ie grootste
childerijendiefstal van deze eeuw
4
Cl
ïWifh
1
'jaA./-
21
Laaste kunssmicP na 18
Zuid-Afrika terug
jaar
uit
N'
Teddyberen
14 FEBRUARI 1969
LEIDSCH DAGBLAD
PAGINA 17
trim 360 jaar lang stond in de grote kathedraal van
Gent het prachtige altaarstuk, dat in de loop der tij
den de profane naam „Het Lam Gods" had gekregen.
Het stuk was geschilderd door de gebroeders Van
Op 6 mei 1432 worden notabelen in Gent uitgenodigd
t klaargekomen schilderstuk te bezichtigen. Van dat
Ik af tot 14 augustus 1794 versierde dit altaarstuk de
tan Vijdt in de Sint Bavo. Toen werd het stuk als „buit"
nomen door de sansculotten en prijkte het enkele jaren
Het kwam terug en reisde nog geheel of gedeel-
voor een of meer jaren naar Keulen, Berlijn en Brus-
arin het jaar 1861 kreeg men toch genoeg eerbied voor
de vroeg-Hollandse schildersschool en op 6 november 1920
was het werk prachtig gerestaureerd. Het werd aan het pu
bliek getoond in de goede hoop, dat nu alle omzwervingen
voorbij zouden zijn, dat het meesterwerk weer eeuwenlang
een prachtig en ongerept voorbeeld zou zijn van de begaafd
heid van oud-Nederland.se kunstenaars.
Helaas In de nacht van 10 op 11 april 1934 werden twee
panelen uit het altaarstuk gestolen. Op één van de panelen
stonden ,,de rechtvaardige rechters" afgebeeld en onder deze
naam is een van de grootste kunstdiefstallen aller tijden de
historie ingegaan.
rt
de buitenkant voorstellende Johannes de doper en
aan de binnenkant de tocht van de rechtvaar
dige rechters naar de plaats van de aanbidding.
Het is een merkwaardig symboliek dat juist dit-
paneel nog steeds zoek is, want de „goede" rech
ters (van instructie, dan) blijken toen ook al, des
tijds by het politie-apparaat in Gent geheel te
hebben ontbroken.
Consternatie
Mrf
Na de ontdekking van de diefstal gebeuren dan
allemaal vreemde dingen. Pas om 8.35 uur zyn
de eerste kerkelyke autoriteiten ter plaatse. Even
later komt de politiecommissaris van de wijk
waaronder de kathedraal ressorteert. Als een lo
pend vuurtje verspreidt zich het verhaal van de
diefstal door de stad. Als om 9 uur de recher
cheurs komen voor een eerste onderzoek, moeten
zij buiten de kapel blijven staan, want voor hen
is er geen plaats meer
Eerst in de namiddag wordt naar belangrijke
sporen gezocht nadat Jan-en-alleman in de
kapel is geweest! Wel werden direct alarmberich-
ten uitgezonden en werd de hulp van het pu
bliek ingeroepen, wat alleen maar een enorm
aantal valse meldingen als gevolg had, die zo
als later bleek geen van alle iets met de dief
stal hadden uit te staan. Werkelijk belangrijke
inlichtingen kwamen pas een paar jaar later voor
de dag toen er goed werd gezocht. Dit waren dan
een lichtschijn in de kapel in die nacht: een
auto die in die buurt met gedoofde lichten had
staan wachten
De rechter-commissaris kreeg het bericht van de
diefstal 's middags van de nieuwsberichten op de
radio. Men had hem vergeten: een bewijs van de
consternatie die er heerste
De dief
het feit, dat de dader op zijn sterfbed
een goedkope roman zijn misdaad
en op het ogenblik dat hij wilde ver-
«aar hij het paneel had verborgen, over-
ftaat er nog steeds een groot aantal
rondom dit gebeuren,
eurde er precies nu 35 jaar geleden in
ige aprilnacht? Waar werd, in de kerk
gstwaarschijnlijk, het paneel verborgen?
en er mee annex? Worden en werden er
gesauveerd? Heeft de politie gefaald door
en efficiënt genoeg in te grijpen? Vra-
(n nog eens vragen. En tenslotte de voor
vraag zal deze diefstal nog eens op-
irden? Volgens de jongste gegevens, hoopt
Gent dat het niet lang meer zal duren,
die jaren eindelijk de verlossende woor-
tn worden gesproken.
Eén van de blaadjes uit een zakboekje van
Goedertierwaarvan men vermoedt, dat het
een aanwijzing bevat voor de bergplaats van
het gestolen paneel van de gebroeders Van
Eyck.
