Daar grinnik je tegenwoordig om, daar praat je met meer over. Maar misschien wordt er over een paar jaar niet meer over de NVSH gesproken? Menken scherp: „Dat betwijfel ik sterk. Dat is een heel ander vraag stuk dan gemengd zwemmen en al lerlei andere zaken, waar je vroeger nogal sectarisch over dacht". Burgemeester Heeft u nooit aspiraties ge had om burgemeester te wor den? „Ik heb twee keer een poging ge daan. Het is niet gelukt. Eenmaal stond ik nr. 2 op de nominatie. Na verloop van enkele jaren was ik toch bly dat ik het niet geworden was. Want als burgemeester moet je klein beginnen; je ging finan cieel een brokkie achteruit. Nou is dat niet zo erg, want dat kun je na verloop van tijd wrel inlopen als je promotie maakt. Maar op zeker moment gaan je gezinsomstandigr heden een rol spelen. De kinderen werden ginter en in Leiden waren uitstekende onderwysmogelykheden. Het is maar helemaal de vraag of dat in de plaats waar je burgemees ter wordt ook het geval is. Dat heeft my er van weerhouden later nog eens een poging te doen". Voor een aantal Leidenaars bent u het type van de echte regent, met de goede maar ook de kwade eigenschappen. Menken, verwonderd en met een ondergrondje van ergenis: „Voordat meneer Duindam van de PPR dat in een krante-interview naar bui ten bracht, heb ik er in de stad nooit over horen spreken. Van hem is dat schone verhaal over myn pa triarchale men taliteit. Daarna is het als een soort motto om my heen gespeeld en gespeld. Het blijft han- ben nog nooit een voorzitter gehad die zo gedrukt heeft op asjeblieft een beetje waardig en redelijk zijn". Ach, je bent toch verdorie niet in een vechtjasaffaire, je bent er voor om door redelijk overleg tot een op lossing te komen. Dat is de styl die ik in al lerlei organisaties heb getoond. Se cretariaten en penningmeester schappen hebben my nooit gelegen. In de afgelopen 25 jaar heb ik zo'n 20 voorzitterschappen vervuld, in de provincie en in den lande. Mis schien is het door de manier van vergadering leiden dat dat regen ten-idee is ontstaan". Misschien komt het ook wel enigszins omdat u iedereen di rect met je en jij aanspreekt. Menken slikt deze opmerking met lichte verwondering door. ..Daar ben ik altyd erg gemakkelijk in ge weest. Als ik in dit werk en in het verenigingswerk goed met iemand Wethouder Menken: „De gevallen waar wij de vinger achter konden krijgen, die gin gen voor de bijl". (Foto LD/Holvast) zelfs op zaterdagmiddag nog een bepaald soort klandizie. Je was net een soort pastoor of dominee, die ze op zaterdag probeerden te bedotten, want op vrijdag hadden ze geen tyd. Ik heb ook jarenlang netelige personeelskwesties moeten oplos sen. Als je moeilijk toegankelijk bent dan red je dat niet. Oud-bur gemeester Van Kinschot zei wel eens: „Het is bij jou net een biecht stoel, het klopt wel mooi dat je ka tholiek bent". Er is ook wel gezegd: Men ken wil best een zaak in de raad brengen, maar dan moet hij politiek haalbaar zijn. Hij zal het niet doen uit louter bewo genheid. „Ik kan me indenken dat sommi ge mensen, die bepaalde affaires na aan het hart lagen, dolgraag had den dat je ze naar voren zou bren gen. Maar dan vergeet men dat je een zaak niet door dik en dun in de raad kan brengen, als minder - ADVERTENTIE heid. Als het namelijk een onhaal bare kaart is in B. en W. dan komt het, in zijn algemeenheid, niet in de raad. Als je by het aftasten in raadscommissies merkt dat het er niet in zit, dan moet je wachten. Dat heb ik gedaan. Dan bracht ik het by de begroting, want dan kon je zeggen wat je allemaal op je hart had. Maar er zyn toch ook zaken geweest, heel belangryke, die ik heb doorgezet. Ook al wist ik dat ze moeilyk lagen. Tien jaar geleden hadden we de IZA-regeling, de ziektekostenverze kering voor overheidspersoneel. We waren de eerste stad in Zuid-Hol land die het waagde er mee in de raad te komen. Door de enorme te genstand van de ziekenfondsen ver loren we heit. Ik heb toen netjes ge wacht tot er een nieuwe raad was. Daar was ik die ziekenfondklanten in kwijt geraakt. Toen werd het aangenomen". gen. Zoals Schmelzer wel altyd met een tackel vergeleken zal worden, omdat Wim Kan hem zo genoemd heeft". (Lacht