nieke Johannes Passion
Halve eeuw geleden stierf
componist Claude Debussy
BARA-LON
„Het huis waar harten
breken" van Shaw
uier Barend Schuurman
4lie elementen in
yenwicht gehouden
Bachs9 huid
^ÊtÊÈSÊiSÊËÊM
zonneschermen
PREMIERE NED. COMEDIE:
Oppervlakkige en
verouderde opvoering
.Ik maakte zijn doodstrijd mee'
Zijn muziek méér dan
„parfumerie-produkt"
- )AG 26 MAART 1908
LEIDSCH DAGBLAD
PAGINA 17
ADVERTENTIE
umann zei van Bachs „Wohltemperiertes Klavier": dit zij
igelijks brood! Met een variant mag men, aan Bachs Pas-
denken, alle muzikalen van goeden wille toeroepen: dit
jaarlijks brood. Bachs „Johannes" stamt uit de goede
g-liturgie, dag bij uitstek van het Heilig Avondmaal. Des-
'ielen de woorden: „Doet dit te mijner gedachtenis". Doch
rrader zat daarbij aan. Op de geest van deze woorden en
n dramatische basis bouwde Bach zijn passie-spelen.
spel bestaat geen kunst,
(nige uitdrukkingsmiddel is de
)ier evengeliserend en gedach-
ddel. Wie de evangelische
ïap niet kunstzinnig uitzegt,
iets steriels. Vorm en mede-
permogen beslissen. Het even-
tussen deze elementen, zoals
Schuurman dit met zijn Leids
koor heeft gevonden, is uniek.
Is dan ook voor hem verblij-
iat Leiden het Leids Kamer-
wel voorgoed ontdekt heeft,
Stadsgehoorzaal de aanblik van
Ijna uitverkocht huis bood.
man heeft alle vaste grond
ie voeten. Nauwelijks één de-
aJhet grandioze muzikale monu-
iat hij niet uit en te na door
heeft. Deze dirigent weet in
huid te kruipen.
Verbazingwekkend
ij met zijn koristen bereikt is
ïgwekkend. Weliswaar heeft
tnderhalf jaar geleden als een
licht overgenomen, maar hij
techniek nog aanzienlijk ver-
zodat een ongedeelde klank-
ontstond, die verbluft. Het
ltsteekt het goede en deze be-
i? plant zich voort over d<
rkers.
a altijd beoordelaars, die enige
tegelijk opzetten. Die moeten
gemerkt, dat de iets ongedis-
le bas Cor Niessen, die een
ooie, gezonde stem heeft
as volwaardig voldeed, zeker
Pilatus-rol enige inzetten in
bas-aria's foutief nam. Het
itie Kamer Orkest", juist
n een vermoeiende méérlan-
maakte ook enige fouten,
de aardbevingsscène, Dat nam
ieg van de totaalindruk. Wel
we ons afgevraagd of de (mu-
.ir.Van Eyck
bouwmeester
f renter Stadhuis
lm onze correspondent)
temeenteraad van Deventer
teravond unaniem prof. ir.
van Eyck aangewezen als
sitect die het nieuwe stadhuis
suwen. Het gemeentebestuur
uien afzienbare tyd komen
iele gedetailleerde voorstel-
ttma de raad zal worden uit-
d een definitieve opdracht te
D.
van Eyck paste zijn schets-
itieei aan bij de 16de en 17de
geyelpairtijen in dat gedeelte
binnenstad, waar het nieuwe
s zal moeten komen. De jury.
n Eyck uit negen kandidaten
beste kwalificeerde, is van
l dat het plan-Van Eyck „tus-
daken" thematisch gezien zo
s, dat het grote invloed kan
aen op het bouwen van nieu-
Wwen in oude steden in het
land.
toeente Deventer ziet echter
Pig geen mogelijkheden de gel-
di te maken voor dit miljoe-
Jlect, Burgemeester mr. N.
verklaarde gisteravond
de grenswijzigingsproce-
set de gemeente Diepenveen
de gedwongen oostelijke stads
hag nog enkele jaren vergen,
den gebruikt kunnen worden,
vrijkomen, doordat de wo-
in zijn geheel zal stagne-
sicologisch verantwoorde) zeer kleine
orkest-bezetting van 16 voldoet. Met
name ten aanzien van de klanken
menging en de melodische diepte bij
de violen. De bezetting van het koor
daarentegen leek ideaal: 8 plus 9 bij
alten en sopranen, 6 plus 7 bij teno
ren en bassen.
