Oude Leidse molen in Z.W. moest wijken voor flats Nederlandse kastelen in oude ansichten „Lettres de mon moulin 91 nfgRDAG 14 JUNI 1969 LEIDSCH DAGBLAD PAGINA M van de molenaar. Diens 'e uders en grootouders hadden eer- L'ds in het molentje gewoond, vóór door het polderbestuur een huisje aast was gezet. Dat molentje was „parterre'' pre- 03 in tweeën gedeeld; in de ene B *lft draaide het water-schoeprad, a de andere, dat maar een piep- i' tan kamertje met een bedstee be woonde eertyds het gezinne- |e. Met een ladder kwam men op gehéél ronde „eerste étage" waar eneraties kinderen hadden gesla- *n, Kortom een romantisch geval! Nu nog weer eens de vrienden en Donkerman, u ként ze uit vorige verhalen in het L.D.! Op zekere dag fietsten ze langs het om in „Allemansgeest" een te gaan drinken, toen beider n> tadingrijke geest werd getroffen jfl ta>r dat rustieke molentje midden uiiphet land. Z|j sloegen dus rechtsaf het voetpad PP tot zij met een luid „óver!!" de tolenaarsvrouw met een paar kin eren aan de schortband uit haar deden komen. Ze gaf het bruggetje 'n draai, zodat de be ef* bekers op het molenerf konden ko- s ben „Och juffrouw wat woont U hier aardig en stil! Mogen wij eens itfPmolen van binnen bekijken?" ja, gaat uw gang heren. In molen is mijn man net bezig, hoe- er nu in de droge zomer niets te Wen valt!" van 't zomer huren om er dan in te wonen?!" „Daar heb ik niks over te zeggen, dat moet u maai- vragen aan 't pol derbestuur, 't is mij best Op de vraag wie de voorzitter was en waar deze woonde, wees de mole naar in de verte, waar men de hui zen van de Haagweg in 't verschiet kon zien. „Daar. bij de houtzaagmo len van Noordman!" Nu, er werd toen door de twee vrien den niét naai- „Allemansgeest 24 ge reden maar zy gingen naar „mijn- j heer de voorzitter" die direct zyn I toestemming namens het bestuur I gaf„Neen, U behoeft óns niet te be talen, maar geef de molenaar een kleinigheid voor zijn ongerief!" Besloten werd dat Schepers daar in de zomermaanden zyn intrek zou nemen, doch Donkerman, wiens ouders te Amsterdam woonden, zou zo nu en dan wel een weekje ko men logeren. Schepers trof het geweldig wat de menage betrofde molenaarsvrouw was vóór haar trouwen „keuken meid" geweest by de familie Moll van Charante, die vlak by „de Vink" op huize „Ter Wadding" resideerde, alwaar zy goed had leren koken. Te gen een geringe vergoeding zou zy wel voor meneer een landelyk mid dagmaal koken. En bakken, „want ziet U, omdat we hier zo vér van de weg wonen, komt er geen bakker en nu bak ik zélf om de andere dag een paar tarwebroden. Als meneer 't daarmee wil doen, dan bak ik er een méér voor Maar tsja, U moet ADVERTENTIE koelkasten diepvriezers zyn „zomer-residentie", 's Avonds zat hy, een pyp rokend, by het mole naarsgezin op het erf. Al gauw was dit bekend geworden by deze en gene en men vond het leuk deze „robinsonnade" te bezoe ken. Doch. omdat men op de mo len al gauw van vér bezoekers door een verrekyker zag aankomen en er verscheidenen waren die Schepers liever niét te gast had. bleef het draaibruggetje „open" en konden de bezoekers nét zo lang „oooooover roepen tot ten slotte de geïnstrueer de molenaarsvrouw naar buiten kwam aan haar kant van de sloot en vertelde dat „meneer net niet thuis was", waarop de kykgragen dan maar afdropen! Maar zag Schepers door zyn verrekijker gréag-geziene vrienden of vriendinnen aankomen, dan draaide hy als 'n gulle gastheer het bruggetje naar de overkant, zo dat men hem en de molen kon be reiken. Men lag dan urenlang in het gras op het erf te filosoferen en bleef 'n boterham mee-eten. Leiden in Indië Nu had Schepers wel eerder