Studio Otto van Dijk trekt van leer tegen randstadprovincialen Intrigerende herinneringen aan een nazistisch verleden hitzi Hanfstaengl en zijn Führer Adolf biedt meer...veel meer! nu in het nieuwe nummer )0 (GPD) Adolf Hitler bleef voor •andts „Man met de gouden helm en zei vol bewondering: ..Is dat niet die heldhaftige, martiale uitdruk- Een strijder, vastbesloten tot het uiter- 't Is toch wel duidelijk dat Rem it een echte Ariër en Germaan was, al hij nu en dan zijn modellen uit de terdamse jodenbuurt". Het was 1923 en [t die door Hitler met dit ongekende titel zou het doel kunnen heb- lezer onmiddellijk duidelijk te dat de schrijver meer is ge- san een Beierse komplotteur. Esenteert zichzelf ook als Roose uiviseur uit de oorlogsjaren, in een fraaie actie aan het was ontsnapt waarvan hij, dite band met Hitler ten spijt, gooit deel was gaan uitmaken, fht lijkt aan het slot van het logische einde van een mis- roging om uit de man die "be gin de lange jas. op het hoofd eedgerande slappe hoed, het van een samenzweerder ten staatsman te maken. Intellectuelen Istaengl Is in de eerste Jaren tiers optreden als NSDAP-lei- München een van de weinige tuelen in diens naaste omge- jgenlyk kan hij alleen Her- öring tot zijn milieu rekenen. [houding tot Hitler is ronduit Hanfstaengls zoon noemt Adolf" en deze wordt een van de kunsthandelaar, de chef nooit met "mijn iu hebben aangesproken, ansthandelaar thuis gedraagt ndelijke, bescheiden onkel ch als "een doorsnee onder in het huis van zijn meer- facet van Rembrandts wezen werd verrast, was Ernst „Putzi" Hanfstaengl, geschoold aan de Amerikaanse Harvarduniversiteit, vermogend kunsthandelaar uit München en één van Hitiers intimi in de jaren twinig. Hanfstaengl heeft op 83-jarige leeftijd zijn herinneringen aan de Führer beschreven in he zojuist verschenen boek: Zwischen weis- sem und Braunen Haus. die situatie wordt "Zwis- sissem und braunen Haus" i waardig boek. Ten onrechte de schrijver is beweerd dat hem thuis tafelmanieren leerd. Wel ontstaat echter J van de ontwikkelde .kunst- lewonderaar die zich grote eeft het natuurtalent wat chaving by te brengen. Mijn rijft Hanfstaengl, is geweest igende invloed te hebben j dens de mislukte putsch van j hy met de andere kame- tegen de Beierse regering, tuigend is Hanfstaengls be- iet. Waar het echter .bijna eeuw later, eerder om lat hij herinneringen heeft uit een periode van Hit- j - lieke aktiviteit welke veel li indacht heeft genoten dan itere Jaren. Toevallig moeting had in 1922 bijna plaats. "Hitier kwam me een typische adspirant-offi- rger, gewend te commande- indruk van de NSDAP-chef er was daarna overweldi gend aan de Führer op het van zyn macht, kan men ilijk een voorstelling maken jonge politicus die in een München opereerde, nfstaengl. Als de man alle van zijn stem opentrok, effect In die dagen overwel- fearbij beschikt Hitler over en, "die einem unter die ten" litler presenteerde een reeks tegemoetkwamen aan het ivan die tijd. Daarbij: hij an die zyn formidabele ta- ocht aan een van de be- partijen. maar een eigen KHiwde, begaafd om te vol de bestaande verlangens. Hanfstaengl", zegt Hitier, ren heeft me voorzettenrs, fn en commissies, die niets dan kletskousen en zwam den. Bij ons is dat anders, «n beweging en ik ben niet fnt die op een zetel troont, marcheer voorop en dat overwinning opleveren". i Junctie: het uniform to-bruine stof. Hitier de schrijver komt daar eenvoudig niet onder uit was geen man van grote beschaving. Hanf staengl verbaasde zich evenzeer over de uitlatingen aan Rembrandts adres tijdens een museumbezoek in Ber lijn) als over het feit dat de Führer een schep suiker in de kostelijke Gewuerztraminer deed, toen hij meende dat zyn gastheer even