Liturgisch gedacht
Schuurman denkt allereerst litur
gisch. In de verhouding cultus en (ge
distantieerde) emotie is zijn neiging
het sterkst naar het cultische gericht,
waarvan het statig tempo van het
openingskoor en ook de koralen blijk
gaven, die consequent de fermates
negeerden en zelden (behalve in het
onvolprezen slotkoraal) een klank
kleur verschoven. Toch ademden al
deze koralen op volkomen natuurlijke
wijze In een rustig mild klimaat. Dat
gevaarlijke en vervaarlijk ingewikkel
de openingskoor lukte geheel i
wens en wedervoer de volmaaktheid
tot in het kleinste radertje.
André Previn
dirigent Londens
Symfonie-Orkest
André Previn (38) is met ingang
van 1 september a.s. benoemd tot
dirigent van het Londense Symfonie-
Orkest.
Previn, een Amerikaan die in Ber
lijn geboren is, is thans dirigent van
het Symfonie-Orkest van Houston
(Texas)
Hij zal in Engeland en in het bui
tenland dirigeren, met het Londens
Symfonie-Orkest grammof oonopna-
mrn maken.
Previn studeerde in Parijs en Ber
lijn en ging in 1939 naar de V.S..
Toen hij 16 jaar was begon hü film
muziek te componeren. Hij is een
bijzonder populair jazzpianist.
Previn is de opvolger van Istvan
Kertesz. die als eerste dirigent met
pensioen gaat, maar wel zo nu en
dan nog als gast-dirigent zal optre
den.
Uitstekende solisten
De sopraan Maria Suchèl bereikte
een zeer zuivere en heldere hoogte,
nog op een te gespannen wijze; haar
timbre paste mooi bij de fluittoon van
Koos Verheul. Rijkje Wolleswinkels'
alt gleed op een veel soepeler en
klankvoller wijze. Maar de zanger, die
het ongerept sublieme schonk, was
Max van Egmond, niet alleen in tech
niek, maar ook in de goudechte ver
vulling van zijn Christus-opdracht.
Zijn uitbeelding van Jezus als de
zelfbewuste leek ons juist: een van
zijn eerste daden in het Johannes-
evamgelie was immers de tempelrei
niging.
Chris van Woerkom als Evangelist.
Hij heeft in zijn opvatting een regis
seur en een toneelspeler in zich, maar
laat geen dezer beide gelden: zij wer
ken als zuurdesem in hem. De geroe
pen Evangelist commandeert de hele
Passion: hij werpt op adembenemen
ds wijze de ergernis in het spel. de
demon, de huichelarij, de bescha
ming, de ontroering, de deernis, het
Cx
Dirigent en solisten tijdens
de uitvoering van Bachs „Johan
nes Passion": v.l.n.r. Max van
Egmond, Tijn van Eijk, Louis
Sons, Maria Suchèly, Barend
Schuurman, Cor Niessen, Marius
van Altena, Jan Welmers, Rijkje
Wolleswinkel, Piet Veenstra, Chris
van Woerkom.
(Foto LD/Holvast)
visioen. Van Woerkom doet dat niet
nimmer falende en met onvermoeide
stem. Tenslotte de tenor Marius van
Altena, die tot grote voldoening o.m.
de voor een zanger weerbarstige aria
„Erwage" op zeer bevredigende wijze
tot stand bracht.
Met enige (reeds genoemde) beper
kingen heeft het orkest prachtige
dingen gedaan, meest ook in de obli
gaten. En in deze orde mag de Kat-
wijkse organist Jan Welmers genoemd
worden en als laatste en niet de min
ste, de klavecinist Tijn van Eijk, die
grondige kennis bewees van de uit
voeringspraktijken van de baroktijd.
V.
uw markiezenmaker adviseert u
(Van onze kunstredactie)
Tijdens de eerste wereldoorlog schreef Bernard Shaw zijn
„Hartbreak house", dat hij zelf als een van zijn belangrijkste
toneelstukken heeft beschouwd, maar dat bij de eerste verto
ning pas in 1921 weinig waardering oogstte. Het „betere"
Engelse publiek was in die naoorlogse periode niet erg in de
stemming voor de harde waarheden die het van Shaw te horen
kreeg over zijn slappe, egocentrische levenswijze, zijn morele
onverschilligheid, zijn meer afbrekende dan opbouwende
maatschappelijke houding.