in „De Preangerbode" te Bandoeng, waar van hy de hoofdredacteur Jan Fa- bricius kende, zo nu en dan een ar tikel geplaatst. (Dezelfde Jan Fabri- cius vader van de bekende schry- ver Johan Fabricius die ook enige toneelstukken als „Dolle Hans". „De rechte lyn" en „Totok en Indo" op zyn naam had en die ere-burger was van zyn geboortestad Assen. Dus ging er een brief naar Ban doeng met de vraag of Fabricius Sr. er voor voelde een wekelykse by- drage te plaatsen. De hoofdredacteur stemde toe en zo verschenen er iede re week in de Preangerbode artike len uit Leiden onder de van Daudet gestolen titel „Lettres de mon mou- lin". Zoals zyn gewoonte was. onder tekende Schepers de artikelen met enkele initialen. Ze handelden over doodgewone din gen van alle dag uit Nederland en KASTELEN spreken tot de ver beelding. Ze zijn omgeven door een waas van romantiek, van edelen en schone jonkvrouwen. Tal van Nederlandse kastelen of hun bewoners hebben een be- langrijke rol gespeeld in de va derlandse geschiedenis. By de Uitgevery Europese Biblio theek in Z altbommel is een buiten gewoon interessant boekje versche nen getiteld „Nederlandse kastelen in oude ansichten." In dezelfde reeks verscheen het vorige jaar eveneens „Leiden in oude ansich ten." De schryvers van het kastelen- boekje (prys f 17.50', de heer A. I. J. M. Schellart. directeur Neder landse Kastelen Stichting, en Theo de Vries, schryver-journalist, schre ven ons. dat de reeks door de uitge ver is bedoeld om karakteristieke afbeeldingen (zoals deze op oude Gelukkig telt het Zuidhol- I Prentbriefkaarten voorkomen» van landse landschap nog molens ge- ou<*e gebouwen, straattafereeltjes, noeg. Zoals deze prachtig gelegen vervoersmiddelen en overzichten molen, loaarvan een KODAK- van ^paalde plaatsen byeen te filmteam uit de Ver. Staten een brengen en in monografieën uit te geven. Het herkennen van situaties, die men zich mogelijk uit zyn Jeugd f'é. r- te luchtfoto maakte. herinnert, is al een plezier op zich- j zelf. Daarnaast kan een verzameling uit één periode het begin van de ze eeuw waardevolle gegevens bevatten voor een beoordeling van die tyd, die al meer dan twee we reldoorlogen achter ons ligt. Het kastelenboekje bevat een 150- tal reprodukties van oude ansichten van Nederlandse kastelen en land huizen. Nederland telt nog veel meer kastelen dan de hier afgebeelde; de collectie i6 dan ook slechts een greep uit een grote hoeveelheid. Op tal van foto's ziet men het oude bouwwerk geheel anders afgebeeld dan het er thans uitziet. Veel is op gelukkige wyze gerestaureerd, ook wel bedorven en tevens vinden wy in het boekje platen van kastelen of landhuizen, welke nadien gesloopt zyn, omdat de tand des tyds er zo aan geknaagd had, dat restauratie een te kostbare aangelegenheid zou zyn geworden. In dit boekje herleeft het verleden; we zyn er van over tuigd dat men met genoegen naar de afbeeldingen zal kyken. Uit Leiden en omgeving ziet men ook enkele oude bouwwerken afge beeld. Men treft er een foto aan van het hek van de Burcht. De Leidse Burcht is een belangrijk monument uit de vroegere middeleeuwen van het Graafschap Holland. In de twaalfde eeuw werd een gekamteel- de ringmuur gebouwd, op een opge worpen heuvel welke omspoeld werd door de Rijn. Eveneens is afgebeeld het oude stamhuis van het geslacht Van Poel geest in Oegstgeest Het middel eeuwse kasteel „Oud-Poelgeest" werd verwoest en op de funderingen werd in 1668 het statige landhuis ge bouwd. Later werden de bovenste verdiepingen van de beide torens toegevoegd met de speelse bekronin gen. Een ander slot Poelgeest, bekend Ruïne van Huis Dever bij Lisse. In Koudekerk