Gestolen
Toen werd om zeven uur de deur van de Vydtka-
pel geopend om het publiek gelegenheid te geven
binnen te treden. De koster trok het groene gor
dijn opzij, dat het grote altaarstuk 's nachts te
gen stof moet beschermen. Twee manshoge pa
nelen ontbraken! Ze waren gestolen. Het waren
van de linkerdeur de onderste twee panelen: aan
Afgezien van een enkele poging, heeft er by alle
verdere onderzoekingen steeds een heilloze ver
warring geheerst. De Gentse commissaris van po
litie Mortier heeft in onze jaren 'n hernieuw onder
zoek ingesteld en vond notabene der
tig jaar later papiersnippers in een ongebruikt
zolderkamertje, die een duidelijke aanwij
zing vormden van de diefstal. Mortier heeft over
zijn onderzoekingen onlangs een boek geschre
ven waarvan een der dagen de tweede zeer uit
gebreide en aangevulde druk van de pers kwam
We zouden ons al zeer moeten vergissen als op de
dag van deze opzienbarende schilderijenroof niet
iets bekend zou worden.
Het is dan ook een toeval geweest, dat de dief
enkele maanden later bekend werd. Op zyn sterf
bed bekende hij-... maar toen hy de plaats be
kend wilde maken, waar hy het paneel van de
rechtvaardige rechters had verborgen sloot een
onverbiddelijke hand zijn mond. Hij had net
één minuut te lang gewacht.
Geld
i dear
oege ochtend van woensdag 11 april 1934
nderkoster van de Baafskathedraal te
kerk binnengegaan en wil dan de deur
rechterzij-ingang openen. Op hetzelfde
wordt deze van buiten af open geduwd,
ri dat een vrouwtje er tegen wilde leu-
mand heeft enig vermoeden. Goed. men
steravond het slot vergeten. Een opper-
onderzoek brengt niets verontrus-
n het licht Ook de deur van de Vijdt-
aar immers het kostbare altaarstuk van
eders Van Eyck staat opgesteld, is nog ge-
arstuk is een polytiek. Dat betekent dat
aat uit een middenstuk met twee zijdeu-
het geheel kunnen sluiten. De deuren be-
n de buitenkant uit zes panelen elk. en
binnenkant uit elk vijf panelen. Het mid-
bestaat uit vier panelen, waarvan het
middenpaneel de aanbidding van het
wis) voorstelt Vandaar de naam
inburgh woont eer zekere mijnheer Hen
die een \erzameling van meer dan 120
tn heeft Hij is niet de enige Brit die zich
riet-alledaagse hobby wijdt, want er
tófs een club van verzamelaars van ted-
onder de «ongetwijfeld bezielende) leiding
noemde heer Bekende acteurs en ballet-
in Engeland blyken fervente liefhebbers
klassieke speelgoedbeer te zyn. Een van
slfs bezig met het schrijven van een boek
rol van de teddybeer in het maatschap
pen Het is een hobby, die niet aan leef-
toden is: in het Engelse plaatsje Seamill
m vijftienjarig meisje, dat al een collectie
respectabele omvang bezit.
na betaling de schilderijen zouden worden te
ruggegeven. was er één die opviel door zakelijke
gegevens en inlichtingen die alleen aan de da
der bekend konden zijn. Het was een getypte brief
waarvan er nog een aantal het bisdom zouden
bereiken. De schrijver ondertekende met D.U-A.
en stelde voor het paneel met Johannes terug te
bezorgen, waarna één miljoen franken uitbetaald
zou moeten worden. Dan zou ook het paneel met
de rechtvaardige rechters worden teruggegeven.
Als men op het voorstel wilde ingaan, behoefde
men slechts een advertentie in het dagblad La
dernière heure te plaatsen. Later zijn uit de
eerste en volgende brieven heel wat gege
vens geput. Voor een ijverig speurder niet zo
moeilijk. Maar die waren er toen blijkbaar niet
n Gent.
Er volgde een advertentie en inderdaad er kwam
een briefje met een re?u van een station in Brus
sel. Toen men er heen ging, was daar de vorige
dag een pak bezorgd n in dit pak zat werkelijk
het beloofde paneel.
Men ging verder, traineerde de zaak, wilde slechts
een half miljoen uitbetalen kortom de zaak
ondanks al het gewicht bleef slepen. De
minister bijvoorbeeld vond het onderhandelen
met de dief zeer onjuist. Men onderhandelt niet
met gangsters, zo meende hy. Toen gebeurde het
onverwachte
..Het is verborgen''
Het is inmiddels 25 november 1934 geworden,
ruim een half jaar later In Gent treft een be
roerte een niet-onbekende bankier, die de veel
zeggende naam draagt van Arseen Goedertier. Hij
wordt naar de woning van zyn zwager gebracht.
