Zie het als een uitdaging Elk jaar komen er neer meisjes Tropische landbouwschoolwegnaar ontwikkelingshulp Zon en zomer op tafel Koningklant Tortillas in blik TONADO'S MKOMMERSLA „LANDBOUWMEISJES" Kom er ACHT-er INDONESIË f MOEDERLIJKE OLEKEEllSZlAi, J JATERDAG 15 TONI 1968 «"SaSSi l LD EXTRA 1 Aan modewoorden heeft geen enkele taal of tijdperk gebrek. Een taal moge dan geen levend wezen zijn; beweeglijk, veranderlijk en levendig is ze zeker. Regelmatig duiken er termen op, die plotseling gemeengoed worden en dus gebruiken we die om onze medemensen duidelijk te maken ivat ive dus bedoelen. Merkwaardig is echter dat kinderen minder geneigd zijn om verslingerd te raken aan mo dewoorden dan volwassenen. Weliswaar vin den jonge mensen, vijf jaar lang mieters wat de volgende vijf jaar lang het einde heet maar kinderen doen daar nauwelijks aan mee. Integendeel: zij haten stopwoorden en dooddoeners en vermijden ze instinctief. Be halve de stopwoordjes die ze zelf hebben uit gevonden of aangenomen maar die maken dan geruime tijd deel uit van hun persoon lijkheid; het zijn geen modewoorden. Een woord dat tegenwoordig bij de volwasse nen in trek is en dat we daarom urelijks te horen krijgen is: uitdaging. Alles is een uit daging. Zodra iets van je wordt verwacht heet het: dit moet je zien als een uitdaging. Wanneer iemand een baan krijgt, waarbij het vanzelf spreekt dat hij zich zal inspan nen om er net beste van te maken, ten eerste omdat hij ervoor wordt betaald, ten tivee- de omdat hij er de capaciteiten voor bezit, durft hij niettemin beweren: Jk zie dit als een uitdaging", alsof het iets heel bijzonders is gewoon je plicht te doen Tegen een kind dat het op school moeilijk heeft, zeggen we ijskoud„Kijk, jongen, je moet dit opvatten als een uitdaging". En te gen het dochtertje, dat haar beklag doet om dat haar fiets zo gammel ivordt, terwijl de ouders niet al te scheutig zijn met het belo ven van een nieuw vervoermiddel, zeggen we nota bene: „Meid, laat je door zo'n tweewie- Ier niet op je kop zitten, beschouw de ku ren en narigheden van het ding maar als een uitdaging". Het wordt steeds gekker. Natuurlijk ivordt er de hele dag aan ons getrokken en geduwd, worden eisen aan ons gesteld en moeten we prestaties leveren en van tijd tot tijd hoog op de tenen staan om iets te kunnen begrij pen of te volbrengen. Natuurlijk zien we soms tegen onze taken op, of vrezen we een mis lukking, of bekruipt ons de neiging ons er met een Jantje-van-Leiden af te maken Maar daarom is alles wat we te doen en te denken krijgen nog geen „uitdaging" „Ik ben langzamerhand allergisch geworden voor dat woord", klaagde Henk. „Nu moet ik voor school een boekomslag ontwerpen. Dat is een onderdeel van het leerprogram maar hoe denk je dat de leraar het noemt? „Jon gens. doe je best, beschouw het maar als een uitdaging!" Nou, ik zie het als een opdracht in overeenstemming met het lesrooster en wat is daar voor uitdagends aan?" Modekoningen zien het als een uitdaging een nieuwe collectie te ontwerpen, alsof dit niet hun beroep zou zijn. Journalisten zien het als een uitdaging, kritische commentaren op het nieuws te brengen, ofschoon dat hun dage lijks iverk is. Onderwijzers zien het als een uitdaging om de hun toevertrouwde hersen tjes wat parate kennis bij te brengen; mon teurs zien het als een uitdaging om een ka potte auto weer aan het rijden te brengen kortom: geen mens kan meer doen waarvoor hij werd opgeleid, zonder zich uitgedaagd te voelen. Het lijkt wel alsof we constant aan het duelierC7i zijn met het dagelijks leven. Zodra we de ogen opslaan, daalt de nieuwe dag op ons neer, slaat ons met getrokken handschoen in het gezicht en snauwt ons toet U krijgt een kwartier om te ontbijten, daar na zullen mijn secondanten zich bij u aan dienen". En wij, als even zovele musketiers, springen met onze blote voeten op het zeil en melden ons gehoorzaam als uitgedaagde. 