even schaterend). Die kwalificatie regent kwam voor u dus als een verras sing? „Ja ik ervaar het zelf hele maal niet zo. Ach kyk, ik geef vol ledig toe dat ik er altyd op gestaan heb, als byv. de burgemeester er niet was, om een raadsvergadering met enige styi en waardigheid voor te zitten en redeiyk te laten verlo pen. Het leiden van een vergade ring, dat ligt me nu eenmaal, daar hou ik van. Het mag best fel toe gaan, hoor. Ik doe het zelf de laatste jaren wel wat kalmer aan, maar ik ben er vroeger oo': wel eens' heet van de naald van door gega loppeerd in de raad. Maar ik sta op een zeker styi. Ik ben nog een tyd voorzitter geweest van de landelilke Kath. Jongerenbeweging. Daar zei den ze by myn afscheid: „We heb- overweg kan dan ben ik al snel be reid van je en jou te spreken. Daar bedoel ik niets neerbuigends mee Wat my nooit gelegen heeft dat is wat in socialistische hoek nogal ge- makkelyk ligt, om van Piet, Klaas en Kees te spreken. Wie „je" zegt, zegt ook Kees. Menken: „Ja. maar dat ligt me nou net weer niet". Niet moeilijk Om even op dat z.g. regent schap door te gaan. U bent geen moeilijk te benaderen man? „O, nee, dan kun je niet zoveel jaren wethouder van sociale zaken zyn. Je had spreek uur met vele mensen. En een lading telefoontje Er kwamen mensen aan huis, b# tientallen. Dat was de laatste jaren minder, omdat door allerlei wette- lyke maatregelen veel meer finan cieel geregeld kan worden dan vroe ger. Zo'n tien jaar geleden had ik NEEMT VAKER ZWAARDEMAKER zonder kleurstof en conserveermiddel crèches niet meer te ontkomen Maar ik vind wel dat mensen die er van gaan profiteren er zelf een flink bedrag voor moeten offeren. Ik voel er niets voor ze een dik in- komentje te laten opbouwen, verzorging van de kinderen aan derden te laten toevertrouwen en dan ook nog volop te laten profite ren van de forse subsidies. Die kwestie is by de nieuwe portefeuil le-indeling van my afgevallen. Ik ben benieuwd wat mevrouw Den Haan er straks van terecht gaat brengen". Het heeft er even naar uit gezien dat de KVP u bij de be sprekingen voor een nieuw col lege wilde laten vallen als wet houder. Dat zou zeker zijn ge beur als het PAK de wethou dersclausule had ingetrokken. U was de verkiezingen als lijst trekker ingegaan. Die ontwikke ling moet voor u wel zeer te leurstellend zijn geweest. „Ik ben er nooit helemaal achter gekomen of dit een activiteit was van de meerderheid van de KVP- fractie zelf, of dat het een gevolg was van een wel wat ver gaande vryage met de PvdA. In het voor jaar ontdekte ik ineens dat de so cialisten hadden losgelaten my lie ver kwyt dan ryk te zyn. Voor die tyd had ik een dergelyke klank nooit gehoord. Integendeel, tot vorig jaar had ik nooit anders dan nor male medewerking en waardering gehad. De socialisten waren soms complimenteuzer dan myn eigen fractie. Want die werkte niet zo gauw met wierook. Dat hoefde ook niet. hoor. daar was ik zelfs tegen. Ook met de mensen van het NW had ik altyd een uitstekende rela tie". „Het heeft my inderdaad nogal wat gedaan, dat kan ik niet ont kennen. Je gaat ook aan jezelf twy- felen. Zo in de trant van: waar komt dat nou vandaan, wat heb ik misdaan?" Lichte ergenis. Pijn „Wat myn ploeg betreft, de KVP: je bent via de grosiyst stemming weer gekozen, je bent jarenlang wethouder geweest en je hebt met je eigen fractie nooit echt mot en moeilykheden gehad. Dan komt er zoiets. Dat doet pyn. Ik kan me best indenken dat men iemand wil vervangen. Maar dan moet dat wel van tevoren duidelyk bepraat worden. Je kunt maar niet zeggen: foetsie joh. hoepel maar op. Vier jaar geleden vond ik het vreselyk pynlyk voor Piena, die ook op die manier gewipt dreigde te worden. Nu heb ik zelf zo'n nare ervaring gehad". Het Leidsch Dagblad heeft onlangs een stuk gepubliceerd over de vele onrechtmatige steunuitkeringen. De Sociale Diensten zijn voor miljoenen opgelicht. Verraste u dat? „Nee. Wy hadden al lang het ver moeden dat er ook in Leiden een zekere mate van fraude in het spel was by bepaalde figuren". En controle? „Het is praktisch onmogelyk ach ter een aantal mensen alsmaar con troleurs aan te sturen. We hebben vroeger wei zo'n systeem gehad. Toen werd er