De grondtoon van het stuk was de pessimistische verwach
ting dat Engeland door deze mentaliteit zijn eigen graf aan het
graven was, een allerminst welkom geluid, zo kort na de roes
van de militaire overwinning, maar toch een waarschuwing,
die nu, 50 jaar later, door velen in Engeland als gerechtvaar
digd wordt erkend (men denke slechts aan David Mercers to
neelspel „Belchers Luck", onlangs door de Haagse Comedie op
gevoerd).
De Ned. Comedie, die het zaterdag
avond in een goede vertaling van
Ernst van Altena in de Amsterdam
se Stadsschouwburg opvoerde, heeft
in het programma die ondertitel ver
donkeremaand en noemt het stuk
eenvoudig een „toneelspel". Dat
stemt wel overeen met de regie van
Bob de Lange, die zich klaarblijke
lijk heeft willen distanciëren van
de Tsj eohowiaanse
Een „toneelspel''
Die profetie van naderend maat
schappelijk onheil herinnert sterk
aan het toneelwerk van Tsjechow.
Shaw heeft zyn stuk dan ook niet
voor niets een „fantasie in Russi-
stijl" op Engelse thema's genoemd.
Debussy op zijn sterfbed.
(Van onze Parijs correspondent)
Het was gisteren 'n halve eeuw geleden dat Claude-Achille
Debussy die en lang niet ten onrechte de vader
van de moderne 20ste-eeuwse muziek is genoemd in
zijn Parijse woning bij het Bois de Boulogne de laatste
adem uitblies: 25 maart 1918.
Een kleinzoon van de beroemde Louis Pasteur, de nu 82-
jarige professor Pasteur Vallery-Radot die als medicus later
de voetsporen van zijn grootvader zou drukken, heeft in die
sterfkamer de doodstrijd van de componist bijgewoond.
Ik heb de professor, die bovendien lid is van de Academie Fran-
gaise en een groot huis bewoont dat naast het Elysée van president
De Gaulle is gelegen, opgezocht. Is die strijd zwaar geweest? Besefte
Debussy dat het definitieve einde naderde? Hoe ivas Debussy als
mens, als vriend? Dat waren zo enkele vragen die in een gesprek
met de geleerde, die 10 jaar tot de kleine kring van vrienden van
de grote componist behoorde, werden aangeroerd.
TT/YI? ¥JT C'TT F Dl? ma' de laatste vrouw van Debussy op
Hl Ir lil J ij J. lUiKr wie hiJ tot het einde werkeiyk héél
verliefd is gebleven: hij gedroeg zich
tegenover haar als Pelléas jegens Mé-
lisande.Emma had me aan het
front laten weten dat zij nu voor het
ergste begon te vrezen.24 maart
belde ik aan op het zo vertrouwde
adres.Claudes kamer was in het
halfduister gehuld.Hij beduidde me
op een stoel bij het voeteneinde
plaats te nemenlik merkte ter
stond dat zijn geest ook al heel ver
was afgedwaald.Na een half uur
vertrok ik op de tenen.De volgende
ochtend kwam ik terug.Ik was
aanwezig met zijn vrouw toen htf
stierf.héél kalm en rustig.Gele
den heeft hij niet.Prof. Pasteur
Vallery-Radot was 16 jaar, in 1902.
toen zijn vader hem meenam naar de
première van Debussy's enige opera
Pelléas et Mélisande, die aanleiding
gaf tot een muzikale veldslag die in
de geschiedenis voor altijd geboek
staafd zal blijven. De jongeman nam,
naast figuren als Roger-Ducasse,
Louis Laloy, André Caplet, Emile
Vuillermoz, hartstochtelijk deel aan
die strijd, die hü zich nog als de dag
van gisteren herinnert.