1Vat een onzin! Blijkbaar versterkt het in hoge mate ons zelfvertrouwen en onze arrogantie om ons voortdurend uitgedaagd te weten. Ik ben blij dat mijn kinderen er niets van moeten heb ben en zich met deze aanstellerij niet ophou den. Zij zijn er te nuchter voor en wellicht ook te zelfverzekerd. THEA BECKMAH „Which?" het orgaan van de Britse consumenten bond publiceerde een aantal brieven met betrek king tot de verhouding klant-winkelbediende. Deze boeiende lectuur zou ook in Nederland geschreven kunnen zijn. Zo beklagen sommige klanten zich dat vooral in grote zaken het personeel zich van de klanten weinig aantrekt. Allerlei pnvégesprek- ken worden voortgezet, terwijl de klant staat, te wachten. Gebrek aan kennis van zaken en onver schilligheid jegens de klant zijn zeer frequente klachten. Ook die over bedienden, die niet weten of een bepaald artikel voorradig is en ook niet de moeite nemen om dit na te gaan. Een andere klacht is de vaak uitgeoefende verkoopdruk: de be diende achter de toonbank verklaart dat, wat de klant wenst, helemaal uit de mode is en dat de zaak alleen maar bij-de-tijdse artikelen heeft, die men dus moet nemen als men „in" wil zijn. Eén inzender vermeldt, dat hij op de vraag naar een bepaald artikel ten antwoord kreeg: „Ik heb van daag al aan een half dozijn bezoekers gezegd, dat er naar dit artikel geen vraag meer Is en wij het dus ook niet meer hebben". De winkelbedienden klagen over klanten, die al les overhoop laten halen en bijv. een groot aantal mantels passen om na een uur mede te delen, dat zij geen keus kunnen maken. Vele klanten behan delen het winkelpersoneel als een soort lijfeigenen. Velen vinden het overbodig „dank u" of „goeden dag" te zeggen tegen de bediende. Anderen bekla gen zich over het optreden van kinderen van klan ten die, terwijl moeder inkopen doet of rondneust, uit verveling tot allerlei kattekwaad overgaan en soms grote schade aanrichten door krassen te ma ken op dure gebruiksgoederen. De Spaanse specialiteit „Tortilla Espanola' zal binnenkort ook in de noordelijker landen op de markt verschijnen. De Spaanse voedselindustrie ging ertoe over dit produkt kant en klaar ln te blikken en naar het buitenland te exporteren. Men heeft hiertoe besloten, omdat deze typisch Spaanse lekkernij een soort omelet waarin aardappels en eieren zijn verwerkt door veel toeristen voor hun vertrek uit Spanje werd meege nomen. Vaak lieten zij deze tortillas dan vlak voor hun vertrek klaarmaken om thuis nog te kunnen genieten van het Spaanse voedsel. deze tijd is er weer volop verse groente 'krijgbaar. Probeer de groente ook eens een andere manier klaar te maken, voorbeeld door er wat plakjes gesmoor- tomaat op te leggen, komkommer, ei peterselie of door er een nieuw sausje te geven: tomatensaus op bloemkool, assausje bij raapsteeltjes, een sour amsausje bij spinazie. Op deze manier fcft u groente weer een heel ander ge- ht. troensap en zout. Snijd de komkommer in kleine blokjes en de radijsjes in vieren. Knip de gewas sen peterselie zeer fijn. Meng alles door de sour cream en garneer het met een paar plakjes hard gekookt ei. 2 Va dl yoghurt, 1 kopje vlugkokende havermout, 50 g noten, 1 banaan, 2 appelen, 2 eetlepels ho ning, sap van Va citroen. Meng de yoghurt met de havermout en laat deze een half uurtje staan. Meng daarna de geraspte appelen, de gehakte noten, de in plakjes gesne den banaan, de honing en het citroensap door de yoghurt. &neer u gewend bent in de vakantie kilo's ken mee te sjouwen denk dan ook eens aan lichte pakken rijst, spaghetti en macaroni, 'Pleet met sausen en kruiden. De inhoud is erg 'er, daarom is het wel jammer dat de twee sonen die er volgens het pak van moeten eten l^r wel het laatste hapje uit de mond zullen ®Q, want er zit gewoon te weinig in voor twee ^assenen. Zeker als je bedenkt dat je de hele buiten zult zijn. Bent u dus macaroni-, spa- itti- of rijstliefhebster, neem dan ook losse 'ken van uw lievelingsvoedsel mee. De hoe- toeid saus is meestal wel voldoende. 