stond het slot ..Groot-Poelgeest"waarvan slechts bedroevend weinig meer over is. De foto met torentje bij de ingangspoort dateert van 1904. onder de naam „Groot-Poelgeest" stond in Koudekerk Van deze ronde burcht is maar bedroevend weinig over. Een torentje flankeerde de in gangspoort. Het terrein waarop een» het kasteel stond is nog omgracht. In de omgeving van Lisse kan men nog steeds de ruïne van het Huis De- ver (de Ever) aanschouwen. Het staat eenzaam en verlaten midden, in het land. De hierby afgebeelde tekening uit 1904 verschilt nauwe- lyks van de tegenwoordige toestand. De woontoren heeft een unieke plat tegrond in de vorm van een hoef* ijzer. De toren stond er aanvanke- iyk alleen; in de 17de eeuw werd er een landhuis tegenaan gebouwd. In 1848 stortte een deel van het huis in, dak en gewelven van de toren be zweken in 1862 en sindsdien staat de grote steenklomp verlaten en bloot gesteld aan weer en wind. Uit Ryswyk is een foto opgenomen van het Huie te Hoorn. Er is inder tijd veel moeite gedaan om het ge- I bouw, dat aardige bouwkundige de- tails had. te redden Maar helaas bleek sloping onvermydeiyk Omgeven door bollenvelden staan in Sassenheim de resten van het slot Teylingen, dat vooral bekend geworden is doordat Jacoba van Beieren, gravin van Holland. er haar laatste levensjaren doorbracht. Ze verbleef overigens niet in de op de foto afgebeelde toren, maar in een voorburcht die een grote woon- I vleugel bezat; die vleugel is al lang geleden afgebroken. De bomen. evenals het grootste deel san de gracht op de ansicht afgebeeld, zijn I nu verdwenen. Zo zyn er uit alle provincies voor beelden van kastelenbouw. welke beelden oproepen uit een ver verle den. dek 4 Veen 't gaat nu echt niet om de „Lettres de mon moulin" 1* (Brieven vanuit mijn molen), die de Franse schrijver Alphonse Daudet in 1869 aan zijn vrienden zond, die nu elnkele jaren geleden op een Pathé-lp, gesproken door Fernan- itt jel, zijn uitgebracht. Maar enfin, daarover straks! Ruim 38 jaren geleden stond er een kleine watermolen, «jpidden in het land aan een sloot bezijden de Vliet. Bij de iets ii oudere Leidenaars wel bekend. Ak men lanes het iaaeoad lien kb rel eens „de bedstede van jong-Lei- jen" genoemd in de richting van ng Allemansgeest", dan, net vóór de rerweg van de Blauwe Tram-zali- •nagedachtenis, ontwaarde men 10j de haag van struikgewas even rerd onderbroken door een heel smal jjjj oetpaadje, zó smal dat men échter n ;taar moest lopen om op het mulle .jj, udpad be blyven. Na een 300 me- kwam men dan aan voormeld itermolentje, dat aan de andere int van de sloot gelegen alléén ïdkbaar was door een twee-planks ruggetje. molenerfje stond de kleine Beiden stapten via de onder- en bovendeur, die met een primitieve klink was gesloten, de molen binnen enwaren er toen direct enthou siast over. Daar ging by Schepers ineens 'n lichtje branden: „Och mo lenaar, U woont met uw gezin hier naast. Staat de molen nu leeg?" Logeren in de molen „Zoals u ziet heren", was het la- konieke antwoord, waarop Schepers meteen inhaakte; „Kan ik die molen zélf voor borden-en-zo zorgen, want ik heb maar net genoeg voor myn gezin!" Nu. dat vond Schepers bést! In een bazar aan de Haarlemmerstraat kocht hy wat borden en schalen van grof aardewerk, eenvoudige bestek ken en 'n paar klapstoelen voor op het erf. In ,een manufacturenwinkel ernaast verschafte hy zich een paar meter blauw-wit geblokt katoen waarvan een vriendin 'n paar tafel lakens naaide, terwyl hy van thuis wat beddelakens en slopen meekreeg, Hy huurde een mannetje met een handwagen af. waarop hy een flin ke stapel boeken en zyn huishoude- lyke