Twee Leidenaren in het
nationaal jeugdteam
i L
Combinatie - puzzel
X
4 X
1
1
i 1 i i
s
1
I i s
a v
Me-vrouw Poe-ze-nel-le-tje
Kurt Richter: onnavolgbare
aanvalsspelers
ft M
^DAG 14MAARTP70
LEIDSCH DAGBLAD
PAGINA 21
V H. W. Filarski's bridgerubriek 4»
jed voorbereide en vrij langdurige selectie is het Ne-
rlandse jeugdteam gekozen (tot 26 jaar), dat Nederland o.a.
dea.s. Europese juniorkampioenschappen zal vertegenwoor-
L pe jury die dit werk verrichtte, bestond uit een flink
,tal Nederlandse experts, waarbij bijv. Hans Kreyns, Kees
jser, Piet Boender, Max Rebattu jr. e.a.
keuze was niet zo lastig: Bom-
.Schippers uit Amsterdam had-
0p tamelijk indrukwekkende
5de overwinning behaald en vrij-
roortdurend goed gespeeld, de
jbters Doremans-Holzscherer
sen veel jurystemmen vanwege
redelijke techniek, maar vooral
bs hun niet aflatende felheid,
jjl de Leidenaren Dek-Goedhart
weloverwogen rustig spel hun
Is veroverden. By de 12 finalis
ten nog enkele paren die in de
omst zeker kansen op verkiezing
en.
algemene spel beeld was naar
Handse begrippen vrij rede-
ofschoon er nog heel wat wa-
öor de Noordzee zal moeten stro-
jlvorens deze jongeren zich met
este senioren zullen kunnen me-
Tekortkomingen ln bied- en speel-
techniek kon men waarnemen bij dit
aardige spel
5
C? V B 9 8 3
A H 3
Jf» A 8 7 2
A B 10 9 8 3 6 2
A H 10 7 5 4 2
O B 5 O 10 6
•f» H V 10 +B9643
A H V 7 4
6
V 9 8 7 4 2
A 5
Zuid gever, OW kwetsbaar. Het bie
den ging: zuid één schoppen west
doublet noord twee harten OW
pasten voorlopig zuid drie ruiten
noord vier ruiten zuid vijf rui
ten noord zes ruiten gedou
bleerd door west.
West's eerste doublet op één schop
pen is. hoewel niet mooi. nog wel
aanvaardbaar. Bepaald fout is. dat
noord niet begon te redoubleren: toe
vallig hebben OW een vluchtkleur
(klavere) maar als die er niet geweest
zou zijn, zouden NZ vla een re-
doublet een mooi strafdoublet op
welk bod dan ook van OW hebben
kunnen plaatsen.
Dat west zes ruiten doubleerde was
begrijpelijk, hoewel men na zulk een
biedverloop meestal niet meer dan 50
punten extra wint door het doublet.
Wests uitkomst tegen zes ruiten ge
tuigde van inzicht: ruitenboer!
De spelleider (zuid) meende nu te
moeten spelen op het eventueel 4, 3
vallen der uitstaande schoppens. Hij
speelde slag 1 ruitenheer, slag 2
schoppenaas, slag 3 kleine schoppen,
getroefd in noord daarna ruiten
aas. Daar schoppen slecht zat, gingen
toch nog één schoppenslag en één
hartenslag verloren.
Het betere speelplan is, ln slag 2
hartenvrouw na te spelen-west wint.
Speelt west troef na, dan kan zuid de
kansen op het 4:3 vallen der schop
pens combineren met de mogelijkheid
van een 3:1 verdeling in troef, als
mede met de kans op het vallen van
hartenaas-heer-derde. Noord neemt
de tweede troef hoog. een kleine har
ten wordt getroefd, klaver naar het
aas en normaals harten troeven. De
buit is dan binnen, want de hartens
ziln gevallen. Zou dat niet zo zijn.
dan kan zuid alsnog op schoppen
overschakelen.