'te komkommer, 1 bosje radijs, peterselie, Vs ïn- iets zout. gemalen tijm, peper, worces- ■us. potje sour cream. sour cream romig met de kruiden, ©i- (voor vier personen) zie foto 1 blikje tonijn (plm. 200 g) 1 losgeklopt ei 25 g <3 afgestreken eetl.) havermout 1 fijngesnipperd uitje 2 eetl. melk zout, peper en pikante saus naar smaak eventueel paneermeel boter of margarine om in be bakken Meng alle ingrediënten, tot en met de pikante saus. met een vork door el kaai' tot een smakelijk ge heel. Vorm er vier koekjes van, bestrooi deze eventueel met wat paneermeel en bak ze in plm. 10 minuten aan beide kanten bruin. Deze kunt u bij de avondmaaltijd, maar ook aan de koffietafel geven. Naar verkiezing warm at koud serveren. jesstudenten mogelijkheden in Indonesië zullen komen? Daar ia nog weinig van te zeggen. Voor de jongens la het aJ moeilijk". Hij noemt een voorbeeld van het werk dat meisjes na een „Deventer"-studie in de ont wikkelingshulp kunnen vinden: een studen te die in 1965 eindexamen heeft gedaan, werkt nu bij het jongeren vrijwilligerswerk in Co lumbia. „De organisatie van vrouwenclubs in de gehuchten moet daar, onder meer, op po ten worden gezet. Er worden kookdemojistra- ties gegeven en voorlichting over de aanleg van moestuinen, over de noodzaak van inen tingen en het koken van drinkwater", Andere afgestudeerde meisjes volgden het spe cialisatiejaar of vonden werk op een proefboerde- riJ van de staatsmijnen in Nederland, In eigen land biedt het einddiploma van „Deventer" kans op functies die helemaal „van deze tijd" zijn: bij proefstations, bij landbouworganisaties of de land- bouwvoorlichtingsdienst, cultuurtechnische dienst of verkooporganisaties van de moderne bestrij dingsmiddelen en meststoffen. Het kan ook de aanloop betekenen tot een studie voor verschillen de middelbare onderwijsakten. Bij de buitenland se mogelijkheden komt het accent meer en meer te liggen op werk in ontwikkelingsgebieden over al ter wereld. Toch vindt directeur Heringa dat de land- bouwmeisjes" nog te weinig bij ontwikke lingshulp worden ingeschakeld. ,JBij een or ganisatie als de F.A.O., de wereldvoedselorga nisatie, zouden uitstekende kansen liggen, maar de plaatsing is niet zo eenvoudig. Van daar dat sommige meisjesstudenten na het eindexamen nog verder studeren in Canada, om daar de veelgevraagde graad te halen. Alt ze die hebben zijn er meer perspectievendan kunnen ze zó bij een organisatie als de F.A.O worden geplaatst". „Home economics", dat typisch-Amerikaanse be grip dat men in Europa vrijwel niet kent, zou Ir. Heringa een prachtige aanvulling vinden van het toch al brede studieprogramma van zijn school, dat enkele tientallen vakken omvat en waarin een gedegen vakopleiding èn een ruime algemene ont wikkeling hand in hand gaan. „Home economics» ja, het begrip Is moeilijk te vertalen in het Ne derlands. Je zou kunnen zeggen: d« huishoudkun de en de economie van de huishouding. Het 16 tob nu toe niet gelukt om het als vak in te voeren. Een van de problemen is ook wel dat er gebrek aan docenten op dit terrein is. Maar in ons spe cialistische jaar zon home economics uitstekend bunnen worden ingepast". hn Jacques Heim is deze ivollen tailleur wit katoenen hesje. Kleuren: wit en fineblauw, een combinatie die deze zomer w wordt aangeprezen. Die