zwaai' gecontroleerd. Maar we zyn er tenslotte van af gestapt. De vakbonden waren er vreselyk op tegen. Als iemand werkloos was: moest je aannemen dat hy werkloos was en niet dat hy steun trok en er ook nog was by verdiende. Dat is, heb ik de indruk, een aantal jaren vry redelyk ge gaan. Maar de laatste tyd is er weer veel vervelends naar voren gekomen. Je moet ook niet verge ten dat je soms als Sociale Dienst in een ellendige dwangsituatie zit. De vent byv. die vrouw en kinde ren in de steek laat en wegloopt. We hebben het meegemaakt dat man en vrouw dat gewoon hadden afgesproken, om op die manier twee inkomens te krygen. Maar je moet het kunnen aantonen. Als de So ciale Dienst in zo n geval twee we ken de boot heeft afgehouden, om dat ze voelen dat ze beduveld wor den maar het niet kunnen bewy- zen, dan moeten die vrouw en kin deren die uitkering krygen. De ge vallen waar wy de vinger achter konden krygen, die gingen voor de byl. Dat klinkt onbarmhartig, maar die kwamen voor de rechtbank". Veert even naar voren in zyn stoel en voegt er aan toe: „Vergeet niet. de mentaliteit van de mensen is veranderd. Bystand is immers een recht geworden. Dat heeft by een aantal zwakke broeders die vroeger piano-aan speelden geleid tot iets dat een beetje Ujkt op met de vuist op tafel slaan". Kranten Wat vindt u van de Leidse kranten de laatste jaren? ,,Vry goed. Alleen zou ik wel wil len dat de Leidse pers zich ten aan zien van ingezonden stukken een beetje oriënteerde by de instituten of instanties die aangevallen wor den. Er zou dan een PS-je van hun kant onder kunnen". Dat doen we liever niet. Als iets pertinent onjuist is, wordt er wel ingegrepen, maar dat is vaak niet zo gemakkelijk vast te stellen. Van onderschriften zien we zoveel mogelijk af. Je hebt als krant altijd het laatste woord. Het werkt zo bevoogdend. Als bijv. de Sociale Dienst wordt aangevallen, dan moet zij er maar een stuk tegenin schrijven. Menken: „Je zit vaak met de vraag: moet je op alles reageren? Wry ft even met de hand over het gezicht en zegt dan korzelig: „Ik heb het eens meegemaakt by een bewogen meeting. Achter de micro foon stond iemand wat te beweren over dé gemeente Leiden, over hét gemeentebestuur en dé burgemees ter. Dat gebeurde op zo'n stuitende manier dat ik de neiging had naar voren te springen en de geachte aanwezigen even te vertellen wie daar juist achter de microfoon had gestaan. Je weet nameiyk zo ont zettend veel uit sociale- en politie rapporten. Ik had die man gewoon kunnen afmaken. Je doet dat niet om dat je weet dat je uiterst voor zichtig moet zyn met je kennis. En dan zwyg je maar". Maakt een af werend gebaar met zyn hand: „Misschien doen we dat wel te veel, ja". ADVERTENTIE Koopavond Gaat beheerst, maar toch met enige emotie door: „Ik wist dat vo rig jaar de koopavond een onhaal bare zaak was. Dat had ik van te voren uitgekiend. Ik heb het toch in de raad gebracht omdat het erg belangryk was voor onze stad. ge zien de ontwikkeling in de omstre ken, waar steeds meer koopovonden ontstonden. Ik had mee dat heel het college er zo over dacht. Ik heb het te vuur en te zwaard verdedigd, o.a. tegen myn eigen fractie-voorzitter Lambermont, in. Ik heb gezegd, beste mensen, als je Leiden een centrum-functie wil laten behouden in een enorm dicht bevolkte streek en gelet op ons grote winkelappa raat, wees er dan zuinig op. Laten we experimenteren. Het lukte niet. Ik wist het van tevoren maar ik heb er wel voor gestreden". In de kamer verschynt nu een bode met twee koffie. „Neem dan die subsidiekwestie in de crèche-affaire. Ik was er persé voor om te starten, ondanks de hoge subsidie. Het speelde vlak voor de verkiezingen en dan ga je kry gen dat er door dik en dun nog lekker iets doorheen gehaald moest warden. Daar voelde ik niet voor Het lag enorm gemengd in de raad. Er waren fervente voor- en tegen standers. Financieel lag het ook verduiveld moeiiyk. Het zou per jaar 50 tot 100.000 gulden kosten. U wilde die crèches wel. „Ja, in deze moderne tyd valt aan zware zilveren band. die losjes om de pols wordt gedragen. Door hem, door haar. door alle twee.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1970 | | pagina 3