Hoe een dikke typiste van de opera werd PERSOONLIJKE 491totale afgang Films Leiden reumatische pijnen Weinig gehoorde muziek door liet NedKamerorkest Japans begin van film week Camera KEIHARD EN SCHOKKEND Jacht op he vol lie- gangsters Miles Davis gewond rips trouwt secretaresse ~UDAG 10 OKTOBER 1969 LEIDSCH DAGBLAD PAGINA 2J 3an Sutherland op Haags podium Dat meisje? Dat grote, dikke kind met die keiharde stem? eg men de componist Eugène Goossens, toen hij de volledig ekende Joan Sutherland uitnodigde de hoofdrol te vertol- in zijn opera „Judith". Dat was in 1951 in Sydney. Eugène ssens liet de kritiek gelaten over zich heen gaan en zette zin door. Hij zag wat in het dikke kind ,dat zich plomp en [egant over het toneel bewoog, voorspelde het een grote ière als operasolist. waren nog meer mensen, die in de forse Joan zagen. Dat was eerste haar moeder, weduwe ge en op de dag, dat Joan 6 jaar en zelf begiftigd met een fraaie De financiële huiselijke om- digheden waren echter niet van aard, dat ze de dochter een mu le opleiding kon geven. De va- kleermaker van zijn vak en reeds twnaar met vier kinderen, toen iet hem trouwde, had het gezin Bhoeftige omstandigheden ach- slaten. Bovendien was er nog ouder zusje, Barbara genaamd, landacht verdiende. odaar dat de moeder, hoewel ze grote interesse het zingen van jongste dochter gadesloeg, een iding tot secretaresse prefereer- en daaraan tevens een cursus coupeuse koppelde, want: „Je immers nooit weten". »n zelf dacht er ook helemaal aan zangeres te worden, ze vond zelf veel te lelijk toen ze 16 was, woog ze al 100 kilo wist met haar figuur nooit goed raad was als gevolg daarvan dodelijk egen. Blijmoedig nam ze dan ook baantje aan als typiste bij het ituut voor Wetenschappelijk en ïstrieel Onderzoek van de Uni- eit te Sydney. Wedstrijd ogen bleef ze echter, dat had ze Ireumcs al gedaan. Ze bezat een diepe mezzo-sopraan van kracht. Geheel voor het plezier ld ze mee aan een plaatselijke Swedstrijd, uitgeschreven door Dickens teSyd- j§. Tot haar grote verbazing won ie eerste prijs, bestaande uit twee r gratis zangles. Haar moeder 1 het met de methode van John ikens niet helemaal eens. Haar Shter bezat immers een lage mez- sopraan en nu wilde die eigenwij- man er een dramatische sopraan 1 maken. Joan, flegmatisch van jji-d, liet alle schermutselingen laco- ik over zich heen gaan. Ze had het j veel te druk gekregen, j est naar kantoor, volgde de zang- sen, ging naar een toneelschool i zich te leren bewegen en zong en daar op avondjesa Het was één van deze avondjes, dat ze de eede persoon ontmoette, die in ar zou gaan geloven: de donkere mist met de felle bruine ogen Ri- ard Bonynge. Toen deze Richard Bonynge naar Londen vertrok met een beurs voor de Royal College of Music, had hij al vele malen Joan Sutherland bege leid. Hij was echter van mening, dat Joans stem grote coloratuurmo gelijkheden bezat en dat er aan haar verschijning nog heel wat moest ver anderen om een geslaagde indruk op het operatoneel te kunnen maken. In 1951 nam Joan ontslag als ty piste. Ze kwam met haar moeder eveneens naai Londen om van een klein gespaard kapitaaltje haar zangopleiding te voltooien. Zy kwam in de leer by professor Carey en natuurlijk kwam Richard Bonynge op de proppen. Het was de zer laatste, die zich intensief met de vorming van Joan ging bemoeien, met ijzeren wil de stem omhoog trachtte te duwen naar de bovenste regionen en met dictatoriaal gezag de persoonlykheid trachtte om te vormen. Joan moest en zou de groot ste zangeres van de wereld worden. De kibbelarijen met de moeder, die zich verzette tegen de heerszuchtige neigingen van de driftige Richard, waren niet van de lucht. Joan zelf liet zich, vaak in tranen, de wet voorschrijven, studeerde coloraturen tot ze er bij neerviel, ging op gezag van Richard naar de kapper om haar haren vlammend rood te laten verven, liet haar gebit verzor gen, haar zieke amandelen, kortom