Jan Wienese: „Het wordt
een verschrikkelijke race"
BEN VERHAGEN
mikt nu op goud
ILJA LAMAN
vocht zich terug
naar de top
NEDERLANDSE OLYMPISCHE FAVORIETEN
VRMDAG VI SEPTEMBER 1968
PAGINA 27
ROTTERDAM (GPD) Ben Verhagen
gaat als een van de weinige Mexico-gan
gers zijn derde Olympische Spelen tege
moet. Verhagen (41), een nuchtere Rot
terdammer. Iemand die precies zegt waar
het op staat. Een man, die recht op zijn
doel afgaat. Dat doel is op het ogenblik
goud. Mexicaans goud. „Maar je .kunt er
bij zeilen van tevoren helaas nooit iets van
zeggen", verzucht de mede-eigenaar van
een groot automobielbedrijf in Rotter
dam-zuid. „In mijn sport heb je nu een
maal geen tijden, waar je je aan vast kunt
houden".
Toch wordt Ben Verhagen in de Flying
Dutchman klasse als een belangrijke kans
hebber beschouwd. Al was het alleen
maar door de prestaties, die hij op de vo
rige Spelen leverde. In 1960 in Rome, of
liever in Napels, waar de zeilers hun do
mein hadden, eindigde hij op de vijfde
plaats, 25 seconden van het Olympisch
brons. Vier jaar later in Tokio finishte
hij als zesde. Vorig jaar, tijdens de voor-
Olympische Spelen in Mexico, bracht hij
het tot brons.
„Die voor-Olympische Spelen bewezen
weer eens, dat je er bij zeilen nooit iets
van kunt zeggen", vertelt Ben Verhagen.
„Had je me voor de wedstrijden gevraagd,
hoe ik over de Spanjaard Cassado dacht,
dan had ik gezegd: „die is kansloos".
Maar laat-ie nou winnen. Kijk, het moet
je gewoon een tikje meezitten. Met geluk
kan een zwakke zeiler winnen. Met pech
kan een crack achterop raken".
Niet zo hoog
Ben Verhagen maakte dus vorig jaar ook
Mexico mee. Of hij last had van aanpas
singsmoeilijkheden? „Welnee", zegt de in
een perfect maatkostuum gestoken zaken
man. „We zitten niet zo hoog als het in
Mexico City is. We zeilen op zee. Voor
Acapulco. Ach, en op het zeeniveau valt
het reuze mee. Mij maakt het tenminste
niet zo veel uit. Of ik nu voor Schevenin-
gen zeil of voor Acapulco. Er is meer dei
ning, dat wel. En de hitte valt soms moei
lijk te verdragen. Het zeewater was er al
28 graden. Kun je nagaan".
Kan Ben Verhagen nu wel zo gemakkelijk
de 5'/2 week, die Mexico vergen, uit zijn
drukke zaak weg? „Als ik geen compag
non had niet", zegt hij. „Per jaar ben ik
door de sport zo'n kleine veertien weken
uit de zaak. Mijn compagnon, de heer
Tukker, houdt dan alles draaiende. Was
hij er niet, dan waren er voor mij geen
Spelen".
Gelukkig heeft Ben Verhagen dus een
compagnon. Gelukkig voor onze Olym
pische equipe, die nu in Acapulco een
kanshebber op eremetaal heeft. Als Ben
Verhagen tenminste de wind in de zeilen
heeft.
AMSTERDAM „Ik heb dit jaar een licht
seizoen gehad. Nergens hoefde ik me kapot te
roeien. Ik heb geen herinneringen als: daar
en daar, op dat moment ging het verkeerd,
kreeg ik een inzinking en hoe zal dat nu
gaan? Zulke belastende gedachten vreten aan
je mentaliteit. Ze knagen aan je zenuwen
zijn geen mislukkingen geweest, gewoon om
dat ik weinig in wedstrijden heb geroeid Nie
mand van de grote skiffeurs heeft zich dit
jaar nog laten zien. Dat is niet verwonderlijk.