BRIDGEVRAAG:
Noord gever, niemand kwetsbaar,
viertallenwedstrijd. De zuidspeler
heeft:
4 A9g 6 3 2 ^HB4^A83^5
Partner noord opent met één schop
pen oost past wat moet zuid
bieden?? Antwoord elders op deze pa
gina.
29 december 1969 overleed in Berlijn een van de beste
ralsspelers uit de schaakgeschiedenis1 Kurt Richter, gebo-
24 november 1900 in Berlijn. Hij was Internationaal Mees
fan de FIDE (Wereldschaakbond). Zijn beroep was schaak
ster, auteur en journalist. Richter heeft een aantal leerzame
akwerken geschreven, waaronder „Kombinationen" en
:zgeschichten um Schachfiguren" bestsellers werden.
thter was een speler die in de
oudigste stellingen de meest ver-
nde zetten" op tafel bracht. In
[lorietijd was hij onuitputtelijk
t scheppen van aanvalsmoge-
Jen. Dr. Euwe schreef o.m. in
Schaakwereld" (25 maart 1938)
jjn maar weinig schaakmees-
wien het zo vaak gelukt een
lijk briljante partij te leveren
Berlijn'se speler Kurt Richter,
het een feit, dat we zulke of-
imbinaties het meest aantreffen
irtijen waarin het krachtsver-
zeer groot is, maar ook wan-
men dit in aanmerking neemt
Richter tot de beste combina-
;rs van deze tijd gerekend
I".
fit: Richter:
Abramavicius
Ischaaktoernooi
imburg 1930.
Ui Pg8-f6. 2. Pbl-c3 d7-d5, 3.
e7-e6, 4. e2-e4 d5xe4.
[is nu een variant uit het Frans
i. Zwart moet, völgens Alje-
zeer nauwkeurig spelen om niet
L slechte stelling te geraken.
Lf8-e7, 6. Lg5xf6 Le7xf6, 7.
Pb8-d7. 8. Lfl-d3 00.
was beide spelers onbekend
[Ld3 niet het beste is. Men acht
de juiste voortzetting. In-
van 0—0 kon zwart met 8 c5,
Pxc5, 10. Lb5+ Ke711.
Txd8, 12. Pxc5 Td5, 13. Pa6!
[H.Tbl Txb5. 15. Pc7 Lc3+, 16.
:bl. 17. Txbl Tb8. 18. Pa6 Ta8
[•pel bereiken. Analyse van Al-
c7-c5, 10. 0-0-0! c5xd4, 11.
Richter in aantocht! 11
noodzakelijk. Men gaf aan de
pde varianten de voorkeur:
Wit wint weliswaar de geofferde
pion terug, maar zijn aanval wordt
verzwakt dooi- stukkenruil.
12. h2-h4 Lf6-g7, 13. h4-h5 Tf8-e8,
14. h5xg6 h7xg6.
Wanneer men met wit tot de lan
ge rokade komt en daarbij bezit
neemt van de geopende h-lijn, is de
winst slechts een kwestie van tijd.
Hoewel deze mening" wat overdrach
telijk is, schuilt er in deze „wijsheid"
(van Lasker en" Aljechin) toch wel
enige waarheid!
15. g4-g5 e6-e5, 16. Thl-h4 Pd7-f8,
17. Tdl-hl Lc8-f5, 18. De2-fl
Men ziet dat zwart snel een ver-
dedigings-gordel rond zijn vorst heeft
opgebouwd. De witte aanval gaat
echter onversaagd voort en het is
een waar genoegen om te zien hoe
Richter tot het gewenste doel komt.
18 Ta8-c8.
Abramavicius
a b c d e f
1. e4 c5, 2. Pf3 d6, 3. b4 <Door
Richter bij voorkeur toegepast) 3
cxb4, 4. a3 Pc6, 5. axb4 Pxb4, 6. d4
e6, 7. c3 Pc6, 8. d5 Pe5, 9. Pxe5 dxe5,
10. Lg5'Wanneer men zo'n zet op
het bord ziet verschijnen denkt men
onwillekeurig aan de hand van de
duivel!) 10 Dxg5, 11. Lb54- Ld7,
12. Lxd7-f Kxd7, 13. dxe6+ Kxe6. 14
Dd5+ Kf6, 15. 0-0 Le7, 16. Ta6+Ü
Opgegeven.