deed alles wat van haar werd ver langd. Beloning JOAN SUTHERLAND De beloning kwam betrekkelijk snel. Davod Webster, intendant van Covent Garden, engageerde haar voor de partij van de Eerste Dame uit Mozarts „Zauberflöte". Zijn be geleidende woorden waren pro fetisch: „Dit is de eerste zangeres, die we hier na de oorlog hebben, die in staat is een ster te worden". Een ster is Joan Sutherland ge- f worden, een verblindende ster, die j schittert in alle grote operatheaters j ter wereld. Nog steeds staat Richard Bonynge, met wie ze in 1954 trouw- j de, achter haar met zyn professio- nele steun en kritiek. Hij is ook de- gene, die morgen in het uitverkoch- te Congresgebouw het Residentie-Or- kest zal dirigeren, wanneer Joan Sutherland voor het eerst in haar le- ven in Den Haag komt zingen en j het Haagse publiek zal ontmoeten op het speciaal voor haar georganiseer- j de galaconcert, niet als een plomp lelijk eendje, maar als een eclatan te volwassen zwaan. Concert voor Lcidse Kunstkring LEIDEN Op het eerste uitste kend bezochte concert van de „Kunstkring voor Allen" presenteer de zich het Ned. Kamerorkest onder een nieuwe leider: ditmaal niet Goldberg of Zinman, maar de in 1931 in Californiè geboren Adrian Sunshine. Marnix Gijsen: Marie Gevers. Wim J. Simons: Henriette Ro land Holst. Loeka Wolf Catz: Helma Wolf-Catz. Alle bij Desclée de Brouwer (BruggeUtrecht). Ie reeks monografieën van deze iverij er zyn er nu 79 ver- heet niet voor niets „Ont- Elk er van bevat een le- jving van een auteur laarin het werk de voornaamste laats inneemt en waarin byzonder- wen over de levensgang slechts ge- even worden daar waar deze hier- jee in onmiddellijk verband staan, met het werk dus. Dit my persoonlijk de juiste ma ler om over het leven van auteurs schrijven. Het is wel zeker dat bonplaats, milieu, geaardheid, zor- tijdsbestel en karakter hun in- loed hebben op iemands werk. Zij linnen er zelfs de grond van zijn. n voor zover dat zo is mag men en ioet men het verband leggen. Men tegenwoordig geneigd aan te ne- dat alles van het leven van een in verband staat met het werk de auteur die dat mens is of was. andaar de voorkeur van ontmas- ering in vele hedendaagse biogra- eën. Soms krijg ik de indruk dat j die op deze manier over kunste- schryven, behalve hun ver neiging tot uitdiepen, ook wel wat bezeten zyn van drift tot vernederen van wie de :ne bewondering tot zich ge- heeft. De schoolmeesterlijke van „jullie denkt nu wel dat zulke verhevenlingen jn, maar nu moet je eens horen" dan duidelijk door de over eerlijkheid heen. En waarom feenlijk? Wat is er eigenlijk voor ttwaar tegen bewondering te heb- &n voor een mens dat iets gepres- *rd heeft dat niemand anders in Ie vorm gekund heeft? Hoe dit ook zij, de drie monogra- een uit deze reeks „Ontmoetingen" ^n aan dit euvel niet mank. De f|e auteurs ervan. Marnix Gijsen, firn J. Simons en Loeka Wolf Catz, ebben ieder op hun manier de juis- i maat en de juiste vorm gevonden u over collega's te schrijven. Een buitengewoon sierlijk werk stuk is het essay van Marnix Gysen over Marie Gevers. Zijn persoonlijke relatie met het werk van deze in Ne derland weinig of niet bekende Bel gische schrijfster drukt hij uit in de opdracht: Aan de dierbare nage dachtenis aan Lode Zielens (1945) die mijn aandacht vestigde op het werk van Marie Gevers. In de korte levensbeschrijving waarmee Marnix j Gijsen begint, noemt hij deze in het Frans schrijvende Belgische „de pa- i triarche van onze francofone litera- j tuur". Wij treffen hier een geval aan waarin het de omgeving is die de j grote invloed op het werk geweest is, want Gijsen zegt voorts: „Het loont de moeite haar verblijfplaats te be- Literaire kroniek door Clara Egwink DC schrijven, omdat zij daar geboren werd, er altijd heeft geleefd en om dat het kader onafscheidbaar is van haar werk" Hij doelt hiermee op het landhuis „Missembourg" gelegen op „een boogschot van het hart van