Spero had in 1966 nergens geroeid. Niemand
wist iets van hem, maar hij werd wèl we
reldkampioen. Als je ervaring hebt, dan kan
dat gewoon".
Aan het woord is skiffeur Jan Wiensese,
die met blakend zelfvertrouwen zonder „be
lastende gedachten" naar Mexico is vertrok
ken. Jan Wienese student in de fysio-the-
rapie woont aan „het" Singel in Amster
dam. Hij heeft er altijd gewoond, maar is er
nog nooit met een roeiboot voor de deur ge
weest.
Ons gesprek dwaalt heel de wereld van een
skiffeur door. „Een skiffeur is eigenlijk geen
roeier. Een skiffeur is een mens, met mense
lijke gebreken. Een ploeg is een machine.
Juist die menselijke onvolkomenheden over
winnen; zorgen, dat je er niet aan kapot
gaat, is voor mij het aantrekkelijke van
skiffen. Je bent alles tegelijk. „Skiffen
is een combinatie van duursport en kracht-'
sport, terwijl je eigenlijk ook nog als je
eigen coach moet optreden. In de wedstrijd
moet je leren omgaan met de dingen die
gebeuren. Je moet ze interpreteren en we
ten om te gaan met de symptomen van een
inzinking. Het duurt drie jaar voordat de
mentaliteit van een skiffeur zich heeft ge
vormd. Routine is daarbij doorslaggevend.
Niemand kan voor je uitkienen hoe je op de
baan je mentale balans moet vinden. Dat
moet je zelf doen".
Wieneses mentaliteit zal in Mexico zwaar op
de proef worden gesteld. „Het wordt een
hel. Ze gaan allemaal keihard w<eg. Het wordt
gewoon een valse start. Wie niet weg is voor
dat de vlag beneden is, heeft het aan zichzelf
te wijten. Het wordt, eigenlijk één lange
sprint. Je hebt routine nodig en in dat veld,
dan nog je koppie te gebruiken en je niet ka
pot te laten roeien. Het wordt verschrikkelijk.
Dat is zeker". Jan Wienese weet wat er in
Mexico kan gebeuren. Hij heeft meegedaan
aan de voor-Spelen en er de zwaarste race
van zijn leven geroeid. „Het lichaam heeft li
ters zuurstof nodig en er is niets. Ik heb na
de wedstrijd bijna een half uur bewusteloos
in de boot gelegen. Dokker Dokkum mijn
coach heeft nog tegen me gepraat, maar
hij is tenslotte maar weggevaren". Jan Wie
nese weet nu al hoe bij de skiffeurs het pa
troon zal zijn. Van de pogingen tegenstan-
stand*ers te misleiden door zeer „benauwd"
te winnen in de series om later in de finale
uit te halen. Ook dat brengt geen deuk in
Wienese's pantser.
Er zijn toch nog wel een paar dingen
waarover hij zich zorgen heeft moeten ma
ken. De juiste combinatie bijvoorbeeld van
riemen, dollen en outerdiggets met zijn nieu
we boot, die hem nog niet als „gegoten" zit.
Daarnaast is er bijvoorbeeld het feit, dat
pas 72 uur vóór de wedstrijden in Mexico
officieel het lijstje met tegenstanders bekend
wordt. „Iwanow doet niet mee. dat weet ik
zeker. De Russen hebben hun kampioen Mol-
nikow gestuurd. Dat is onbegrijpelijk. Hij is
kampioen geworden op heel ander water dan
in Mexico. Mexico is in het voordeel van de
tegenwind-roeiers. Iwanow is dat. Daar
naast komt natuurlijk Jochen Meissner. Vo
rig jaar was hij nog geen schaduw van wat
hij nu is. Toen versloeg ik hem, maar nu
Ook het Spaanse „avontuur" van Jan
Wienese is inmiddels tot oplossing gebracht.
