Laatste n der Toegoenezen KERK OP DE .WALLETJES Mislukte emigratie Ds. Boiten„Ik zit vaak vooti het raam net als de meisjes OP DE FIETS UIT OVERTUIGING Muilezel ZATERDAG 4 MEI 1968 Twaalf en een half jaar geleden vestigde zich een vreemde eend in de bijt van de Am sterdamse walletjes: ds. R. G. H. Boiten en zijn echtgenote, die eveneens predikante is, gingen wonen in het pand Oudezijds Achterburgwal 100. Samen met enkele mede werkers maakten zij van het pand een ,dUllemanspastorie". De stichting „Oudezyds 100" werkt nu onder auspiciën van de Oecumenische Raad van Am sterdam. Het was een moedig initiatief. Men wil de midden in Amsterdam, in een gebied, waar geen pastorieën meer te vinden waren, weer gaan werken zoals dat in dorpen wordt gevonden. De kerk moest er weer zyn, midden tussen de men sen. „Oudezyds 100" werd geen uitgangspunt voor straatevangelisatie of colportage Men streefde juist naar het omgekeerde. De mensen moesten het team „spe gaudentes", dat zich door geloften in een soort communiteit aan elkaar gebonden had, ontdekken en het komen opzoeken. Een ge dachte, die veel lijkt op de opvatting van de Rus- sisch-orthodoxen. Niet zo toevallig, want ds. Boi ten blijkt in die kring veel contact te hebben. Het team is er dus. De deur van het huis staat open, dag en nacht en ds. Boiten zit zelf vaak voor het raam. „Net als de meisjes" heb ik myn etalage", zegt hij, „de mensen kunnen kiezen". Het idee van de stichting is aangeslagen. Ve len uit de buurt hebben ontdekt, dat ze in „OZ De laatsten der Toegoenezen gaat het goed. In de plantage Slootwijk, ongeveer een half uur rijden van de Surinaamse hoofdstad Paramaribo, heerst een opti mistische stemming onder de tien Toe goenezen die er nog wonen. De eerste groenten zyn geoogst, die citrusbomen «taan er beter by dan ooit, in een proeftuintje worden experimenten genomen met kruisingen van «la, tomaten en inheemse groentesoorten. Alles lukt nu" zegt de Indo-europeaan R. Wet- sels, van oorsprong wegenbouwkundige, die in 1963 met zyn Toegoenese vrouw en vier kinderen naar Suriname trok om een nieuw bestaan te vinden Tezamen met het gezin Wetsels vertrokken 15 Toegoenezen naai- Slootwyk. In 1962 had de in het toenmalige Hollandia ge vestigde gemeenschap van Toegoechristenen ge vraagd zich in Suriname te mogen vestigen om ook In de toekomst onder Nederlands gezag te biyven. Na een korte tijd in Nederlandse pensions te hebben doorgebracht reisde de groep verder naar Suriname. De emigratie werd een mislukking. De heer Wetsels: „Vanaf het begin was het duide- lijk dat de zaak mis zou lopen. De Toegoenezen waren geen landbouwers, maar ambachtslieden die beter met hamer, schaaf en troffel weten om te gaan dan met schop, hark of kapmes. Daar kwam nog by dat de Toegoenezen wisten dat als het niet beviel in Slootwyk, terugkeer naar Neder land mogeiyk was. De arbeidsvreugde en de wil om van de plantage iets te maken leed er erg onder. Men trof een plantage aan die geheel bouw- ryp was. Het enige wat gedaan moest worden was de koffie, cacao en citrus-cultures onderhou den. De Toegoenezen waren echter overal te be roerd voor. Zo durfden ze zich ook niet aan de R. Wetsels: Binnen twee maanden voldra gen tuinbouwprodukten. Wat in de periode der Toegoenezen niet kon, blijkt nu wel mo gelijk. tuinbouw te wyden. Toen de gehele groep in de cember vertrok, heb ik my geconcentreerd op de tuinbouw. Alles wat je hier plant, groeit. Ik heb de eerste oogst van groenten reeds binnen". Perspectief „Ik ga de tuinbouw intensiveren en my richten op Koeroe, een plaatsje in Frans-Guyana waar momenteel een raketbasis wordt gebouwd. Koe roe ligt ongeveer tachtig kilometer hier vandaan. Over enkele jaren zullen er tienduizenden men sen wonen. Het gebied om Koeroe is nogal on vruchtbaar." De heer Wetsels verzucht. „Jam mer, dat de Toegoenezen het niet hebben kunnen bolwerken ondanks de financiële steun, die deze groep heeft gekregen. Ze waren de best gesubsi dieerde emigratiegroep, die ooit door Nederland is geholpen." SIG. W. WOLF LD EXTRANEÏ Het arachtevhvi* nav d° Achter burgwal nummer 100. d i wagens <1 administratrice, een drukker, een maatschappe- lyk werkster en een jonge theologische student. Maar daarnaast kan men een beroep doen op een psychiater of andere specialisten. Het voornaam ste is voor het team echter, dat „Oudezyds 100" geen kantoor wordt. Het moet een huis blyven waar mensen wonen, die voor het besef van de wyk op een of andere wyze iets met het evange lie te maken