Antwerpen". Ik moet bekennen dat ik weinig op de hoogte ben van die francofone Belgische literatuur. Ik denk evenwel dat ik, na gelezen te hebben wat Marnix Gijsen gevonden heeft om te bewonderen en lief te hebben in het werk van deze vruchtbare schrijfster de evenwichtige en zelden voorko mende combinatie van poëzie en na turalisme b.v. —mij zal zetten aan een of meer van haar romans, waar schijnlijk „Madame Orpha ou la Sé- rénade de Mai", in het Nederlands „Muziek in de meinacht" geheten. Wim Simons begint zijn boekje over Henriëtte Roland Holst met de verklaring: „Het werk van Henriët te Roland Holst is moeilijk los te zien van het verhaal van haar le ven, haar politieke activiteiten en I geestelijke ontwikkeling" Inder- i daad, Henriëtte Roland Holst-van der Schalks werk kan men niet los- denken van haar sociaal-politieke occupaties. Hier niet van en zeker ook niet van de reeks teleurstellin gen die noodzakelijk het gevolg j moesten zijn van het contact van de dichteres met partijpolitiek en partijbesturen, met Rusland en met j het Komintern. Want zy was een idealiste, een mens van grote en grootse plannen op een niveau dat helaas gewoonlijk alleen het niveau van het eerste uur is. Zy was ook j een mens met de onvervulbaarheid I van de getalenteerden die eenvoudig j niet passen in de dagelijkse dingen j en bij de dagelijkse mensen. Haar verzenbundels getuigen allen van de op- en neergang van de hoop op een illusoir maatschappelijk bestel, eerder geschikt voor Eutopia dan voor een hedendaags Europa: een opmerking waarmee ik bepaald niet een verwerping van Henriëtte Ro- land Hoists houding bedoel uit te j drukken. Uit Wim Simons' geschrift meen ik op te maken dat dit ook zijn opvatting is. In de monografie van Loeka Catz treffen we hei zeldzame beeld van een dochter die een essay schrijft j over haar nog in volle werkzaam- heid zijnde moeder. Deze twee vrou wen, beiden schrijfsters, vormen een j merkwaardig en bewonderenswaar- dig paar, verdiept als zij zyn in hun werk en in de verzorging van de zwakke gezondheid van Helma. waarbij toch niets van de heden daagse wereldse en geestelijke ge beurtenissen aan hun aandacht ont gaat. Zou men willen nagaan welke ondergrond aan het werk van Helma Wolf-Catz ten grondslag ligt, dan komt men voor een enigma. Het maakt zozeer de indruk van sponta- j ne reactie dat de term op. realiteit gebaseerde fantasie zeker niet vol doende is. Het is in elk geval een duidelijk voorbeeld van wat het le- ven van de geest vermag De be- i schrijving van de jonge Loeka overj haar. beider leven is. nog afgezien van de oprechtheid en de onbevan- genheid van de verteltrant, een ver- j haal op zichzelf dat als kroniek van schrijversleven de volle aan dacht verdient te krijgen. CLARA EGGINK Het weinig progressief ingestelde programma deed kennis maken met een viertal zelden gehoorde werke Daarin vond het op voornaam ni veau staande orkest gelegenheid on der Sunshine's intelligente aanvoe ring tot prestaties te komen, die geen twijfel lieten aan een warm-verza digde dan wel ragfijne klank- en kleurgevoeligheid. Haydn en Mozart waren vertegenwoordigd met resp. de Symfonie no 52 dus precies hal verwege de 104 die hij schreef! en het pianoconcert K. V. 238 in Bes gr. t. De elegante symfonie onderscheid de zich door exactheid en door zichtigheid. met tussen de beide met vaart gespeelde hoekdelen een voor treffelijk uitgebalanceerd Menuet als onweerlegbaar hoogtepunt. Wellicht wat routineus, maar toch geniaal van vormbeheersing, leek Haydn ook deze charmante symfonie zo maar uit de mouw geschud te hebben. Het zonnige, vriendelijke piano concert van Mozart deed wel onder kennen, dat de Salzburgse meester belangrijker werken heeft geschre ven. Niettemin was ook in dit weinig pretentieuze geval de hand van de „alles kenner en kunner" onmisken baar. Het werd fijnzinnig vertolkt door de jonge pianist Willem Brons, wie wij echter nog suggestiever