Daar is «ie Gentse advocaat De Vos, een vriend
van de stervende. De laatste verzoekt om met de
advocaat alleen gelaten te worden. Dan zegt hy:
,Jk weet alleen waar het Lam Gods zich be
vind Een pater treedt binnen, maar Goeder
tier wenkt hem korzelig weg te gaan. Dit opont
houd blijkt noodlottig te zyn.
Goedertier herhaalt: „Bk weet alleen waar het
Lam Gods zich bevindt.in myn bureau.
HU begint te hijgen. Hy krampt met zijn han
den. „In de la.de kast.HU rochelt-en
is niet meer, het geheim van het Lam Gods mee
in het graf nemend.
Opnieuw worden eerst de kerkelyke autoriteiten
gewaarschuwd, die dan na enige dagen de
politie op de hoogte stellen. Deze houden de ont
dekking een maand lang onder zich. Maar of
schoon men de doorslagen van de belastende af-
persersbrieven vindt, let men niet op belang
rijke sporen- De dagboeken van Goedertier be
staan wel, maar worden niet ingezien, laat staan
bij het dossier gevoegd. Van wat men in het
Het gestolen paneel van „de recht
vaardige rechtersthans in kopie in
Gent aanwezig. Maar waar is het ori
gineel? Het is niet zo klein. Ruitn
anderhalve meter hoog.
schrijfbureau vond, is nooit een protocol opge
maakt. Men vond „papieren" staat er woordelijk!
Overal nalatigheid, zó erg dat men haast moet
aannemen dat men liever mensen en families
wilde sauveren, dan een onschatbaar kunstwerk
terugvinden.
Wat
nu
Nadien is nog verschillende malen een onderzoek
ingesteld. Het mysterie bleef trekken. Men had
op de drempel gestaan en nog was de kans
ontglipt om het meesterwerk van de gebroeders
Van Eyck terug te vinden.
Waar is het nu? Uit verschillende gegevens is op
te maken, dat het niet uit de kathedraal mee
genomen is, zoals het paneel van Johannes de do
per. Verder kan men een bijna duivelachtige
slimheid constateren als men de gangen van Goe
dertier nagaat. Deze man was een meestermisda-
diger, die zelf altijd zei, dat hij een „meester-
speurder" had kunnen worden Als men hem
de kans had gegeven.
Ergens in de grote kerk daar in Gent, zal hoogst
waarschijnlijk in één van de vele hoeken en
plaatsen die zo'n oud gebouw biedt, het lang niet
kleine paneel verborgen zijn. De grootste schilde
rijendiefstal van deze eeuw is al 35 jaar lang een
groot geheim, met vele aanduidingen, die schijn
baar nergens in elkaar passen. En toch toch
moet ergens een oplossing bestaan. Maar waar?
THEO DE VRIES
11
Tussen verschillende andere brieven, die naar het
bisdom werden geschreven met de mededeling dat
"a achttien jaar terug in Hilversum:
Da's toch wel een beetje wennen,
als je al helemaal in Zuid-Afrika
was ingeburgerd. Wennen aan het
weer, aan de mensen, aan je nieuwe fami
lie en vooral aan het „krankzinnige" ver
keer. Dat laatste is wel heel erg.
Edelsmid H. Bakker, die achttien jaar geleden
met zijn gezin naar Zuid-Afrika emigreerde en
nu met zijn vrouw wegens gezondheidsredenen
weer in Hilversum is gaan wonen, zegt: „Daar
reed ik dagelijks met de „kar." hier durf ik nau
welijks op de fiets". „Die laaste kunssmid in
ons land," zoals hij in Pretoria werd genoemd, is
duidelijk nog niet helemaal geacclimatiseerd
Herman Bakker is een goede zestiger, kort stug
grijs haar, vriendelijke ogen achter een zware
bril en een korte pijp tussen zijn tanden ge
klemd. Beslommeringen genoeg. Het vorige jaar
kwam de kunstsmid met zijn echtgenote terug uit
Pretoria waar zij al dachten hun tehuis voor
goed te hebben gevonden. Te hoge bloeddruk door
het warme klimaat was de reden om de twee
zonen (30 en 35) met hun kinderen achter te la
ten en het oude, koele klimaat weer op te zoeken.