Er dreigde uitsluiting, omdat de roeileiders
er niet van overtuigd waren, dat Wienese
alles had gedaan om in de Nederlandse kam
pioenschappen en in de Rotsee-regatta op
topcapaciteit aan de start te verschijnen. „Ik
had een uitje nodig" zegt Wienese erover".
Ik wilde eens helemaal los zijn van de Olym
pische Spelen. Ik wist niet tevoren of ik daar
goed zou kunnen trainen en zo. Maar ik was
bij ro'eivrienden en het gebeurde wel, dat ik
vier uur per dag op het water was. Alleen
het slapen, daar heb ik niet zo erg op gelet.
Ik wist ook helemaal niet wat ik zou kun
nen toen ik in Luzem kwam. Ik had geen
hoge verwachtingen. De eerste wedstrijd
won ik. In de tweedfe kwam ik helemaal ver
wilderd aan de start, omdat die plotseling
ruim een uur was vervroegd. Ik had me hele
maal niet kunnen in-roeien en er waren gro
te jongens bij zoals de Rus Balenkow en die
Zwitser Martin Studach. Het was heel vreemd
Ik bleef gewoon bij. Wat bleek later: ieder
een roeide op mij. Nou, na duizend meter was
ik natuurlijk warm en toen ben ik gegaan.
Ik won en ging nog fris door de finish ook.
De jongens waren gewoon in slaap gesust.
Ach, en toen was het wel weer goed".
Een ding is er waar Jan Wienese zich bijzon
der over opwindt. „De atleten en de roeiers
zullen niet de sluitingspVechtigheid van de
Olympische Spelen mogen meemaken. Zij
moeten eerder naar huis. Het is beter voor
de rust in de Olympische ploeg. Ik begrijp dat
rriet. Als er een feestje wordt gebouwd en er
loopt een vent door het Olympisch Dorp te
brallen, dan geef je die op zijn donder. Dit
is nog nooit vertoond. Als er goede leiding
is, misdraagt niemand zich toch. Nu moeten
de goeden onder de enkele kwaden lijden. Tk
weet wel dit: alle roeiers zullen proberen toch
de sluiting mee te maken. Desnoods op eigen
kosten. Het is toch niet goed voor het moreel
als je meteen na je „karwei" naar huis
wordt gestuurd. De sluitingsplechtigheid
hóórt bij de Spelen". Toch „belastende" ge
dachten?
y
HAARLEM iGPDi Wereldrecordhoudster
Vera Nikolic, weet. dat wanneer het in Mexi
co aankomt op het laatste rechte stuk, zij
in staat is om de Olympische 800 meter voor
dames te winnen. De Joegoslavische beheerst
het krachtige eindschot. dat goed kan blij
ken voor goud. Van dezelfde kwaliteit heeft
Hans Keizer zijn vrouw Ilja dit jaar kunnen
overtuigen. Nog zegt hij. „Praat maar liever
niet over goud of ander eremetaal. Een fina
leplaats is de eerste opzet." Maar in Mexi
co telt Ilja Keizer door haar voortreffelij
ke eindsprint wel degelijk voor de concurren
tie mee. De 23-jarige atlete is gerijpt en heeft
zelfvertrouwen, dat in Sankt. Moritz begin
september nog eens werd bijgeschaafd na
een nederlaag tegen Tilly van der Made.