Stilte en mysterie
Die eerste kennismaking' met deze
wonderlijke muziek die op de grens
van de stilte en het mysterie geboren
was, maakte op my zo'n diepe indruk,
dat ik, jarenlang, op de dag van de
première, Debussy, object van myn
Debussy's enige overlevende
vriend, prof. Pasteur Vallery-
Radot.
bewondering, een boeket rode rozen
zond. Pas in 1908, by de eerste uit
voering van La Mer, verstoutte ik me
de meester na afloop van het concert
te benaderen.„Mon petit", zei hij
vriendelijk, „uw gezicht komt me be
kend voor, maar wie bent u ook
weer?" Ik onthulde dat ik *t was, die
hem op iedere verjaardag van de
Pelléas-première een bos bloemen
stuurde.De attentie bleek hem nog
al getroffen te hebben en hij nodigde-
me uit voor een bezoek bij hem thuis.
Vanaf die dag dateert onze vriend
schap die tot zijn levenseinde heeft
geduurd."
Hoe was hij?
Hoe gedroeg Debussy zich als mens
en als vriend? Er circuleren op dat
stuk nogal tegenstrydige versies.
Debussy had weinig vrienden.
maar een misantroop was hijf zeker
niet. Vooral naar aanleiding van zyn
huwelijksmoeilykheden met zyn eer
ste vrouw, Lily Texier, is er over
Claude veel geroddeld en veel kwaad
gesproken. Heel wat van zyn vroegere
vrienden hebben zich toen van hem
afgewend.In myn boek „Tel était
Claude Debussy", heb ik afgerekend
met de kwalykste colporteur van al
die boze praatjes, de Amerikaan Vic
tor Seroff, die een biografie niet óver
maar tégen de componist had ge
schreven, die me vandaag nog tot
mateloze woede kan brengen. Ziet u,
Debussy had een sterk gevoel voor
humor en ironie en ook zyn beste
vrienden waren niet altyd veilig voor
zyn sarcasmes.Een beetje ran
cuneus was hy ook wel misschien. Zo
brak hy finaal met Ravel toen hem,
ik geloof ten onrechte, werd overge
briefd dat deze iets onaardigs over
Emma zou hebben gezegd.Hy was
hypergevoelig.Zyn zenuwen waren
altyd tot het uiterste gespannen.
Door een deur die wat hard werd
dichtgeslagen, kon hy buiten zich
zelf geraken.Een allemansvriend
was hy zeker niet.En hy hield
zich het liefst zo ver mogeltfk ver-
wyderd van het drukke gedoe van
„tout Paris".dat wel".
Ik vertel myn gastheer dat Ik,
naast zijn muziek, ook de kritieken
en brieven van Debussy waarvan ik
indertijd een groot deel in het Ne
derlands vertaalde, altyd diep bewon
derd had, en dat in hem de schrijver
de componist misschien wel bijna
evenaarde.Was hy in de conversa
tie even briljant als in zijn schrif
turen?
„Briljant als vlotte causeur beslist
niet.Hy sprak eerder langzaam en
aarzelend, steeds zoekend naar het
woord dat beeldend was, naar 'n bou
tade. Hy was ook eerder verlegen,
en je ryoest hem heel goed kennen
alvorens hij zich helemaal vry en
bloot gaf. Uit die aangeboren gere
serveerdheid of pudeur die natuuriyk
ook karakteristiek was voor zyn mu
ziek, zyn ook nogal wat moeilykhe-
den en misverstanden op het plan
van het menselijk verkeer voortge
komen „Ik geloof", zo vat de Acade-
micien zyn herinneringen na een
halve eeuw samen, „dat we het trouw
ste portret van de persoon Debussy
nog altyd in zyn muziek zelf weer
spiegeld vinden, zyn dominerende ka
raktertrek was de eenvoud. Maar een
eenvoud die soms wèl diep verborgen
lag."