Overigens was het warme klimaat in Afrika een
van de redenen, samen met het gemak van de
Afrikaanse taal. om achttien jaar geleden, toen
het niet zo goed boeren was voor de kunstsmid,
te emigreren en een beter bestaan te proberen
Moeilijke start
Dat is heel aardig gelukt. In een krante-artikel
van „Die Burger" (1 februari 1964) wordt de heer
Bakker de laatste edelsmid van Zuid-Afrika ge
noemd. Maar hy is niet alleen de laatste, doch
zelfs ook de enige edelsmid van Zuid-Afrika ge
weest.
De eerste en de laatste
De start was wel moeilijk, vertelt de heer Bak
ker. „De Afrikaner heeft in het geheel geen be
hoefte aan beeldende kunst. Hij zal ook niets
doen om zyn huis te verfraaien. HU woont im
mers voor zUn huis, waar hU ook zyn gasten
ontvangt: op het gazon gewoon in het gras- De
enigen die belangstelling hebben voor kunst of
artistieke vormgeving zUn de immigranten, die
de waarde van de kunst in Europa hebben leren
kennen Ik maakte dan ook vooral beelden voor
grote gebouwen, zoals banken en voor emigran-
Herman Bakker in zijn werkplaats. ,J)it is een beeld
dat de Afrikaners erg aanspreekt: de moeder met haar
eigen kind. Tegenwoordig heeft een kleurling de zorg
voor de kinderen, terwijl „mama" werkt".
O
ten" Een onvermijdelyke vraag is natuurlUk:
„Hoe heeft u de rassenscheiding ervaren?"
De heer Bakker: „Ik moet beginnen met te zeg
gen dat er enorm veel veranderd is in die acht
tien jaren dat wy in Afrika hebben gezeten. Toen
wU daar aankwamen, kon je geen Bantoe tegen
komen in een kostuum dat niet volledig uitgera
feld en versleten was- Een „kar" was voor hem
een onbereikbaar ideaal. Dat is nu heel anders:
Bantoes genieten nu pensioen, ze kunnen zich
een auto permitteren en qua behuizing zUn ze er
enorm op vooruit gegaan. Er worden massa's
geld uitgegeven voor hun sportmogelykheden.
Maar de scheiding is gebleven. Ze hebben goede
huizen, maar die staan niet tussen die van de
witmensen. Ze mogen in iedere zaak komen, waax
ze willen, kopen waar het hen belieft, maar ze
mogen niet in zo'n zaak gaan zitten. Dat is ver
boden voor de zwarte man en de witman stelt zo
weinig vertrouwen in de geestelyke vermogens van
zyn zwarte knecht, dat hy hem niet met een
duimstok laat werken, maar met een metalen lat,
waarop de standaardmaten staan aangegeven met
kruisjes Toch valt het op dat een Bantoe altUd
lacht en vrolyk is en dat de witman meestal
ontevreden blykt te zijn.
Ja, wat moet je denken van de scheiding? Het
is niet zo gemakkeUjk oordelen meer als je er
achttien jaar bent geweest. De mensen oordelen
zo makkelyk als zy veertien dagen door Zuid-
Afrika hebben gereisd, maar wat weet men dan
eigenlyk nog? Het feit blijft intussen dat het een
ongelukkige toestand is, die steeds scherper wordt.
De haat tussen wit en zwart is sterk toegenomen
sinds wU ons in Pretoria vestigden. Ik zal me al-
tUd de opmerking van een gekleurde knecht blU-
ven herinneren: Als de Russen maar eenmaal
hier zyn, dan krygen we het pas goed. Dan kry-
gen we zomaar 20 pond (200 gulden ongeveer).
Gemoedelijker
Mevrouw Bakker interrumpeert: .Ach, over Zuid-
Afrika kun je dagen blyven vertellen. Daar ver
andert veel, maar hier ook Ik ken Nederland nau-
welUks terug. Het is ook zo heel anders. Al die bo
men hier. die zomaar midden in de trottoirs
staan, onbegrypelyk. Ik vond het jammer dat we
uit Pretoria weg moesten, maar nu ik hier ben,
is het toch ook wel fUn. De mensen zUn hier
zoveel gemoedelUker en vriendelUker".
Ze praten nog graag over die jaren die zU aan
de andere kant van de evenaar doorbrachten,
maar veel tyd om te mUmeren is er niet. Er
moet hard aangepakt worden om hier een nieuw
bestaan op te bouwen. En dit keer moet het wel
lukken, want emigreren is er niet meer bU. Mak
keluk zal het niet zUn, want Herman Bakker
is niet, zoals in Zuid-Afrika „die enigste kuns
smid" meer.