De slotstelling is een diagram
waard.
abc d
BOUW VAN 11 km
LANGE BRUG IN RIO
hrAMcmt'v
RiodeJMeipJ
Aw5) OUANA&AHABAAt
vlesyeH^)
Rio DE (»n)
JANEIRO"- J/S)
'suilierfaroocP^^
-s^2&ArüWTISeH£ OCEAAN
Het wereldberoemde Christusbeeld
op het „Suikerbrood" te Rio de Ja-
neiro kijkt over twee jaar neer op j
een gigantische verkeersbrug van 11,2
km lengte. Het ministerie van Ver- I
keer heeft besloten tot de bouw van
deze stalen gigant waarvan de over
spanningen byna 90 miljoen gulden j
kosten. De brug krijgt zes rijbanen
en komt op pijlers 60 meter boven j
het water te staan. Braziliaanse, Brit- j
se en Amerikaanse bedrijven zullen
de werkzaamheden uitvoeren. De j
staallevering voor de brug is een van
de grootste orders die Brazilië ooit in
Engeland heeft geplaatst; het con
tract is reeds getekend.
Rio de Janeiro met zijn ca. 4 mil
joen inwoners heeft deze brug drin- 1
gend nodig voor de verbinding met i
het. ca. 280.000 inwoners tellende Ni-
teroi. Via de ontworpen brug is het
verkeer een kwartier onderweg, zon
der de brug bedraagt de afstand tus-
sen de twee steden bijna 100 km. De
brug verkort de reisafstand dus heel
drastisch ook al heeft een voetgan
ger ruim twee uur nodig om over zo'n i
lange brug te wandelen.
Zwart gaf de party op!
Richter-Baratz
Landentoernooi Praag 1931)
1 d2-d4 d7-d5, 2. Pbl-c3 Pg8-f6. 3
I Lcl-g5 Lc8-f5, 4. f2-f3 c7-c6, 5. e2-
e3 Pb8-d7. 6. f3-f4 Dd8-a5, 7. Lfl-
I d3 Pf6-e4. 8 Ld3xe4 Lf5xe4. 9. Pgl-
f3 f7-f6, 10. Lg5-h4 e7-e6, 11. 0-0
Le4xf3.
Beter was in ieder geval Lg6. 12.
Ddlxf3 f6-f513. Tal-el Da5-b4, 14.
e3-e4ü d5xe4.
Bekijk ook de zet 14 Dxd4-j-,
die wit in zyn berekening moest op
nemen'.
15. Pc3xe4f5x4, 16. Df3xe4 Db4-d6,
17. De4-f5 Dd6xd4 f18. Kgl-hl Lf8-
e7, 19. Df5xe6 0-0-0. 20. Lh4xe7 Th8-
e8.
Wat anders?
21. De6-h3 Dd4xb2. 22. Le7xd8 j l|
Te8xd8, 23. Dh3-b3 Db2-f6, 24. Db3-
e6 Df6-c3. 25. Tel-e2! Kc8-c7. 26. h2.
h3 Pd7-f6. 27. De6-e5 Dc3xe5. 28.
f4xe5 Pf6-d5, 29. Tfl-f7-f en zwart I
gaf op.
Een goede partij, geheel in de stijl j
van Kurt Richter. BISHOP
Moet je eens ko-men kij-ken,
zegt Pim te-gen Pom, er is
toch zo'n leuk me-vrouw-tje bij
on-ze vrouw op vi-si-te!
Mmm zegt Pom. me
vrouw-tj es zijn bij-na nooit
leuk. Al-leen als, ze vlees-jes in
hun tas heb-ben zit-ten. Nee.
nee, zegt Pim. de-ze is an-ders.