zeg gingskracht en helderder profilering van de snelle passages, die soms te zeer ineenvloeiden, toewensen. Pas in het van ware Mozartgeest doortintelde, sprankelende Rondo, kwam hij op de hoogste toer, in voorbeeldige samenwerking met het orkest. Een klein Juweel is het Impressio nistisch getinte „Primavera" van Hans Henkemans, wiens affiniteit met Debussy onloochenbaar is. Fluit en hobo geven aan het geheel een pastoraal en idyllisch-poëtisch ka- rakter, de instrumentale behan- i deling spreekt van gerijpt in- j zicht. Heel subtiel heeft het Ned Kamer- orkestHenkemans de nodige eer be wezen. Tot slot: Arnold Schönberg. Geenszins de veelomstreden Schönberg van het eerst uit 1921 da terende twaalf toonsysteem, maar die uit 1899. toen hij daar nog totaal j geen weet van had. Zijn opus vier: „Verklarte Nacht", geïnspireerd op een gedicht van Ri- j chard Dehmel, staat nog sterk on- der invloed van de laat-romantici. speciaal Wagner. Oorpsronkelyk ge- sohreven voor sextet, heeft hy het j later bewerkt voor strijkorkest. Het j voor deze tyd wel hevig uitgespon- nen werk het na veel somberheid in majeur einidgende slot wordt by voortduring verschoven! ontving een magnifieke verklanking, waarbij het orkestrale schoonheidsideaal constant gerealiseerd werd. TH. J. HANNEMA LIDO Keihard en schok kend zyn de beelden van de Zweedse filmproduktie „491" van Lars Görling en Vilgor Sjöman. Wat op het witte d-oek wordt geprojecteerd is ver bijsterend en druist in tegen el ke moraal. Dat is waarschyn- liik ook voor de Zweedse film keuring aanleiding geweest om de film te verbieden. Later kwam de film alsnog in de rou latie, zy het na wat geluids- en beeldcoupures. De film handelt over een groepje jonge delinquenten, die pas veroordelingen achter de rug hebben, maar in plaats van de gevangenis ingaan belanden in een huis. waar zij onder lei ding staan van een jong sociaal werker. Het is een nieuw socio logisch experiment om jonge ren. die het rechte spoor bijster zijn geraakt opnieuw een goede Dlaats in de maatschappij te ge ven. Maar al tijdens de eerste sce nes wordt duidelyk, dat het pro ject gedoemd is finaal te mis lukken. De jongens, die in net huis een grote vrijheid genieten zwepen eikaar op tot grote mis daden. Ze leven op een wijze die bijna dierlijk is. Er wordt ge- REX „The only ki:I on ce" is een keiharde Amerikaan se film zoals er tien in een do zijn gaan. Het verhaal moet ons doen geloven dat de Mafia we liswaar een machtige organisa tie is. maar dat het recht uit eindelijk zegeviert Het speelt zich overigens af in de paradij selijke omgeving van de ver maarde Mexicaanse badplaats Acapulco en dat levert dan in elk geval een serie aantrekke lijke plaatsjes op. In kleur en op breed doek. Het is in de om geving waar zowel door verte genwoordigers van de gerechtig heid als door die van de mis daad Jacht wordt gemaakt op een tussenpersoon in de heroïne handel. Wie krijgt hem het eerst te pakken, dat is uiteraard de grote vraag Enfin, spannend Is het in elk geval wel. temeer daar aan het eind van deze na re geschiedenis nog twee be langrijke hoofden vallen, name lijk die van een pafferige hero- ine-miljonair en die van een meedogenloze Mafia-figuur. Er komt in dit misdaadverhaal ook een appetijtelijke juffrouw voor maar die is er met de blonde haren bijgesleept. Een vleugje seks dus naast al het geweld van schietpartijen en vuistge vechten. En dat lucht dan op het moment dat de adem stokt even op Hoe het ook zy, voor de liefhebbers is het een „geweldi ge" filml Als adelaars vielen ze aan TRIANON „Als adelaars vielen ze aan" (Where eagles dare», de imposante, ruim twee ëneenhalf uur durende kleuren- produktie, die in Amerika hon derdduizenden bezoekers trok zal in de komende weken onge twijfeld ook Leiden in zijn greep houden. Regisseur Brian G. Hutton heeft voor zijn ver filming van de bestseller „De genadelozen" van Alistair Mac lean kosten nog moeite ge spaard