CHARLES CHARLOTTE altijd safe! De veilige manier van sparen Rijkspostspaarbank !'VÏ5 )AG 13 APRIL 1968 LEIDSCH DAGBLAD PAGINA 23 Er zijn 2200 vestigingen. Op de postkantoren kunt u de hele dag tereciit. Een aantal daarvan is zelfs ook op vrijdagavond of de plaatselijke koopavond geopend. Voor de postagentschappen gelden aparte openingstijden. On* dagelijks vervolgverhaal en OorspronkeKjfce roman door Witiy Corsari sn zij by hem werd gebracht, 14) al bediend en had kort daar- bewustzijn verloren. Hij kwam «ven bij, maar zij wist niet, of aar herkende en begreep niet, 4) mompelde: „Thomaskon c niet.Toen glimlachte hij, vroeger, de jongensachtige h, waarmee hij haar altijd had verzoend als zij boos was iets. Zij kon niet schreien. Zij in een ijskoude kalmte, wat er p n moest worden voor de begrafe- chapj zond alleen bericht aan Loo- Ze stonden samen aan het graf »n fen hij daarna nog even met haar hotelkamer zat, zocht hij tever- naar woorden van troost, bang haar tnanenloze kalmte. Hij ver hakkelend wat Christiaan hem «zegd bij hun afscheid, t die dan naar Hem toe komt", dacht droevig, dat het weinig ie had, dat je het zo goed meen et de mensen, als je de juiste ien niet wist te vinden als ze no- aren. kon voor Charlotte. En langzaam aan begonnen haar gedachten los te raken van haar leed en zich op de toekomst te richten. Een toekomst die zij zich dacht voor Charlotte, voor wie zij een plaats wilde herove ren in de wereld, waarin zij thuis hoorde. Zij had die wereld opgeofferd terwille van Christiaan, daarmee had zij haar kind onrecht aangedaan. Zij moest dat goed maken. Zij moest Charlotte de kans geven een goed huwelijk te doen en daarvoor was het nodig, dat zij oude relaties weer aan knoopte en in goede verstandhouding leefde met haar familie, die verzoe ningsgezind was. Niemand kon haar hierbij beter helpen dan tante Mien. Toen Charlotte de oude dame weg zond, had zij er niet over gesproken met haar moeder. Annemarie had aan niets anders gedacht. Nu ver wonderde zij zich, dat haar tante niet kwam en zij stortte haar haar hulp. Tante Mien kwam. Zij zorgde, dat ook andere familieleden kwamen. Zij gaf raad, regelde, regeerde. Anne marie kon wel in het huis blijven wo nen, maar ze kon zich geen twee dienstboden veroorloven en een rijtuig en een koetsier. Tante Mien vond, dat „die Franse juffrouw van je" nu maar eens moest aanpakken, dan was één meisje voldoende. Zij zou er voor zorgen, dat de familie wat dééd, om Annemarie én haar dochter weer binnen te leiden in de kringen, waar in ze behoorden. Annemarie, dankbaar en gedwee, volgde al haar raadgevingen op en bezield door de beste bedoelingen te genover Charlotte, krenkte zij haar onbewust en vervreemdde haar van zich. Charlotte voelde zich opeens terzij de geschoven voor die bazige oude tante. Zij trok zich terug, verwon derd, bedroefd, overgeleverd aan haar eigen verdriet. Zij kon het niet begrijpen. Wat wilde haar moeder met die mensen? Hoe kón zij er zo op gesteld zijn met hen om te gaan? Vergeefs probeerde Annemarie haar duidelijk te maken, dat het alles was „Voor jouw toekomst, kind. Je zult over een paar jaren aan trouwen delijker, doe niet zo stug (Wordt vervolgd) SCHAKEN Jan Hein Donnei nationale schaaktoernooi in Bamberg remise overeengekomen met de West duitser Rudolf Teschner. Dormer heeft samen met de Russen Petrosjan Loovers gevreesd had, toen hij I inarie probeerde los te weken aar verstarde kalmte, gebeurde: zij thuis kwam, zakte zij in el- Dagenlang lag zij in een ze- risis, wild huilende, of vertwij- voor zich starende. Charlotte ig en nacht bij haar. Zij vergat - haar eigen ontzetting, toen noiselle haar had verteld, dat vader ernstig ziek was, toen zij de waarheid te horen atste jaren zij dacht al- ïog maar aan haar moeder, wil- iets ènders meer, dan haar ld de vertwijfelde vrouw In ten als