Kijk zelf maar. Pom kijkt om
het hoek-je van de ka-mer-
deur. Hij kijkt heel lang. dan
schudt hij zijn kop. Dat is.geen
me-vrouw-tje," zegt hij, dat is
by-na een poes. Ik noem haar
Poe-ze-nel-le-tje. O. Pim, wat
een leuk me-vrouw-tje: ze is al
leen maar pluis. Mooi-e wit-te
pluis-ha-ren op haar kop. een
he-le lan-ge jurk van wol-le-
tjes-pluis en daar-on-der twee
pan-tof-fel-tjes met plui-zen. En
kijk eens, in haar mand-je zit
nog meer pluis. Kom mee. we
gaan haar een kop-je ge-ven.
Dat lijkt me lek-ker te-gen al
dat pluis. Sa-men trip-pe-len ze
naar de bank waar-op het me-
vrouw-tje is gaan zit-ten. Dag,
me-vrouw Poe-ze-nel-le-tje, zegt
Pom. wat ben je lek-ker zacht.
Dag me-vrouw Poe-ze-nel-le-tje,
wat ruik je lek-ker, zegt Pim,
je ruikt naar ge-droog-de bloe-
me-tjes uit de kast.
Dag lie-ve die-ren, zegt me
vrouw Poe-ze-nel-le-tje Haar
stem lijkt ook op die van een
aar-di-ge poes, hoor je wel?
zegt Pim. Ik ga bij haar op
schoot, zegt Pom. Ik ook. zegt
Pim. Maar hun ei-gen vrouw
komt er zo-als al-tyd weer tus
sen. Nee. nee. dat kan niet.
zegt ze, dan komt- er niets van
ons brei-werk te-recht. Flauw
hoor. zegt Pim on-der ta-fel, zie
je dan niet dat me-vrouw Poe-
ze-nel-le-tje een he-le mand met
zach-te bal-le-tjes heeft mee-
ge-bracht om er met ons mee te
spe-len?
Al-tijd al-les voor haar zelf
hou-den. bromt Pom. zie je wel,
zij zelf pakt de bal-le-tjes uit de
mand van me-vrouw Poe-ze-
nel-le-tje! Pim kan het bij-na
niet uit-hou-den en als een mooi
ro-se bal-le-tje weg-springt
o-ver de vloer springt hij er
ach-ter-aan en petst en petst er-
te-gen zo-dat het he-le-maal on
der de kast te-recht komt. De
vrouw is boos. maar me-vrouw
Poe-ze-nel-le-tje moet er een
beet-je om la-chen. Van haar
zou-den we best mo-gen. dat zie
je zo, zegt Pom. wacht maar.
als de vrouw da-de-lijk thee
gaat zet-ten, bly-ven wij lek-ker
bij me-vrouw Poe-ze-nel-le-tje
en de mooi-e bal-le-tjes!
Pim luis-tert niet. want hij
kijkt met gro-te o-gen naar wat
me-vrouw Poe-ze-nel-le-tje en
hun ei-gen vrouw nu gaan doen.
De vrouw steekt haar twee
voor-poot-jes naar me-vrouw
Poe-ze-nel-le-tje uit en me
vrouw Poe-ze-nel-le-tje legt er
een gro-te bos blau-we dra-den
omheen. Wat gek! roept Pim,
wat doen ze nou? Let op, let
op! roept Pom. die naar de
vlug-ge vin-ger-tjes van me
vrouw Poe-ze-nel-le-tje kijkt, ze
kan to-ve-ren! Kijk maar! Ze
to-vert een nieuw bal-le-tje van
die blau-we dra-den! Met o-pen
bek-jes kij-ken ze naar het blau
we bal-le-tje in de poot-jes van
me-vrouw Poe-ze-nel-letje dat
heel vlug rond draait en als
maar gro-ter wordt. Hun ei-gen
vrouw blijft ge-dul-dig met haar
voor-poot-jes voor-uit zit-ten en
schom-melt een beet-je mee
met die blau-we draad. Een
won-der! een won-der is het!
roept Pom, ik wou dat ze voor
mij ook eens een bal-le-tje to-
ver-de!