en zag het „yzersterke" duo Richard Burton en Clint Eastwood met Marv Ure in de hoofdrollen zijn opzet vol ledig waar maken. „Als adelaars vielen ze aan" is een van de eerste tot en met het laatste filmbeeld boeiende produktie, die verhaalt van een „onmogelijke" opdracht van een uit vijf Britten en één Ameri kaan bestaande geallieerde spio nage 'sabotagegroep De man nen moeten niet alleen ln win ters Beieren het hoofdkwartier van de Duitse Alpenjagers „ne men" om er een pseudo-Ameri kaanse generaal te bevrijden, maar tevens een poging doen om een lijst van dubbel-spion nen :n handen zien te krijgen. Daarbij moeten zij behalve te gen de gevreesde Wehrmacht ook strijden tegen het verraad in eigen kring. NEW York (Reuter) De Ame rikaanse jazztrompettist Miles Davis is gisteren lichtgewond geraakt, toen hy in New Vork in zyn auto werd beschoten. Een vrouw, die by hen in de wagen zat. bleef ongedeerd. Miles Davis <43) had juist zijn wa gen tot stilstand gebracht voor de woning van de vrouw, toen er een i man uit een taxi sprong en vier ko- i gels op de auto afvuurde Een daar- I van schampte de linkerheup van de negermusicus. Hy was eerder telefo nisch bedreigd in verband met een voorgenomen optreden in een zaak in Brooklyn. Miles Davis had zich met aan de waarschuwing gestoord. 1 regeld gevochten met messen, op gemene wyze wordt ieder een misleid en temidden van de ze „poel des verderfs" doolt de sociaal werker, die met hart en ziel gelooft in een betere toe- komst voor de jongelui. Maar hy is een trieste figuur die steeds opnieuw harde sla gen moet incasseren. De jon gens stelen wat los en vast zit en een inspecteur die mede lei ding geeft aan het experiment dreigt het slachtoffer te worden van chantage in verband met z'n homofiliteit De sociaal wer ker moet machteloos toezien hoe zyn priveleven wordt ontra feld op sadistische wyze. Zijn collectie boeken wordt verkocht en van de opbrengst wordt illegaal drank gekocht in de havens. Desondanks blijft hij geloven in een wending ten goe de. Zyn laatste poging is om de jongens het geld terug te la ten verdienen om zijn collectie boeken te kunnen terugkopen. Een van de Jongens weet een prostituee zover te krijgen dat ze een avond met hem op stap gaat en zoveel geld verdient dat de sociaal werker zijn boe ken kan terugkopen. De sociaal werker denkt aanvankelijk dat hij het pleit gewonnen heeft maar komt dan te weten dat het geld afkomstig is van prostitu tie. Frankenstein LUXOR Baron Frankenstein is aan zyn eigen „kundigheid" ten onder gegaan; hopelijk pro beert hij ons niet te verrassen door, zoals Dracula nog eens terug te komen, want dat zou te veel van het goede zijn. Als „De vernietiging van Fran kenstein" een griezelfilm moet zyn, is de regisseur daar maar matig in geslaagd. Het ont breekt aan momenten waarbij er een huivering door het pu bliek gaat en iedereen schichtig achterom kijkt of er niets bij zonders te zien is. Bovendien is het idee van een hersentrans- plantatie, in een tyd waarin de medici harttransplantatie ver richten helemaal niet grieze lig By zyn val sleept Franken stein naast de slachtoffers die hy voor zijn proeven nodig heeft, ook twee jonge mensen mee Anna Spengler zijn pensionhoud ster en haar verloofde dokter Holt. Het toeval helpt Franken stein op een geweldige manier. Van een van de andere pension gasten hoort hij dat zijn „broe der in de kunst" dokter Brandt ln de psychiatrische inrichting, waar Holt werkt wordt ver pleegd. Ook komt hy er achter dat de verloofden in verdoven de middelen handelen. Hy dwingt hen mee te werken aan de ontvoering en operatie van Brandt. Alles verloopt echter te spoedig. Brandt wordt eerder wakker als men had verwacht. De patiënt slachtoffer neemt wraak op Frankenstein en ook de verloofden vinden de dood Het slot is een ware apotheo se: de Jongens geven hem aan als profiteur en de prostituee is het slachtoffer van een barbaars sexueel gedrag. INSPECTEUR