ontwikkelingshulp ziet men aan de School voor Tropische Landbouw als een uitermate be langrijk perspectief van de opleiding. „Er i» ook veel belangstelling voor", zegt Ir. Heringa. „Zeker veertig procent van de studenten komt hier met de bedoeling om later ln de ontwikkelingshulp te gaan. Dot geldt zowel voor de jongens als voor de meisjes". In het gebouw van de school stmikelt men, bij wijze van spreken, over de nationaliteiten. Meer dan twintig zijn er vertegenwoordigd. En kele meisjesleerlingen komen uit Suriname, dat in de emdexomengroep van dit jaar door me juffrouw T. L. Amattaram is vertegenwoordigd. Ook zijn er dit jaar voor het eerst, een paar meisjes uit Tanzania. En hoe staat het met Indonesië, vroeger ao'n be- 1. draad in naald is langer 2. boterham 3. steeltje op schilderij 4. mes 5. oortjes van muisje. 6. eierdopje 7. ketting van vrouw S. snor van man .Ontwikkeling-ulp" is een woord dat al ipoedig valt ^ens een gesprek met ir. I Heringa, r'ecteur van de Rijks Hoge- e Landbou*0*100! met tropische en Ne- lerlandse deling in Deventer, in de yandelinfkortweg „School voor Tro- lische L,<dbouw" genoemd. Een over de ele w^id bekend onderwijsinstituut at hovel er geen beperkende bepalin- en ^r meisjes bestonden, gedurende ersfeidene jaren als een „typisch- marmelijke" studierichting is beschouwd. Die situatie is echter veranderd. In 1960 is de eerste vrouwelijke leerling het in drukwekkende schoolgebouw aan de Brinkgreverweg in de snel groeiende IJsselstad binnengestapt. Die eerste leerlinge heette Renée Wientjen en zij was op dat moment het enige meisje tussen meer dan tweehonderd jongens. Ook die situatie is ver anderd. Op het ogenblik heeft de School voor Tro pische Landbouw versoheidene vrouwelijke cursis ten. „Er i« een duidelijke stijging in het aantal vrou welijke studenten," constateert ir. Heringa. „Af gelopen jaar hadden we er meer dan twintig. Ze ven meisjes zitten voor het eindexamen. Voor het komende schooljaar zijn er alweer een stuk of ze ven nieuwe meisjesleerlingen". Met een diploma 5-jarlge mms of mulo-b kunnen die meisjes terecht op de sinds 1912 in Deventer gevestigde school. Ze kunnen er na het eerste studiejaar kiezen tussen N. en T.: de Neder landse en de tropische richting in de landbouw. „De meesten kiezen de tropische richting", zegt de heer Heringa. Na drie studiejaren volgt het eindexamen. Daarna is nog een jaar specialisa tie mogelijk in bodemkunde, veeteelt, suikerriet cultuur en technologie, plantenteelt, plantenziek ten, en landbouwvoorlichting en -onderwijs. Meis jes die zich specialiseren kiezen dikwijl» de bei de laatste richtingen. „Maar het gros kiest geen specialisatie", aldus de heer Heringa. „Ze gaan bijvoorbeeld naar onderzoekprojecten in Surina me. naar proefboerderijen of naar ontwikkelings hulp". tangrijk afzetgebied voor de in Deventer opgeda ne kennis? „Niemand uit Indonesië", zegt direc teur Heringa. „Men heeft daar zelf veel te veel scholen op dit terrein. Daar is wel gebrek aan personeel, maar landbouwscholen heeft men er plenty. Misschien komt het nog wel eens op gang, bijvoorbeeld via uitwisseling. We hebben wel twee jongens uit West-Irian, en naar Indonesië gaan wel jongens voor het werk van missie en zending. Het zendings- en missiewerk is trouwens veel praktischer geworden, met een ruime plaats voor onderwijs en voorlichting. Of er voor onze meis- Sinds 1960 volgen ook meisjes de opleidingen van de School voor Tropische Landbouw in Deventer. In de beroemde tropische kassen van de school luisteren een Surinaamse studente en een Nederlandse student naar de uiteenzetting, die ee?i der leraren onder de (vruchtdragende) cacaoboom geeft.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1968 | | pagina 9