imerika noet leleg meer eren Moderner leven voor de Bedoeienen Ook de vrouw moderniseert flenry Kissinger e man achter president Nixon Door Hein Elbrink ERDAG 27 SEPTEMBER 1969 LEIDSCH DAGBLAD PAGINA II President Nixon is nu al weer geruime tijd aan de macht en indruk is, dat in de eerste tien maanden van zijn bewind chts een begin is gemaakt met de grote problemen, waarvoor en zijn regering zich na het aflopen van het Johnson- iperk geplaatst zagen. \an de onderhandelingstafel in Parijs bij de Vietnamese edesbesprekingen is nauwelijks enige vooruitgang geboekt. Vietnam zelf, op de slagvelden en in de regeringszetel Sai- d, is weinig nieuws tot stand gekomen. De kwestie van het de dden-Oosten bleef een vuurhaard, ondanks het gematigde d«!imisme m.b.t. een Amerikaanse oplossing dat bestond, toen ietxon zijn ambt nog moest aanvaarden. Op het gebied van de kjienlandse politiek blijven problemen als burgerrechten, ar- opstandige studenten etc. onverminderd de aandacht delgen. Kritici van het beleid van de Amerikaanse president ten zelfs dat Nixon de kwestie van de burgerrechten feite- in de ijskast heeft laten zetten. «ondanks blijken er, en dan al op het gebied van de bui- indse politiek enige lijnen naar oekomst te trekken, zoals blijkt Nixons Azië-reis (Azië voor de ten)het aansluitende Roeme- bezoek en de veranderde ver- ling met Frankrijk. Lijnen die ggevoerd kunnen worden tot de ën van Henry A Kissinger, sinds rerkiezing van Nixon tot presi- diens speciale assistent op het d van de nationale veiligheid, ssinger geldt als een van de it vooraanstaande politieke den die de VS op het ogenblik be- n, met geheel oorspronkelijke [beelden over de problema- van bijvoorbeeld de ontwikke- landen. de NAVO en de West- pese eenheid. Hij ontwikkelde de rie van „the flexible response", „flexibele antwoord" voor con- rai op beperkte schaal in plaats een massale vergelding met nwapens. Een theorie die door AVO werd overgenomen, t laatste nummer van Dialogue, vai tijdschrift uitgegeven door de ïlyl 1 (United States Information 3 dice), bevat een artikel dat Kis- r in oktober 1968 schreef als age voor een bundel opstellen Ml de Amerikaanse binnen- en bui- ndse politiek. Agenda for the 1 >n, waarin zijn ideeën in hun Kolmant mflftT duidelijk et Deze crisissen, zijn echter symp tomen van diepwortelende, structu rele problemen. Het internationale systeem dat honderd jaar lang voor stabiliteit zorgde, is door de twee we reldoorlogen in elkaar gestort. Het tijdperk van d'e supermogendheden dat er tijdelijk voor in de plaats kwam nadert nu ook zijn einde. Voor de eerste maal is buitenland se politiek wereldpolitiek geworden. In het verleden lag het zwaartepunt van de buitenlandse politiek in de verschillende continenten voorname lijk op het isolationisme. Tegenwoor dig zien staatslieden zich echter ge plaatst voor het probleem zonder weerga; een buitenlandse politiek te formuleren voor meer dan honderd landen. Iedere natie, het geeft niet hoe onbetekenend, neemt deel aan de internationale gebeurtenissen. Za ken die vroeger als louter en alleen van binnenlands belang beschouwd werden, kunnen nu consequenties hebben voor de hele wereld. Jteit, beknopt maar duidelijk e\ en geformuleerd. ids de eeuwwisseling, aldus Kis- r in Central Issues of US Fo- Policy, is het aantal lnterna- crisissen niet alleen in aan- ook in ernst toegenomen. mile on ïaar el minder „apocalyptisch" dan ide wereldoorlogen gaat de on waarvoor we ons nu geplaatst veel dieper, is zij revolutionair „ot( fan karakter. Tijdgenoten zien V(X evolutie altijd als een serie min v0( leer onafhankelijke opstanden >nda is snel geneigd elk van deze irtenissen te behandelen als een do ïzelfstaand probleem, dat een oo opgelost, de internationale sta niet meer in gevaar zal bren r-dee eft De technologie heeft het aantal mogelijkheden om buitenlandse po litiek te bedrijven vermenigvuldigd. De uitoefening van macht heeft dankzij de wetenschappelijke revolu tie in de praktijk al haar technische beperkingen verloren. Het aantal