niet keek. En al verslond Hitler uit Hanf staengls bibliotheek werken over Fre- derik de Grote en over de Franse re volutie. op zyn huurkamer vond de schrijver beeldromans van een be denkelijk soort. Adolf Hitler was muzikaal, schryft de man die zelf het muzikale genie in de eerste jaren der nazi-partij was. Maar hy geeft toe: Wagner was zijn tweede natuur, terwijl voor andere componisten weinig begrip bestond. Nooit floot Hitier een volks- wysje of een schlager, maar in een goede stemming kon hij plotseling met groot gevoel een brok uit een van Wagners opera's zingen en voor dragen. En als de schrijver Wagner op de piano speelde, zei de chef "Hanfstaengl, u bent een compleet orkest". Marsen Hanfstaengl heeft voor de NSDAP marsen gecomponeerd. Bovendien zou een yell van zyn vroegere foot- ballclub in Harvard, misbruikt zijn voor een kreet die wereldgeschiele- nis zou gaan maken. Toen hy die her innering uit de studententijd voor droeg, zou Hitier hebben uitgeroe pen: "Dat is het. Zoiets hebben we ook voor de beweging nodig". "Daar mee draag ik de intellectuele verant woordelijkheid voor het feit dat uit Harvard. Harvard. Harvard, rah. rah, rahhet Sieg-Heil, Sieg- Heil. Sieg-Heil van de nationaalsocia- listische beweging werd", aldus de schryver. Het gevoel voor muziek is die indruk laat althans het verhaal ach ter niet vergroot, ook al bracht Hanfstaengl Hitler in kontakt met kunstzinnige families als de Bech- steins. Evenmin gelukte het hem de Führer privé dansles te geven. "Voor een staatsman is dansen een minder waardige bezigheid", zou de reactie zyn geweest. Zwemmen wilde de toe komstige staatsman ("hy had een panische angst voor water") ook al niet leren. En toen Hanfstaengl op een taktisch goed gekozen moment opmerkte dat een baard, zoals tal van andere grootheden uit de ge schiedenis er een droegen. Hitier veel beter zou staan dan het u snor retje dat "ovoral een uitdaging voor karikaturisten is", zei de grote man: ..U maakt een vergissing. Neem maar van my aan dat deze snor eens de mode zal bepalen". Tot de-blijkbaar hardnekkige po ging om zyn ideaal te beïnvloeden behoorde voorts Hanfstaengls voor stel om Hitier Engels te leren „Dat ik aan dit voorstel de hoop verbond zijn door nationalistische vooroorde len sterk beperkte horizon te ver ruimen en hem de ontdekkin gvan een tweede wereld, aan gindse zyde van de Duitse taalgrens, te verge makkelijken. spreekt voor zich". Ook die poging faalde. Hitier haatte in die dagen alle Angelsaksen met uit zondering van Henri Ford, in wie hy een anti-semiet en een mogelijke geld schieter voor de party zou hebben gezien. De Ku-Klux-Klan was het enige Amerikaanse dat hij ronduit bewonderde. De schryver steekt min of meer de draak met onderwerpen, die hem eens toch pynlyk moeten hebben ge troffen. Hy schryft dat Hitier "als graalridder van beroep" ervan over tuigd was dat zijn inspanningen lou ter ten bate van de gehele mensheid kwamen .Hij voelde zich met name I uitverkoren om de wereldomspannen- i de samenzwering van het internatio nale jodendom te vernietigen. Bij het lezen van de boeken in Hanfstaengls bibliotheek kon hy con- clusies trekken voor toekomstige oor logen en tijdens een discussie over Napoleons krijgstocht vaststellen: "bij een volgende oorlog moet Duitsland onmiddellyk de graangebieden van Polen en de Oekraine bezetten". Dat alles speelde zich af lang voordat de nazi's een partij vormden waar in geheel Duitsland rekening mee werd gehouden Lankmoedigheid In grenzeloze lankmoedigheid schijnt Putzi Hanfstaengl de sterk van het normale afwijkende opvattin gen te hebben verwerkt Dat gold zelfs in het persoonlyke kontakt Voor hem kwam al gauw vast te staan dat Hitier impotent was Hij beschrijft