inkopen laadde en zo escorteer de hy zyn wagenhulp naar de molen. Dit alles borg hy op in de bed stede beneden en betrok op de ron de „le étage" zyn slaapvertrek, waar nog een oud houten ledikant met 'n strozak stond, terwyl hy een andere strozak op de grond legde als „ker misbed" als zyn vriend Donkerman kwam logeren. Met stralend zonneweer betrok hy speciaal over het dagelijkse leven in Leiden en omgeving. Bedenk wel, dat alle „bestuurs ambtenaren" van controleur BB tot resident en hoger in Leiden gestu deerd hadden, zodat de artikelen veel belangstelling trokken. Ook zonden veel gegoede „Inlanders" zoals ze toen heetten hun kinderen naar Nederland voor hun opvoeding ln Europees milieu. Bovendien kwamen alle employees van de cultures uit Paitria: de zeer beschaafden, maar ook de minderbeschaafden, waarvan de onsterfelyke Louis Davids in een „Brief van Mina uit de Gouds bloemdwarsstraat" en nadien in In dië, schreef Me man is in pesisie bij de rub ber Dat noemen ze hier employé Overdag dan werkt-ie zich de blubber En as 't er wat te delen valt, dan deelt is mee Jaren en Jaren later toen Sche pers een „oud-Indtschgast" ontmoet te. zei deze nogal enthousiast: „Och waren die stukjes van jóu?! Nou 'k heb ze altyd met een tikje weemoed naar Holland in de rimboe gelezen!" Nu is sinds 1958 dat molentje af gebroken en staan er ryen hoge flats, zodat alle romantiek, gelyk het méér gaat, voor de „nieuwe zake- ïykheid" moest wyken! Wel aardig is het over dit molentje „een ronde stenen bovenkruier met rieten kap en ingebouwd scheprad", zoals dat molen-technisch heet, enige historische gegevens te lezen. Op een eenvoudige gevelsteen bo ven de ingang stond vermeld DE EERSTE STEEN GELEYT DOOR I. VAN GENTEN ZIJN TWEELINGSZOON GERARDUS L. N. WILLEM OP DEN 6 AUGUSTUS 1802 VEREENIGT MET DEN GAST HUISPOLDER IN SEPTEMBER DAARAAN (volgende) En tenslotte enige berichten uit het Leidsch Dag-blad over deze mo len: 28 november 1939: Molenaars vrouw was niet tegen den storm op gewassen. gevolg dat de geheele bo- venkap een meter verschoof en een a nmerkely'ke restauratie moest vol gen. In de loop van de maand Januari 1940 w»6 de molen weer geheel her steld. 13 roei 1953: De restauratiekosten van de molen, die sinds enkele ja ren met meer in gebruik is, bedra gen zo hoog, dat de omslag met f 10 per H.A. zou moeten worden ver hoogd. Besloten werd de bevoegde instan- I ties op het gevaar van de bouwval- lige molen te wyzen. 28 mei 1958: Molen in de Bos- en j Gasthuispolder wordt gesloopt. „De i molen in de Bos- en Gasthuispolder, i omgeving Vyf Meilaan, die binnen kort zal worden gesloopt. De reden was de voortschrydende werkzaam heden betreffende het bouwryp ma ken van de gronden in het uitbrei dingsplan „Leiden-Zuidwest". De aankoop van de molen was voor de gemeente van belang en de prys be droeg f 1500". Maar nóg denkt Schepers wel eens aan die heerlyke zomer en enige zo mers daarna, toen hy daar ook lo geerde enaan zyn „Lettres de mon moulin" Oude Leidse molen in de Bos- en Gasthuispolder, in de omgeving wat nu Vijf Meilaan is. welke in 1958 werd gesloopt. De gegevens voor dit artikel sftn verstrekt door de voorzitter van de Rijnlandse Molenstichting, de beer A. Bicker Caarten. Voor de lezers die mogelijk méé wil len weten over de molens rondom Leiden, wordt verwezen naar Jh». L. F. Teixeira de Mattoe „De wa- terkeeringen. Waterschappen en Pol ders van Zuid-Holland" 1906, waarin ook uitvoerige gegevens betreffende bovengenoemde molen. DOLF SCftNAAR WASAt/TOMATEN m afwasmachines m liebherrróederi-andn v ó20-!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1969 | | pagina 13