Dat doet ze toch niet, zegt
Pim. de vrouw zou het vast
niet goed vin-den. Dan moe-ten
we op-let-ten hoe ze het doet.
Mis-schien kun-nen we het van
haar le-ren, fluis-tert Pom. Ze
heb-ben geen oog af van de
blau-we klu-wen en de blau-we
bal. De ene wordt steeds klei
ner en de an-de-re steeds gro
ter. Op het laatst is er nog
maar één draad-je blauw o-ver
en de vrouw kan haar poot-jes
la-ten zak-ken. Zo, zegt ze, nu
eerst een kop-je thee. Ik loop
e-ven mee naar de keu-ken,
zegt me-vrouw Poe-ze-nel-le-tj
want ik zou nog ver-tel-len hoe
ik ro-zij-nen-pud-dink-jes maa
O, graag, zegt de vrouw en sa
men gaan ze de ka-mer uit. De
deur is nog niet ach-ter ze dicht
of daar zit-ten Pim en Pom ^1
in de mand van me-vrouw Poe-
ze-nel-le-tje. Kijk, kijk! juicht
Pom, er is een bos wit-te dra
den bij waar-van ik een klein
wit-poes-je ga to-ve-ren! Hou je
poot-jes op. Pim, jij de dra-den,
ik de bal! Niks hoor, zegt Pim,
ik neem de bal! Voor-uit! roept
Pom, ik had het be-dacht van
dat to-ve-ren. Hy wil Pim de
bos dra-den o-ver zijn voor-po
ten schui-ven, maar Pim trekt
zijn poot-jes te-rug en slaat nij
dig naar de wit-te dra-den. Het
wordt op-eens een ra-re pluis-
OPLOSSING VORIGE PUZZEL
Da5, 12. g5 Le5 enz.
P Da5. 12. Pxf6+ Pxf6, 13.
pPh5 benevens g6.
Da5, 12. Kbl Le7! 13. h4
■ft5! enz.
'OORD OP BRIDGEVRAAG:
spelers stortten zich
onmiddellijk op de „azenvraag"
vier klaver hetzij vier
on hopen maar het beste van
ilndresultaat. Vaak zal zes
•Pon wel kansrijk zijn, maar
het te hoog soms had het
^hoppen moeten zyn. Er zijn
«rikken die „drie ruiten" ble--
lopende bij de schoppenslem de
Uitkomst te ontgaan. Overigens
de vraag, of enige andere ult-
voor NZ zoveel gunstiger zou
In de z g. „Zwitserse Conventie"
•conventie) zou men kunnen
vier ruiten aangevende
alsmede enorme troefsteun.
een singleton in de bijkleur,
d. dat dit spel aardig om-
In deze conventie betekent
ver" slechts één aas, maar
hetzelfde. Er zyn weer vele
op de oorspronkelijke
nventie" bedacht, maar bo-
e versie is gemakkelijk han-
®n te onthouden.
Richter
Het enige was 18 Pe6. Maar
wie doet zo'n zet wanneer het paard
de velden g6 en h7 onder controle
houdt? Thans volgt een der geraf
fineerde combinaties van Kurt Rich
ter.
19. Th4-h8+
„Om de tegenstander aan optische
storingen te wennen!" zou prof. dr.
Euwe hier kernachtig hebben opge
merkt
19. Lg7xh6, 20. Thlxh8+ Kg8xh8,
21. Dfl-hl-f Pf8-h7.
Evenmin baat 21 Kg8, 22. Pf6+
Dxf6, 23. exf6 Lxd3. 24. Dh6 Pe6. 25
Pg5! Txc2+, 26. Kdl en wint. 22.