Maar zij moet wedstrijdinzicht tonen
Twee seizoenen geleden, toen Ilja Laman als
nationale crack ook internationaal hoog ge
schat werd, leverden de Europese kampioen
schappen een teleurstelling op. Toen het spel
werkelijk begon, telde de Nederlandse niét
mee. Ilja weet nu waarom. „Ik was dodelijk
nerveus, miste zelfvertrouwen". Na die te
leurstelling volgde nieuwe tegenslag. Zij werd
een lusteloos trainende atlete, die artsen be
zocht. om een vermoed lichamelijk tekort op
te sporen. Het bleek bloedarmoede, waarvoor
prof. Biersteker de remedie vond. Onder lei
ding van echtgenoot Hans Keizer begon zij
na een mislukt 1967 de weg terug, die dit at-
letiekseizoen leidde naar een reeks van
triomfen. Nationaal en internationaal. „Het
gaat gemakkelijker. Ik durf zelf initiatieven
te nemen. Ik ben op de eerste 400 meter niet
meer van anderen afhankelijk. Ik heb zelf
vertrouwen". Wat belangrijk was: Ilja's eind
sprint was nog even geducht als vroeger. Het
waren omstandigheden, die haar aar,- het be
gin van het atletiekseizoen woorden- in de
mond liet nemen als: „Ik wil graag Maria
Gommers ontmoeten. Ik durf de strijd aan".
Dat was een ontmoeting met vraagtekens,
want in het jaar. waarin Ilja Keizer voor de
topatletiek verloren leek. had de Limburgse
met opvallend succes de heersende rol over
genomen. Het duurde lang, voordat het spor
tieve conflict tot stand kwam. Ilja won dat.
Tempoloopster Maria Gommers bemerk
te, dat de atlete uit Nieuw Vennep door een
keihard tempo niet kapot te krijgen was. Het
vlammende eindschot was daarna voor Gom
mers te veel.
De Nederlandse hegemonie was niet voldoen
de. Ilja en echtgenoot mikten doelbewust op
Mexico, toen zij in de stilte van- de winter
maanden aan een come back werkten. In de
drukte van de Voor-Olympische maanden
was in de plannen plaats voor een ontmoe
ting met Vera Nikolic, geldend als de sterkste
loopster van Europa en groot kandidate voor
Olympisch goud. Hans Keizer: „Ik had Ilja
graag tegen haar gezien. Ik had wel eens wil
len weten, waaraan wij toe zijn. Hoever we
nu zijn". Het kwam er niet van, de KNAU
vond geen wedstrijden om beide atletes te
genover elkaar te zetten, al leken er voor de
buitenwacht mogelijkheden aanwezig. Toen
het ineens wèl mogelijk was; veertien dagen
na de Nederlandse kampioenschappen, op de
snelle tartanbaan van Chrystal Palace in
Londen, verkoos Vera Nikolic de hoogte van
Sankt Moritz, die juist toen voor Ilja Keizer
weer niet leek weggelegd. Op dat tartan,
waar Vera Nikolic enkele weken daarvoor
met 2.00.5 een nieuw wereldrecord liep, faal
de de Nederlandse tegenhangster. Zij liet
zich verrassen door Tilly van der Made, de
goede wedstrijdatlete die misschien in Mexi
co voor onvermoede resultaten gaat zorgen.
Ilja verloor, liep eenzaam wegnaar het dicht
bij gelegen hotel en gaf aanleiding tot ver
moedens over een instorten van de vorm.
Bondscoach Westphal gaf toen deze verkla
ring: „Ilja had meteen na de Nederlandse
kampioenschappen naar Sankt Moritz
gemoeten. Zij heeft het geharrewar over de
plaats, waar we ons verder op Mexico kon
den voorbereiden niet goed kunnen opvan
gen".
Hans Keizer had dat al voorspeld. Na de na
tionale kampioenschappen zei hij: „Ilja
trainde de laatste weken met minder animo.
Van mei werd er gewerkt onder een enorme
druk. Dat moet gebroken worden De span
ning is te groot". Hoe groot bleek in Londen,
veertien dagen later. Gelukkig voor Ilja had
de KNAU toen eindelijk de vorm gereed,
waarin de voorbereiding op Mexico paste. De
atletiekploeg kon alsnog naar Sankt Moritz.
„Tot rust komen, de spanning verminderen.
Sterk zijn voor Mexico", aldus Westphal.