onzekerheden is aanzienlijk ver groot: overleven lijkt nu af te han gen van een ongelukje van de tech nologische doorbraak. Ideologisch conflict Het ideologische conflict is de bron van deze onstabiliteit. Tijdens de grote tijd van de kabinetsdiplo- matiek spraken diplomaten niet al leen een gemeenschappelijke taal in die zin dat Frans de „lingua franca" was, maar, en dat is veel belangrij ker, vooral omdat zij de problemen op dezelfde manier benaderden. Een gemeenschappelijke visie, (wat er zelfs de voorwaarde voor was) ver gemakkelijkte de taak van de diplo matie. Nu een dergelijke overeen stemming niet aanwezig is, kunnen diplomaten nog wel bij elkaar ko men, maar zij verliezen het vermo gen om te overtuigen. Er wordt meer tijd besteed aan het afbakenen van de tegenstrijdige posities dan aan het vinden van een oplossing ervan. Wat de één vrij redelijk lijkt, vindt de ander hoogst problematisch. De spanning veroorzaakt door het ideo logische conflict wordt nog eens ver sterkt door het teruglopen wat be treft invloed van die landen die voor de Eerste Wereldoorlog als grote mo gendheden werden beschouwd. Militair gezien is de wereld tweepo lig geworden. Slechts twee mogend heden de Verenigde Staten en de Sowjet-Unie kunnen over het vol ledige assortiment aan militaire macht beschikken. Deze militaire tweepoligheid verstart de buiten landse politiek. Wat voor soort ba lans er ook tussen de supermogend heden bestaat, zij zal altijd worden beschouwd als onzeker en onstand vastig. Een tweepolige wereld heeft de mogelijkheid voor de nuance ver loren een kleine winst voor de een wordt door de ander als een abso luut verlies gezien. Iedere zaak lykt betrekking te hebben op een kwestie van leven en dood. De kleinere lan den worden heen en weer geslingerd tussen het verlangen naar bescher ming en de wens om aan de over heersing van de grote mogendheden te ontsnappen. Elk van de mogend heden wordt voortdurend in beslag genomen door de wil om zijn gezag onder zijn bondgenoten te handha ven, om zijn invloed onder de nog tig groot is geworden heeft via Viet nam kennisgemaakt met de wereld politiek en heeft geen enkele herin nering aan gebeurtenissen waarbij door Amerikaanse steun tot stand gekomen vernieuwingen succes ble ken te hebben of van de motieven die aan deze ondernemingen ten grondslag lagen. Gedeeltelijk als gevolg van deze generatiekloof, schommelt de stemming in Amerika gevaarlijk tussen het zich schamen voor macht en het er te veel van verwachten. Het eerste betekent een volledig afwyzen van het gebruik of het be zit van kracht de tweede een te ge biologeerd zijn door de mogelijkhe den van absolute actie en in belang rijke mate onverschillig voor de con sequenties die daarop zullen volgen. Het gevaar dat een afwijzing van macht met zich meebrengt is dat van een nihilistisch perfectionisme. Een soort perfectionisme dat het compromis veracht en alles teniet wil doen wat niet in overeenstem ming is met de gepropageerde uto pistische ideeën. Creativiteit niet gebonden landen uit te breiden en zijn veiligheid t.a.v. zijn tegen stander te verhogen. Het feit dat en kele van deze doelstellingen onver enigbaar zijn, draagt er toe by dat het internationale systeem geweld aan wordt gedaan. Maar aan het tijdperk van de su permogendheden komt nu zo lang zamerhand een eind. Militaire twee poligheid heeft niet alleen politieke veelpoligheid niet kunnen voor komen, maar zelfs bevorderd. Zwak ke bondgenoten hebben alle redenen om te geloven dat hun verdediging van het allergrootste belang is voor de sterke partner Vanaf dat moment zien zij de noodzaak niet meer de sterke part ner ter wille te zijn door de bui tenlandse politiek op hem af te stemmen. De nieuwe landen voelen zich door de onderlinge rivaliteit van de su permogendheden beschermd; hun nationalisme leidt soms zelfs tot een nog aanmatigender uitdrukking van de eigen wil. Het resultaat daarvan is dat de diplomatie ondergeschikt wordt gemaakt aan de binnenlandse politiek en meer bedoeld is om een bepaalde pose vol te