Pe4-f6 Kh8-g7, 23. Dhl-h6+ Kg7-h8,
24. Dh6xh7t mat. Fraai.
Het blijft immer een groot genoe
gen de partijen van Richter na te
spelen. Zijn onverwachte „bominsla
gen" en „voltreffers" op de 64 velden
doen onwillekeurig denken aan de
fabelachtige offerpartyen van Mor-
phy, Aljechin en' Tal. Het is welis
waar een bekend feit, dat de verde-
digingsmogelykheden in de jaren
1910-1930 niet zo geperfectioneerd
waren als in de moderne praktijk
van 1940-1970. maar dat doet aan de
waarde van de combinatie op zich
zelf niets af.
In de nu volgende party kan men
zien dat op het schaakbord alles mo
gelijk is!
Wit: Richter
Zwart: Martens
(Berlijn 1957)
„Leuke puzzel"! schreef een van
J onze trouwe puzzelaars. Niettemin
j maakte hij twee fouten in de oplos
sing van dit gezien* het geringe
aantal inzendingen buitengewoon
moeilijke kruiswoordraadsel. Zelfs
doorgewinterde puzzelaars(sters) lie-
I ten deze keer verstek gaan. Tenslot-
j I e waren er slechts drie goede oplos-
I singen. De meeste fouten werden ge
maakt bij 3, 4 en 22 verticaal (keer,
hengsel en letter).
Gezien de moeilijkheid van deze
puzzel hebben we twee eerste prijzen
van f 10 toegekend en een van f7.50.
De prijzen van f 10 werden toege
kend aan mevr. Lambrechts, Schel
penkade' 26, Leiden en de heer W.
Latooy, Charles de Bourbonlaan 16,
Oegstgeest. De prijs van f7.50 aan
de heer S. Zwarts, Tesselschadestr.
2a, Leiden.
De prijzen zullen aan de winnaars
(es) worden toegezonden.
Tussen de normale kruiswoord
raadselomschrijvingen hebben wij
ter afwisseling ook wat kryptogram-
vragen gevoegd.
HORIZONTAAL:
1. je graaf werktuig ligt in België
4. sneeuwschaats
6. godin
9. schynvrucht
12. een dier kan men deze water
nimf noemen
16. vlaktemaat
17. of dergelijke
I 18. familielid
j 19. een steen bij de eik
i 20. hetzelfde
121. met het denkvermogen komt U
wel op deze rivier in Duitsland
j 23. het is niet veel
I 25. den lezer heil
j 26. Europeaan
j 27. als je iets op je hart hebt. heb
je iets op een ander lichaamsor
gaan
29 familielid
30. een spil gaat in rook op
i 32. deze Europeaan is in tel
j 33. de Italiaanse rivier draait zich
om
34. als je examen doet. zit je er on
der
36. rivier in Rusland
I 38. voertuig
39. ernstig
41. als U een hete pan op tafel wilt
zetten, hebt U het echt wel nodig
42. de kat zit in de boom
44. als U zo slaapt, ontwaakt u niet
spoedig
45. aartsbisschop
46. modegek
j 48. lengtemaat
49. telwoord of lidwoord, aan U de
keus
51. bergplaats of noot, aan U de
keus
53. het schortje van de eerste vrouw
de beroemde Engelse wedrennen
vinden- hier plaats
gard
bijwoord
vlees aan een stokje
lekkernij
keer 57 maar om
als die sluit, gaat de boekhou-
de naar huis
Dyne
kindergroet
maak je niet zo. slank is de mo
de
schrok U toen U die naad aan
de ton zag?
kleurling
een marterachtig zoogdier om de
hals
voorzetsel
alvorens.