de tot mislukken gedoem de pogingen van verschillende vrou wen om meer te bereiken dan Hitiers gevlei. Maar zelfs de zuster van Hit- Iers chauffeur, die een revolver in een schouderholster droeg om de monstratief als lijfgardiste voortdu rend in des Führers directe omge ving te kunnen zijn. zou toch 's a- vonds altijd weer in Morfeus' armen ingeslapen zijn. Hitiers impotentie verklaart voor Hanfstaengl veel gebruikte uitdruk kingen als: "Mijn enige bruid kan de massa, het volk. kan Duitsland zijn" En toen de leider, altyd vol affectie voor de vrouw van de schrijver, eens voor haar op zijn knieën viel om hartstochtelijk te verklaren dar hij haar slaaf wenste te zijn, zou Hanfstaengl zijn geschrokken echtge note hebben gezegd: „Dat moet Je niet zo tragisch opvatten. In zyn ver eenzaming zit de arme kerel als in een val en daarom bekruipt hem van tyd tot tijd de aandrang om in de rol van een smachtende minnezanger te vervallen". Het begrip was bijna grenzenloos. Toen tydens een van Hitiers eenza me verjaardagen Hanfstaengl de uit nodiging kreeg om langs te komen en een stukje cadeau-egrkegen taart te nuttigen, bleek al gauw dat de Führer zyn vriend graag eerst zag eten van een lekkernij, die vergiftigd zou kunnen zijn. Zulke waanvoor stellingen leefden toen al in Hitiers Meer dan twee miljoen lezers vinden Studio het meest overzichtelijke en plezierigste radio/tv- magazine in Nederland. Boordevol uitgebreide toelich tingen en boeiende reportages. Studio biedt meermeer informatie over wat zich voor en achter de camera's en microfoons afspeelt. Ook u kunt niet zonder Hudio. Stuur daarom nü een kaart zonder postzegel ,net uw naam en adres aan ons antwoord nummer te Amsterdam. N» ste verwrongen gedachtenwereld. die Hanfstaengl enigszins had willen or- i denen. Om het geheel te kunnen ver klaren. beschrijft hy zo'n gebeurte nis als een grap. De intellectuele lichtzinnigheid bleef blikbaar lang binnen grenzen die voor Hanfstaengl aanvaardbaar waren Toen de nazi's in 1933 aan de macht kwamen, werd Hanfstaengl perschef voor het buitenland, een Putzi temidden van zijn vrienden van links naar rechts: DieterPutzi, Goering. Hitler. Roehm van de belangrykste propagandisten dus. Nu was ook voor hem het mo ment gekomen om zich een uniform van fraaie cacao-brume stof te laten aanmeten. Niettemin liep het spaak Een te liet dynamische radin/t* -maga/ine tan de kRO kritische houding in de München- se jaren voor de Führer aanvaard baar beschrijft Hanfstaengl als de aanleiding tot de poging om hem kwijt te raken Tijdens een belang rijke vliegreis naar Italië, ontdekte hij bijtijds dat de piloot opdracht had hem boven Spanje, ergens tussen de beide vijandelijke linies "te droppen". De nazi-pers zou melden dat de zo getrouwe kameraad Hanfstaengl als een held was gevallen voor de goede zaak in Spanje. W P. TIMMERS (Van onze correspondent) GPD) In het La Mama-nummer van het toneeltijd schrift Teatraal schrijft André Rutten een en ander over de Nederlandse experimenten met schrijvers. Hij zet tussen twee polen het Schrijverstheater in Maastricht en het Auteurs theater in Amsterdam het een en ander over de Neder landse toneelschrijverij uiteen. ADVERTENTIE TV-spots doen minder dan u denkt. Volgens opinieverkondiger dr. P. Gros heeft eigenlijk niemand er een goed woord voor over. Op protesteren en demon streren staat tegenwoordig het gekkenhuis. Alles hier over in het document, dat uit Rusland werd gesmok keld. Toon Spreeuwenberg, de dorpspolitiek beu, gaat zich te Nuenen als zelfstandig ombudsman vestigen. In Maastricht geld het een expe riment, men introduceert via een jong gezelschap het Groot Lim burgs Toneel aankomende schrij vers Over het Amsterdamse collec tief Frenkel