De brug van Monsieur Claude De
bussy naar zijn muziek is zo dus weer
geslagen. Ik vraag professor Pasteur
Vallery-Radot of hij niet van oordeel
is dat-zyn grote vriend Debussy al die
50 jaar misschien vaak te eenzijdig
en dus valselijk beoordeeld is. Dat
men een veel te sterke nadruk heeft
gelegd op die aspecten van de ver
fijnde smaak en het raffinement,
die misschien toch niet helemaal es
sentieel voor z(jn grootheid en bete
kenis zyn geweest. Ik herinner in dat
verband ook aan de recente uit
spraak van Pierre Boulez die vandaag
de positie heeft ingenomen die De
bussy een halve eeuw geleden be-
Clownsfiguren
Nu de semi-tragische sfeer ont
breekt, lopen de mensen in het land
huis van de 88-jarige door een won
derlijk soort nihilisme bezeten ka
pitein Shotover merendeels als
snobistisch filosoferende clowns
figuren rond. Ontdaan van hun be-
beangstigende achtergrond zyn het
lachwekkende blyspelkarakters ge
worden, wier salonconversatie, door
spekt door eertijds shockerende in
tellectuele geestigheden die nu
voor een deel verouderd klinken, al
gauw zo vervelend, dat de avond
eindeloos lijkt
De sardonische humor waarmee
Shaw zyn eigen sociale ideeën per
sifleerde, is na een halve eeuw van
sociale hervormingen ook nogal oud
bakken geworden. In het naieve, ro
mantische jonge meisje, wier prille
hartje na de eerste teleurstelling zo
grondig gebroken is, dat haar karak
ter daardoor onherkenbaar veran
dert, gelooft anno 1968 helemaal nie
mand meer
Keurig verzorgd
By een zo oppervlakkige, maar
overigens keurig verzorgde opvoe
ring blykt er dus weinig anders te
waarderen over dan de spelpresta-
ties, met name van Han Bentz van
den Berg als de oeroude, even wyze
als dwaze kapitein, Ellen Vogel en
Elisabeth Andersen, als zyn in we
reldse ij delheid vegeterende doch
ters en Guus Oster en Wim de Haas
als zün partner in het spelletje van
grotendeels platonische erotiek.
Verder was er een hoogst onge
loofwaardige kapitalist van Lo van
Hensbergen, een weinig boeiende
idealist van Jan Hundling, een
kluchtige inbreker van Bert van der
Linden en een onbeduidende huis
houdster van Mimi Boesnach. Da
problematische rol van het ontgoo
chelde jonge meisje werd gespeeld
door Marja Habraken, die door haar
gekunsteld spel en onnatuurlyke
dictie, het laatste restje waarschyn-
lykheid aan deze figuur ontnam.
Roger Chailloux had gezorgd voor
een rijke, zij het nogal opzichtige
aankleding van een opvoering die
leed onder te veel respect voor Shaw*
breedsprakerigheid en te weinig voor
zyn diepere bedoeling.
Schnitger-prijs
voor Carel Brons
(Van onze correspondent)
Carel Brons is winnaar geworden
van de internationale orgelcomposi-
tieprijsvraag „Schnitger-prijs Zwolle
1968".
De prijs, groot f2000, werd enkele
jaren geleden ingesteld om de kwa
liteit van het Schnitger-orgel in de
Grote Kerk van Zwolle nogmaals
duidelijk te oderstrepen.
Het bekroonde werk zal worden uit
gevoerd tydens een Holland-Festival
concert dat op 18 jUni in Zwolle zal
worden gegeven.
Carel Brons, (36), ls behalve com
ponist, werkzaam by de VARA-radlo
in Hilversum.
kleedde, en die toen met de hem ver
trouwde agressiviteit stelling nam te-
g ende opvatting die zijn muziek als
een soort verfijnd keukengeheim of
een Frans parfumerieprodukt pre
senteert.
Ondanks de wakkere luciditeit
waarmee de 82-jarige geleerde ook de
actuele verhoudingen, in en buiten
de muziek, in het oog vat, kan hy die
aanval van Boulez toch maar héél
gedeeltelyk onderschrijven. By Bou
lez moet je altyd rekening houden,
vindt hy, met zijn behoefte tot pro
vocatie. Hy heeft Frankrijk uit
protest verlaten en het nationalisme
dat hy ook in de muziek te vuur en te
zwaard wil bestryden, lykt voor hem,
in myn ogen dan wel eens het aan-
schyn van een windmolen aan te ne
men Debussy was een humanist en
dus zeker géén nationalist. En het
patriotisme dat hy onder de oorlog
beleed, was dan ook vry van ieder
spoor van chauvinisme.Wat na
tuuriyk toch ook weer niet weg
neemt, dat zyn tydgenoten en latere
generaties zich ook op die onderschei
dingen wel eens wat verkeken kun
nen hebben.
De slotconclusie van het onderhoud
wordt dan ook, dat die afgelopen hal
ve eeuw afdoende heeft aangetoond,
dat de betekenis van Claude Debussy
de grenzen van zyn tand ver bleek te
overschrijden en dat zyn oeuvre dus
inderdaad een veel wijdere strekking
moet worden toegekend dan van een
„Frans parfumerieprodukt".