houden dan als een bijdrage te dienen voor de we reldorde. Een evenwicht is moeilijk te bereiken tussen staten met zulke verschillende normen doelstellingen, verwachtingen en tradities. Wat het hedendaagse interna tionale systeem dan ook het meeste nodig heeft, is een begrip van een wereldorde waar ieder het mee eens kan zijn. Veel van de stabiliserende elementen die het 19de eeuwse sys teem kenmerkten kunnen in de mo derne tyd niet meer gebruikt worden. De vrij stabiele technologie, het gro te aantal belangrijke mogendheden, de beperkte doelstellingen van de binnenlandse politiek, de grenzen, het waren gegevenheden waardoor men het altyd wel eens kon worden die echter niet meer terug zullen komen. Een nieuw begrip van een wereldor de is daarom noodzakelijk, zonder dat begrip kan er geen stabiliteit meer zyn. Urgent Dit probleem ia bijzonder urgent voor de Verenigde Staten. Het feit dat de Verenigde Staten, wat ook haar intenties en politiek mogen zijn, beschikken over het grootste potentieel aan materiële macht in de wereld is onontkoombaar. Een nieu we wereldorde zal nooit kunnen overtuigen zonder een belangrijke Amerikaanse bijdrage. Maar het ka rakter van die bijdrage is gewyzgid. De huidige politieke veelpoligheid maakt het Amerika onmogelijk an deren zijn wil op te léggen. Onze be langrijkste taak is het oproepen van de creativiteit van een pluralistische wereld om uitgaande van de politie ke veelpoligheid een nieuwe wereld orde te scheppen, zelfs wanneer de enorme militaire macht in handen blijft van twee supermogendheden. Een nieuwe Amerikaanse regering (het artikel van Kissinger werd ge schreven in oktober 1968, red. LD) ziet zich geconfronteerd met de uit daging onze verdragen met onze be langen en onze verplichtingen met onze doelstellingen te verenigen. In de jaren veertig en vfjftig kwamen we met oplossingen; aan het eind van de jaren zestig en aan het be gin van de jaren zeventig, zullen we moeten bijdragen tot een structuur die het initiatief van anderen zal ac tiveren. Wy zyn, materieel gezien, een supermogendheid, maar wat wij willen kan slechts betekenis hebben als wy de gedachte aan samenwer king verder ontwikkelen. We kunnen ook in de toekomst onze bijdrage le veren aan defensie en andere posi tieve programma's van bepaalde landen, maar we moeten er voor Henry Kissinger (links) vlak na zijn benoeming met president Nixon (midden). Rechts een me dewerker van Kissinger: Richard von Allen. zorgen dat we een zekere mate van plaatselijk verantwoordelijkheidsge voel aanmoedigen en niet de kop in drukken. Deze taak vereist een andere werkwijze en een ander soort geduld dan we in het verleden aan de dag hebben gelegd. Enthousiasme, geloof in de vooruitgang en de niet te bre ken overtuiging dat Amerika's op lossingen overal toepasselijk zyn, moeten plaatsmaken voor de con clusies die wij uit de geschiedenis kunnen trekken en de rangschik king van onze voorkeuren. Maar bo ven alles moeten we in de gaten houden in welke moeilijkheden we door die voorkeuren kunnen komen. Een beter begrip van Amerika's be langen en de vereisten voor een po litiek evenwicht kan ons idealisme perspectief geven en leiden tot hu mane en gematigde doelstellingen vooral met betrekking tot de politie ke en sociale veranderingen. Jeugd Een ander ernstig probleem is de verandering in de ethiek van juist het meest idealistische deel van de Amerikaanse jeugd. Het idealis me van de jaren vijftig kwam tot uitdrukking in zelfvertrouwenwek- kend, vaak fanatiek werken voor maatschappelijke instellingen tij dens het tijdperk Kennedy. Tegen woordig vinden veel jongeren de uit oefening van macht echter on belangrijk, vaak zelfs immoreel. De nieuwe leer van de vryheid is niet „maatschappelijk"; staats zelfs on verschillig en vijandig tegenover sys temen en ideeën die betrekking heb ben op orde. Besturen wordt gelijk gesteld met manipuleren. Ontwerpen van nieuwe structuren wordt gezien als het creëren van systemen om te overheersen. De generatie die in de Jaren vijf- We hebben een nieuwe