Frank: ..Wij willen werken met mensen, die nieuwe dingen willen maken" zegt Rut ten: ..Hier wordt net zo'n toneel fa briek opgezet als nu de Nederland se Comedie is. Met enige verschil len natuuriyk. De nodige grondstof fen worden niet meer voor direct gebruik gereed uit het buitenland geïmporteerd, maar in eigen be heer vervaardigd, aangekweekt of opgefokt en verder wordt het aan bod minder tot de fijnproevers be perkt. Het is een poging om van Dikker en Thijs een soort Albert Heyn te maken, met modern den kende jongens aan het roer. die het in de spraakmakende gemeente wel zullen rooien en dus een groot deel van het publiek meeslepen. Mogen ze hopen". En daar heeft Rutten gelijk in. De namen van de leden van het collectief: Ellen Vogel. Lodewijk de Boer, Krijn ter Braak, Hugo Claus. Dimitri Frenkel Frank, Reinbert de Leeuw, Harry Mulisch, Cees Noote- boom en Fans Rademakers bieden alle waarborgen voor een kans van slagen, natuurlijk want het is een geétableerde groep. Het zyn alle maal arrivés, om niet te zeggen randstadprovincialen, waarvan men veel zal nemen. Immers commerci eel weten de leden van de groep ge noeg Hun winkel zal uitverkocht ra ken. En op zich is daar niets tegen, want ze zijn intelligent genoeg om wat lieden wakker te krijgen. Ech ter Rutten stelt terecht: „Maar waar zit bij dit collectief het geloof in het toneel? Aan de manier waar op zij in de openbaarheid traden, herkende je onmiddellijk het mo derne establishment". Rutten geeft hiermee alle rede- denen aan. waarom een gesprek met Otto Dijk van het schrijvers theater van het GLT wel gerecht vaardigd is. Want dat zfjn de jon gens. die opereren zonder gehin derd te worden door een achtergrond van jaren werken aan de periferie van het toneel. De gedachtengang achter de werk groep in Maastricht lykt en dat is op zijn zwakst gezegd auten- tieker dan die welke in Amsterdam dryfveer is. Otto Dijk. want hem willen we dan verder wel aan het woord la ten: „De kloof tussen het toneel en het publiek kan alleen gedicht worden door werk te brengen met een herkenbare problematiek in her kenbare situaties in herkenbare taak. Bovendien is het dan noodzakelijk om de creativiteit van het toneel in Nederland, die alleen na-produce rend is. weer te stimuleren Tendens naar toneel van eigen bo dem wordt ook hier weer zichtbaar. Het schrijver theater werkt alleen maar met Nederlandse sauteurs: Simhoffer. Momo en anderen Otto Dyk wil de Nederlanders ook aan bod laten komen, omdat hij het in ternationale aanbod te gering vindt. De toneelcrisis is volgens hem dan I ook niet een zaak. die alleen in Ne derland te signaleren valt. Ook in het buitenland zoekt men naar nieu we vormen, omdat er sprake is van een verschuiving van woord naar beeldtheater. Dijk: „Er is sprake van een ver schuiving van de schrijftafel naar pen realisatie van het product. Nog een factor: zoals in de romankunst is er by toneel een angst ontstaan voor de fictie. De romanliteratuur wordt steeds onbeschaamder auto biografisch. Bij het toneel zit men wat dat betreft min of meer in het slop. Uit angst voor de fictie zoekt i men naar realiteit. Maar die realiteit is nooit zo reëel te maken als film en televisie dat doen kunnen. Enerzijds is i er dus een stroming naar dokumen- tair-aktueel toneel, anderzijds tracht men het te zoeken in ritueel toneel. Een definitief teken een aanwzy- zing in welke richting men moet gaan om het hedendaagse publiek blijvend te vangen, is nog niet ge- vonden." Dan valt de naam van de Italiaan Dario Fo. Dyk: „Misschien, dat hy een for mule heeft ontdekt, maar ik weet eigenlyk te weinig van zyn werk om er over te oordelen. Uit wat ik er van weet. kan ik zeggen, dat hij heel dicht het ideaalbeeld benadert, dat ons