CLOUSEAU STUDIO Inspecteur Clou- seau is hoe zou het anders kunnen? in het leven ge roepen met een knipoogje naar James Bond en de zynen. Clou- seau Is namelyk helemaal de te genpool van Flemings stoere geheim agent: een onvergelijk baar stuk onbenul, dat door een onbegrijpelijk toeval toch steeds aan' het langste eind trekt. Wilt u een sprekend voor beeld? Clouseau is met twee aardige jongedames aan het stoeien op een bed. Heel on schuldig overigens Het drietal zakt er doorheen. En laat er nu juist een boef onder dat bed liggen. De slechterik is meteen morsdood. Van zulke vondsten wemelen nu deze filmpjes. Want het is niet de eerste Clouseau-rolprent. Oh nee, Pe ter Sellers heeft er al twee ach ter de rug. Toen heeft hy be dankt. Alan Arkin viel daarna de eer te beurt. Hij had toch niets te verliezen. Dus ging hij onder leiding van regisseur Bud Yorkin lustig aan het dollen en dazen. Als Clouseau stapelt hij barstend van ijdelheid de ene blunder op de ande re Maar toch komt alles op zijn pootjes terecht. De bende bank rovers wordt opgerold. En Clou seau houdt aan het klusje, dat hy voor Scotland Yard opknapt nog een lieftallige verloofde over. Ir. feite is het natuuriyk wel aardig zo'n tegenhanger van de 007-cultus die als een rage door de bioscopen waarde, En het moet gezegd, er zyn wel grappige momenten. Maar wanneer men aa'n figuur dom mer dan dom ziet „doordou wen" wordt het toch wel erg veel van het goede. CAMERA Twee weken lang heeft het theater aan de Hoge- woerd de deuren wijd opgezet, voor de ware liefhebbers van de filmkunst. Dat betekent deze week tot dinsdag voorstellingen van de Japanse film Rebellie, op dinsdag Cocteau's meesterwerk Orphée met een sublieme Jean Marais en Maria Casarès, en woensdag Eisensteins klassieker Oktober. Rebellie, een nadrukkelijk ge- film werk in de beste Japanse stijl, behelst het 18de-eeuwse verhaal van de zwaardvechter Isaburo, die van zijn heer op dracht krijgt zyn oudste zoon Yogoro te laten trouwen met de verstoten maitresse van die heer. Tegen zyn zin komt het huwe lijk tot stand, maar het blijkt een doorslaand succes. Het mo ment komt echter dat Yogoro's vrouw Ichi wordt teruggeroepen naar het hof. De zoon, die ze de heerser heeft gebaard, i6 erfopvolger ge worden en als moeder van een toekomstig heerser kan zy niet langer metgezellin van een va zal zyn. Nu komen echter haar man en schoonvader in opetend. y tópt tegen verpakking: 14 40 en 210 tabletten Itchl wordt ontvoerd en de twee mannen besluiten in heel Ja pan de tirannie van de heerser bekend te maken. Deze rebellie dryft de film naar een dramatische climax, wanneer by een gevecht de twee echtelieden sterven en Isaburo het stamgebied wil verlaten om met zijn kleindochtertje in het land te berichten over de mis daden zyn familie aangedaan. Maai- hy slaagt er niet in het stamgebied te verlaten, en sterft onder de kogels van de soldaten van de heerser. Deze legende van de opstand van het individu tegen een on rechtvaardig gezag, dat mense- lyke gevoelens niet ontziet, komt met grote nadruk over het scherm. In een uitermate ge drukt tempo en een zeer sober gehouden handeling, die echter niet nalaat om indruk te ma ken. Een film die de bezoeker óf in een vooi-tdurende spanning houdt, óf in het geheel niet boeit. Een tussenweg Is er niet. Maar desondanks warm aanbe volen aan degenen die eens ken nis willen maken met de stand van zaken van het medium film in Japan. WENEN -AP» De Oostenrykae dirigent professor Josef Krips Ls m Wenen in het huwelyk getreden met zyn vroegere secretaresse. Harletta Prochazka. Krips (69» ls eerste dirigent van het symphonie-orkeet van San Francisco. Baronesse Harietta Pro chazka (29» heeft Krips jarenlang bygestaan op zyn tournees door heel de wereld. De eerste vrouw van Krips .Maria, ls op 9 april van dit Jaar na een langdurige ziekte overleden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1969 | | pagina 23