een kind en fluister- gbt mij nog, ik blijf altijd bij nooit onaardig meer doen. f voor u zijn, ik zal alles, al om u weer blij te maken... arie liet zich tot rust wiegen troostende woorden, klemde i haar dochtertje vast, die voerde als een baby, haar ver- Ie en stond tenslotte op terwil- x, ging met haar wat wi nde zich in om haar w; te onderdrukken. In die eei na de dood van Christiaan wa- dag en nacht samen, want rtte sliep op een bank in de ka an haar moeder en hield ieder- haar weg, zelfs Mademoiselle nte Mien. „Mijn moeder moet hebben", zei ze tegen de oude en haar ogen waren koud en Wat wilde die vrouw? Ze j de mensen, die niets had- illen weten van haar vader, die moeder jarenlang hadden dood- gen. Ze hoefden niet te komen en. Haar moeder had ze niet Zij was er. lemarie, ontroerd door die te- eorgen, begon zich verwijten te d, Een moeder mocht niet zo en op haar dochtertje. Charlot- nu alleen haér nog. Zij moést Öjn. Zij moest nu doen wat zij PANDA EN DE MEESTER-S UPERM AN. 36—97. Joris wees Panda opgewonden op een groot artikel, dat in de krant stond afgedrukt. „Ontvoerd!" las Panda daar. En daaronder stond hoe enkele oog getuigen hadden gezien hoe generaal Schram en zijn dochter Leen- tje door schurken waren meegenomen. „Dat is de freule, die ik uit de klauwen van Grab de Gabber redde!" riep Joris boos uit. ,JAaar nu heeft hij zich opnieuw ver stout. Als hij maar niet denkt dat hij door kan gaan. Ik ga een RECHTER TIE EN DE TWEE BEDELAARS. Verh. 14. 1434. Terwijl Rechter Tie uitlegt hoe hij de moordzaak heeft opgelost, verschijnt een bediende met een schoon oppergewaad. Hij buigt eerbiedig en zegt: „Uw eerste echtgenote dacht dat u zich misschien nog verkleden moest, Edelachtbare, voor het feest maal". „Goed, help me hier maar even. Het is niet nodig naar mijn kleedkamer te gaan", zegt de Rechter. Met behulp van de laten wachten..." Als de bediende vertrokken is, gaat Rechter Tie niettemin weer zitten en vervolgt zijn uiteenzetting: „Als Wang iets van zijn courtisane wist, waarmee hij haar kon dwin gen om hem te ontvangen, was het mogelijk dat de vrouw hem daarom uit de weg had geruimd.De rechter zucht en vervolgt: „Maar daar was geen sprake van. We weten nu dat Wang alles voor haar had opgeofferd, en dat hij zelfs zijn loon als huisleraar stokje steken voor zijn vuile streken. Het komt niet te pas om een eerzame jonkvrouwe van haar vrijheid te beroven!" Met die woorden repte hij zich naar de deur, terwijl hij Pan da afwenkte. „Nee baaske, houd me niet tegen!" sprak hij. Jk ga dit alleen opknappen en met m'n superkracht uitvechten!" Als hij maar niet teveel kracht gebruikt.mompelde Panda zorgelijk. „Want dan zou hij Grab wel eens lelijk pijn kunnen doen. En dat mag toch ook weer niet zelfs niet, als je een Goede Daad gaat verrichten!" DE WONDERLIJKE AVONTUREN VAN BRAMMETJE FOK 2105. De oude vissers bij de haven konden zich niet herinne ren ooit zo smakelijk gelachen te hebben als bij het verhaal van oma Fok over de Zee-Zoeters. Aandachtig luisterden ze toe, maar naarmate oma meer bijzon derheden vertelde over de rare mannetjes in de boei, hun fabriek, de ontsnapping uit de zoutkamer en de wollen kabel, werd de grijns op hun gezichten steeds breder. Totdat zij in een schater lach uitbarstten, die als een stormwind over de wateren vloog „Nou oma..hahaha," bulkte een oude visser, „ik dacht, dat ik een grote leugenaar was.maar jij slaat alles. Wat een verhaal!" „Maar het is niet verzonnen, het is allemaal waar gebeurd," zei oma beledigd. Dat deed de man op zijn knieën slaan vc,n de pret. „Oma, oma, je bent onbetaalbaar. Dit is het gekste, wat ik ooit heb gehoord. Mannetjes, die de zee zoetmaken..zó zout heb ik het nog nooit gegeten". „En wat is dit dan?" klonk de kalme stem van Brammetje.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1968 | | pagina 23