uitbarsting van creativiteit nodig, niet zo zeer voor andere landen maar in het be lang van ons eigen volk en vooral van de jeugd. De huidige onrust i« het bewijs van de grote ontevreden heid met betrekking tot de voorna melijk op besturen en consumeren georiënteerde moderne samenleving. De moderne bureaucratische staat met al zyn kracht en macht wordt vaak tot in zyn diepste wezen in be roering gebracht door ogenschijnlijk onbeduidende zaken. De broosheid van die staat en de revolutie van de jongeren over de hele wereld vooral in ontwikkelde landen en uit relatief gezien welvarende gezin nen doen een leegte, een bijna metafysische verveling vermoeden m.b.t. een politiek die steeds meer de nadruk gaat leggen op de bureau cratische verworvenheden en die slechts materieel comfort op het oog heeft. De oplossing voor onze onrust ligt niet voor de hand. Eén ding is zeker, zij is niet voornamelijk te vinden in onze buitenlandse politiek. Slechts een ingrijpende niet-techni- sche verandering zou ons weer een gevoel voor richting kunnen geven. De daden waar Amerika het meest trots op kan zyn, zijn die geweest waarbij we handelden in samenwer king met anderen. Onze invloed is voor een groot deel het gevolg van hetgeen wy bereikten bij een derge lijke samenwerking. Om in het buitenland consequent te kunnen optreden moeten we in staat zijn belangengemeenschappen aan te moedigen. Plaatselijke groe peringen zouden, met steun van de Verenigde Staten, de voornaamste verantwoordelijkheid voor hun ge bieden op zich moeten nemen; de Verenigde Staten zal zich meer moe ten gaan bezig houden met het al lesomvattende kader waarbinnen dit moet gebeuren dan met de behan deling van elke plaatselijke kwestie. Een nieuwe regering moet zich niet toeleggen op pasklare oplossin gen voor moeilijke zaken; maar bo venal de goede vragen proberen te stellen. Zij moet er van uitgaan dat wat betreft de buitenlandse politiek, wy er nooit in zullen slagen een bij drage te leveren tot een stabiele zich ontwikkelende wereldorde als wij ons eerst niet voorstellen hoe die zou moeten zijn. TEL AVIV (GPD) Said Aboe-Rawia \s twaalf en gaat naar school. Natuurlijk, zult u misschien zeggen. Maar zo van zelfsprekend is dat toch niet. Want Said is een zwartogig Be doeïen-jongetje uit de Negev en Bedoeïen-kinderen gaan meest al niet naar school. Ze zwerven sinds onheugelijke tijden met de kudden schapen en geiten van hun stam door de onherberg zame woestijnwaar de dieren karig voedsel vinden in de arme tierige vegetatie. Toen Israël tot stand was geko men en het oude land een metamor fose onderging, toen tractor en combine, automobiel en transistor-4 radio tot de barre streken in het zuiden begonnen door te dringen, werden ook deze eeuwenoude zwer vers met de westerse beschaving ge confronteerd. In de zwarte tenten van de Bedoeïenen begon het te da gen. De meer vooruitstrevende stam men begonnen in te zien. dat zy zichzelf te kort deden, als zij geen aandeel namen in de nieuwe, gerief lijkere wereld, die zich voor hun ver baasde ogen had geopend. Sjeiks, die zich nooit anders hadden ver plaatst dan te paard of op de rug van een kameel kochten zich een slee van een auto, luxueus en met veel glanzend nikkel. De radio bracht eentonige Arabische muziek en het nieuws uit heel de wereld in de woningen van huiden, blik en plaatijzer. De Israëlische dokter, lang met argwaan bejegend, bleek f ouderkinderen Ani ir blijven de „wonderkinderen" j le film als ze te groot worden het" spelen van kinderrollen? y ns Elle kiezen ze, als ze een volwassen zijn, maar zelden het i als beroep. Het beroemdste mw bid aller tijden. Shirley Temple, nenveertig jaar, is destijds ge vf d. moeder geworden en heeft inkele jaren geleden in de poli- 'ÏJJjj worpen de filmkinderen van na de aanl t wereldoorlog ging het niet anders. Brigitte Fossey Poujouly die, respectievelijk Jffl-- en elfjarige leeftijd de - tenslotte de medicijnman in wys- heid te overtreffen en het tappen uit een kraan kostte minder inspan ning dan het putten van water uit