voor ogen stond toen wij be gonnen met het sienies sjabloon te- I jater". Gezien vanuit het standpunt van de effectieve vernieuwing zoals die langzamerhand ook in het bui- 1 tenalnd op gang komt is het van het GLT mderdaad niet zo gek ge weest anderhalf seizoen geleden te beginnen met het Schrijverstheater. Minste weerstand Dijk zegt dan precies hetzelfde als Rutten: „Men koos in Amsterdam I de weg van de minste weerstand by I het Auteurstheater. Allemaal geves- j tigde namen. Wij begonnen met on- I bekende of nagenoeg onbekende I mensen. Ik vlei me wel eens met 1 de hoop. dat een geslaagde produc tie by het schryvertheater de schryvers een introductie bezorgt by j de andere gezelschappen Dat lukt ook wel, want Proloog is in zee gegaan met Kees Simhoffer. Het vervolg van Dijks monoloog want dat is het een beetje klinkt cynisch, maar het relativeert toch wel weer. „Kyk het moet ook zo. provincia le gezelschappen behoren wat het onderzoek betreft vooraf te gaan. Zij moeten na exploratie het bereik te overhandigen aan het prestige- j theater in de toneelcentra, die het dan kunnen laten „arriveren" en la- 1 ten afsterven. Dat is niet bitter be doeld. Het is een historische taak. Bitter is hoogstens in dit land en zeker in de provincie alleen het gearriveerde telt en dat met een ze ker dédain wordt neergekeken op het exploratiewerk wat aan het sla gen voorafgaat. Ook dat zou me nog niet eens zoveel kunnen schelen, als het niet zijn weerslag had in het subsidiebeleid". Subsidie is een punt waar Otto Otto Dijk zeer goed waartegen hij fulmineert tenslotte is hij ambtenaar geweest. „Ik begryp niet. waarom wy van het müiisterie nooit antwoord heb ben gekregen op de subsidieaanvra ge van het Schrijverstheater. De groep van Shireen Strooker. die veel rlater begon, heeft nu al een toezeg- Dijk niet snel over uitgesproken I glne van een ton dle hen 8un- raakt Het is goed. dat men zich re- want het U verdomd belangryk wat aliseert dat het Schrijverstoneel maar 40 of 50 mille voor slechts bestaat by de gratie van de Schrijverstheater kan er niet af welwillendheid van het Groot Lim- j Misschien komt dat. omdat we maar burgs Toneel. z^n nlef in tel in Nederland. Toneel- Otto Dijk. „Het Schrijverstheater spelers maken kennelijk- meer in- wordt niet gesubsidieerd, het ont vangt alleen een bescheiden bijdra gen van het centrum van Nederland- druk ten departemente. Of is het weer, omdat het een Limburgse af faire is, die door het minderwaar- se dramaturgie Auteurs zyn tegen digheids gevoel van Limburgse zy- belachelyke bedragen voor mij aan de onvoldoende op waarde wordt het werk. Maar ze doen het. omdat i geschat en daarom door het depar- ze er iets in zien en met de belofte, teraent te weinig wordt gesteund", dat ze ongekend hoge bedragen kriJ- gen als het eenmaal komt tot een Llcllteiyk emotioneel bezig moet opvoering otUï D^k we6r even °P hot ratione- I le spoor gezet worden. .Maar het Woede 111111816 )e 2011 kunnen verwach ten is toch wel dat je een al was De vlakaffe toon verdwijnt dan uit Dyks zinnen. En de woede, die er voor in de plaats komt is plezierig om te constateren. De moeilijkheid biykt weer in Den Haag te zitten, waar een of andere ambtenaar omdat zyn spysvertering niet in or de was deze zaak verwezen heeft naar een bureaulade. En Dyk weet het maar negatief antwoord krygt. Maar zelfs dat niet. Er is een tweede, lagere begroting inge diend na een telefoongesprek met het ministerie. Dat was tydens het vorige seizoen. We wachten nog steeds Natuuriyk gaat het werk door maar de omstandigheden waar onder je werkt, zyn belachelijk". lAG 16 OKTOBER 1970 LHDSCH DAGBLAD PAGINA 27 ADVERTENTIE

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1970 | | pagina 27