hebben. „Zo moet u de diensten in de kapel niet al6 evangelisatiediensten zien", zegt ds. Boiten. „De kapel fungeert meer als oplaadcentrum voor de mensen die het werk doen". In deze kapel wordt op iedere eerste dinsdag De Franse socioloog professor Alfred Sauvy fietst als hy zich in Parys verplaatsen moet. Hy doet dat uit overtuiging, omdat hij van mening is dat Parijs door de auto's nog verder zal worden ver stikt en de leefbaarheid van de stad ernstig in gevaar wordt gebracht. Hy pleit dan ook voor het nemen van drastische maatregelen, waarby hij autoverkeer in verschillende stadswyken wil ver bieden. Ook acht hy het „onzedelijk" dat auto mobilisten met hun vervoermiddel de lucht tot ontoelaatbaar toe verontreinigen. Hy ziet in de fiets een goedkope, gezonde en redclUke oplos sing. In een klein dorpje in Mongolië arriveert een man met een fiets. De dorpskinderen zien dit vervoer middel voor de eerste maal. Een kleine jongen rent naar huis en vertelt ademloos, dat hy een man heeft gezien met een heel kleine muilezel, die zo mager is. dat je door zyn ribben kunt heenkyken. De man klimt er bovenop en stuurt de ezel door aan z'n oren te trekken, terwyl hy het dier voortdurend in de buik trapt..... andere activiteit is de jeugdsociëteit, een i sel van de kerstviering in 1967. Veel jongens <1 meisjes van 12 tot 19 jaar zyn er warm voor gr lopen. Ook krygt men regelmatig bezoek van c „Clergymen's club", een club voor de i in de Amsterdamse binnenstad. Voor dakloze jongeren Het nieuwste project van de stichting is „onder dak." Het pand Oudezyds Voorburgwal 95, tego® over de oude kerk, zal worden gerestaureerd. D voor dertig mille gekochte pand zal worden ge bruikt als opvangcentrum voor dakloze jongf^1 ren. Amsterdamse gezinnen met ny pende wooa problemen zullen er aan tydelyk onderdak kui nen worden geholpen. Het woonhuis zal vw_ wooneenheden herbergen: drie met twee kam# en twee met een. Men denkt daarmee jaarliM twintig personen te kunnen helpen. De restauraö en inrichting zal ongeveer 340.000 gulden kost# Het curatorium voert thans een actie om de gele*— middelen by een te krygen. Een keur van activiteiten dus van deze stidp" tingen. Allemaal een uitvloeisel van het eenvoc dige begin, de komst van het echtpaar Boit# „De bedoeling was altyd daar te gaan won^ als iemand van de wyk", zegt ds. Bodten V rugblikkend. „Geleldeiyk werden we geaccepteefl De mensen ontdekten dat je op de een of and# manier iets met de kerk te maken had. Ma» verborgen hebben we nooit gewerkt", aldus d# predikant, die ?yn opleiding heeft gehad bij o predikant-arbeiders in Parys. g „Het werk is beJangryk uitgegroeid, het proj« g „onderdak" houdt ons sterk bezig. Als u de metj2 sen gelegenheid wilt bieden ons werk te steun# vermeldt u dan het gironummer van deze acting Postgiro 1338200 ten name van Stichting Ond#i7 dak". Hetgeen we by deze hebben gedaan. rif roi van de maand het avondmaal gevierd, op iedefen derde dinsdag de r.-k. eucharistie. Het werk j!01 nameiyk oecumenisch. Dat biykt ook uit de menstelling van het team: rooms - katholiekgérc reformeerd, hervormd, doopsgezind en waals ha. vormd. Dagelyks worden er in de kapel om n£p gen uur 's morgens en half elf 's avonds vo^h ieder toegankelyke bidstonden gehouden. Zondag is er geen dienst: men concurreert niet met cj kerken. F ge b Gastverblijf g Het hoofdkwartier op nummer honderd is 1 het enige gebouw van de stiohting. Oudes Voorburgwal 290 fungeert als gastverbiyf. heeft men de mogelijkheid voor het tydelyk derbrengen van twee kleine gezinnen. Ten wordt dit pand gebruikt voor het ontvangen 1 gastarbeiders, hoofdzakelyk Noordafrikanen. Team specialisten Om de hulp te kunnen geven, heeft men ge zorgd voor een keur van specialisten. Het team, bestaat, buiten het predikantenechtpaar uit een 100" rustig kunnen binnenlopen, een kop koffie halen, een boek of tydschrift lezen, of wat pra ten. Wie wil, kan de kapel bezoeken, waar regel matig diensten worden gehouden, of hy kan met een van de leden van het team een indringend gesprek voeren in de „kajuit". Maar het is alle maal vryblyvend. Wie zyn koffie op heeft, kan gewoon weer weggaan zonder risico, dat hy daar na met bezoeken wordt aohtervolgd. „We streven naar een open huis," zegt ds. Boiten. „We ver lenen gastvryheid en indien gewenst natuuriyk ook hulp. Myn vrouw wordt regelmatig by be vallingen te hulp geroepen, juist zoals dat in een dorpspastorie kan gebeuren".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1968 | | pagina 10