een gewoonlijk verafgelegen bron. De oudere generatie bleef morren tegen al dit moderne gedoe, dat Al lah verzoeken was, maar hun zoons gaven zich meer en meer gewonnen aan de nieuwe tijdgeest. En gelei delijk brak het inzicht baan, dat men het zich niet kon veroorloven het moderne leven met zijn voorde len en gemakken nog langer te ne geren, dat het zaak was eraan deel- te nemen en zijn .splendid isolation" op te geven. In de dagen van het Britse man daat over Palestina bestond er voor de Bedoeïenen in het zuiden zegge en schrijve één school. Nu zijn er vijftien. Nog lang niet alle kleine Saids, Moechmeds en Ibrahims ver diepen zich in de mysteriën van het Arabisch, Engels en Hebreeuws, buigen zich over rekensommen of ontraadselen geheimen van de die ren- en plantenwereld. Maar toch namen al honderden gezinshoofden onder de eenentwintigduizend Be doeïenen van Israël het gewichtige besluit om hun kroost naar school te sturen. Kleine groepen kinderen in de wegloze steppen, geleid door het oriëntatievermogen van ontel bare geslachten van nomaden, zyn in het Negevlandschap geen zeld zaamheid meer. Naarmate de ja ren verstrfjken worden die groepen groter. En parallel daarmee krijgen de moderne wetenschap en de op vattingen van de nieuwe tyd de overhand op de antieke begrippen en verouderde levenswys, die nog maar kort geleden als onaantast baar golden. Traditie gebroken Een byzondere prestatie, die zowel voor de Israëlische autoriteiten als voor de Bedoeïenen zelf een com pliment inhoudt, is het feit dat de Sommen bespreken op de ezel. schoolse opvoeding zich niet meer I tot jongens alleen beperkt. Sommige ultzonderiyk progressieve huisva ders hebben een traditie van vele eeuwen gebroken door behalve hun zoons ook hun dochters naar school te zenden. Zo veel vooruitstrevend heid hebben nog lang niet alle stam men kunnen opbrengen. Maar een paar scholen kunnen toch al bogen op meisjes-leerlingen. Ze krygen uitsluitend les van onderwijzeres sen. Eén van hen is Joods. Ze kwam eerst vier jaar geleden naar Israël, nadat ze lang in Caïro by het onderwys gewerkt had. Les geven is nooit een sinecuur. Het onderwyzen van Bedoeïenen-kinde- delbare scholen in Beersjeba en doet daar niet voor zyn klasgenoten onder. Enigen van hen, die de mid delbare school hebben afgelopen, studeren zelf aan de Hebreeuwse universiteit in Jeruzalem. En ook zy voelen zich door him afkomst in tellectueel niet belemmerd. Ontwikkeling Tempora mutantur. Het ezeltje, dat een Bedoeïenen-kind torsend, de vaak kilometers lange weg aflegt tussen de zware tenten en de school in Kesefa (of waar dan ook), is het waarvan de fiere woestynbewoners symbool van een ontwikkeling. ren met een erfeiyke belasting van eeuwenoude vooroordelen, bygeloof en taboes vex-gt eerst recht veel pe dagogische kennis, psychologisch in zicht. tact en geduld. Om van zui ver technische moeilykheden maar niet eens te spreken. Eén daarvan is hoe zich by de kinderen verstaan baar te maken. De taal, waarvan de Bedoeïenen zich in het leven van el ke dag bedienen, wykt sterk af van het letterkundig Arabisch, dat by het onderwys wordt gebruikt. Maar de resultaten van hel laatste decen nium bewyzen, dat ook struikelblok ken als deze met goede wil van twee kanten te overwinnen zyn. Van re sultaten gesproken, een aantal Bedoeïenen-kinderen leert op mid- vyftien jaar geleden nog niet had den kunnen dromen. Het is waar, dat de grootvaders en grootmoeders nog altyd het hoofd schudden om zo veel ontrouw aan een door d® eeuwen geheiligd levenspatroon. Maar het is niet minder waar, dat een steeds groter aantal van hun kinderen en kleinkinderen de stryd tegen een onverdedigbare en onge rechtvaardigde achteriykheid aan bindt. Momenteel concentreert die stryd zich op vijftien scholen. Waar- schyniyk zullen het er over een paar jaar meer zyn. Want de dorst naar kennis van de wereld van heden blykt ook in de nederige woonplaat sen van dit schilderachtige volk nie* meer te stuiten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1969 | | pagina 13