37. oude vrouw
38. Turks bevelhebber
39. bezit van een boer
40. opening
43. Nederlands eiland
47. de ongeluksgodin verbonden met
het muziekinstrument in de werk
plaats
48. oogholte
49. plaats in Gelderland
50. kloosterlinge
52. papegaai
54. vulkaan
bal en als Pom gaat pro-be-ren
om er dan zon-der Pim maar
een zacht wit poes-je van te
ma-ken wordt het he-le-maal
een gro-te rom-mei-troep. Pim
krygt me-de-lij-den en pro-beert
hem te hei-pen. Ze trek-ken al-
le-bei aan een kant om het be-
gin-draad-je voor de zach-te
wit-te bal te vin-den, maar de
dra-den wil-len niet. Hi hi, zegt
Pim, het lijkt wel soep met
slier-tjes. La-ten we het maar
met een an-de-re bos pro-be-ren
Pom. Zijn vriend kiest nu een
zwar-te bos. Dat is ook mooi;
hier ma-ken we een zach-te i
zwar-te bal van, zegt hy, zwart 1
en rond en zacht als een heel
klei-ne Pom. Ik hou de dra-den
wel om mijn poot-jes. to-ver jij
het bal-le-tje maar. Hij doet de
dra-den om zijn voor-po-ten en
Pim plukt er de be-gin-draad
uit. Hy pro-beert er een bal-le-
tje van te ma-ken, maar dat is
moei-lij-ker dan hy dacht. De
draad haakt aan zijn na-gel-tjes
en Pim rukt eens flink om het
los te krij-gen. Hij ver-geet dat
Pom aan de an-de-re kant van
de draad zit en tjoep daar trekt
hij Pom om-ver. Pom dui-kelt
met de dra-den om zijn poot-jes
o-ver de kop en valt van de
bank. En daar-door trekt hij
Pim. aan de an-de-re kant van
de draad ook weer mee. Oei
oeihelp ik weet niet
meer wat jij bent en wat ik ben,
roept Pom, die in een groot net
van zwar-te dra-den ge-van-gen
zit. Ik help je, roept Pim, maar
als hij be-gint te ruk-ken wordt
hij zelf ook ge-van-gen. Ze vech
ten met de dra-den en het lykt
wel of het er steeds meer wor
den. En op-eens staan de vrouw
en me-vrouw Poe-ze-nel-le-tje
op de drem-pel. Wel heb je me
nou! roept de vrouw en me
vrouw Poe-ze-nel-le-tje piept als
een bang poes-je dat twee gro
te ka-ters ziet vech-ten. Ze moe
ten er al-le-bei aan te pas ko
men om Pim en Pom uit het
ver-schrlk-ke-lij-ke net te be-
vrij-den.
Van de vrouw krij-gen ze
ie-der nog een pets op hun bips
toe, maar me-vrouw Poe-ze-nel-
le-tje zegt al-leen maar och en
nog eens och. Ze moet al bij-na
weer een heel klein beet-je la
chen, maar ja, dat komt na-
tuur-lijk om-dat ze zelf een
beet-je een poes is en best be
grijpt hoe heer-lijk het is om
met wol-len bal-le-tjes te spe
len! MIES BOUHUYS
55. tijdelijk gebruik
57. tijdschriftenonderneminc
59. gravin van Holland
61. vluchtige stof
63. grote bijl
65. bevel
68. aanwijzend vnw
70. titel
71 .vennootschapsvorm
72. familielid
73. voorzetsel
Oplossingen onder het motto eom-
binatiepuzzel dienen voor woensdag
a.s. te 9 uur in het bezit te zijn van
de redactie van het Leidsch Dag
blad. Witte Singel 1. Leiden. Wij stel
len vier prijzen beschikbaar: één van
f 10, één van f7,50 en twee van elk
f 5. Alleen abonnees kunnen mee
dingen.
VERTIKAAL
1. als Uw haring een afmeting
een afmeting van deze vis zou
hebben, weigerde U toch!
voorkeur i
ten bedrage van
noot
voorzetsel
pers. vnw.
boom uit Vondel's „Wilt-
zank"
veldteken
streling
poging tot koop
nobel leed
een wild zijn met een veer
knaagdier
vordering
jaartelling
opstootje
een weinig
is de kool niet waard
serviel als je geen winst maakt
bijbelse plaats
zijn pijpen geven muziek
insekt
kledingstuk
2.
3.
4.
5.
6.
7. de